KRANTEN IN AMERIKA HULST KNUTSELT U ZELF? Fa.G.A. BEENHAKKER GERESERVEERD Fa. J. W. v. Achterbergh fl OP TIBET'S BERGWEGEN Wij hebben een groote sor teering BOREN IJZERZAGEN- HAMERS SCHROEVENDRAAIERS DUIMSTOKKEN St. Jorissenstraat4 - Tel. 1667 •«SI O VOOR I ;door onzen correspondent tc New York. New York, November 1932. Als een Nederlandsch of zegge: een Eiiropeesch journalist, die haast dagelijks onHer den druk der omstandigheden door zijn directie ..uiterste spaarzaamheid' hoort prediken, het Amerikaanschc Pers-Bedrijf op den keper beschouwt... als men ziet r' voor welk een humbug-actualiteiten vijf of 1 zes speciale correspondenten (en bijna al tijd per extra-vliegtuig) worden uitgezonden r en] duizenden en nog eens duizenden re- 9 gels geschreven worden... als men hoort, 0 welke onmogelijk liooge geldsommen voor del illustratie der bladen worden uitgege- e ven, hoeveel papier voor iedere uitgave den chef ter beschikking staat... dan wordt men groen en gocl van louter afgunst! U En als men verder nagaat, hoe er mot r deze middelen omgesprongen wordt, hoe de e bladzijden worden gevuld met de onmoge- b lijkste nonsens, hoe men over ieder feit 1* van nul en gccner waarde artikelen i* schrijft, waar het eind van zoek is, hoe de Oiillustratiebladcn met dc walgelijkste, k flauwste plaatjes van badende dames wor- den gevuld, van huwelijken van leden uit u den Amcrikaanschen „society", die nie- r* manil bij name kent, van poppig-mooic, maar oerdomme (hoewel, dat moet toegc- p. ge^en worden, goedgevormde) girls dan i- kan men beslist niets anders doen, dan op leen wel niet zeer beschaafde, maar dan 1 toch in ieder geval kernachtige wijze zijn gemoed tc luchten... T W; iar niet alleen den journalist stijgt het bloed van afgunst en woede over die vor- ir spilling naar het hoofdook dc directie. g dc opmakers, de advertentieacquisiteurs! e Denk eens aan: In de kelders der „Daily News", dc*grool- c stel courant ter wereld, in een reusachtige,, onfleraardsche zaal, een „kathedraal van onzcu tijd", zooals de eeuwig-dolende re porter E. E. Kisch in een roes van en thousiasme eens placht tc zeggen, staan 30 reusachtige rotatiepersen, twee aan twee aan elkaar gekoppeld, stalen Mammoets met een geweldige vraatzucht..., dio in één uur de enorme totaaloplaag der Daily - News klaar gedrukt cn gevouwen, uitbra ken: een milliocn tweehonderdduizend BtUKs! 11 verder: ..New York Times", die „maar" v' ruim 400.000 oplaag liceft, verschijnt de rgelijks met minstens 40 bladzijden, waar van hoogstens 5 tot 8 met tekst, cn verder cn advertenties. Desalniettemin is de Igroote der tekstpagina's zoodanig dat dclin ieder blad verwerkte kopie iederen 'Europeoscben journalist (voor zoover -het dc kwantiteit cn niet de kwali teit betreft) bewondering afdwingt! Zon- 11 dags is de Times aangegroeid tot 120 blad- tijden, soms zelfs wel 100 en dan natuur- 1,1 lijk... van het Amcrikaansch formaat! '''Alleen astronomen kunnen nu nog uitre kenen, wat de advertenties van één dag ;ga Izulke gelegenheden opbrengen. Nog iets: 47 procent der voor de Ame- 1 Tikaanscho reclame uitgegeven bedrogen worden aan advertenties in de diverse eou- ö'rantcn besteed! De lotaalopbrengst der in -1027 geplaatste advertenties beliep in Ame rika 1,5 milliard Dollar! In 1930 steeg dit -op"B,8 milliard, om in 1931 iets omlaag tc gaan tot 1,6 Dollar! Daarvan betaalt Ford ruim 1G milliocn Dollar, een kauwgummi- i[fabriek 11 mil.'iocn Dollar! En tenslotte: DeRvckelijksci\e oplaag van alle in de Vcr- i'ecnigdc Staten en in Canada vcrschijnen- 0 de, Engelse lie couranten bereikt de ontzag wekkende hoogte van 237 milliocn cxem- BlOTcn... kjJH Een record papierverbruik! AJs thans, anno 1932, de Amerikaansche 1 couranten van crisis cn depressie schrij ven, dan vergeten zij daarbij alle er aan toe (te voegen: „Maar ons zélf betreft dat niet! Want: als ergens de zaak floreert, dan is het wel hier, in bet Amerikaansche rsHbedrijf! Zij hebben zich - de groote cou- jTanlenuitgeverijen namelijk zeer zeker i groote uilgaven moeten getroosten... zij ^moesten steeds meer rotatiepersen, zetma- chlichccrtoestellen aanschaffen... jnoesten hun inrichtingen voor bceld- moderniseeren, hun bcrichtonnet -en dat alles verslond sclirik- wellkonde sommen. ii Dc inkoinslen van deze uitgeverijen zijn p.echlfr cn «lat geldt slechts uitsluitend e;Voor de Verecnigdc Staten veel sneller dan de uitgaven! De oplagen laStegen veel sneller, dan dc. wolkenkrabbers 3.van liadio City. Dc advertentiepagina's wa rren! soms reeds maanden tevoren gereser- p.veerd! Een tamelijk betrouwbare maatstaf l;voor de bloei van het courantenbedrijf in Amerika is de regelmatige stijging der pro- ;rductie van dc 69 groote Canadccsche pa pierfabrieken, «lie bijna uitsluitend werken omlde eeuwigdurende honger van dc Ame rikaansche rotatiepersen te bevredigen. Door deze fabrieken werden de volgende hoeveelheden krantenpapier-rollen afgele verd: In het jaar 1910 215.000 Ton. In het jaar 1915 489.000 Ton. In het jaar 1920 875.000 Ton. In het jaar 1925 1.522.000 Ton. - Deze getallen tooncn overduidelijk aan, dut er een producticverhooging van meer dan 700 heeft plaats gehad, die echter in 1925 nog niet ten einde was, doch tegen het midden van 1931 opnieuw begon te stijgen, om thans eerst tot stilstand te ko men. Opmerkelijk in dit verband zijn ook nog de volgende getallen. In 1S60 werd, omgerekend per hoofd der bevolking, door iederen Amerikaan 4 Engel. Fond aan cou rantenpapier gebruikt, in 1900 reeds 16 pond en in 1924 50 pond! Vijftig pond cou rantenpapier per ziel en per jaar. De Ver- cenigde Staten zijn niet slechts in naam het land der ongebroken records Als bij ons in Europa een uitgeverij drie couranten uitgeeft, met een totaaloplaag van 400.000 exemplaren, zooals b.v. enkele Duitsclie couranten inderdaad bereiken, dan staat dc leek met bewondering tc ga pen en de directeur-generaal van deze uit geverij noemt zijn onderneming reeds heel deftig een „concern"!... In waarheid: Wat' zijn wij, Europeanen eigenlijk nog maar een mormeltjes, verge leken bij de Amerikaansche couranten- concerns, die geen directeur-generaal, maar ccn chef-manager hebben, maar daarente gen in den werkelijken zin des woords con cerns, trusts rnct een baast onbegrijpe lijke macht cn een geweldigen invloed zijn! Daar heeft men bijv. dc heer Ralph Pu litzer, de energieke zoon van een even ener gieken vader, uitgever cn leider vaji dc „World" en dc „Evening World". Het eer ste blad heeft 310.000, het andere 330.000 exemplaren oplaag, tezamen dus 640.000 exemplaren per dag! En daarbij behoort Pulitzer geenszins tot dc gróóten, vele cou ranten hebben grootere oplagen, dan die van hem, vele ijverig en bedrijvig voor „be taling der reparatie- en oorlogsseliuld-gel- den tot den laatsten cent" strijdende bla den! Daar heeft men b.v. de heer Ochs, evenals Pulitzer een Duitsch-Amerikaan, die «Ie „eierendans" der geheel neutrale, maar op het gebied van snelle cn gedetailleerde be richtgeving onovertroffen „Times" leidt. Ochs is eigenlijk de „uitvinder" van dc zoo genaamde „Amerikaansche courantenme thoden": zijn rnonschcn smijten kapitalen aan kabelbericliten weg, zijn photographen treden slechts per compagnie op, zijn rcis- reporters zijn globetrotters met schijnbaar onbegrensde, middelen. Boven Pulitzer en Ochs, boven alle Ame rikaansche uitgeverijen troont echter dc courantenkoning W. R. Hearst, eigenaar van SO Amerikaanschc dagbladen, eige naar van een even reusachtige, als fraaie particuliere dierentuin, werkgever van de best-betaalde journalisten ter wereld, o.a. van den lieer Arthus Brisbane, die 120.000 Dollar jaar-honorarium ontvangt en daar voor dagelijks hoogstens 30 regeltjes druks schrijft Ilcarsi, in wiens dienst ook de bekende reporters Knickerbocker en Wygand wer ken. is do typische, scrupuleuze zakenman! Meeningen, educatie, opvoeding van de le zers? Nonsens, onzin! liet ecnigc wat voor hem iets netcekcnt is de millioenonoplaag cn... juffrouw Marion Davit, zijn door z»jn vrouw, die presidente van liet Amerikaanschc niolkcomité is, stilzwijgend gedulde vriendin en raadgeefster, waar mede hij niet lang geleden ook in Europa was en die uit de stad Parijs gezet werd. Als zijn „Der Amerikancr", met een het millioen overschrijdende oplaag, voor dc belangen der Duitschcrs werkt, dan is dat zeker niet, omdat dc heer Hearst zoo bui tengewoon veel voor deze mcnschen voelt, of zich tot het Germaansche ras aangetrok ken voelt, maar omdat deze ongekroonde koning verstandig genoeg is om dc invloed van dc talrijke uit Duitsche families stam mende, aanzicniijko New Yorkers niet te onderschatten! Toen het Centraal Bureau voor propaganda der geallieerden hem in den Wereldoorlog meer betaalde, dan de abonnementen dezer eerstgenoemden hem zouden kunnen opbrengen, ging hij zonder eenig bedenken tol een anti Duitsche poli tiek over!... Dit eene voorbeeld is reeds t>peèrend voor Iloarst cn zijn couranten! Hij is wer kelijk geen prettige, couranten-directeur voor hen, die de journalistiek op dc juiste wijze opvatten, maar de organisatie, die hij wist te scheppen, is in alle opzichten bewonderenswaardig en eenig in haar soort door H. G. CANNEGIETER. Het bezit van een hulstboom is in deze donkere dagen voor Kerstmis iets zeer be geerlijks. Hulst is dc bloem van het seizoen cn straks zullen de klanten zich wederom verdringen rondom den venter, die de tak jes met glinsterende bessen tc koop biedt. Dc hulstbes geniet dc eer, het luisterrijkste feest \an het jaar met haar vroolijke kleur op te sieren. Hulst in dc huiskamer, hulst in de winkelvitrine, hulst in het knoopsgat. Hulst cn overal hulst! Hoe komt het toch, dat dit gewas met Kerstmis zooveel belangstelling tc beurt valt? Zeker, een hulsttak is een mooie ver siering. Maar op zijn minst even mooi zijn des zomers dc rozen cn duizendschoonen, dc anjers, dc pronkerwtcn cn goudsbloemen Waarom siert men zijn huis cn zijn winkel en zijn knoopsgat flan niet des zomers met één bepaalde bloem, welke men tot schoon heidskoningin van den zomer verkiest, zoo als dc hulst dc schoonheidskoningin van den winter schijnt tc wezen? Waarom bezit, geen van dc voorjaarsbloemen, dc sering noch de meidoorn, de ribes, noch de gouden regen een dergelijk monopolie als dc hulst in den winter bezit? Het' antwoord is gemakkelijk te geven. Omdat in den wintertijd de hulstbes de beni ge bloem is. De hulstbes is zonder concur rentie. Men is op dc hulst aangewezen. Toen dezen zomer de nieuwe hulstbessen zich begonnen tc zetten, hingen dc bessen van 't vorig jaar in mijn tuin nog fleurig en wel aan dc takken. Even rood, even frisch, even glimmend als zc met Kerstmis waren geweest. En toch, elke bezoeker liop zc voorbij. Men bewonderde de klimroos, die achter liet hulstboompjc de schutting bedekte; men stond stil bij de lelies, die niet hun welrie kende geuren de omgeving bedwelmden, men prees de. rijkgeschakeerde tinten van het dahliaperk. Maar de hulst pronkte Ver geefs met den rooden glans Van zijn bessen en den groqnen glans van zijn blad. Nie mand lette op hem, niemand had ccn woord of een blik voor hem over. En nu is dezelfde hulst, met dezelfde hes sen en bladeren, dc trots van mijn tuin. Men benijdt mij om den overdaad van zijn bloei en ik lees in de bcgecrige oogen der gasten, dat ik ze geen grootcr genoegen zou kunnen verschaffen, dan wanneer ik ze met ccn tak je van mijn kostbaren hulst naar huis liet gaan. In liet land der blinden is één-oog koning. Maar dc hulst is geen cén-cog; de hulst kan, wat zijn voorkomen betreft, met dc bekoor lijkste planten een sclioonhcidswcdstrijd doorstaan. In den zomer is hij volstrekt niet de mindere van de roos of de lathyrus. Hij is in die dagen, als alles bloeit, één uit ve len. Daarom valt hij niet op. Maar in den naakten winter staat hij alléén. Vele menschen zijn als mijn liulst. Pracht- mcnschcn met schitterende hoedanigheden. En toch komen zc in gezelschap niet tot liun recht. Dan staan ze als de pronkende hulst bes temidden van heel den pronkenden zo- mertuin. De ccnc bezoeker plukt een viool tje, de andere een duizendschoon, de derde een roos. Maar langs den hulst loopt, on danks zijn glimmende bessen cn bladeren ieder voorbij. Op ccn eenzame post trekken dezelfde menschen onmiddellijk de aandacht. Ieder bewondert hen, ieder begeert in hun nabij heid tc zijn. Men prijst hun goede hoedanig heden, welke men tevoren in het gedrang n«xiit heeft opgemerkt. Men noodigt hen in zijn huis, om dit op te luisteren. Zij zijn eensklaps het middelpunt van hun omge ving. En toch zijn deze populaire figuren dezelf de veronachtzaamde menschen van straks. Zc zijn niets beter, niets minder. Het ver schil is, dat men nu op hen let. Doordat ze alleen staan, gelijk een schilderij in de straat-étalage van een kunstkoopcr. In hei museum hing het tusschen duizenden schil derijen en men dwaalde er met vermoeide oogen voorbij. Maar nu liet alleen staat, ge niet dc voorbijganger van dc heerlijke kleuren. Zou het hierom zijn, dat men juist dc hulst tot Kerstversiering gekozen heeft? Kerstmis is dc tijd van de eenzame men schen. Kerstmis is de tijd, waarop men in keert van dc menigte naar de persoonlijk heid. Kerstmis laat de oneindige waarde van iedere afzonderlijke menschenziel zien. Kerstmis leert letten op het verwaarloosde en predikt toenadering tot het eenzame. In koude cn duisternis treft ons eensklaps de bloedroodc glans van een liefde, die in het lustige zomerleven aan onze aandacht ont snapte Een kind als abt. Tegen gehouden door burgeroorlog. Katmandi (Nepal), Nov. 1932. Voorzichtig hestijgen dc zwaar beladen muildieren de steile bergpaadjes. Met schijn bare aarzeling zetten zij hun hoeven op de sporen van het voorafgaande dier, alsof zij voortdurend do stevigheid van den grond wantrouwen. We gaan steil naar boven. Links van ons rijst dreigend dc kale berg wand vol spleten op, voor ons ligt het brok kelige, nauwelijks ccn halven meter hrccde pad, dat in den loop der eeuwen door tal- loozc karavanen is uitgetreden, en rechts gaapt een steile afgrond, waarvan wij door dc kolkende nevclmassa's den bodem niet kunnen zien. Dc kleinste misstap bcteekent hier de dood voor menschen en dier. Als grimmige wachters van een door som bere demonen bevolkt land teekencn dc woeste, gespleten bergtoppen Wh af tegen den reeds donkerenden hemel. Spoedig zal ook liet laatste licht van dc ondergaande zon verdwenen zijn en nog steeds is het klooster, waar wij den nacht zullen door brengen, niet in zicht. Ik uit mijn ongerust heid tegen onzen gids, den onvermoeibaren Govver Ten, die ons door de Britsch-lndische Regeering ter beschikking is gesteld en een heel pakje aanbevelingsbrieven van ontdek kingsreizigers, militairen en touristen bezit. Hij glimlacht slechts, waardoor hij het feit openbaart, dat hij al menige tand mist. „Het klooster komt spoedig," troost hij. „Dan kan de Sahib eten en goed slapen." Bij een bocht verloor de toch reeds smalle weg bijna ccn derde van zijn breedte. Wij ademden moeilijk in dc ijle lucht. En plot seling greep de angst mij aan. Het was, alsof ik toen pas besefte dat even uitglijden, een losso steen, een schrikken van liet muildier het einde bcteckendc, een afschuwelijke dood! Een vreemd gevoel in mijn maag, in mijn hart, ccn mat-, duizelig gevoel in mijn hoofd. Instinctief klem ik mijn bcenen vaster om liet warme dicrenlicliaam en sluit do oogen. Als ik maar niets zie, gaat liet wel over. Met dc gelijkmoedigheid van ervaren Ti- bolanen, voor wie afgronden en rotsspleten niets bijzonders zijn, stappen de muildieren nog tamelijk snel door. Na een poos, die een eeuwigheid schijnt te duren, begint liet pad le dalen. Het voert naar een dal en lang zamerhand wordt het nu ook breeder en beter begaanbaar. Er komen paden op uit, die voeren naar holen in den grond. Op het zien -van onze kleine karavaan komen er dik ingepakte Mongolen uit tc voorschijn. Kudden wollige yaks grazen op de schraal met kruiden begroeide berghellingen. Voor de zware tenten smeulen kleine vuurtjes; men verbrandt daar mest om de muskieten weg te houden, die met het allen- van den avond in groote zwermen op komen zetten. Deze kwelgeesten zijn in dit land uiterst klein; men kan ze haast niet zien. Op elk levend wezen vallen zij aan; zij zetten zich vast in den neus en trachten binnen te drin gen in mond, ooren en ooghoeken. Er helpt niets tegen dan een doek om het hoofd en berusting in het onvermijdelijke. Het was volkomen donker geworden, toen het op een vestiging gelijkende klooster in het gezicht kwam. Onze gids begon te onder handelen rnet den poortwachter, een mon nik met een gele muts op. Er ging meer dan een half uur mee heen, voordat de mas sieve vleugeldeuren opengingen om ons toe gang te geven tot de ruime binnenplaats van liet klooster. In het licht van ecnige tcerfakkels, die werden opgehangen, door kinderen van de kloosterschool, zagen wij uitgestrekte gebouwen. Een broodmagere oude man bracht ons langs verweerde stee-: nen trappen naar het logeergebouw, waar van de vensters door zware blinden waren afgedekt. Gowcr Ten, onze giimlachenuc gius. Midden in de ontvangzaal, waar aan een der dakbalken een Chineeschc lantaarn ccn flakkerend licht verspreidde, stond een jonge monnik, eigenlijk nog een kind. Naast hem stond een grijsaard met een rcusachtigen hoornen bril. Aangezien onze gids zich voor n jongen op den grond wierp, was het voor ons duidelijk, dat deze kanpo (abt) van liet klooster was. Met een zaclitmoedigeii glimlach beantwoordde hij onze buigingen cn bijna fluisterend sprak hij zijn woorden van begroeting. „Gij nioogt duizend jaar oud worden," ver taalde Govver Ten. „De Kanpo verwelkomt u en vraagt naar uw reisdoel." Wij gaven toen den door de Nepalischc Regeering verstrekte aanbevelingsbrief, een stuk geel papier, dat bijna een meter lang was en bedekt met ingewikkelde Indo-Chi- ncesche letters. liet werd lang en met aan dacht bestudeerd. „De zeer aanzienlijke hecren willen dus naar Lhasa?" Wij knikten bevestigend. „Dat zul niet gaan, want er is van den Djongpan (gouverneur) van het grensdistrict bericht binnengekomen, dat vreemdelingen moeten terugkeeren." De heer Macomb van den Britsch-Indi- schen geheimen dienst, die voor onofficieele, doch zeer belangrijke zaken naar Lhasa moest, protesteerde in groote opwinding. Doch de kinderlijke abt glimlachte slechts. „Er hecrscht burgeroorlog in het land", vertaalde Govver Ten. „De monniken van Bara hebben een bondgenootschap gesloten met de Chincesche honden en trekken met hun leenhecrcn naar Lhaza op. De Regee ring van den Dalai Lama kan niet instaan voor uw veiligheid." Er gingen uren voorbij met vruchtelooze onderhandelingen. Na een overvloediger! maaltijd, die door monniken van lagere orde werd opgediend, verklaarde de abt, dat wij ons maar ter ruste moesten begeven om nieuwe kracht te verkrijgen voor dc terug reis van morgen. Hij zou ons dan laten ver gezellen door een compagnie scherpschutters, opdat ons geen kwaad overkwam. Wij waren wild van teleurstelling. De heer Macomb smeekte en dreigde, beriep zich op machtige personen, op vriendschappelijk© relaties alles tevergeefs. De zachtmoedig glimlachende jongen blijft op zijn stuk staan. De heftigheid der blanke barbaren raakt hem niet. Is het zijn overtuiging, dat hij in honderden incarnaties duizenden jaren heeft beleefd, dat hij oeroud is, meer weet dan wij en niets heeft te vreezen? In elk geval is er aan zijn besluit niets meer te veranderen. Zoo weinig geeft hij om ons, dat zijn kinder lijke lippen onverstoorbaar de voornaamste gebedsformule van dit land blijven prevelen; „Om mani padme hum". ITARTIIUR ROBIN. Een Mougoolsch „paleis" in het binnenland van Tibet, spoedig opgeoouwd, spoeuig afgebroken, want de bevolking leidt er nog steeds een nomadenleven.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1932 | | pagina 13