AMERSFOORTSCH DAGBLAD Dinsdag 21 Februari 1933 31e Jaargang No. 201 TWEEDE BLAD TWEEDE KAMER BIJEEN ERNSTIG AUTO-ONGELUK MET DOCDELIJK GEVOLG UIT BE STAATSCOURANT „ONS BELANG" EN DE MUITERIJ IN INDIË Onze Postvliegers onderweg De roode Vulpenhouder -./tók Zitting van 20 Februari. De voorzitter deelt mede, dat dc regee ring voornemens is een witboek te doen verschijnen betreffende de gebeurtenissen in Indiè. De lieer K o r t e n li o r s t vraagt verlof de regeering te interpelleeren over de on- derhandclingen niet Duitschland, en de ver hooging der invoerrechten op groenten, I kaas en eieren. i Hierover zal nader worden beslist. Do V o o r z i 11 c r stelt voor dc interpel latie Albarda over dc Zeven Provinciën toe tc staan en deze te doen houden op een na der te bepalen dag. De heer Albarda stelt voor de inter pellatie tc houden na die van den heer Knottenbelt. Na eenig debat stelt spr. na der voor zijn interpellatie tc houden na de Surinaamsche begrooting. Dit voorstel wordt verworpen met 50 tegen 23 stemmen. I Voor stemmen de soc. democraten en de communisten. Het voorstel van den voorzitter wordt z.h.st. aangenomen. Dc Voorzitter acht de interpellatie de Visser over dc Zeven Provinciën, thans overbodig en stelt voor deze niet toe tc staan. Dc heer de Visser betoogt, dat zijn interpellatie de voorkeur had. Het voorstel van den voorzitter wordt aangenomen met 69 tegen 3 stemmen. (Flo- ris Vos en de communisten). Aan de ordo is de interpellatie-Knotten belt i.z. de kamerontbinding, en de ver houding tusschcn regeering en Kamer daardoor ontstaan. De heer Knottenbelt betoogt, dat er geen enkel symptoon is geweest, dat de Kamer in het algemeen dc reegering in haar bezuinigingsplannen niet heeft ge volgd. Zij had den minister van justitie kunnen laten vallen. Spr. betoogt dat dc oude Kamer nog be langrijk werk had kunnen doen. Verbijste rend is het dat de regeering ook het ont werp wecldcbelastingwet nog wenscht af tc doen. Spr. vraagt dc regeering of dc ver dere samenwerking met de Kamer niet wordt bemoeilijkt. De thans door de regee ring geschapen figuur is een staatsrechter lijke dwaling. De Minister van Binnenlandsche Zaken fcegt dat db economische omstandigheden hun stempel op dit kabinet hebben ge drukt Uit het votum der Kamer over de motie-Boon is dc regeering gebleken, dat ze niet steeds op de medewerking der Kamer kan rekenen. Vandaar spr.'s advies aan de Koningin. Dc omstandigheden eischcn dat de wetgever elk oogenblik paraat is en blijft. In het ontstane conflict mocht de regee ring niet toegeven. Spreker hoopt dat de Kamer zal medewerken aan cenige onder werpen welke in het algemeen landsbelang moeten worden afgehandeld. De heer Knottenbelt (lib.) repliceert. De heer Merchant (V.D.) is van oor deel dat de motiveering der ontbinding niet overeenkomt met de werkelijkheid. Alge meen is de overtuiging dat de teugels van het bewind niet in goede handen zijn. Spr acht vervanging van dit kabinet gewenscht. De heer Albarda (S.D.) zegt dat het ontbindingsbesluit, van alle zijdon bezien, een dwaasheid is. Het is in strijd met art. 73 der Grondwet. De heer Snoeck II enkemans (C.H wenscht de motiveering van het advies aan de Koningin niet te critiseeren, nu dit kabi net blijkbaar een parlementaire regeering mogelijk acht. De heer W ij n k o o p (comm.) betoogt dat 'dc ontbinding weer gericht is tegen de mas sa des volks. De regeering wil van haar verantwoordelijkheid voor het gebeurde met „De Zeven Provinciën" af. Spreker dient een motie van wantrouwen jegens dc regering in; zo wordt niet vol doende ondersteund. Dc heer Zandt (Staatk. Gcr.) komt op tegen elke coalitic-regcering. De heer Aalbcrsc (R.K.) betoogt dat dc regeering niet heeft gehandeld in strijd met art. 73 der Grondwet. Deze ontbinding der Kamer is wel geen gewone figuur doch door dc omstandigheden geoorloofd. Dc heer Bcumer (A.R.) is het hiermede eens. De M i n i st e r dupliceert. Dc regeering mocht niet den schijn wekken, voor moei lijkheden, het gezag betreffende, uit den weg te gaan. Na eenig vorder debat tusschen den heer Knottenbelt en den Minister werd de interpellatie gesloten. Baron J. P. van Heeckeren van Molecate uit Wassenaar het slachtoffer Moergestel, 20 Febr. Vanmiddag te omstreeks drie uur heeft op den Tilburg sclien Weg onder deze gemeente een ern stig auto-ongeluk plaats gehad. Een luxe auto, bestuurd door baron .1. P. van lleec keren van Molecate uit Wassenaar, ko mende uit do richting Tilburg, wilde een vrachtwagen van dc Herofabriekcn tc Bre da op dezen weg voorbijrijden. Waarschijn lijk is de luxe wagen geslipt, waardoor het achtergedeelte met het linkervoorwiel van de vrachtauto in aanraking kwam. Beide voertuigen maakten daarop een zwenking naar rechts en kwamen gedeeltelijk in een langs den weg loopende sloot terecht. De luxe wagen, een twoseatcr, geraakte be klemd tusschen de vrachtauto en een boom en werd geheel ingedrukt. Dc bestuurder was op slag dood. Dc chauffeur van de vrachtauto bleef ongedeerd. Om het slacht offer te bevrijden heeft men den boom, waarlegen de auto was opgebotst, moeten afzagen. Baron van Heeckeren van Molecate was inspecteur van dc Nederlandsche Zuivel Centrale. Hij was gehuwd. De vrachtauto werd ernstig beschadigd. Bij K. B. is aan den reserve ecrste-luite- nant E. J. Gratama van liet 13c regiment infanterie een eervol ontslag als zoodanig verleend uit den militairen dienst. Bij K. B. i9 benoemd tot reserve-paarden arts der tweede klasse de veearts R. Lunsche. I3ij Kon. Besluit is onderscheidenlijk tc rekenen van 5 en 11 Januari 1933 eervol ontslag verleend als adjunct-commies bij de Rijksverzekeringsbank aan Mevrouw M. C. Ticman—Fercken en Mevrouw C. W. E. van der HeijdenWijnsma de Boer; is toegekend de aan de Orde van Oranje- Nassau verbonden eere-medaille, in goud aan: G. Jarigsma, administialeur bij de Erven van Reede te Tiel en de bronzen me daille dier orde aan Chr. de Kleijn, letter zetter te Tiel en aan mej. Th. W. M. Busch, dienstbode bij baronesse van Oldeneel te Waal re. ONVERKOOPBARE GROENTEN. Men meldt uit Broek op Langendijk: De vorige weck zijn aan de veilingen in het Langendijker tuinbouwdistrict niet min der dan 100 spoorwegwagons kool van 10.000 k.g. aangevoerd, welke onverkoopbaar waren en als veevoeder zijn gebruikt, voor zoover ze niet door het Leger des Heils zijn afgenomen. ,.Voor deze daad kan geen verschooning zijn Wij lezen in het Alg. Militair Weekblad (het orgaan van Ons Belang): Dc schokkende gebeurtenissen welke bij onze Marine in Nedcrlandsch Indië plaats vonden en die zich ontwikkelden tot het voor ons land en volk dramatisch gebeuren op „Dc Zeven Provinciën", hebben, begrij pelijkerwijze, ook in onzen kring diepe ont roering gewekt. Een ontroering, dio zich uitte in verontwaardiging en onvoorwaar delijke afkeuring van een daad, vijandig tegen den Staat, tegen het wettig gezag. Een daad. ondenkbaar en onbestaanbaar voor den goeden cn eerlijken militair, die boven dien geheel vrijwillig dienst heeft genomen in de Weermacht - ad us als waker en verdediger voor dc eer cn veiligheid van het Vaderland. Maar in plaats van dien éérsten plicht, onder ailc omstandigheden, na tc komen, hebben de bij dit verbijste rend feit betrokken militairen niet ge schroomd dien inct voeten te treden, trouw ridderlijkheid cn krijgtucht over boord te werpen, do eer en het welzijn der Neder landschc Weermacht cn Natie in gevaar te brengen. Voor deze daad welke motieven daar voor ook mogen worden aangevoerd Is geen verschooning, kan geen verschooning zijn, dan mogelijk alleen bij hen, die volko men gespeend zijn van nationaliteitsgevoel en vaderlandsliefde. Men kan, om er politieke munt uit te slaan of om andere redenen van duisteren aard, deze daad trachten goed tc praten of te vergoelijken, voor ons, voor den goe den militair, kan het gebeurde niet anders zijn. dan een onduldbare plichtsverzaking, een militair onwaardig verzet tegen tucht cn orde, die het vertrouwen in onze weer macht ernstig schaadt, ons prestige, ons ge zag aantast en tot nog belangrijke schade voor ons Land cn Volk kan leiden in de toekomst. De groepen cn partijen die zich nu zoo zonder voorbehoud scharen aan dc zijde dier opstandelingen, moeten maar eens be denken hoe zij oordeelden cn handelden ten aanzien van verraders cn plichtsvcrzakcrs in eigen groep, in eigen partij. Hoe hard en wreed zijn de genootcn dan tegen die verraders on plichtsverzekers! Voor zulko partijleden kent men geen pardon. In Nederland schijnt een zeker volksdeel voor militaire plichtsvcrzakers en muiters gunstiger gestemd te zijn. Welke „aanleiding", „oorzaak" of „om standigheid" echter ook aangegrepen wordt, om deze mcnschcn zelfs tot helden cn mar telaars te verheffen, de daad blijft een daad van ontrouw en verraad, welke tot dc meest ernstige gevolgen voor land cn volk had kunnen leiden cn wij veroordeclen deze ten sterkste. Dc regeering kon, tot het bedwingen daar van, niet anders handelen dan zij heeft ge daan cn al betreuren wij diep dat er bloed heeft gevloeid, dat cr slachtoffers zijn ge vallen, wie zal ons zeggen hoe onnoemelijk groot het leed cn de ellende zouden zijn ge weest, als teruggedeinsd was voor een krachtig cn welbcwuust optreden tegen dc muiters? Het Iloofdbestur van Ons Belang lieeft dan ook onmiddellijk na het bekend worden der onderdrukking van dc muiterij op de „Zeven Provinciën", een wclgcmeenden ge- lukwensch gezonden aan den Minister van Defensie wetende daardoor tc handelen in den geest der organisatie van beroepsonder- officicren, die te allen tijde trouw aan hun plicht, trouw aan het vaandel, trouw aan het Vaderland, als hoogste militaire deug den hebben beschouwd en zullen blijven beschouwen, in voorspoed cn in tegenspoed. DE VERDEDIGING DER MUITERS. Dc heer Albarda heeft aan den Minister van Koloniën dc volgendo vragen gericht: 1. Is het mogelijk, dat de schepelingen van Dc Zeven Provinciën in de processen, die tegen hen zullen worden gevoerd, rechts kundigen bijstand ontvangen van ccn of meer van dc Regeering onafhankclijko ver dedigers? 2. Indien de eerste vraag, in verband met bestaande bepalingen, ontkennend moet worden beantwoord, wil dc Regeering dan bevorderen, dat ten spoedigste dc in die vraag bedoelde mogelijkheid worde gescha pen. „HET VOLK" EN DE MUITERIJ IN INDIE Dc lieer E. dc Lang, directeur van Het Vaderland, schrijft in de Mcdedcelingcn van Do Ned. Dagbladpers, Vcrccniging van uit gevers van dagbladen: Het is eigenlijk een geluk, dat do Arbei derspers geen lid meer is van onze Ver- eeniging, want wij zouden den heer v. d. Veen moeilijk meer in ons midden kunnen toelaten cn hem met het noodigo respect behandelen. De collega's zullen vermoede lijk in dc dagen na 4 Febr. de berichtgeving in dc Arbeiderspers hebben gevolgd en ik geloof wel, dat ik uit liet hart van velen hunner spreek, wanneer wij hier don gron- digen afkeer tc kennen geven over dc wij ze van redigeeren cn dirigeeren van dc Ar beiderspers in Nederland gedurende de laatste week. Dc Arbeiderspers cn de leiders van dc S.D.A.P. hebben hun mond immer vol over inktkoelies cn broodschrijvers, maar we hebben nu kennis kunnen nemen van een voorbeeld van koelieschap van do ergste giaad. De lieer v. d. Veen is dus verplicht op dergelijke wijze dc massa cn den lezers in het gevlij tc komen. In ieder geval, ik heb op mijn zetterij, bevolkt met vele roode vrienden, toch ook kunnen constatceren, dat er velen waren die eveneens voor den directeur van de Ar beiderspers maar weinig respect hadden. De leerschool voor de leiders van dc S.D. A.P. der toekomst, is niet bepaald verhef fend. Met een dergelijke pers kunnen moei lijk mannen van karakter worden gevormd. -3r zijn naar mijn mcening heel wat mcn schcn in Nederland de oogon opengegaan n bij dc a.s. verkiezingen zal de S.D.A.P. zulks wel aan den lijve voelen. Laten wij allen toch in onze bladen die erderfelijke methode van dc Arbeiderspers regelmatig signaleeren en aan dc Neder landsche groot-industrie toch telkens voor houden hoeveel kwaad zij sticht door ge bruik tc maken van de publiciteit van de Arbeiderspers. Wij weten allen veel te goed, dat de groot-industrie tlic pers nog niet eens noodig heeft ook; wil men de arbeiders klasse in Nederland bereiken, dan zijn er genoeg bladen met groote oplagen in bijna alle steden van ons land en in de provin cie is menig blad aan tc wijzen, dat een tienvoudige oplaag heeft van de kopbladen van Het Volk. NOODLOTTIGE VAL. Dronkeman nlt de tram gezet. Zondagavond zat in de Geldcreche tram, die uit de richting Gendringen kwam de Duitschcr W. C. De man, die zwaar be schonken was, maakte het den aanwezigen meisjes zoo lastig, dat de conducteur met behulp van den wagenbestuurder hem uit de tram heeft gezet. C. trachtte weer in de tram te komen, doch viel daarbij van dc treeplank en kwam met zijn hoofd op de straat terecht. Met zware hoofdwonden, een kaakfractuur en een hersenschudding werd hij opgeno men en per autobus naar het algemeen ziekenhuis te Doetinchem vervoerd. (Msb.) 16—2 16—2 17—2 18—2 19—2 Amsterdam Parijs Marseille Rome Athene Mersamatruh Cairo Rutbawells Bagdad Boeshir Diask Karachi Jodpoer Allahabad Calcutta Rangoon Rangkok Koh-Lak Modan Batavia Bandoeng Rilstvog. 502 18—2 19—2 17—2 17—2 Vertrek van het eerstvolgende post vliegtuig van Amsterdam 23 Februari. VROUWEN AANGERAND. Zwolle, 20 Febr. Zaterdagavond j.l. keerde de 21 jarige boerendienstbode van O. omstreeks half 10 terug van een bezoek te Zwolle, toen zij even buiten de stad op een eenzaam weggedeelte werd, aangerand door een onbekend gebleven manspersoon. Deze sleurde haar van haar rijwiel cn trachtte haar tc overrompelen. Hiorbij werden haar klecren door middel van een mes aan Har ren gesneden, terwijl zij verschillende bloe dende verwondingen bekwam. Door Dr. Schccrs uit Zwollo werden de wonden ge hecht. De marechaussee stelt een onder zoek in. Zaterdagavond heeft de marechaussee te Grave een 27-jarigcn zwerver gearresteerd, die verdacht wordt van aanranding van do 22-jarige gehuwde vrouw Van Houtem uit Mill. Vrijdagmiddag reed genoemde vrouw per fiets van Grave naar haar woonplaats, liven voorbij het dorpje Langcnboom sloeg zij het fietspad in, dat door dc heide naar Mill leidt Langs dit fietspad bevinden zich dichte dennenbosschcn. Opeens werd zij door een man, die uit bet bosch naar vo ren sprong, van haar fiets getrokken en in bet bosch gesleurd. Zij schreeuwde luid keels om hulp; het individu bracht haar ecnigo slagen toe en randde haar aan. Hierna nam hij de vlucht. Dc vrouw deed van het gebeurde onmiddellijk aangifto bij do marechaussee tc Grave. Deze stelde een onderzoek in, dat tot arrestatie van den zwerver leidde. Hij is met de vrouw ge confronteerd. Zij heeft hern pertinent als den aanrander herkend. Do man is opge sloten en zal ter beschikking van den of ficier van justitie te 's-IIcrtogcnbosch wor den gesteld. COMMUNISTISCHE KAMER- CANDEDATEN. Men 6chrijft aan „Ancta-Holland": Het Partijbestuur van de Communisti sche Partij Holland heeft besloten bij dc a.s. Tweede Kamerverkiezingen uit te ko men met een lij6t, waarop om de beurt Ne derlanders en Indonesiërs voorkomen, in verband met dc gebeurtenissen in Indone sië. De Indonesische candidaten op deze lijst, waarvan de heer L. L. H. de Visser lijst aanvoerder is, zijn de volgende: Alimin Prawiradirdja, Sardjono (voorzitter van de Partai Komraunie Indonesia), Rocstam Ef- fendi, Boedisoetjitro (secretaris van de Par tai Kommuni8 Indonsesia), Moesso. Van bovengenoemde candidaten zijn de tweede en vierde candidaten op dit mo ment geinterneerd in het Digoelkamp in Nicuw-Guinea. Rond to speuren naar hetgeen onze buur man doet is con kleinmoedig ontwijken van ons eigen werk. Geautoriseerde vertaling naar 't Engelsch van Molly Thynne, door A. W. v. E.—v. R. 20 „Hebt u gehoord, dat ze onzen vriend, den landlooper, die dien avond op dc boer derij was, gepakt hebben?" zei hij. „De po litie schijnt er eens een keer vlug bij te zijn geweest." „Hebben ze iels uit hem gekregen?" „Ik weet het niet. Behalve de oude Gun net houden zij allen hun mond dicht. Dc kerel kan in elk geval niet weg. Letterlijk aan het been geblokkeerd in het zieken huis te Whitbury. Hij werd door een idioten jongen ezel op een motorfiets aangereden en heeft zijn enkel gebroken. Ik hoorde, dat hij dien avond op de boerderij was bij wilde er slapen. Iets schijnt hem op het laatste sogenbLk tc hebben afgeschrikt. Misschien de komst van do politie. Als hij de dader blijkt te zijn, is Leslie uit den brand!" Leslie's procureur komt vandaag en ik ga hem afhalen. Het zal hem toch worden toegestaan Leslie te spreken, als hij dat Wenscht?" Dat denk ik wel. Kan ik van dienst zijn? Ik moet van hier naar Whitbury, en kan er u in ongeveer een half uur bren gen." Fayre nam bet aanbod aan, blij met de kans, don man 1e spreken, die zeker het meest van dc bewoners in den omtrek af wist. Gregg had bij het verhoor geen bij zonder gunstigon indruk op hem gemaakt, en hij had niet veel met hem op. Als ge tuige was hij vrij knorrig geweest; heden was hij praatziek, ongetwijfeld, omdat hij zich aangenaam poogde voor te doen, en toch scheen hij weinig op zijn gemak. Fay re wi3t, dat hij den naam had, een goed dokter te zijn, hoewel hij wat ruw was. Toen hij in de hall zijn hoed en jas zocht, voegde lord Staveley zich bij hem en bevestigde zijn meening omtrent den dokter. „Een knappo kerel, die Gregg," zei hij, „om jc de waarheid te zeggen, ben ik blij, dat ik hem bij dc hand heb als Sybil hier is. Het is altijd ecnigszins een verantwoor delijkheid, en ik denk wel eens, dat Kean ons zou vermoorden, als haar wat over kwam. Verbaz;nd, zooals die man in haar opgaat. Ik had het nooit van hem gedacht. Mijn vrouw is zoowat de eenige, wie hij haar toevertrouwt. Goddank kunnen we op Gregg aan." „Een rare kerel," zei Fayre nadenkend. ,.Een soort ruwe diamant, is het niet?" Lord Staveley lachte. Het heeft er veel van weg. Hij kon in het begin niet erg opschieten met do dames hier in do buurt. Maar de oude dokter in Whitbury is zoo'n sukkel, dat zij er wel toe gedwongen waren en nu zweren ze bij hem. Hij is een self-made man. Zoon van een veearts in het noorden, zegt men." Terwijl hij sprak, verscheen Gregg boven aan do trap, en spoedig waren hij en Fayre op weg naar het station. „liet ziet or leelijk uit voor Leslie, als het blijkt, dat ze toch niet den rechten rnan gepakt hebben," zei Gregg onver wacht. „Ik ontmoette lady Cynthia boven en zij zag er nogil gedrukt uit. Het doet mijn patiënte ook geen goed." „U bent toch niet bang voor haar?" viel Fayre snel in „Het is niet erger met haar, als u dat bedoelt, maar zij kan niet tegen verdriet. Ik zou het beter voor haar vinden, als zij hier vandaan was. Als ik mijn zin had. zou zij nu in Londen in haar bed' liggen." „Wat denkt u van Leslie's kansen?" „Die staan slecht. U en ik weten, dat hij er niet de man naar is, zooiets te doen, maar de schijn is sterk tegen hem. Het hangt er van af, wat voor oude wijven er in de jury zitten, als het zoo ver komt. Ik hoop van niet, nu ze dien landlooper heb ben." „Het motief ontbreekt. Wat mij persoon lijk aanbaat, geloof ik niet, dat hij mrs. Draycott ooit in zijn leven gezien had vóór dien avond. U was daar immers? Welken indruk maakte hij op u?" „Hij sprak de waarheid. Hij gedroeg zich precies als u en ik ons onder die omstan- heden gedragen zouden hebben. Het is vreeselijk, het lijk van een vreemde vrouw in jc zitkamer te vinden. Over het geheel gedroeg hij zich kranig." „Ik wou, dat ze een spoor konden vin den, waaruit viel op tc maken, waarom mrs. Draycott naar de boerderij ging. Ik geloof, dat de oplossing van de heele ver- vvenschte zaak daarin ligt." Het is een geheimzinnige geschiedenis. Hoewel, naar wat ik van de dame gehoord heb, is dat nog niet het vreemdste van alle vreemde dingen, waarin zijn gemoeid was" zei Gregg droogjes. „Is er al weer kwaad gesproken? Dat konden ze zeker niet laten. Ze hadden het arme schepsel maar liever in vrede moeten laten rusten." „Als u hier woonde, zoudt u weten, dat dat het laatste zou zijn, wat ze zouden doen. Als het waar is, wat zij zeggen, was er niets aan verloren." Fayre werd getroffen door de bitter heid in Gregg's stem. „U hebt haar nooit ontmoet, wel?" vroeg hij. „Ik heb verscheidene bezoeken op Sta veley afgelegd, terwijl zij er was, maar ik heb haar nooit ontmoet. Volgens het alge- mcene oordeel was zij ccn echte kletstan- te." Gregg's toon was ruw en Fayre voelde zijn instinctieve afkeer van den man toe nemen. „Ik heb dat soort vrouwen een of twee keer in mijn leven ontmoet, en ik laak den man niet, die haar doodde," ging Gregg voort. „Zij verdiende het waarschijn lijk ten volle!" „Nu, de arme vrouw is dood, en onge lukkig heeft zij haar geheim, wat het ook was, mee in het graf genomen," antwoord de Fayre op een toon die duidelijk te kennen gaf, dat hij een eind aan het ge sprek wilde maken. Maar Gregg was niet zoo gemakkelijk tot zwijgen te brengen. „Heel gevoelig gaf hij met een spotlachje ten antwoord, „maar noch juist, noch lo gisch. Het is hard, maar waar, dat de da den van slechte menschen nog na hun dood invloed hebben, en ik geloof zelf niet aan bet louteringsproces. De wereld is gebaat bij haar dood, waarom zou ik het dan niet zeggen?" „Dat is kras gezegd van een vrouw, die, op zijn ergst uitgedrukt, harteloos en be rekenend was, cn, in aanmerking genomen, dat ik haar slechts oppervlakkig, en u haar heelemaal niet kende, kunnen wij er ons niet over uitlaten." herinnerde Fayre hem. In weerwil van zich zelf stelde hij toch belang in het gezichtspunt van een man, dio zich zoo opwond over een vrouw, die hem toch vreemd was. Zijn eerste gedachte was geweest het onderwerp te laten rus ten, maar nu merkte hij, dat hij den dok ter verlangde uit te hooren. ,Mijn ondervinding is, dat het de dom- rncn en bcgcerigen zijn, die werkelijk kwaad doen in deze wereld, niet de slech ten. De slechte man werkt met een doel, cn heeft hij dat eenmaal bereikt, dan laat hij gewoonlijk zijn mcdemensch met rust. De domme man sukkelt op zijn stuntelige ma nier voort cn laat overal een spoor van onheil achter." „Brandmerkt u mrs. Draycott als een domme vrouw?" Fayre was zelf getroffen geweest door de intense domheid, die onder de opper vlakkige kennis van mrs. Draycott verbor gen had gelegen, en hij was verbaasd over dc juistheid, waarmee Gregg haar beoor deelde. „Naar ik van haar gehoord heb, behoor de zij tot het gevoellooze, ziellooze type en was zij een geboren intrigante. Maar misschien heb ik ongelijk. Ik ga af op wat ik gehoord heb, ziet u." pYordt, .tejyolMÖ j

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1933 | | pagina 5