SKF
DE 100e HOLLAND-INDIE VLUCHT
ARTIF0RT
FAUTEUILS
De Wereldberoemde
Kogel-dubbel kogel-Rollagers
Fa. G. A. BEENHAKKER
Vertegenw. S K F voor Amersfoort.
alleenverkoop
Firma J. W. van ACHTERBERGH
meubileering-westsingel 10-13
BOVEN BRITSCH-INDIE
VARIA UIT DE VOGELWERELD
voor alle automobielmerken
en motorrijwielen zijn
uit VOORRAAD LEVERBAAR door
St. Jorisstraat 4, Telef. 1667
10 JAAR
GARANTIE
Een wereld op zichzelf.
Boven de Gangesdelta
Dit is zelfs voor de vliegmachine, met een
snelheid van 200 K.M. per uur, de oneindig
heid. Uren en uren lang vliegen we boven
liet B.-Indische land, een wereld op zich
zelf.
Reeds dadelijk van het eerste oogenblik,
dat we boven Indischen bodem vlogen,
Jroeg het land een eigen karakter. Droog,
dor en grauw leek het van boven gezien en
an een hoogte van 3000 M. zou men het
lijna voor een woestijn hebben gehouden,
ia dezen wintertijd, indien men, bij scherp
oezien, niet overal de verzamelingen van
hutten, gehuchten, dorpen en steden had ge-
den, die als het ware legen de Moeder-
\arde zijn aangeplakt.
In Karachi waren we in 25 minuten klaar
met tanken. Men beschikt er over een dub-
jcle installatie, die in een kwartier een
500 L. kan overpompen. Bovendien zat de
ïansche machine ons op do hielen en om
lie straks niet te laten wachten, werden wij
met den grootsten spoed geëxpedieerd. An-
Icrs, zoo hoorden we, kan men er wel eens
ien kwartiertje langer over doen.
We vlogen over het rechtstreeks onder
Britsche heerschappij staande Sindh en
ruisten bij Hyderabad do geweldige Indus.
Recht onder ons lag de groote spoorbrug
over de rivier met haar zes overspanningen,
die naar de groote stad voeren. Als we een
tijdje laag vliegen zien we heele kameelen
troepen, veel vee, zooals we dat ook in Deli
kennen, hier en daar veel struiken, bruinge
brand en doodsch op de leege vlakte. Maal
ais het voorjaar komt, dan moet het er hier
heel anders uitzien.
Jodhpur het Oosten der Oudheid.
Om 5 uur daalden we in Jodhpur, de
hoofdstad van den vazalstaat Marwar.
Reeds uit de lucht ziet het aerodroom er
verzorgd en goed onderhouden uit. Er staat
een spiksplinternieuwe hangar en een
sportvliegtuig is er bezig te oefenen, door
herhaaldelijk te landen en op te stijgen. We
hébben pech, want later in het frissche en
comfortabele State Hotel, hooren we toeval
lig, dat het de Maharadja zelf was, die daar
zijn liefhebberij in de luchtvaart toonde. Dat
we die gelegenheid tot ontmoeting met een
Indischen Maharadja gemist hebben, zullen
we niet gauw vergeten. Te meer waar wc
hooren, dat hij gaarne vreemdelingen ont
moet. Te meer nog, nadat, we, hoe opper
vlakkig dan ook, met dezen Inlandschen
Staat hebben kennis gemaakt.
Een auto brengt ons spoedig naar de stad,
de nieuwe villaparkwijken, waar men
overal aan het bouwen is, cn de oude stad,
een sprookje uit het Oosten, goed verzorgd,
schilderachtig, kunstzinnig aangelegd en
vol van leven. De stad ligt amphitheaterge-
v.ijs aan weerszijden van de Loeni; de
poorten in de stadsmuren worden des
avonds om 9 uur afgesloten. In het hotel
later hoorden we het avondschot vallen
hel oude Indische „poekoel boem". Op de
hooge rotsen in de nabijheid der stad ligt
het fort en daarnaast het palcis van den
Maharadja, het oude dan, want nabij het
vliegveld is men bezig een nieuw paleis te
bouwen, een gebouw van een onwaar
schijnlijk aantal millioenen roepies, waar
mee een Engelsch architect belast is, met
wien we naderhand kennis maken, omdat
onze Engelsche medepassagier een bloedver
want van hem is. Hij bouwt ook de vele
villa's die overal verrijzen, bouwde ook dit
uitnemende hotel, waarvan we de inrich
ting, de 1ste klasse bouwmaterialen, het
prachtige djatibout. bewonderen.
We maken een mooien rit naar de over
blijfselen van de bijna 600 jaren geleden
verlaten oude hoofdstad Mandore. Onderweg
bewonderen we de uitstekende asfaltwegen,
de kranige politie, de goede regeling van
bet verkeer. Daar hcerscht inderdaad orde.
Marwar of Jodhpur is een absolute mo
narchie, de Maharadja beschikt over leven
en dood van zijn onderdanen
We hebben in Indie geen beter land ge
zien dan dit De bewoners zien er welvaren
der, krachtiger uit dan elders.
Een Oostersch sprookje.
De oude hoofdstad, of het weinige dat er
van overgebleven is, is een sprookje uit de
Öuizend-en-een-Nacht. We rijden binnen in
een koninklijken tuin, waar een lentegeur
hangt van de duizenden welriekende bloe-
toensoorten, die overal in perken en boar
ders geplant zijn. We gaan, langs een koste
lijk waterwerk van marmer en albast, over
forsche natuurstcenen trappen, naar een
hooger gelegen plateau, vanwaar we een
overweldigenden blik hebben op een prach
tig waterreservoir tusschcn de heuvelen.
Betooverend is het zooals de purperen zon
ondergaat over dit prachtig tooncel. De
kleuren, de omgeving, dc planten, do hoo
rnen, het is alles in harmonie met elkaar
en deze bouwwerken van zes ecuwen geleden
doen in hun opzet en arwerking niet on
der voor het beste van dien tijd uit het
Westen. Vooral de overvloed van bloemen,
waaronder tal van Europeesche, en hun
geurig welkom, maakt een overweldigenden
indruk.
Op den terugweg nemen we nog een
kijkje in-den hij het park behoorenden die
rentuin, zoo zorgvuldig onderhouden als in
dc beste Europeesche „Zoo". Alles even
solide gebouwd van baksteen cn rooden
natuursteen, die blijkbaar in de omgeving
wordt gedolven, want we zien karaeelen die
de steenen aanvoeren, in zware lasten.
De Maharadja is een absoluut monarch,
een Oostersch despoot, maar blijkbaar een
moderne en verlichte, die het zich tot
levenstaak liceft gesteld zijn land cn volk
vooruit te brengen. Opvallend is het be
houd van het trotsche oude, naast liet
goede dat de nieuwe tijd ons gebracht heeft.
Of het waar is weten we niet, maar wc
hooren, dat deze Maharadja zoo niet dc
rijkste dan toch een der rijkste vorsten van
het Oosten is, rijker dan Morgan of welke
Amerikaansche geldvorst ook. Men zegt dat
hij den rijkdom van zijn eigen fortuin niet
ken. In zijn schatkamers moeten kisten vol
juweelen, brillanten en de kostbaarste stee
nen opgestapeld liggen. Hij heeft twee jaren
geleden een Britsch juwelier geengageerd
om zijn schatten te catalogiseeren. Deze vak
man moet nog wel twee jaar noodig hebben
voor dit werk....
Blijkbaar besteedt de Maharadja zijn rijk
dom goed. En ook zijn volk moet het goed
gaan; opvallend is de hoeveelheid goud, die
de vrouwen op straat dragen.
De bevolking moet 25 millioen zielen tel
len, zij verbouwt in hoofdzaak tarwe cn
katoen .terwijl bovendien de veeteelt belang
rijk is. Er worden uitstekendo paarden
gefokt, die evenals de runderen uitgevoerd
worden, naast zout, katoen en andere land
bouwproducten.
Des avonds komt, in het hotel, de Staats
minister van den vorst, voor zoover wij
begrijpen de \izieivde bemanning van de
„Kwartel" even begroeten. Een alleraar
digste verschijning, intelligent gezicht, die
ons vertelt, dat de Maharadja 3 toestellen
bezit cn dat binnenkort 2 dubbelmotorigc
machines voor hem uitkomen.
liet doet goed te zien hoe onze bemanning
daar welkom is, hoe gemoedelijk de omgang
met. hen is. Voordat het nieuwe hotel
een staatshotel gereed was, logeerden zij
in een der tot het paleis behoorende villa's,
waarbij o.a. een schitterend zwembad be
hoorde op de ruime binnenplaats.
We genieten van den nacht in een goed
hotel, een prachtige ruime kamer, uitste
kende badkamer met overvloed van koud
en warm water, een goeden maaltijd, een
glas Fransche wijn, die er zijn mag.
Naar Allahabad.
Maar alle lofzangen nemen een eind. En
den volgenden ochtend om 5 uur verlaten
we alweer dat heerlijke bed, om. tegen zons
opgang op het vliegveld te zijn.
De „Kwartel" staat alweer klaar. Met
een enkele patroon wordt elk der 3 motoren
aangeslagen, en na een kwartier loopen ze
weer als gesmeerd. Wat ze dan natuurlijk
ook zijn.
Onze mecanicien is, na die vlucht door
de stormregéns, tot 2 uur 's nachts bezig
geweest om alles weer in orde te brengen.
Want blijkbaar zijn ook deze motoren, hoe
uitnemend ook, nog niet „rainproof." Tij
dens dien regen is toch door het aanzuigen
van water het toerental der motoren, naar
we hooren, belangrijk teruggeloopen En
na aankomst bleek, dat een groot aantal
cylinders vrij slecht of heelcmaal niet
werkte, omdat de electrische draden van
de bougies doornat zijn geworden en ver
vangen moesten worden. En dat terwijl,
volgens het algemeen oordeel, deze Wasp-
motoren reeds een enorme verbetering op
bun voorgangers beteekenen, die minder
goed beschut waren tegen regen.
Van al zulke ervaringen gaat direct oen
rapport naar dc K.L.M. in Holland, terwijl
bovendien de gezagvoerder, na aankomst te
Bandoeng, al zijn wederwaardigheden tele
fonisch doorgeeft. Als het dan mogelijk is,
wordt met deze ervaringen reeds bij het
volgende van Schiphol vertrekkende vlieg
tuig, rekening gehouden.
Inmiddels zijn we natuurlijk al lang op
gestegen na een week vliegen let men
daar te nauwernood nog op, zoomin als men
trouwens bij trein of tram op het vertrek
lacht geeft en genieten we \an een groot-
schen tropièclien zonsopgang, van violet,
purper, goud en tuimelende afwisseling,
terwijl dc hooge luchtlagen ons zooveel
koelte brengen dat wc nog steeds in Euro
peesche klecding reizen.
We zien onder ons wat moor groene plek
ken, vooral ook meer boomen, maar nor
gens aaneengesloten, alles afzonderlijk en
omgeven door doornhagen, we zien nog
steeds die wijde Indische vlakte, hoogstens
hier cn daar door een heuvel afgewisseld.
Bij Allahabad ontmoeten we de Ganges
bij dc samenvloeiing met dc Jumna, twee
machtige walerstroomen, die zelfs in dezen
drogen tijd nog het gcheele landschap be
hcerschcn. Uit de lucht tellen wc de
groote brug over de Jumna, met haar 9 over
spanningen cn daarnaast die over de Gnn
ges, die niet minder dan 38 overspanningen
telt. Er staat maar weinig water in het
rivierbed, het grootste deel wordt nu inge
nomen door uitgestrekte zandbanken, maar
men kan er zich een voorstelling van maken
wat deze rivier in den regentijd moet zijn.
De zandbanken lijken nu reusachtige groote
bladeren van zand. waarin wc dc hoofd cn
zijnerven tot in dc fijnste vertakkingen
kunnen volgen.
Calcutta.
Na 25 minuten tanken zitten wc al.veer
in de lucht, op weg naar Calcutta. We vlie
gen over de Ganges, snijden herhaaldelijk
groote bochten af tot Mirzapur, waar we
nog eenmaal dc rivier passeeren, zij het
op 2500 M. hoogte en haar dan links laten
liggen tot wij bij liet afscheid van Vcor-
Indic, in dc geweldige Ganges-delta, weer
een deel van haar water zeewaarts te zien
stroomen.
We vliegen in wijden boog langs liet hei
lige Benares, langs Bankipore en Bhagal-
pur, om maar steeds weer onder ons t.
houden die wijde Indische vlakte, het ge
weldige Indische land, waarin men vijf, zes
dagen per trein kan reizen, zonder ophou
den, cn waarover zelfs dc moderne lucht
wegen, de vliegmachine, tientallen van
uren, voortrijdt.
Als wc Calcutta naderen, zien we eerst de
Hooghly, een der geweldige wateraders die-
tot het delta-complex van de heilige Ganges
behooren. We zien tientallen Occaanstoo-
mers op do rivier gelegen en daartusschcn
tallooze kleinere schepen voor het binnen-
landverkecr. Nabij dc rivier zien we een
uitgestrekt spoorwegstation, dan een smalle
strook vlakte en dan komt dc geweldige
huizenmassa vail Calcutta, eindeloos bijna
oprijzend uit de aarde, vijf, zes verdiej in-
gen hoog, met lagere voorsteden. Tusschcn
dc haven en de stad zien wij bij het. dalen
Calcutta's trots, de Maidan (de Espianade.
zouden we zeggen, de vlakte, waarmee ook
de naam van onze goede stad Mcdan ver
want is), wc zien dc racebaan en het flitst
ons door het hoofd, dat hier de befaamde
Calcutta Sweep verreden wordt, een paleis,
dat ongetwijfeld van den onderkoning moet
zijn, monumenten, kerken, kathedralen en
daartusschcn, nu we lager zijn gekomen,
het beweeg van menschcn en voertuigen,
tennis- en hockey-vcldcn, waarop men druk
aan liet spelen is. Dan dalen we, naar onzen
smaak wat laag over die huizenzee, op het
vliegveld, dat volgens de piloten goed en
gunstig gelegen is, maar waarvan we tcch
een indruk krijgen van opgesloten te zijn
tusschen boomen en huizen, met een kiein
meertje in dc onmiddellijke nabijheid.
We worden ondergebracht in een bunga
low, vrij dicht bij liet vliegveld en dan vin
den we daar een vriendelijk geleider, die
ons, passagiers, in zijn auto plotseling uit
de hooge lucht neerzet in liet daverend ge
woel van een tropische millioenenstad.
Tsjongc, jonge, dan was het daar boven in
de lucht toch wel wat minder druk; hier
houdt men zijn hart vast, dat. men elk
oogenblik door een andere auto geramd
kan worden. Men kan zich voorstellen, dat
vliegers een beetje angstig worden in
het drukke stadsverkeer.
Welk een geweldig verkeer in deze
hoofdstad van Bengalen!
Maar ook: wat een wanorde!
Vrijwel elke regeling ontbreekt en dc In-
landschc verkeerspolitie laat alles hoofd
zakelijk aan het publiek over. Zoodat we
in onze auto worden opgehouden door mid-
deleeuwscho ossekarren, door zware met
jute hoogbeladen vrachtauto's, die met hun
geweldigen omvang niet kunnen opschie
ten tusschcn de andere vehikels cn de dui
zenden voetgangers.
Ondertussche'n vertelt onze gids ons dat
Calcutta thans bijna 3 millioen inwoners
telt, waarvan 5000 Europeanen, hij wijst ons
de verschillende gedenkwaardige gebouwen
cn de monumenten van Warren Hastings,
van Wellington, Outram, Peel, het. Victoria
Memorial, dat een museum van oudheden
moet zijn.
We rijden eerst door de Inlandsche wij
ken, dan door de handelsbuurt, een in
drukwekkende city met tal van nieuwe,
groote gebouwen, waarin dat van de Ge
neral Electric Co. en van de belangrijk
ste courant van Indië, „The Statesman", de
mooiste zijn. Forsche, moderne gebouwen
zijn van beton en staal, doch in goede zui
vere lijnen opgetrokken.
Calcutta is het centrum der jute-indus-
trio, het telt tientallen en nog eens tien
tallen geweldige spinnerijen waar de jute
verwerkt wordt, naast tal van andere groo
te ülaalselijke industrieën.
Wc rijden door dc woonwijk der Euro
peanen, de „residential quarters", die met
uitzondering van enkele nieuwere woon
huizen, weinig opvallend zijn cn geen bij
zonderen indruk maken. Alle huizen zijn
verscholen in dicht groen achter hooge
muren, waarbinnen het bij dc temperatu
ren van Mei cn Juni, die tot over 40° C.
gaan, nice erg aangenaam kan zijn.
Trouwens de hccle stad maakt een slor-
digen en onverzorgden indruk, vuil en
slecht onderhouden. Onze zegsman wijt dit
aan dc zegeningen van het bestuur der In
dische nationalisten Sen Gupta. Das en
consorten, die hij du politic incluis als een
corrupte kliek kenschetst. Hij geeft ous
staaltjes, die hij persoonlijk heeft meege
maakt, die inderdaad kras zijn. maar voor
de rest kunnen we dc zaak niet beoor-
deelcn.
Waar hij opdracht heeft om enkele :n-
koopen te doen, bezoeken wc met hem de
centrale passars, die een uilen, onliygiëni-
schcn indruk maken. Oude gebouwen,
slecht, onderhouden, vervuild cn hoogst
brandgevaarlijk. Passars con millioenen
stad in dezen tijd onwaardig.
Wel goed heeft, men gezorgd voor open
vlakten cn speelgrondcn cn parken in de
stad, waar nu togen liet vallen van den
avond duizenden cn nog eens duizenden
uitrusten en verkwikking komen zoeken.
Want sedert gisteren is het nu ook warm
geworden. Wel zegt onze geleider dat het
voor Calcutta koel is, hetgeen wc dadelijk
aannemen, maar voor ons Europeanen,
die een week nog geleden in de vorst woon
den, is het al knapjes warm geworden.
We zien nog het paleis van den onderko
ning, van den gouverneur van Bengalen, de
Maidan, enz. dan moeten we weer terug
naar ons logies dichterbij het vliegveld ge
legen, vanwaar wo den volgenden mor
gen moeten starten. Het is er buiten dc
stad stellig koeler, men doet er al zijn best
om er ons zoo aangenaam mogelijk te zijn,
het heeft de huiselijke sfeer van een
resthousc maar toch gclooven we, dat de
K.L.M. zijn reizigers beter in een hotel in
de stad zou kunnen onderbrengen. Men
wil op zijn reis ook nog wel eens iets van
een Oostersche millioenenstad als Calcutta
bij avond zien.
Des avonds krijgen we over dc politiek te
hooren. Over Gandhi die afgedaan heeft,
naar onze zegsman verzekert, over mrs.
Besant, miss Slade, e.a., die uit den aard
der zaak niet in de gunst staan, maar van
wie ook klakkeloos hoogst onaangename
dingen verteld worden, die men niet even
klakkeloos kan aannemen of zelfs maar
oververtellen. Miss Mayo, haar boeken en
haar arbeid komen ter sprake cn we be
merken wel, dat de Europeesche wereld van
Calcutta pal achter haar oordcel en vonnis
slaat.
Dan slapen we den slaap des vermoeiden
reizigers
J. J. VAN DEB LAAN.
Troepenformatie In het win*
terseizoen.
De bekende natuuronderzoeker Gilbert
White (17201793) maakte aanteekeningen
over de troepen-vorming in Januari bij
verschillende vogelsoorten, naar volgorde
hunner waarneming: Leeuweriken, Snecuw-
gorzen en Vinken. Als even karakteristiek
voor het seizoen zouden daarbij óók ge
noemd kunnen worden zooals „Nature"
in het nummer van 14 Januari 1.1. schrijft
Kramsvogels, Koperwieken en Groote (of
Mistel-)Lijsters. De troepen-vorming toch
door de individuen eener soort buiten het
broedseizoen is een algemeen verschijnsel.
Van al deze aaneensluitingen nu stelde Gil
bert White in die van den Vink liet meeste
belang, in de eerste plaats omdat de groote
zwermen, die hij zag, uit veel meer vogels
bestonden dan in één gebied in casu dat
zijner omgeving werden uitgebroed, cn
in de tweede plaats omdat de zwermen na
genoeg alléén uit wijfjes schenen te be
staan. Wat dit laatste belreft, zegt dc schrij
ver in bovengenoemd tijdschrift, was W.,
tot op zekere hoogte, op een dwaalspoor
geraakt door Linnaeus, die, in dc mcening
verkcercnde, dat vóór den winter alle wijf
jes. met achterlating der mannetjes
door Holland naar Italië trokken, aan
de soort den naam Fringilla coelebs gaf
(cocbels ongepaard).
Nu hebben Vinken inderdaad de neiging
troepen te vormen, waarin één sexe over-
heerscht. maar gelijkelijk gemengde zwer
men komen vrij algemeen voor. Wat het
buitengewone aantal wijfjes in den' winter-
zwermon aangaat, dit is 1c verklaren bier-
uit. dat zich bij de in Engeland uitgebroe
de Vinken die niet schijnen weg te trek
ken immigranten uit Noord- cn Cen-
traal-Europa, die ongeveer van November
af tot Mei in Engeland blijven, voegen, cn
doortrekkers, gedurende hun reis naar- en
terugkeer uit Zuidwest-Europa, zich tijde
lijk in Groot-Britannië ophouden.
Gunstige gevolgen van be
scherming.
Ilct verslag over een uitgebreid onder
zoek naar den st-md van den Fuut in En
geland, waaraan 1300 personen hebben me
degewerkt, bevat om. de volgende bijzon
derheden.
In 1860, na een periode waarin er talloos
velen ter wille van hun veeren waren afge
maakt, bleven er slechts ongeveer 40 paren
in Engeland over. Een voortdurende en
langzamerhand sncllo toeneming bracht 't
aantal in 1931 op ongeveer 1155 broedende
paren en een totale populatie van om
streeks 2650 volwassen vogels. In het alge
meen verliep do verspreiding van Oost
naar West. Ongetwijfeld hebben do „Wild
Birds Protection Acts" van 1S80 cn vroe
ger hiertoe krachtig medegewerkt, terwijl
dc toeneming ook hier en daar op het Vas
teland op een ver verspreiden invloed
duidt, .mede bevorderd door eveneens toe
genomen wettelijke bescherming in vel
schillende landen.
Het resultaat van een nauwkeurig onder
zoek aangaande do sterfle-factorcn wijst
er op, dat de gewoonte der Futen om bij
liet verlaten van het nest hun eieren to
bedekken en hun jongen op den rug met
zich medo te voeren, verworven eigen
schappen zijn, die hun vernietiging door
eier-roovende vogels en door snoeken in
belangrijke rnalc verminderen.
Correspondentie.
Als aanvalling van mijn „Varia" van
Januari j.l. zij hier vermeld, dat do heer
C. Dosplanque, te Utrecht, zoo vriendelijk
was mij mede te deden, dat hij op 4 April
1932, bij het Groote Waschmeer een Ibis
heeft waargenomen. De vogel verwijderde
zich in Oostelijke richting. Wellicht is dit
een der voorwerpen geweest, die in Octo
ber 1.1. bij Neerasselt zijn geschoten.
A. A. VAN PELT LECHNER
Arnhem, April 1933.
Zeebad „Vlissingen".
Dc Vereeniging tot Bevordering van het
Vreemdelingenverkeer te Vlissingen heeft
een gids „Zeehad Vlissingen" het licht doen
zien, die de aandacht vestigt op deze zeer
gunstig gelegen badplaats. Een beknopte be
schrijving is in dc moderne talen opgeno
men, evenals enkele aardige, goed verzorg
de foto's van deze bekende Zceuwsdie stad.
Een lijst van bezienswaardigheden geeft
verdere gewenschte voorlichting aan ben,
die van plan zijn de vacantia in eigen land
door te brengen of als vreemdeling naar
Nederland te komen.
Ook typografisch maakt het boekje een
goeden indruk.
Pensionglds voor Putten.
De Vereeniging voor Vreemdelingenver
keer „Plaatselijk Belang" te Putten heeft
een keurigen pènsiongids uitgegeven. Hier
in wordt de aandacht gevraagd voor dit na
tuurrijke Veluwsche dorp, dat voor hen, «tie
van hun vacantie willen genieten, veel aan
trekkelijks lieeft.
De nieuwe uitgave wijst op heerlijke
hoschwandelingcn en verschillende andere
ontspanningen, die geboden worden. Zooals
in dergelijke gidsen gebruikelijk is, worden
ook hier dc diensten van veelzijdigen aard
opgesomd, welke dorpsgenooten en vreem
delingen ter beschikking staan.
Het April-nummer van „Artsilk"*
Van de N.V. Artsilk te Breda ontvingen
wij liet April-nummer van „Artsilk", het
maandblad voor de vrouw. Dc uitgave opent
met een aardige, origineele Paasch-wensch
in woord en beeld. Verder bevat zij een
verhaal uit den tijd van den dwazen bol-
lenhandel: „De tulp Rozenrood", geschreven
door den heer Jacob van Bergen.
Naast enkele andere aantrekkelijke ru
brieken is de verdere inhoud gewijd aan de
wijze van vervaardiging van allerlei artike
len, die voor de dames van veel belang mo
gen worden geacht. En zeker daarom, mag
ook deze uitgave als goed verzorgd worden
bestempeld.