AMERSFOORTSCH DAGBLAD
Het PorceieiiÉuis
Woensdag 13 September 1933
32e Jaargang No. 64
HET UNIFORM-DEBAT
Wering van buitenlandsche
studenten
Langestraat 2-4-Tel. 525
VAZEN - PULLEN
KANNEN EN SCHALEN
RADIO-UITZENDING
DER TROONREDE
DE WETKOUDERSCRISIS TE
AMSTERDAM
Onze Postvliegers
onderweg
NIEUWE BURGEMEESTER
VAN ALPHEN a.d. RIJN
FEUILLETON
MOORD OP
ABBOTSHALL
TWEEDE KAMER
Regeeringsontwerp aangenorhen met
56 tegen 24 stemmen
Dr. A. A. L. Rutgers (A.R.) wordt bc-
eedigd en neemt zitting.
Aan de orde is het wetsontwerp inzake
het uniform verbod.
De heer L i n g b e e k betoogt, dat als
communistische partijen niet verboden wor
den, het dragen van bepaalde kleeding be
zwaarlijk verboden kan worden. Spreker
wil ook het openbaar vertoonen van de
Pauselijke vlag strafbaar stellen.
De heer Westerman noemt dit wets
voorstel een crisisontwerp. Spreker is ver
baast over de houding van dezen minister
jegens de fascisten in het algemeen. De
fascistische groepen zijn niet de gevaar
lijkste vormen van machtsontwikkeling.
De heer Boon (L.) betoogt dat de Graal
slechts een godsdienstige, de A.J.C. en de
roode valken echter een politieke strekking
hebben.
De beer A 1 b a r d a betreurt, dat de re
geering zich niet heeft bepaald tot een uni
formverbod. Het fascisme is een gevaar
voor de onafhankelijkheid van ons land.
Spreker wil een verbod van politieke on-
dorsclieidingsteekenen voor do jeugd in de
scholen. De A.J.C. kleeding is slechts kam-
peerkleeding.
De heer Schaepman (r.k.) zegt, dat
krachtig moet worden opgetreden tegen
alle ordeversoringen, zooals te Nijmegen en
in Limburg. Het voeren van vlaggen kan
even uittartend zijn als het dragen van
uniformen.
De heer Zandt (staatk. ger.) betoogt,
dat de A. J. C. wel degelijk een politieke
organisatie is, evenals de Graal.
De heer van D ij k (a.r.) betoogt dat. van
de groote mate van vrijheid hier te lande
misbruik wordt gemaakt voor straat-inti
midaties, ook door de A. J. C
De heer J o e k e s (v.d.) betoogt, dat niet
alles gebracht moet worden in politiek ver
band. Op de rechterlijke macht mag geen
invloed worden uitgeoefend.
De heer Visscher (a.r.) acht beperking
van het wetsontwerp tot politieke normen
niet juist. Het meerendeel van ons volk
wil een regecring, onder wier hoede het
zich veilig gevoelt.
De heer Sneevliet (rev. soc.) zegt dat
deze wet de objectiviteit der rechterlijke
macht in gevaar brengt.
De heer Snoeck Henkemans (c.h.)
ziet in het overnemen van uniformen van
machtige buitenlandsche groepen een inter
nationaal gevaar.
De heer S c h a 1 k e r (comm.) noemt dit
ontwerp een geraffineerde poging om
tegen de leiders der arbeidsbeweging op te
treden.
Minister van Scha ik ontkent dat het
ontwerp gericht is tegen cenigerlei partij.
Het is een preventieve maatregel tegen
orde-verstoring en tegen politiek-railitairc
machtsvorming in den Staat. Alle exces
sieve optreden in publiek en pers moet
worden tegengegaan; maatregelen daarte
gen zijn in voorbereiding, zonder de vrij
heid van vergadering en drukpers aan te
tasten.
De jeugdorganisaties hebben het in eigen
hand of hun uniform is te beschouwen als
oen politiek symbool, al dan niet.
De heer Boon (lib.) verdedigt een
amendement, om ook het uitsteken van
partij vlaggen en emblemen, uitingen van
bepaald staatkundig streven, strafbaar tc
stellen.
De heer A 1 b a r d a (v.d.) verdedigt een
amendement om het voeren van vlaggen
enz. in optochten buiten de voorgestelde
verbodsbepaling te houden.
De heer Westerman (nat. herstel)
verdedigt een amendement om ook niet-
opzichtlge onderscheidingsteekenen van
revolutionairen in het openbaar te verbie
den.
De heer Vliegen (s.d.) bestrijdt de
amendementen-Boon en -Westerman; de
heer Boon het amendement-Albarda.
Volgens den heer van Dijk (ar.) zal het
amendement-Boon de politiek in de recht
zaal brengen; dat van den heer Albarda
zou de strekking der wet in gevaar bren
gen.
Na eenig verder debat over de amende
menten, bestrijdt minister van Schaik
het amendement Boon, dat van een ander
beginsel uitgaat dan het wetsontwerp.
Het amendement-Westerman brengt eerst
recht de politiek in de rechtzaal en is niet
te aanvaarden.
Waarom een uitzondering te maken voor
optochten? Optochten met fascistischo em
blemen werken ook uittartend.
De heer Boon, vertrouwend op ver
standige toepassing der wet, trekt zijn
amendement in. Evenzoo doet de heer
Wester ma n met het zijne.
Het amendement-Albarda wordt verwor
pen met 56 tegen 26 stemmen fsoc.-dem.,
comm., Sneevliet (rev. soc.) en Arts (r.k.
volksp.) en v. Houten (chr. dem.).
Het wetsontwerp wordt aangenomen met
56 tegen 24 stemmen (comm., soc.-dem. en
Sneevliet;.
De vergadering werd verdaagd tot
's avonds acht uur
Om acht uur werd do vergadering her
opend. Aan do ordo is de behandeling van
het wetsontwerp tot aanvulling van de
Hooger Onderwijswet.
De heer v. d. W a e r d e n (S.D A P.) acht
het doodo asylrecht, de eeuwenoude tradi
tie in gevaar. Het voorstel heeft de bedoe
ling om zekere uitzonderingsposities te
scheppen. Spreker vreest da' de macht van
den minister te groot zal worden, terwijl
voor buitenlandsche studenten geen ge
noegzame plaats zal zijn.
De heer Boon (V.B.) zegt wanneer het
wetsontwerp wordt aangeromon gebroken
zal worden met een oudo traditie. En dat
begeert 6preker niet.
De minister van Onderwijs, K. en W.. mr.
Marchant betoogt dat, wie eonigszins
vooruit kan zien, de regecring in deze ioch
moet 6tcunen. De bedoeling van het wets
ontwerp is voorrang te verleenen aan Ne-
derlandsche studenten. Er is volgens spre
ker geen andero regeling moge'ijk ter be
reiking van het gestelde doel. De minister
gevoelt alles voor de oude t-aditie, zij wordt
door het ontwerp gelegd in handen der re-
geering, terwijl voordien de wet haar be
schermde. „Is dat nu brekpn met de tradi
tie?" vraagt de minister. In afwachting van
een komende regeling dient vermeden te
worden, dat Nederland6che studmten loor
vreemden worden geweerd Aan het asyl
recht wordt niet geraakt.
Na eenige replieken wordt het wetsv or-
stel aangenomen met 41 tegen 16 stemmen,
n.l. die van de Sociaal Democraten, Vrij-
heid6bonders, Communisten en den heer
Sneevliet (R.S.).
Hierna wordt na eenig debat zonder hoof
delijke stemming, goedgekeurd het wets nl-
werp tot instelling van een departement
van Algemeen Bestuur, dat den naam zal
dragen van ministerie van Sociale Zaken en
tot wijziging van den naam van hei m.nis-
terie van Econ. Zaken en Arbeid.
De zitting werd te half elf verdaagd tot
hedenmiddag 1 uur.
Ontvangen artistieke modellen
alleenverkoop van de bekende
kunstaardewerkfabriek
„SCHOONHOVEN"
De luisteraars zullen thans voor het
eerst Hare Majesteit
zelve hooren
Amsterdam, 12 Sept. De
A.V.R.O. ontving namens de regee
ring het bericht, dat H.M. de Ko
ningin dit jaar toestemming heeft
verleend tot het uitzenden van de
Troonrede op 19 September a s.
Behalve de uitzending van het
ooggetuige-verslag door de hoeren
D. Hans en W. Vogt zullen dp luis
teraars dus even na 1 uur H M.
zelve mogen hooren, wanneer Zij in
de Ridderzaal de Vereenigde Ver
gadering der Staten-Generaal met
de Troonrede opent. Dit zal de eer
ste maal zijn, dat do Troonrede
door den radio-omroep wordt ver
breid.
De K.R.O. zal, evenals de A.VR.O.
de Troonrede uitzenden.
Behalve de uitzending van een
ooggetuige-verslag van den heer
Paul de Waart zullen dus ook hier
do luisteraars Haro Majesteit zelvo
hooren.
Teven zijn maatregelen getroffen
om do rede ook in Nederlandsch-
Indië hoorbaar te maken, Behalve
door den Phobi-zender zullon ook
een drietal Rijközcnders tc Kootwijk
de rede uitzenden, n.l. P D.V. op
24.8 M., P.C.K. op 16.3 M. en (li nieu
we laboratorium zender P.C.X. op
16.034 M. golflengte.
Deze laatste zender zal door den
Indischen Dienst worden gere-
layeerd. De aandacht wordt er op
gevestigd, dat deze zender, zonder
bijzondere hulpmiddelen, niet door
het publiek kan worden ontvangen.
Er zal zorg worden gedragen, dat
ook Suriname cn Curasao kunnen
meeluisteren.
DE KAMERTRIBUNE EN HET
UNIFORMVERBOD.
'ö-G ravenhage, 12 Sept. Bij dc heden
aan de orde zijnde behandeling van het
wetsontwerp betreffende een Uniform-ver
bod waren er op de gereserveerde en de ge
wone tribune der Tweede Kamer zeer vele
belangstellenden, waaronder een aantal in
kleurige klcedij of uniformen gestoken jon
gelieden.
POSTVLUCHTEN.
Amsterdam, 12 September. A.s. Don
derdagmorgen 14 September vertrekt het
K.L.M.-vliegtuig „Oehoe" van Amsterdam
naar Batavia. De bemanning van dit v.icg-
tuig zal bestaan uit de heeren J. B. Scholte,
gezagvoerder, H. A. A. Koopcr tweede be
stuurder, P. Dunk werktuigkundige en J.
H. Pestman radiotelegrafi6t.
De post voor dit vliegtuig moet uiterlijk
Woensdagavond te Amsterdam zijn.
MotieAVeiss aangenomen, waarbij de
thans zitting hebbende weihow
ders worden uitgenoodigd
hun mandaat ter be
schikking te stellen
Amsterdam. 12 Sept. De Gemeente
raad heeft hedenmiddag een uitvoerige
motie van den beer Weiss aangenomen,
waarin dc nog zittende wethouders wc-!en
uitgenoodigd hun mandaat ter beschikking
te stollen, teneinde den Raad in de gelegen
heid te 6tellen de vrije keuze voor een
nieuw college te doen. Naar aante'ding vnn
de aanneming van deze motie is ie ve ga-
dering geschorst om de partijen tn de ge
legenheid te stellen zich nader te beraden.
Maandag a.s. zal een nieuwe Raadsver
gadering plaats vinden.
Omtrent het debat over deze motie meld
de men ons nog het volgende:
Nadat de heer Weiss de motie had aan
bevolen, hield dc heer Seegers (c. p.) een
betoog, dat van het programma waarop de
toe nu toe zittende wethouders waren geko
zen, niets is terecht gekomen. Het is spr.
overigens onverschillig of straks een heel
of een half college moet gekozen worden.
De heer Ketelaar (v.d.) herinnert er
aan, dat bij het debat over de loonswijzi-
ging de wethouder Kropman namens de
meerderheid van het college heeft gezegd
heen te zullen gaan als de voorstellen niet
werden aangenomen. De Raad heeft de
meerderheid in het gelijk gesteld. Er is
voor deze wethouders geen enkele reden
heen te gaan.
De heeren Baas (a.r.) en Ter Haar
(c.h.) verklaren geen behoefte te hebben
aan de motie-Weiss.
De heer R o m m e (r.k.) legt uit dat hij
zich kan vereenigen met het eerste deel
van de motie, dus wat betreft het pro
gramma, waarop indertijd het vorige col
lege is gekozen. Met het tweede deel kau
spreker zich niet vereenigen. In dit ver
band merkt spreker op, dat op het thans
vervallen programma echter niet gekozen
is de wethouder Douwes, zoodat de uit-
noodiging alleen geldt de wethouders Abra
hams cn Kropman. Spr. gelooft dat uit een
verkeerd begrip van bestuursverhoudingen
deze motie is ontstaan. Spr. en de zijnen
kunnen met de motie niet meegaan.
Wat betreft de voorziening van dc drie
vacaturen, verwijst spreker naar het door
de katholieken verspreidde communiqué.
Spr. zegt dat bij het benoemen van nieuwe
wethouders hij zich zal bepalen bij de ge
dachte te handelen in het belang van Am
sterdam. Wanneer dit onmogelijk zal blij
ken door de houding van een der partijen,
laadt deze een groote verantwoordelijkheid
op zich.
De heer Boissevain (v.b.) consta
teert dat er niet meer een bindende leid
draad bestaat voor de wethouders. Nu aan
de meerderheid van het college het vertrou
wen is geschonken, kan spreker niet mee
gaan met dc motie-Weiss. Hij ziet daarin
een motie van wantrouwen.
Spr. gaat met den heer Rommc mee,
waar hij heeft gewezen op de groote ver
antwoordelijkheid van de grootste partij,
wanneer deze zich onttrekt aan bestuurs-
verantwoordclijkheid.
De lieer Woudenberg, sprekende na
mens de S.D.A P.-fractie, zegt zijn stand
punt te handhaven. Spr. meent dat het
consequent en moreel is dat ook de andere
wethouders hun mandaat ter beschikking
stellen, uitgezonderd wethouder Douwes,
die buiten de overeenkomst valt De soc.-
democratcn zullen voor do motip-Weiss
stemmen. Wanneer men nog eens zegt, dat
de soc.-democraten zich onttrekken aan de
verantwoordelijkheid, dan weet men beter.
In een recks van jaren is dat anders ge-
Ri'jstvog.
7—9
7—9
S—9
9—9
10—9
o
i
r-i
12—9
Amsterdam
Boe-Ja pee.
Belgrado
Athene
Mersamatruh
Cairo
Gaza
Rutbawell»
Bagdad
Boeshir
Diask
Karachi
Jodpoer
Allahabad
Cahuita
Rangoon
RangKok
Alor Stai
Singapore
Medan
Batavia
12—9
11
10—9
9—9
8—
7—9
6—9
6—9
Vertrek van het eerstvolgende post
vliegtuig van Amsterdam 14 September
toond, maar zij kunnen niet zijn dc dra
gers van een politiek die de hunne niet is.
Nadat de heer De Hartogb nog ver
klaard had te stemmen voor de motie-
Weiss, volgden replieken.
De motie van den heer Weiss komt daar
na in stemming en wordt aangenomen met
22 tegen 17 stemmen. (De wethouders Abra
hams en Kropman hebben de zaal ver
laten).
De vergadering wordt gesloten na aan
neming van dit besluit
Maandagavond a.s. zal de Raad weer bij
eenkomen tot het benoemen van wethou
ders.
Bij K. B. is, naar de Staatscourant meld
de, met ingang van 25 September benoemd
tot burgemeester van Je gemeente Alphen
a.d. Rijn de heer P. A. Colijn, met toeken
ning van gelijktijdig eervol ontslag als Bur
gemeester van de gemeente Boskoop.
De heer Pieter Adriaan Colijn werd, naar
de Standaard meldt, 11 October 1882
te Haarlemmermeer geboren, waar hij dc
Christelijke School voor lager onderwijs en
later eens voor Uitgebreid lager onderwijs
bezocht Aanvankelijk lag ecne opleiding
voor het onderwijs in de bedoeling, doch
niet langen tijd daarna werd de technische
richting gekozen. Dit had ten gevolge, dat
do heer Colijn in 1908 naar Sumatra'6 Oost
kust vertrok, om, in dienst der Deli Spoor
weg Mij. (öfdceling aanleg), zijn arbeid aan
te vangen. In 1909 ging hij in dienst der
Deli Mij. over als architect cn werd hij be
noemd tot hoofd der technische afdeeling.
Hier kon de heer Colijn zijn krachten ont
plooien, terwijl hij med3 een werkzaam
aandeel had in de ontwikkeling van het Ge
reformeerd kerkelijk leven ter Sumatra's
Oostkust
In het vaderland teruggekeerd bekwaam
de do heer Colijn zich in de gemeente-ad
ministratie, om 22 Maart 1923 te worden
benoemd tot Burgemeester van Boskoop.
Ho3 de heer Colijn deze taak op zich
nam, bleek in het begin van dit jaar, toen
hij zijn tien-jarige ambtsvervulling onder
groote belangstelling herdacht. Getuigd
werd, dat hij zich, hoewel p'incipieel aan
hanger der A. R. beginselen, steeds boven
de pertijen wist te stellen, terwijl de belan
gen der minderheid bij hem veilig waren,
waardoor hij in groote achting bij al zijn
gemeentenaren kwam.
De waarheid houdt haar glans, wat ne
vels haar verduisteren.
Een detective-verhaal door
PHILIP MAC DONALD
Geautoriseerde vertaling door H. A. C. S.
53
V il jij, opdat dit zal kunnen gebeuren, or
ders geven aan enkele van jouw menschen
die, waarvan een een stenograaf, zal ge
noeg zijn om mij te ontmoeten op het
kruispunt bij Marling. aan den kant van
Londen, om ongeveer negen uur vanavond?
Dan zal ik hen heimelijk op Abbotshall bin
nenbrengen. en ze opstellen op een gunstige
maar geheime plaats. Dit mag. ik weet hot,
tegen de regels zijn, maar je kunt er op re
kenen. dat ik do dingen kan schikken zon
der dat iemand in het huis er van weet
voor do zaak klaar is. Wanneer jouw man
nen eenmaal in het huis zijn. daar waar ik
ze zal neerzetten, zal ik het hui9 op een
meer normale wijze binnengaan. Do rest
loopt vanzelf.
Dit vraagt veel van je. maar, bij slot van
tekenirjjr. ken je mij goed genoeg om rede
lijk zeker te zijn dat ik minder dan velen
een dwaas ben. Dus, indien jo instemt met
mijn conclusies, zooals uiteengezet zijn in
liet rapport, maak dit dan s.v.p. in orde.
Of je het er mee eens bent of niet, bel mij
op, voor 7 uur vanavond, in mijn hotel in
Marling (Greyne 29). Als ik daar niet ben,
laat dan een boodschap achter. „In orde"
of „Doe niets", al naar het geval is. Wat
ook je antwoord is, ik zal jc opbellen,
wanneer ik het ontvangen heb.
Mijn voornaamste reden of een van
mijn voornaamste redenen of al dit werk
te doen was om het blad van Hastings „De
Uil" een goeden dienst te bewijzen. Het rap
port is werkelijk voor hem. ofschoon ik
niet weet, wanneer en in hoever jij zult toe
staan het te publiceeren.
Maar ik reken op jou om tc zorgen, dat
„De Uil" zooveel van do beste journalistieke
room krijgt als zij kan verdragen. Geen an
der blad moet maar iets hooren voor jij
Hastings hebt toegestaan, een buitenkansje
te krijgen door dc „Dramatische, Nieuwe
Onthullingen."
Jo A. R. Gethryn."
P.S. Vergeet niet, dat, als je goedkeurt om
mij te laten proboeren die bekentenis te
verkrijgen, ik kan fal3n. Ik denk van niet,
maar 't kan. Ik zal voor e.'ii groot deel steu
nen op het feit. dat ik zooiets als ccn too-
neelspeler ben."
Toen hij den brief uitgelezen had, had
mr. Egbert Lucas tusschen zijn tanden ge
floten, zijn secretaris Ingelicht dat hij onder
geen voorwaarde gestoord mocht worden
en was gaan zitten bij heeft op do Yard
den gemakkelijksten stoel om het getyp
tc rapport tc lezen.
Toen hij het opensloeg, mompelde hij:
„Een ongewone kerel, die Gethryn. Dit moet
belangrijk zijn."
Hij las:
De Moord op John Hoode.
Den morgen van den 20cn Augustus 192-,
reed ik naar het dorp Marling in Surrey.
Om 9.30 was ik in het huis Abbotshall:
Onmiddellijk na mijn aankomst op Ab
botshall sprak ik met inspecteur Boyd, die
mij het verslag gaf van zijn ondervraging
van dc bewoners.' Het bleek dat zij allen
behalve de butler, alibi's hadden. (Later
natuurlijk, word ontdekt, dat het alibi van
mr. Archibald Deacon niet juist was).
Inspecteur Boyd cn ik waren 't er dadelijk
over eens dat het onzinnig was Poole, den
butler, die zonder alibi was, te verdenken
Hij was verknocht aan zijn meester. Wat
meer zegt: hij is physiek niet in staat zulko
slagen toe te dienen als die welke den dood
van den vermoorde veroorzaakten.
Na een onderzoek van de studeerkamer,
waar de moord was gepleegd, kwamen wij
beiden tot de volgende conclusies, welke
door den inspecteur werden toegelicht in
zijn verklaring bij het voorloopig onderzoek
(lijkschouw):
1. Dat, toen Hoode werd neergeslagen,
hij gezeten was aan zijn schrijftafel;
2. Dat zorgvuldig was getracht om de
kamer een zoodanig aanzien te geven, dat
de indruk gewekt werd, dat een gevecht
had plaats gevonden;
3. Dat de moordenaar goed bekend was
aan Hoode en naar waarschijnlijkheid een
.huisgenoot";
4. Dat de moordenaar hand9choenon had
gedragen al den tijd, dat hij in de studeer
kamer was. daar er nowrens vingerafdruk
ken waren behalve op de houtvijl;
5. Dat de slagen, welke Hoode doodden,
met geweldige kracht moeten zijn toege
bracht;
6. Dat, naar alle waarschijnlijkheid, de
moordenaar binnen kwam door het raam.
Ilet is duidelijk, dat deze zes puiucn on
gunstig zijn voor „het geval Deacon".
Nu moet dus volgen dc hoofdzaak vai
mijn rapport:
Ik ontmoette Deacon, en sprak met hem,
het eerst den middag van den dag van mijn
komst. Er waren slechts drie minuten noo-
dig om mij te overtuigen, dat hier een man
was, die niet geweest was, niet was, en
nooit kon zijn een moordenaar. Ik kan deze
bowcring niet logisch verdedigen. Het was
eenvoudig overtuiging.
Het werd voor mij nu de kwestie te bewij
zen, dat deze man, ondanks alle waarschijn
lijkheden, niet de hand had in den dood van
John Hoode. In wat volgt zullen zij, die
lezen, hoop ik, het absolute bewijs' van zijn
onschuld vinden, of, indien niet, tenminste
een stormram om den toren van hun ge
loof in zijn schuld aan het wankelen te
brengen. Ik besefte, dat de onschuld van
Deacon alleen kon worden vastgesteld dooi
het definitieve bewijs, dat er iemand anders
was.
't Zal duidelijk worden dat zijn afwijking
van de meeningen der officieele menschen
begon bij het begin van mijn onderzoek.
Laat ons teruggaan naar de studeerkamer
op Abbotshall. Bij ieder van de genumraer
de punten was ik 't eens met inspecteur
Boyd. Dat ik van meening begon te ver
schillen, was bij het toepassen er van op
Deacon. Punt 1—4 kan onbesproken blijven
deze zullen evengoed op mijn moordenaar
passen, of beter, als zij op Deacon passen.
Do overblijvende twee echter moeten nauw
keuriger bekeken worden.
Eerst punt 5. „Kracht meer dan gewone"
pleitte ten nadeele van den reus Deacon.
Maar bij het „onderzoek voor den lijkschou
wer" zei dr. Fowler, de districts-chirurg:
„De wonden werden veroorzaakt door een
man, drie keer sterker dan de gemiddelde
öf door een persoon, die krankzinnig was,
en do verschrikkelijke kracht van een
krankzinnige had."
Daar ik een plaatsvervanger voor Deacon
moest vinden, en daar ik besloten had om
aan zijn theorie vast tc houden, dat de
moordenaar een „inwoner" blijvend of
tijdelijk was, was mijn keus uit het alter
natief van dr. Fowler: dat hij een man was,
die geestelijk uit zijn ovenwicht was. Deze
keus was niet, zooals 't aanvankelijk schij
nen mag, een bezwaar: eerder het tegendeel
Een van mijn eerste indrukken was ge
weest, dat er iets van afschuwelijke zinne
loosheid was in de geheele zaak, en deze in
druk werd duizendvoudig vergroot, toen ik
het gebeukte hoofd van den dooden man
zag. Krankzinnigheid was mijn eerste go-
dachte. Of dc lust in bloed, óf een zóó vol
komen haat, dat deze tot krankzinnigheid
was geworden.
Ik nam het tweede als theorie aan Daar
ik geloofde, dat een inwoner van het huis
de moordenaar was, was 't duidelijk, dat
ik moest uitzien naar iemand, wiens krank
zinnigheid niet aan dc wereld bekend was
Nu punt 6het binnenkomen door het
raam.
jfWordt vervolgd).