De 50 jarige Journalistenkring AMERSFOORTSCH DAGBLAD Haar Avonturier Dinsdag 17 October 1933 32 e Jaargang No. 93 Druk bezochte receptie Dr. Colijn's waardeering voor de pers TWEEDE BLAD eo NEDERLANDERS VOOR GAAN Inkrimping van den veestapel Feestmaaltijd, waaraan Prins Hendrik, enkele ministers en tal van andere autoriteiten deelnamen Ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van den Ned. Journalistenkring werd Za terdagnamiddag in de zalen van hotel Paulez te Den Haag een receptie gehouden, waarbij tal van autoriteiten en particulie ren, evenals verscheidene deputaties van vereenigingen en instellingen op allerlei gebied, van hun belangstelling hadden doen blijken. Het voltallig bestuur, met den voorzitter, den heer D. Hans, aan het hoofd, nam de gelukwenschen in ontvangst te midden van een lusthof van bloemstukken. Onder de aanwezigen werden opgemerkt de ministers van Binnenlandsche Zaken, mr. J. A. de Wilde, van Economische Zaken, mr. T J. Verschuur, van Sociale Zaken, prof J. R. Slotemaker de Bruine, van Fi nanciën, mr. P. J. Oud, en van Defensie, mr. dr. L. N. Deckers, voorts de oud-minis ters jhr. mr. D. J. de Geer, mr. J. Schok king. mr. S. de Vries, J. J. C. van Dijk, mr. J. Terpstra, den vice-president van den Raad van State, jhr. mr F. Beelaerts van Blokland, mr. B. C. J. Loder, oud-president van het Perm. Hof van Int. Justitie en voor zitter van het eere-gerecht6hof van journa listen. generaal jhr. W. Röell. commandant veldleger en gouverneur der residontie die in een hartelijke toespraak zijn waar deering uitte voor de prettige samenwer king tusschen legerautoriteiten en pers de heeren J. W. Henny, A. W. Sythoff en Rob. Peereboom, namens de Ncd. Dagblad pers (directeurenvereeniging), jhr. mr. Ch. Feith, president van en mr. A. Tak, procu reur-generaal bij den Hoogen Raad, het vol tallig bestuur van de buitenlandsche pers- vereeniging, de heeren H L. van Manen en Van Dijk. directeuren van de Ned. Spoor wegen, vertegenwoordigers van verschillen de fraaties in de Tweede Kamer en tal van andere autoriteiten. Voorts waren zeer vele telegrammen ge zonden, terwijl, zooals gezegd, een over groot aantal bloemstukken de zaal wel haast tot eon lusthof maakte. Zaterdagavond had in de groote zaal van hotel ,.De Witte Brug" te 'sGravenhage do feestmaaltijd plaats ter herdenking van het 50-jarig bestaan. De zaal was keurig ver sierd met de vele bloemstukken, die den kring op dezen dag waren toegezonden. De maaltijd werd bijgewoond door Z.K.H. Prins Hendrik, die vergezeld was van zijn adjudant, den luitenant ter zee lo klasse J. W. Termijtelen. Tot de genoodigden aan dezen maaltijd behoorden de heeron dr H. Colijn, minis ter-president; mr. J. A. de Wilde, minister van Binnenlandsche Zaken; mr. H. P. Mar chant, minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen; prof. mr. J R. Slotemaker de Bruine, minister van Sociale Zaken; jhr. mr. D. J. de Geer, minister van Staat; jhr. mr. F. Beelaerts van Blokland, vice-voor- zitter van den Raad van State; mr. W. L baron de Vos van Steen wijk, voorzitter der Eerste Kamer; jhr. mr. Ch Ruys de Boeren brouck, minister van Staat, voorzitter der Tweede Kamer; F. M L. baron van Geen, particulier secretaris van H. M. de Ko ningin; mr. J C. baron Baud, kamerheer van Prinses Juliana; dr B. C. J. Ioder, voorzitter van het ecre-gerechtshof voor de journalistiek; jhr. mr. dr. H. A. van Karne- bcek, minister van Staat, Commissaris der Koningin in Zuil-Holland; verschillende burgemeesters, w.o.ook .die van i Utrecht; dr. C. J. K. van Aalst, president der Neder landsche Hajidel-Maatschappij; ir. M. H. Damme, directeur-generaal der P.T.T.; S. F. van Oss, Den Haag; J. W. Henny en mr. W. G. J. Veenhoven, voorzitter en secre taris van „De Nederlandsche Dagbladpers"; J. B. Vesters, voorzitter .van de R. K. Jour- nalistenvereeniging; Henri Asselin, voorzit ter buitenlandsche peravereeniging; J. H. Rogge, voorzitter van het Persmuseum. De heer D. Hans, Kringvoorzitter, was tafelpresident. Bij den aanvang van den maaltijd bracht hij een dronk uit op Hare Majesteit de Koningin. Hij wen9chte in dien dronk te vertolken dank en hoop. Eerbie dige dank voor de wijze, waarop de Ko ningin zich in en tijdperk van 35 jaar aan Haar volk had gege\en, hoop. dat Haar leven nog menig jaar gespaard zou mogen worden. Geestdriftig stemden de aanwezigen hier mede in. Het strijkje spccld het Wilhelmus, dat werd meegezongen. Toespraak van den Kring- voorzitter. In den loop van den maaltijd nam de voorzitter het woord om de aanwezigen te verwelkomen. Hij bracht allereerst eerbiedig dank aan Prins Hendrik voor zijn aanwezigheid. Zich daarna richtend tot den minister-president, zeide bij. dat de Kring zich hartelijk over diens aanwezigheid verheugde èn omdat in hem de leiding van het Kabinet tegen woordig was, èn omdat bet voor den Kring een onderscheiding is, dat dr. Colijn tot zijn leden behoort. Het is thans voor cle tweede maal geweest, dat iemand van den Kring tot de hooge functie van minister-president werd geroepen: in 1901 was het dr. Kuyper, nu dr. Colijn. Ook den overigen aanwezigen ministers bracht spr. dank. Tot elkder overige genoodigden richtte spr. vervolgens een afzonderlijk en speciaal woord van welkom. Gekomen tot „de bevriende pers-mogend- heden", bracht spr een groet aan de ver tegenwoordigers van allerlei vereenigingen en colleges op journalistiek gebied, in het bijzonder dankte hij daarbij de directeuren vereeniging „De Nederlandsche Dagblad pers" voor veel ondervonden medewerking. Vervolgens tot den Kring zélf komend, herdacht 6pr. dc heeren mr L. J. Plemp van Duivcland, eere-voorzitter, en C. K. Elout, die wegens verblijf in het buitenland niet aanwezig konden zijn, en huldigde hij ver volgens een drietal veteranen: de heeren P. A. Haaxrnan, D. A. van Waalwijk en Maurits 'Wagenvoort. En tenslotte richtte hij zich tot.de Kring-leden zélf. Wij moeten ons riep spr. uit bewust zijn van het onschatbare voorrecht, dat wij, Nederland sche journalisten, in ons gezegend Neder land nog in het volle bezit zijn van de pers vrijheid. Deze is ons dagelijksch brood. Met die vrijheid staan cn vallen wij. Maar de persvrijheid is niet slechts een pers-belang, het is een algemeen volksbelang. Voorbeel den in andere landen bewijzen, wat er van den journalist wordt, wanneer die vrijheid hem ontvalt Spr. verklaarde zich niet te kunnen voorstellen, dat het in ons vader land ooit daartoe zou komen, maar, dan moeten wij, journalisten, zelf daartoe me dewerken en dc vrijheid blijven hanteeren op waardige wijze. Wanneer tegenwoordig ln allerlei weekbladen die' vrijheid wordt misbruikt, wanneer declen des volks tegen elkaar worden opgehitst dan geschiedt dat vrijwel steeds door niet-beroeps-journalis ten, door politici van klein formaat, wicn wij het recht op den naam journalist ont zeggen. Tot alle werkelijke Nederlandsche journalisten roep ik zei spr. bij ons gouden feest uit: de persvrijheid is een parel van groöte waarde, rnaar alleen als gij hern als zoodanig behandelt, is hij veilig. Spr. besloot zijn rede met het uitbrengen van een dronk op 's Krings gasten en in het bijzonder op Prins Hendrik, wiens ac tleve voortdurende belangstelling voor alles wat volk en volksleven betreft hem recht geven op onze eerbiedige waardeering. Minister Colijn spreekt. De volgende redenaar was dc minister president dr. H. Colijn. De voorzitter zoo zeide deze o.a. is begonnen met er op te wijzen, dat er drie ministers aanwezig zijn', en hij heeft zelf al gezegd, dat deze alle drie van het gilde zijn, doch er 19 nog eèn andere reden waarom zijn beide erabtgenooten cn spr. hier aan wezig zijn. Het journalistiek beroep en met name de pers, heeft voor de Regeering een bijzondere beteekenis. Het liefst ziet zij de journalisten als vrienden en er is zelden een betere gelegenheid tot het sluiten van vriendschap te vinden, dan aan een ge- meenschappelijken maaltijd. De drie ministers zijn hier echter aanwe zig, niet alleen om zich te verlustigen in den maaltijd, maar ook om andere rede nen. Hot ia volkomen juist wat de heer Hans heeft gezegd, dat zij de schatbewaar ders zijn van de vrijheid van het woord, dat aan hen is toevertrouwd; alleen dan, wanneer ln tijden als deze, de pers haar roeping.verstaat en te midden van zooveel woelingen deze roeping weet te vervullen, dan ook kunt gij zeggen, dat de vrijheid van de pers, met de vrijheid van het woord een waarborg vormen-voor een goede staatkun de. Juist om die reden is het van buitenge wone beteekenis de voorzitter zeide het zoo terecht tot de journalisten dat zij zelf in de eerste plaat9 de hoeders behoo- ren te zijn van de zegeningen, welke de persvrijheid verschaft Gelukkig achtte spr. zich, namens de Regeering te kunnen zeg gen, dat, over het algemeen, de Regecring door de Nederlandsche pers wordt gesteund. Het is dan ook daarom, dat de Regeering heeft gemeend het niet alleen btj woorden te moeten laten, maar ook op andere wijze van haar waardeering te doen blijken. Er zijn aldus spr. veel 'verdienstelijke journalisten. Toch hebben wij er een uitge kozen. Do minister-president deelde hierop den heer G. Polak Daniels (secretaris van den Kring) mede, dat deze op voordracht van den minister van Binnenlandsche Za ken door H. M. dc Koningin was benoemd tot officier in dc orde van Oranje-Nassau. (Langdurig applaus). Vervolgens bood spr. den gedecoreerde een persoonlijk blijk van waardeering aan in don vorm van de versierselen, behooren- de bij de hem zoocven medegedeelde onder scheiding. Hierna' klonk wederom het Wilhelmus. De heer Polak Danrëls dankte voor deze onderscheiding in welgekozen bewoordin gen. Vervolgens ia nog het woord gevoerd door de heeren Dr. B. J. Loder, oud-president van het Perm. Hof van Internationale Justitie oud-minister Jhr. Mr. Dr. II. A. van Karne- beek, Ir. M. H. Damme, directeur-generaal van P.T.T., J. W. Henny, vorozitter van don Directeurenvereeniging „De Nederlandsche Dagbladpers". J. B. Vesters, voorzitter der R. K. Joumalistenvereeniging. C. R. Th baron Kraycnhoff, burgemeester Van Lau- schot van den Bosch, Mr. J J. van Bothuis vorozitter der Haagsche Journalistonverecn. en Henry Asselin, voorzitter der buitenland sche persvereeniging. Het orgaan van den Ned. Journalisten kring <s in feestgewaad verschenen in ver band met het gouden kringjubileum. Na een optimistisch artikel van den voor zitter cn redacteur vinden we een bloem lezing van stemmen door autoriteiten, 0.0 van dr. Colijn die „over het geheel het ka rakter van de Nederlandsche Pers van ernsdigen aard en den toon waardig' noemt. Ook is zijn ervaring, dat onze jour nalisten vertrouwen verdienen, als men hun vertrouwen schenkt. Wij vermelden voorts eer. groet van den eere-voorzitter Plemp van Duiveland die sinds cmd September in Bome woont, cn die o.rn. lof toezwaait aan Hans voor wat deze heeft gedaan voor de sociale en econo mische positie van den journalist in Neder- .and; alsook een bijdrage van den voorzit ter der Directeurenvereeniging over de „werkelijk uitstekende verstandhouding en samenwerking". Dan volgen brokstukken geschiedenis, o.a. een interessant artikel van C. K. Elout over de voorzitters van den Kring, herinne ringen van D. Hans, een onderhoud dat dc nestor P. A. Haaxman gehad heeft met een van de oprichters van den Kring D. A. van Waalwijk; voorts herinneringen van Dek king, Cantor, een bijdrage over den Kring en de Regeering. een artikel van A. J. Lieve goed over de wetenschap van het dagblad- wezen. en uitingen van Kringlcden. die meer of minder optimistisch en geestdrif tig in proza of rijm dc „vrije pers in het vrije land" verheerlijken. Een wat bitterder toon laat daartusschen zeer verhuld J. J. dc Roode hooren. en ook dr. Ritter Jr. doet even de schaduwzijde zien als hij zegt: „Er liggen schatten van talent, van erudi tie. van cultuurbelangstelling in het tegen woordige geslacht van journalisten, maar hoe vaak worden die gaven onvruchtbaar gelaten, omdat van den dagbladschrijver vaak in de eerste plaats geëischt wordt, dat hij voldoet aan de domste eischen van het publiek". Dr. Henri Polak meent, dat de Kring als vakverceniging een «vaardige plaats onder de zusteren inneemt. Volgens de overtuiging van J. F. Anker smit zal de Kring te sterker staan( naar mate hij zich tot het vakvereenigingswerk bepaalt en daarop uitsluitend al zijn kracht concentreert. Uiteraard is het nummer druk versierd met foto's, en vele journalisten kunnen er zichzelf in aanzien. Amersfoort. 19 October, ,,'t Boom pje." Verkooping van de perceelen Arn- hemscheweg 96, Alb. Cuypstraat 1, Groen markt 10, Papenhofstede 2, Bloemendal- schestraat 14 en Rozemarijnsteeg 8 en 10. 24 October. Sterfhuis Aldcgondcstraat 42. Verkooping van een inboedel. V/s uur n.m. 27 October. De Keizerskroon. Verkooping van 85 dekklecden. 10 uur v.m. Baarn. 25 October Villa F.mmalaan 1. Verkooping van een gedeeltelijke inboe del. 10 uur v.m. 26 October. Hotel Groeneveld. Verkooping van de Boerenhofstede „de Katoenbaai." Beperking van toelating van vreem delingen tot universitaire examens Ingediend is een wetsontwerp tot tijde lijke beperking van de bevoegdheid van hen, die niet dc Nederlandsche nationaliteit of liet Nederlandsch onderdaanschap bezit ten, tot het afleggen van examens aan de Technische Hoogeechool te Delft, van uni versitaire examens en van andere examens die de bevoegdheid tot het bekleedcn van ambten cn bedieningen verlecncn, alsmede tot het verkrijgen van het recht deze amb ten on bedieningen uit te oefenen. De toelichting merkt op, dat de wet het afleggen van examens en het verkrijgen van bevoegdheden, aan de examens verbon den, onbeperkt toelaat. Reeds is van universitaire zijde erop ge wezen, dat, ofschoon thans nog niet met zekerheid te zeggen is, in welke mate het aantal gegadigden het noodzakelijk zal ma ken te dezer zake maatregelen te nemen, het wenschelijk is, dat aan de regeering tij dig de bevoegdheid wordt gegeven om, voor zoover noodig, terstond in te grijpen. De toelating van een groot aantal buitenlan (Iers tot de universitaire cn daarmede ge lijk te stellen examens, inzonderheid tot de examens, waaraan het recht ontleend wordt tot het uitoefenen van beroepen als advo caat, geneesheer, apotheker en tandarts, kan tot ongewenschtc toestanden aanleiding ge ven. Dit klemt te meer omdat het hier voor namelijk geldt vreemdelingen, die in hun land reeds de bevoegdheid tot het'uitoefe- nen van deze beroepen verworven hebben cn zullen trachten in korten tijd voor aan vullende examens die bevoegdheid ook in Nederland te verwerven. I11 de tegenwoor dige bijzondere tijdsomstandigheden kan het noodzakelijk zijn, hiertegen op te treden Dit wordt met het ingediende wetsontwerp beoogd. Levering aan de rundvee centrale De minister van Economische Zaken maakt bekend, dat door de Crisis Rundvee Centrale gelegenheid zal worden geboden aan haar te leveren: drachtig rundvee in alle soorten en kwaliteiten (uitgezonderd kunnen worden bij de afname zeer hoog- drachtige dieren) op een daartoe bijzonder aangewezen plaats op of bij de veemarkten een aantal met namo genoemden ge meenten. Voor Utrecht wordt als datum genoemd Zaterdag 21 October van 8—10 u. Het ligt in de bedoeling van de C.R.C. wekelijks mede te deelen op welke plaat sen vee zal worden afgenomen. Uit den aard der zaak is het niet mogelijk reeds thans op alle plaatsen welke daarvoor in aanmerking komen, vee af te nemen. De algemecne werkwijze bij de overne ming zal in het kort zijn als volgt: De aangeboden dieren zullen volgens de gebruikswaarde worden ingedeeld in de na volgende klassen: Klasse A: Dieren met volle gebruikwaar- de; Klasse B: dieren welke niet geheel vol waardig zijn; Klasse C: dieren welke meer afwijken In gebruikswaarde. Overigens zal zoo noodig gebruik worden gemaakt van klasse A plus; voor dieren met hooge gebruikswaarde doch gering ge wicht; klasse C min: voor minderwaardige dieren. In het bijzonder wordt nog gemeld dat ongeveer l'/s-jarige, in den winter afkalven de pinken ook kunnen worden geleverd en het niet de bedoeling is dieren, welke voor afmestcn geschikt zijn en door uiergebre ken daarvoor in aanmerking komen, over te riemen. De som van overneming zal worden be paald naaf^het levend gewicht in dien zin, dat wordt betaald: Voor dierun in klasse A plus: 34 cent per kg., voor dieren in klasse A: 30 cent per kg.; voor dieren in klasse B: 25 cent per kg.; voor dieren in klasse C: 20 cent per kg. Bovenstaande prijzen zullen vóór 1 Janu ari 1934 niet lager worden gesteld dan hoogstens 4 cent onder de bovengenoemde. Wanneer na slachting blijkt, dat dieren niet drachtig zijn, zullen de prijzen met 20 pCt. worden verminderd. Van dieren in klasse C min worden de prijzen per stuk bepaald Betaling zal zoo spoedig mogelijk plaats hebben door de C. R. C„ terwijl elke leve rancier dadelijk na de levering een bon voor zijn levering ontvangt. In aansluiting op het desbetreffende kon. besluit deelt de minister van Economische Zaken mede, dat het bedrag der heffing op rundvee is vastgesteld op tweemaal het be drag dat als accijns op het geslacht wordt betaald. Mijdt den drank achter het stuur. Een episode uit den Dertigjarigen Oorlog Oorspronkelijke schets van G. P. BAKKER. Alleen mocht hij zijn belangstelling too nen in dc vroolijke eekhoorntjes, die van tak op tak wipten met zeldzame snelheid en volstrekt niet bang waren. Ze lachten, gooiden hem met dorre takjes cn oude dop pen en bezorgden hem meer ergenis dan vreugde. „Zoo n domme hond" spotten zc, „hij kan niet ecn6 klimmen". „Tuig!" blafte Wolf terug en nam veracr geen notitie meer van die kleine pretma kers. Op de hoogte gekomen, zagen ze in de verte de verwoeste stad, die kort geleden zich zoo fier verhief aan den oever der Elbe als eeri prachtig, kostbaar juweel, te mid den der Duitache landouwen En nu lag daar die mooie rijke Hanze stad als een zwarte afgebrande ruïne „De Sint-Johanneekerk met haar twee hooge torenspitsen is tot op de muren ver woest", zei Marion, „en ook de Sint-Ulrich. met haar mooie graftombes, de Sint-Jacob, dc Sint-Katharina. O! Alle kerken zijn ver dwenen, de armenhuizen, hospitalen, scno- len. paleizen, alle huizen zijn weg". „Ja", antwoordde Saxon. „Zie, de gehee- le Oude Markt, liet prachtige raadhuis, de apotheek, niets is gespaard. De Breede Weg cn de omliggende straten zijn niet mepr te vinden, alles slechts een zwarte plek. Weg het gasthuis „In den Gouden Arm", het mooie huis van Thomas Maurilz, het wijn huis „De Gouden Kroon". Ik zie nog 6lechts 4,.f«irte verbrokkelde stukken muur'. „Geen 6teon schijnt op den anderen be- blevcn. Daar ongeveer", wees Marion, „op den hoek van de Pralatcnstraat, stond eens het Anhalter Hof". „Maar daar op de Nieuwe Markt staat nog de Dom. Er moest toch een kerk blij ven staan voor het Te Deum, het dankge bed aan God voor dc verovering der stad, dat heden za' plaats vinden", bracht Mel- chor bitter in het midden. „Ja, en dat schijnt het Onze Lieve Vrou wenklooster te zijn.". „Ginds staan nog eenlge visscher6wonin- gen aan de Elbe en de Sundcrbcrgbrug", merkte Marion op, verdiept in de aan schouwing. „Zie je die stippen in de rivier?" vroeg Saxon aan Melchior. „De onaangename reuk is me dadelijk reeds opgevallen", antwoordde deze. „Alle bruggen-zijn weg. Ook de torens en poorten liggen in puin, de vesting is vol komen geslecht, waardeloos geworden voor den Zweedschen koning", 6prak Saxon. „Maar hier vergezelt de straf de misdaad. Ook voor Tilly is, de stad nu van geen waarde meer. Onbegrijpelijk". „Maagdenburg ie weg", herhaalde Marion met tranen in dc stem. „Och, Saxon, zie je daar de puinhopen, een zwart gebrand stuk van den Romaanschcn toren, dat is alles en anders niets, niet meer Zij keerde zich af van het schouwspel van dood cn verwoesting, greep den avon turier bij den arm alsof ze steun hij hem zocht en treurig zei ze: „Laten we weggaan. Het i6 alles zoo vree- sclijk". Met droevige gezichten aanvaardden zij den terugtocht, de mannen met een kil len blik in de oógen, en zelfs Melchior, die in talrijke oorlogen verschrikkingen van allerlei aard had beleefd, schudde het grij ze hoofd cn sprak: „Het.is een schande. Nooit zal lk weer mijn zwaard trekken voor den keizer van Oostenrijk o m't even onder welken aan voerder". Saxon knikte. „Zoo zullen velen in Duitschland er over denken", oordeelde hij. Toen Marion in de herberg teruggekeerd was, vernam ze van Rudolf, dat hij twee betrouwbare boodschappers uitgezonden had. Eèn naar Berlijn met het perkament, dat de aanwijzing gaf, waar ze de schatten hadden begraven. De ander naar de leger plaats van veldmaarschalk Von Pappen heim, om zekerheid te verkrijgen, dat haar oom aan het bloedbad was ontkomen. HOOFDSTUK XIV „Je speelt valsch",, klonk een luide stem „Voor dat object d'art", hij wees op een ring met een groote lapis lazulli, „heb ik straks zes daalders uitbetaald gekregen en nu zou ik er tien voor geven! En ai* dob belsteen deugt ook niet". De beschuldigde, een ruwe lansknecht met een groote rooic snor, keek den jongen ruiter kalin aan. „Neem die woorden terug", sprak hij. ,.Of bij God het zal je 't leven kostenen hij greep naar het lange rapier, dat naast hem stond. „Waarom hem te vermoorden?" vroeg de derde speler. „Zijn zakken zijn al leeg. Je zoudt er geen stuiver bij winnen." „Is dat als een beleediging bedoeld?" schreeuwde lansknecht. De ai/der lachte slechts. „Wie durft hier beweren, dat ik valsch speel!scheeuwde de lansknecht, den kring brutaal rondziende. „Ik!" sprak een lange kurassier, die het spel met belangstelling gevolgd had. „Ik heb je drie malen een dobbelsteen zien verrui len en je deedt het vervloekt onhandig" „En jij", vervolgde hij tot den jongen ruiter, „bet is je eigen domme, srhuld. Wat doe je te dobbelen met voetvolk." De lansknecht vloog op. „Ik zal Je.. „Bewaar je kalmte, edele dief!" viel de kurassier hem in de rode. „Ik heb grooton lust je den nek te breken „Ga naar het kamp", sprak hij tot den verliezer. „Als je iets terug wilt hebben, is er maar één weg hem straks buiten op wachten en vermoorden. Het zal wel niet zoo moeilijk zijn". „Wel allemachtig", riep de valsche spe- 'er. Hij stond op, greep een lange leeren hand schoen, die naast hem op de bank lag, maar de kurassier greep met ijzeren kracht d-n arm van den speler, draaide dien een hal- ven slag om en eenige zware looden kogels rolden over de tafeL „De inleiding tot een duel zou op d«'ze wijze het einde beteekencn", sprak de Ku rassier rustig. „Een geducht wapen, listig verzonnen. In de punt van elke vinger een Daar dikke kogels, een goede slag op liet hoofd en jc bent er geweest". Uiterst bedaard legde hij zijn groote. vlak ke hand boven het hoofd van den ópeler en drukte hem zonder eenige inspanning neer op zijn stoel, de hand bleef op het hoofd rus ten Dc vrienden keken onrusrig toe. „Geef don jongen twintig daalders terug; hij is totaai geplukt." De hand drukte iets zwaarder. De valsche speler keek met nijdige oogen. „Au, schei uit", riep hij toen cn schoof twin tig daalders over de tafel. De kurassier narn het geld met de linker hand, reikte het den ruiter. „Naar het kamp", herhaalde hij. „Speel nooit weer met voetvolk". Do jongen wilde nog iets in het midden brengen, maar luid klonk het bevel „Ga!" De kurassier keerde zich rustig af zonder acht te slaan op den valschen blik van den lansknecht cn zette zich aan een ledige tafel. Hot 6pel ging door alsof cr niets gebeurd was. ..Een pracht van een sieraad", riep dö lans knecht, een doekspeld op de tafel leggend, „gedragen door de vrouw van den burge meester zaliger gedachtenis, een prachtig radenu vo»r de vrouw uwer keuze Schenk haar dit juweel en zij zal uw liefde niet kunnen weerstaan. (Wordt vervolgd.^

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1933 | | pagina 5