ARTIFORT
FAUTEUILS
100e GEBOORTEDAG VAN ALFRED NOBEL
DE UITVINDER VAN HET
DYNAMIET
Nieuwe Uitgaven
„DE PAPAVER"
HET SPECJ AALHUIS VOOR
HANDWERKEN.
Wij brengen steeds
HET NIEUWSTE
op handwerkgebied
NIEUWE MODELLEN
voor dames, heeren en
kinderkleeding.
KNIPPATRONEN
voor jampers met beschrijving.
De nieuwste handleidingen.
Vele wolsoorten.
Uitsluitend de betere kwaliteiten.
Utrechtscheweg 85. Tel. 15.
10 JAAR
GARANTIE
alleenverkoop
Firma J. W. van ACHTERBERGH
meubileering westsikgel10-13
UIT HET HOOGE NOORDEN
Waarom hij zijn enorm vermogen
bestemde voor ethische
doeleinden
Het instituut der Nobel'prijzen
Midden-in de Stockholmsche city ligt een
•wijk van oude vuile huizen en smalle, hel
lende straten met hobbelige keien. Vroeger,
toen Stockholm nog niet de pretentie had
een grootstad te zijn, kwamen van het plat
teland de vrachtrijders hierheen met hun
zware wagens, reden in den winter de boe
ren uit Sormland en Dalarne en Halsing-
land met hun karavanen van volgeladen
sleden naar de hoofdstad om in deze buur
ten de vrachten gerookt en gezouten
vleesch, zalm en huiden en weefsels op te
bergen in do gezamenlijke pakhuizen, om
er bij de handelaren alles in te slaan, wat
zij een heel jaar noodig hadden en thuis
niet konden krijgen. Er is maar weinig ver
anderd in deze buurten hier en daar is een
groot kantoorgebouw of een huurkazerne
voor tientallen gezinnen gekomen, maar de
meeste oude huizen liggen er nog geheel
zooals zij anderhalf k twee eeuwen geleden
gebouwd werden, de meeste slechts een of
twee verdiepingen hoog met koper-beklec-
de daken en groezelig gele muren, mot een
groote inrijpoort, die toegang geeft tot een
hreede binnenplaats, waar rond schuren en
stallen zich hebben geschaard in gemoedc-
Jijk'e wanorde. Er zijn werkplaatsen en ga
rages en pakhuizen nu en in huizen aan
de straat hebben kleine handelaartjes hun
donkere winkeltjes. Veel antiquairs wonen
er, hun koopwaar vraagt als 't ware naar
oude lage ruimten, die van den uitgesleten
vloer tot de zoldering volgepakt kunnen
worden met meubels en schilderijen, kris
tallen kronen en koperen vaatwerk, roesti
ge wapenrustingen en wormstekige bazuin
engeltjes en meer ouden rommel, maar de
liefhebbers wéten deze winkeltjes te vin
den en halen er niet zelden kostbare aan
winsten voor hun collecties vandaan
En in een van deze huizen, "Xorrlands-
gatan 11 is den 21sten October 1833 dus nu
juist een eeuw geleden, Alfred Bernhard
Nobel geboren.
Toen Alfred Nobel nog slechts enkele ja
ren oud was verhuisde de familie naar Sint
Petersburg, omdat zijn vader een mijn had
geconstrueerd, die onder zijn persoonlijke
leiding in een der Russische munitiefabrie
ken in duizenden exemplaren gefabriceerd
zou worden. Bij het begin van den Krim-
oorlog ontwierp hij do mijn versperringen
in de Finsche Golf, die zeer doelmatig ble
ken tc zijn, al was hij zelf niet tevreden.
Hij experimenteerde, met zijn intusschen
volwassen geworden zoons, met verschil
lende ontplofbare stoffen, die ton deele de
gewenschtc resultaten hadden, nioar die in
1863, toen het Stockholmsche laboratorium
in de lucht vloog, den jongsten zoon het
leven kostte. Desondanks zette Alfred No
bel de proefnemingen voort, nu, wegens een
verbod van de autoriteiten, op een zolder
schuit in het Malarmeer en weinige jaren
later deed hij zijn eerste opzienbarende
uitvinding, vond hij bij het zoeken naar
een ongevaarlijke soort nitroglycerine het
dynamiet uit, dat voor den mijnbouw en
den aanleg yah tunnels van groote betee-
kenis werd en waarvan de productie hem
schatten opbracht. In totaal kreeg Alfred
Nobel patent op niet minder dan 85 uit
vindingen. hij had fabrieken in allerlei
landen, was betrokken bij verschillende
bijbedrijven en legde den grondslag voor de
bekende kanonneneieterij van Bofors.
Maar in de laatste jaren van zijn leven,
toen hij zich in zijn laboratorium te San
Bemo noc steeds bezig hield met nieuwe
proefnemingen, schijnt Nobel veel getobd
te hebben over zijn leven en zijn werk.
Men zegt, dat nij zich toegelegd liaa op
het vervaardigen van voor hun gebruikers
minder gevaarlijke ontplofbare stoffen om
de jnenschheid te helpen, om hun de krocht
tc gev°n wegen door de bergen te breken,
om hen te holnen gemakkelijker de delf
stoffen te onisrinnen. en in ziin later
leven, toen hij de resultaten van zijn den
ken en ziin werken zag. toen hij zag. hoe
die ontplofbare stoffen gebruikt werden
om het oorlogstuig steeds meer te perfec-
tioneeren, om mcnschen tc vermoorden,
moet zich een diepe wroeging van hem
meester gemaakt hebben. En den 27sten
November 1895, nauwelijks meer dan een
jaar voor zijn dood. schreef hij zonder
hulp van een notaris zijn testament, waar
in hij vrijwel zijn geheelc vermogen be
stemde voor het uitdeelcn van jaarlijksche
prijzen aan ..degenen, die do mcnschheid
do grootste diensten hebben bewezen".
10 December 1896 overleed Alfred Nobel
te San Remo. En een maand later kwamen
twee verwanten, die tot executeurs tes'a
mentair waren aangewezen, bij een jongen
Stockholmschen advocaat om diens hulp en
bijstand in to roepen. Want, zooals het in
Zweden zoo vaak gaat wanneer een vermo
gend persoon zijn nalatenschap geheel of
ten decle aan instellingen en niet aan ne
ven cn nichten en andere bloedverwanten
vermaakt, zoo protesteerden ook nu onmid
dellijk vele leden van bet. geslacht Nobel
tegen dit test'ament. dat immers niet vol
gens dc voorschriften was opgemaakt en
daarom ongeldig verklaard diende te wor
den. Maar er deden zich meer moeilijkhe
den voor. Het vermogen van Nobel was in
verschillende landen belegd cn bet zou zeer
goed mogelijk zijn, dat de autoriteiten in
die verschillende landen zich tegen uitvoe
ring van het testament zouden verzetten.
In politieke kringen had men er groote
bezwaren tegen, dat do Vredesprijs niet
door een Zweedsche instelling uitgedeeld
zou worden maar door een commissie uit
het Noorsche storting en ook van de zijde
der Zweedsche instellingen, die de andere
prijzen zouden moeion toekennen, rees ver
zet. Er werden allerlei onderhandelingen
gevoerd, dc advocaat reisde kris en kras
door Europa héén om de zaken te regelon
en geholpen door enkele autoriteiten, die
wèl voor de plannen van Alfred Nobel
voelden, slaagde dc advocaat er in. het
deel van liet vermogen, dat in Frankrijk
beloud was, los te krijgen en do kostbare
napieren naar het buitenland tc zenden.
Enkele uren later verzochten de familie
leden aan dc Fransche autoriteiten beslag
op een en ander te leggen, manr do schat
was toen reeds in veiligheid. De zaak zou
niet verder in Zweden behandeld kunnen
zijn, wanneer men niet had kunnen bewij
zen. dat Nobel, die dc laatste jaren steeds
in het buitenland had gewoond, niet in
zijn vaderland ook een domicilie had ge
had. Maar de advocaai ontdekte nu lang
snuffelen, dat Nobel bij Bofors een boer
derij had gekocht, waar steeds een kamer
met enkele meubels uit het ouderlijk buis
voor hem in gereedheid was wanneer hij
eens enkele dagen in Bofors rust kwam
nemen, en zoo was deze moeilijkheid ook
uit den weg geruimd en kon de belang
rijke procedure voor den Zweedschen rech
ter. zij het dan ook dc kantonrechter van
een heel klein stadje in de buurt van
Bofors. verder behandeld worden. Dit was
van bijzonder groot belang, omdat het tes
tament in het buitenland zeker ongeldig
verklaard zou zijn. terwijl het bier in
Zweden onder bepaalde omstandigheden
door de kroon aangevuld zou kunnen wor
den. Tijdens het proces kregen dc execu
teurs en de advocaat een onverwachte
maar zeer welkome hulp van den verte
genwoordiger van den Russis'chen tak van
het geslacht Nobel, den toenmaligen petro-
leumkoning van Bakoe, Emanuel Nobel, die
zich niet aan dc zijde van zijn familie
leden wenschte te scharen omdat hij de in
het testament vervatte plannen van zijn
oom zeer sympathiek vond en hij tevens
volkomen instemde met de maatregelen, die
intusschen genomen waren tot dc verwer-
keluking daarvan. En zoo kon men iu Mei
1898 tot een minnelijke schikking komen,
de familieleden kregen 1.200000 kronen en
na nieuwe onderhandelingen met de be
trokken instellingen keurde de regeering in
Juni 1900 de statuten van de Nobelstieh-
ting goed, die kort daarna haar werkzaam
lieden met een fonds van ruim 31 milliocn
kronen kon aanvangen.
Sedert 1901, toen voor de eerste maal de
vijf Nobel-prijzen voor natuurkunde,
scheikunde, fysiologie en medicijnen, let
terkunde en voor bevordering van den we
reldvrede zijn uitgereikt, is uit de op
brengst van het ionds reeds 19.237,725 kro
nen aan beoefenaars der wetenschap,
auteurs en strijders voor den vrede ten goe
de gekomen. Drie instellingen en 166 per
sonen zijn uitverkoren geworden voor een
Nobelprijs, die altijd meer dan honderd
duizend kronen bedragen heeft, al moest
men zich in het crisisjaar 1923 met
..slechts" 115000 kronen tevreden stellen en
kregen dc- gelukkigen van 1931 elk ruim
173 000 kronen.
Er zijn ter wereld, als ik het goed heb,
naar schattiug 1800 milliocn mcnschen en
daarvan moeten de vijf Nobel-commissies
er dan telkeiijarc elk een uitzoeken, die op
zijn gebied den prijs het meest waardig is.
Het is een zeer zware taak en alleen hier
om is het vermoedelijk al goed, dat over
de uitspraak niet officieel geprotesteerd
kan worden en dat de commissies zich for
meel althans niets van de vaak heftige dis
cussies aantrekken. Uit den aard der zaak
bemoeit het groote publiek zich het meest
met de toewijzing van den Nobelprijs voor
letterkunde, omdat men meent hierover
zelf een oordeel tc kunnen vellen, terwijl
dat, zoo gauw het wetenschappelijke prij
zen betreft, natuurlijk niet meer het geval
is. Trouwens, vele winnaars van de Nobel
prijzen voor scheikunde of natuurkunde of
medicijnen zijn buiten de kringen der vak-
menschen, buiten hun eigen land vaak vol
komen onbekend vóór zij naar Stockholm
opgeroepen worden om uit handen des ko-
nings de chóque en de Nobelmedaillo en
het fraaie in blauw marocain-leder gebon
den di»tloraa in ontvangst te nemen.
Dan zitten zij daar op het podium van
dc groote zaal van het Concertgebouw, niet
zelden een beetje met zichzelf geen raad
wetend, maar de zaal in te kijken, waar
goud en het bonte emaille van ridder
orders en kruizen pronkt op rok cn plas
tron, waar op de eerste rij dc leden van
het koninklijk huis hun plaatsen innemen
als hoog boven het podium dc bazuinen
hebben geschald en de muziek den ko-
ningsmarsch speelt. Dan worden er rede
voeringen gehouden over do verdiensten
van de winnaars van de Nobelprijzen, clan
dalen zij een voor een liet steile trapje af
om naai* den langen grijzen koning van
Zweden te gaan, dan brengt clc ergens in
"t verborgen opgestelde concertgebouw or
kest schoone muziek ten gehoore. Het is
telken jare vrijwel hetzelfde, liet gaat
steeds volgens het eender program, alleen
de mcnschen veranderen.
Maar liet kan ook gebeuren, dat er eeni-
ge afwisseling komt. Anatole France, die
in 1921 den literatuurprijs kreeg, moest
uren lang door den Fransclicn gezant be
werkt worden voor hij er eindelijk toe to
bewegen was, zijn karaorju«j.c en zijn slob
berbroek te verruilen voor een smoking
een rok wilde bij onder geen voorwaarde
aantrekken cn met den gezant naar het
Concertgebouw to gaan. Maar de beroemde
schrijver nam wraak en toen de secretaris
van de Zweedsche Academie een schitte
rende rede liielcl over zijn oeuvre, zat de
oude Anatole France diep in zijn tc groot
lijkende zetel gedoken tc snurken. En en
kele jaren geleden geviel het, dat een be
kend Britscli-Indisch geleerde, die in de
dracht van zijn land gekleed daar zoo
merkwaardig afstak tegen al cle uniform
in rok gesloken Europeanen om hem heen,
koning Gustaf tegemoet trad met dc bui
gingen en de gebaren, die de wetten van
zijn volk hem voorschreven. Daarna zou
een Duitschor, eon type van een geleerde,
zijn prijs in ontvangst gaan nemen. En
blijkbaar in do meening, dat al deze geba
ren tot de etiquette van het Zweedsche
volk behoorden, trad bij daar langzaam
naar den zetel van den koning toe, telde
de passen, boog zich diep, bracht, zooals
hij het den feritsch-Indiér had zien doen,
voorzichtig de handen voor de horst, voor
den mond voor het voorhoofd, strekte zich
woer, maakte nog eenigc passen, boog op
nieuw en trad, verheugd, dat. deze cercmo-
niet voorbij was, op den koning toe, die
liecl vermaakt legen hem glimlachte en
joviaal op den schouder klopte.
Stockholm. October.
BERTIL J.
LETTERKUNDIGE KRONIEK
Dr. Dumay verliest, d ,or Menno
ter Braak, (Rotterdam, N'ijgh
en van Ditmar, 1933).
Over de romans van Menno ter Braak
zijn velen, dij dien auteur als geest en als
kritikus waardeeren, minder goed tc spre
ken. Men verwijt hem, dat in zijn roman
werk het. hart zwijgt, en dat liij zijn boeken
alleen maar schept uit een intellectueele
verbeelding. Wij willen dat verwijt niet ter
stond overnemen, maar wij willen wel een
praealabelj vraag stellen, en trachten te
beantwoorden, alvorens wij komen tot eene
becordeeling van dit, zijn nieuwste boek.
Die praealabile vraag luidt aldus: Is een
kritikus, a^.s zoodanig, al dan n:ct in staat
tot lier opbouwen van een roman? Die
vraag heeft zin, want de kritische functie
is aan de creatieve volkomen tegengjsteld.
De geestcsgewoonte van den kritikus is een
totaal andere dan die van den rom meier,
cn wij behoeven ons er niet over te ver
wond jren, dat, bijvoorbeeld Busken IJuet,
die cle representatieve kritische geest ge
weest is van zijn tijd, een allerakeligsten
roman, „Lidewijde" hïeft geschreven. In
deze opmerkingen ligt ons antwoo d op de
gestelde vraag besloten. Wij ontkennen
de mogelijkheid van een synthetischen ro
man. geschreven door een kritisch-georiën-
teerden geest. Want deze laatste mist een
zekere mate van bewustheil, die noodig is,
wil een boek als het ware door den auteur
heen en zijns ondanks worden geschreven.
Zoo zal de kritikus, die zich op de ro
mankunst werpt, altijd min of meer gebon
don zijn aan levenswankele oi gecompli
ceerde individuen Deze toch sluiten het
dichtste aan bij cle functie, welke hij ge
woon is tc verrichten.
Het is dikwijls vastgesteld, dat een groot
aantal romans, die door dc jongere Neder-
landsche schrijvers worden gewrocht, eigen
lijk meer essays in verhaalvorm zijn, dan
romans in den eigenlijken zin van het
woord. Maar daaruit blijkt, dat over het
algemeen de moderno Nederlandsch i proza
kunst nog al te z»er door een intellectueel-
kritisch psychologismo is beïnvloed, en deu
doop der groote, alles overgolvendc tijd-
stroomingen nog niet heeft ondergaan. Zoo
ontstaan er telkens werken, die in hun
genre voortreffelijk zijn, maar die niet le
vensliefde, maar levenshaat of, war, nog er
ger is, levens-afwezigheid verraden Uit een
vertwijfeld boek kan de levensliefde op
laaien, maar uit een boek als dit laatste
werk van Ter-Braak staren twee koude, ziel-
looze oogen ons aan.
Het leven in een schema te vatten, het
niet te ondergaan, zich door een ironische
of cynische of wijsgeerige houding aan zijn
wreede wetten te willen onttrekken, dat be-
teekent: verraad aan het leven. En het la
ven is verraden in dit nieuwe boek van
Ter-Braak.
De inhoud is spoedig verteld. Dr. Durmay
is leeraar in de oudo talen, aan een gym
nasium, ergens in ons land. Hij is vrijge
zel, maar het valt hem moei'ijk zijn een
zaamheid te dragen. Wanneer hij leö moet
geven in de klasse, clan loopt hij tc mijme
ren over een meisje, Marie, dat hem zoo
nu on dan komt bezoeken, zonder dat die
verhouding zich tot een beslissing ontwik
kelt, en wanneer enkele jongens hem hei
melijk in het ootje nemen, dan reageert hij
daarop min of meer ontstemd. Ilij laat niet
spotten met zijn leeraars-prestige, maar hij
staat zoo ironisch tegenover zichzelf, dat hij
in zijn hart toch wroeging gcvoe't ten op
zichte van cle rekels, die met hem den
draak steken. Een levend symbool van zijn
vernedering is een Indische jongen uit een
zijner kla-ssen, die den jigenaardigen naam
draagt van Jean Wood. Dczo jongen geeft
don leeraar in een onbewaakt oogenblik een
klap legen het achterwerk, maar als dc
leeruar liem school houdt, om hem voor
zijn gebrjk aan eerbied tc bestraffen, weet
hij eigenlijk geen woorden tc vinden, want
in zijn ziel is hij overtuigd, dat de jongen,
wanneer men zijn handelingen als symbo
lisch beschouwt, gelijk heeft. Later sterft
dezj jongen, die wel het geweten van Dr.
Dumay schijnt te vertegenwoordigen
Inlusschcn blijft de geschiedenis met Jean
Wood, hoe nauwkeurig zo ons in den aan
vang van liet boek mogen zijn verteld,
wanneer wij het bock als gJheel overzien,
min of meer op den achtergrond. Op den
Noorgrond treden de verhoudingen, die Dr.
Durnay heeft met twee jonge vrouwen: Ma
rie, later herdoopt in Margot, dij wij hier
boven reeds noemden, en Karin, een meisje
dat hij tijdens een spoorreis teg»ui den aan
val van eop dronken bruut beschermde,
en dat daarna terstond in zijn armen zonk.
Overigens zijn er nog twee schemerig3, on
uitgewerkte verhoudingen van Dr Dumay
met vrouwen flauw waarneembaar in dit
bock: dc onontbjerlijke Platonisch-blijvcnde
verliefdheid van zijn hospita op den jeug
digen klassieken geleerde cn een ietwat ver
gaande flirt met het vrouwtje van een zij
ner vrienden, een dichter cn meester in de
rechten, die dat vrouwtje, volgens de
melhode-Wibaut, op alle mogelijke wijze
„eerijk" ontrouw is. Maar deze laat
ste twee vage spelingen der liefde vor
men slechts het ornament in dit ver
haal. Hoofdzaak zijn dc verhoudingen
van Dr. Dumay lot Mario en Karin. Met
Marie komt Dr. Dumay eerst op de laatste
pagina van het bock tot een accoori, maar
rnet Karin wordt het een tragische en eigen
lijk liecl onverkwikkelijk j gescniadcnis.
Karin, die haar vroegere» verloofde, een
zekeren Lucas de bons heeft gegeven, juist
op dc'n avond, waarop zij Dr. Dumay in den
tr?in ontmoet, vergooit zich zoi hevig aan
den wildvreemden man, neemt hem zoo met
huid en haar in bezit, dat hij ten doodc af-
keerig van haar wordt, en haar van zich
stoot Het geeft nllerlei complicaties: po
gingen tot zelfmoord van dc vnrstooten
jongedame, wilde tochten in auto's, waar
bij wij ons hart vasthouden, dat Dr. Dumay,
die zelf aan het stuur zit, tegen een boom
zal oprennen, en een eindeloos aantal si
garen en sigaretten, dat wordt versonden.
Wij hebben nooit een roman gelezen, waar
in zooveel werd girookt'
Terwijl Dr. Dumay zwalkt op deze woe
lige erotische baren, waarbij zijn gecompli
ceerde aard eerst naar het vcr.ossende bij
zijn van een natuurkind hunkert, maar
zoodra hij dat natuurkind bezit, gaat dat
natuurkind hem vervelen, viert Marie,
zijn „modern en gecompliceerd aangelegde
partner haar verlangens naar simpele na
tuurliefde. uit met een doramen, gjzonden
cavalerie-luitcnant, evenmin echter met
veel resultaat. Na deze aan belde zijden
mislukte pogingen, vindt den lazer dan Dr.
Dumay en Marie aan een venster bijeen
cn hoort hij den volgenden dixloog:
„Er is iets, dat mij aan dit geval nog
boeit." zei zij peinzend. „Wij meenden na
tuurlijk, superieur te zijn aan Lucas en
Karin, wij zouden om hen gelachen lub
ben, als wij niet met hen te maken hadden
gehad En daarom denk ik: hebben wij
eigenlijk wel iets anders gedaan, dan hen-
inhalen? dan een soort gemakkelijke irom'3
verliezen, die juist op kleine, burgerlijko
dingen stuk gaat? jo moet nut vergeten,
dat mcnschen als wij later ern6tig v orden
dan anderen, omdat wij al jong, misschien
wel tè jong, do romantiek van di* anderen
doorzien en er niet meer aan m?e kunnen
doen. Dat wreekt zich eens. Ieder komt
aan de beurt voor zijn huiskamerroman.—'*
Dumay nam baar hand. Achter de ramen
scheen de tijd te pauzeeren."
Uit dit. citaat blijkt duidelijk het karakter,
dat aan ter Biaak's werk ter grondslag
ligt. Het is een spelen met hot leven,
wat hier geschiedt, het leven wordt hier
geconstrueerd van intellectueele schemata
uit, en niet in zichzjlf begrepen cn door
leefd. Van karakterkracht is bij deze figu
ren geen sprake. Dr. Dumay, de leeraar
in de oude talen, is een zwakkelijke wan
kelaar, die tusschen zijn Intellectueele ar
rogantie Jn zijn zinne ijke begeerte heen
cn weer valt; Karin, de scherpst g.typeerdo
figuur uit dit boek, is een dur-vrouwtje,
dat door een Intellectueolen meneer wordt
misbruikt. De figuur van Margot Marie is
even onduidelijk als haar naams-onzeker-
heid, de dichterlijk3 jurist, die verzenbun
dels „In de Nevelen" schrijft, en onderwijl
een lief vrouwtje en een aardig kind on
trouw is, spreekt van do bijfiguren no^ het
meest.
Maar wat aan dit boek wij leven anno
1933, in een tijd van wereld revolutie, van
geweldige levenshernieuwing het jam-
merlijkst ontbreekt, dat is synthetische
kracht en hartstochtelijke bewogenheid.
Deze literatuur komt niet uit de sfeer
van het vcrraplmd psychol igisme, dat de
tachtigers ons nalieten, en waaraan in
onzo dagen niemand behojfte meer heeft.
Het is geen hernieuwing, dit boek
het is een volharding van den hoovaardi-
gen en innerlijk doodarmen mpnsch in
zelfbeschouwing en zelfbeklag. Aan deze
kunst bejft een wereld in nood ais de onze
geen behoefte. In den loop der hu'dige we
reldgebeurtenissen ligt het oordeel besloUn
over dergelijke armelijke en zich den na
vel bestarande raenschelijkheid als lor-
braak ons hier uitstalt Er is geen pessio
in deze kunst en geen verhevenheid.
Maar dit alles neemt niet weg, dat dit
innerlljk-arm boek overal de meesterhand
verraadt van een bizonder knap auteur. Er
ontbreekt niets aan dc psychologische waar
neming, er ontbreekt niets aan de milieu
beschrijving, bijvoorbeeld van da school
waar Dr. Dumay lea geeft. Het boek is
dojrregen met kosteiijke, humoristiscbo en
fijner-ironische opmerkingen Het verhaal
glijdt aan ons voorbij als een reeks van
zeer korte filmen, waardoor dc spanning
wordt verhoogd (maar soms wel eens tc
schielijk afgebroken), het is vjortreffelljk
geconcipieerd.
Maar wij zouden hei, tojjuichen indien
de waarlijk zeer markante geest, waarvan
Menno ter Braak de drager is, niet al tc
vaak de domeinen naderdo van de schep
pende romankunst, waar nlef de ontle
dende kritiek en hel kil cynisme, maar
de overgave aan het leven dc bezielende
Muze i6.
Tony en ik, door E. W. Savi.
Uitg. J. Philip Krusceman,
's-Gravcnhagj.
Tony Newbold hjeft al heel wat vrouwen
het hoofd op hol gebracht en bijna had hij
Ivvelyn Gauld ook bij zijn veroveringen ge-
voezd. Maar Nancy Maynard weet haar bij.
tijds dc oogen te openen, zoodat zij bij baar
man blijft cli verder zorgt Nancy, dat tus-
schien die twee alles weer .11 't reine komt.
Maar hoe goed Nancy Tony ook doorziet,
loch raakt zii onder zijn bekoring en hoe
zij zich ook verzet, ten slotte blijkt de lief
de Sterker en geeft zij zich aan hem. Maar
Tony kan zich niet op aiag omtoovjron in
epn eerbaar echtgenoot, zoodat Nancy nog
veel verdriet van hem be eeft. Maar het
eind is goed. Gelukkig voor Nancy, dij als
een gave natuur prachtig is geteekend, en
ook in haar liefde volkomen is.