SJAALS
B. KRAAL
PRINS HENDRIK EN
HET ROODE KRUIS
Omtrek
ZILVEREN JUBILEUM ALS
VOORZITTER
Ameublement aangeboden voor
het hoofdgebouw
BIJ
NIEUWE BURGEMEESTER
TE UTRECHT
DE BEGROOTING VAN
SOEST
=s
Toespraken van tuit, gen. b. d. Jhr.
Roëll, prof. Koolemans Beijnen
en van den Prins zelve
Zooala wij reeds ecnigen tijd geleden
schreven wordt heden aan Prins Hendrik
als voorzitter van het Roodc Kruis hulde ge
bracht voor de activiteit, hulpvaardigheid
en toewijding, die Z.K.H. gedurende een
kwart eeuw in die functie heeft betoond.
Niet als beschermheer, noch als Prins der
Nederlanden, maar in de functie van actief
voorzitter van een vereeniging, die hij door
zijn werkkracht en cncrgio tot bloei heeft
gebracht.
Aan het Handelsblad ontleenen wij het
volgende:
In de organisatie van het Roode Kruis is
hij steeds meer het centraio punt geworden,
waarvan doelbewuste, doeltreffende en
forsch-inspirccrende leiding is uitgegaan.
Wie in de kringen van het hoofdbestuur
en van de hoogere ambtenaren van het Roo
de Krui6 zijn oor te luisteren heeft gelegd,
ontdekt al spoedig, dat Prins Hendrik zijn
functie nimmer als sinecure heeft opgevat
Wekelijks presideert hij dc bureau-vergade
ringen van het dagelijk6ch bestuur. Wan
neer hij in het land is, verschijnt hij iederen
ochtend in zijn werkvertrek in het Roode
Kruis-gebouw, om er de loopende zaken af
te doen. Zijne Koninklijko Hoogheid omhult
zich in het statige patriciërsgebouw aan de
Princessegracht niet met de Ijzige onge
naakbaarheid, waarmedo zoovele concern-
magnaten hun gewichtigheid meencn te
moeten onderstrepen. Hij beweegt zich, niet
vergezeld door adjudanten, vrij en onge
dwongen door de vertrekken, waar het con
tact met secretarissen en ambtenaren op de
minzaamsto en eenvoudigste wijze verkre
gen wordt En wanneer voor het 6tichten
van nieuwe afdeelingen of het ondernemen
van nieuwe acties, de hulp van plaatselijke
of andere autoriteiten vereischt is, is Prins
Hendrik 6ncl en paraat, om persoonlijk de
noodzakelijke instanties te bezoeken. Zijn
activiteit overziet dc groote lijnen, maar
strekt haar nauwlettende zorg ook uit over
de déails. Men roem gul en onomwonden
zijn doorzicht, zich door de juiste personen
v te omringen. Zijn natuurlijke goedmoedig
heid verstaat het, ook los van zijn positie,
dc gekozen medearbeiders tot oprechte en
volledige samenwerking te dwingen.
Wat na 1908 tot stand Is ge*
komen.
In 1908 is Prins Hendrik opgetreden als
Voorzitter van het Roode Kruis. De stich
ting was bedoeld als hulp-verleening in ge
val van oorlog. In het jaar 1909 heeft de
vereeniging toen haar terrein van actie uit
gebreid tot maatschappelijk werk. Dc Prins
heeft medegewerkt aan het uitzenden van
ambulances in den Balken-oorlog en van
dc pest-ambulances in 101 i naar Indic.
In do jaren van de mobilisatie zijn onder
zijn opperleiding nood-hospitalen ingericht
voor zieke militairen, die herhaaldelijk per
soonlijk door den Prins bezocht zijn.
Bij de groote watensnóoden en do rampen
van Borculo en Ncede was de Prins altijd
zoo spoedig mogelijk op de plaatsen des on-
hcils aanwezig. Trouwens, zoodra er in het
algemeen eenigc activiteit vereischt is, heeft
rnen zijn aanwezigheid als ict6 vanzelfspre
kends leeren zien.
In Nederland worden nog altijd nieuwe
afdeelingen opgericht, die op het oogenblik
inclusief Nederlandsch-Indië en Curacao
het respectabele aantal van 104 bereikt
hebben. Behoorend tot het domein van bet
Roode Kruis, verdienen ook de bekende
Parkherstellingsoorden een eervolle ver
melding.
De laatste jaren is voorts een nauwe en
uitnemend-sluitendo samenwerking verkre
gen met Eerste Hulp bij Ongelukken. Nieu
we afdeelingen met nieuwe transport-co
lonnes zijn opgericht. En hulpposten langs
den weg zijn ingesteld als noodzakelijke as
sistentie bij verkeersongevallen.
Overbodig te zeggen, (lat liefdadigheids
voorstellingen ten bate van het Roode Kruis
6leeds door den voorzitter met een persoon
lijk bezoek vereerd worden. Trouwens, op
persoonlijk contact, dat in onopgesmukte,
vlotte gemoedelijkheid zoo gemakkelijk ver
kregen wordt, is een groot deel van de suc
cesrijke activiteit van den jubilcercndo
voorzitter terug te voeren.
Beste karakteristiek.
De beste en levendste karakteristiek van
den Prins der Nederlanden is waarschijnlijk
gegeven door zijn te vroeg overleden vriend
jonkheer Van Riemsdijk.
Den Voorzitter van het Ncderlandsche
Roodc Kruis heeft hij leeren kennen „al3
een man vol ijver en toewijding. Dc Prins
wilde dat Roode Kruis, het 6cmi-regecrings-
lichaam, vooruit brengen en hij zocht daar
toe mcnschen, die evenals hij, werk konden
verzetten!... Do Prins der Nederlanden zal
voor mij in eerste instantie altijd blijven de
man van een ongekende werkkracht.
„Een tweede karaktertrek is zijn ingebo
ren zucht om mcnschen te helpen; een der
de karaktertrek is zijn plichtsbetrachting...
liet Ncderlandsche Roode Kruis, de Neder-
landsche Commendavy der Johanniter-Orde
hebben de grootste verplichtingen aan den
voorzitter en commcndator. Hij was ons al*
In het Gedenkboek, uitgegeven bij het
25-jarig huwelijk van II. M. dc Koningin,
onder redactie van prof. Brugmans,
Ion een voorbeeld van plichtsbetrachting en
workkracht."
Het is een kwart eeuw onverflauwde ac
tiviteit, onuitputtelijke hulpvaardigheid en
sterke toewijding, die heden zullen worden
gehuldigd. Dat zij nog lange jaren hunne
kracht mogen uitstralen, is onze oprechte
wcnsch.
'sGravcnhage, 16 Dcc. Ter gelegen
heid van dc 25*jarige werkzaamheid van
Z.K.H. den Prins der Nederlanden alsvoor-
ziter van het hoofdbestuur van do vereen,
het Nedcrlandscho Roodc Kruis, is heden
middag 12 uur in het gebouw van den Die
rentuin een drukbezochte bijeenkomst van
hoofdbestuursleden, afdelingsbestuurders
en leden dier vereeniging gehouden, welke
door Z.K.H. werd bijgewoond.
Luitenant-generaal b. d. jhr. J. H. Röell,
eerste onder-voorzitter van het Ned. Roodo
Kruis, sprak den Prins het allereerst toe.
Hij wees op dc zeer groote plaats, die
de Prins in zijne hoedanigheid niet enkel
van voorzitter, doah van echt Roode Kruis
man in dc harten van alle leden en vrien
den van het RoodeKruis in binnen- en bui
tenland innam. Dit dankt u zoo zeldc
de spreker o.m. aan do niet enkel waar-
digo, doch ook zoo hijzonder innemende
wijze, waarop ge uw taak vervult, geen
onderscheid makondc tusschcn verschillen
de personen of zij hoog geplaatst ztjn dan
we] een nederige rol in het maatschappelijk
leven vervullen; daarbij steeds bereid dat
gene uit te voeren, wat in het belang van
het Roodo Kruis dient verricht te worden.
Ik «preek dus uit naam van allen die het
Roodc Kruis dienen, dan wel gediend heb
ben, wanneer ik Uwe Koninklijke Hoogheid
hartelijk dank zeg voor alles wat door U
in den loop der achter ons liggende 25
jaren werd verricht, niet enkel voor onze
vereeniging, doch ik denk daarbij tevens
aan de talloos vele andere vereenigingen
in den Lande, waarnaar Uwe. hooge belang
stelling uitgaat.
Onlangs heeft een geaoht lid van het be
stuur van den Noderlandschen Journalis
tenkring het zoo juist uitgedrukt, toen hij
tot Uwe Koninklijke Hoogheid zeide: „dat
uwe voortdurende belangstelling voor alles
wat Volk en Volksleven betreft, U recht
geeft op elke eerbiedige waardcering."
Zoo wenscht het gehoclc Nedcrlandscho
Roode Kruis met allen, zoowel in binnen
als buitenland, die deze vereeniging ge
voelens van vriendschap oti genegenheid
toedragen, U toe, dat het Uwe Koninklijko
Hoogheid, die aan een betrekkelijk jeugdi
gen leeftijd, ccn voortreffelijke gezond
heidstoestand paart, mage gegeven worden
nog zeer vole jaren aan het hoofd onzei
vereeniging te staan.
Ik »lndig met alle aanwezigen uit te noo
digen zich met mij te vereenigen tot een
driewerf hoera op onzen voorzitter.
Lang leve Zijne Koninklijke Hoogheid I
Vervolgens hield prof. G. J. \V. Koole
mans Beynen als oudste lid van het
dagclijksch bestuur een rede.
Do lange reeks van jaren zoo sprak
deze gedurende welke ik in dc steods
in aantal toenemende vergaderingen, aan
vankelijk van het Dagelijksch Bestuur, la
ter ook van het Bureau Uwe werkzaamhc
den als voorzitter van het Nedcrlandscho
Roode Kruis heb kunnen bijwonen, geven
mij het recht en zelfs den plicht hier to
komen getuigen van Uwe hartelijke, nooit
vermoeide belangstelling, ja meer dan oot
ik zou villen zeggen van Uw vaderlijk ge
voel voor deze, onze en Uwe vereeniging. Do
gevolgen hiervan zijn dan ook niet uitge
bleven en hot feit, dat het Ncderlandsche
Roode Kruis zijn werkingssfeer 6teeds meer
uitbreidt, 6teeds wakkerder cn levende?
wordt, is zeker in niet geringe mate te
danken aan het geluk, dat zij 'gedurende de
laatste 25 jaren gehad heeft U als voorzit
ter te mogen bezitten.
Als tastbaar bewijs van de sympathie
voor den arbeid van Prins Hendrik als Roo
de Kruis-voorzitter, bood Spr. aan dc aan
vulling van het meubilair van de verga
derzaal van het Dagelijksch Bestuur, waar
van een specimen getoond werd.
„Wil mij dan toestaan, Koninklijko Hoog
heid zoo eindigde prof. Koolemans Bey
nen U namens oud-hoofdbcstuurslcden,
hoofdbestuursleden, oud-militaire commis
sarissen, militaire commissarissen, afdee
lingen, ambtenaren en beambten, benevens
de Nederlandschc Vereeniging voor Roode
Kruishonden dit huldeblijk aan te bicden
als een klein bewijs van de groote waar-
decring die wij voor Uwe Koninklijke Hoog
heid als onzen voorzitter gevoelen en met
den hartolijkcn wensoh, dat het U nog lang
gegeven moge zijn het Nedcrlandscho Roo
dc Kruis op dezelfde succesvolle wijze te
leiden als U dit in dc afgeloopen 25 jaren
heeft gedaan"
Z. K. II. de Prins der Nederlanden dankte
met een redevoering, waarin hij begon met
zijn «groote erkentelijkheid te betuigen voor
het fraaie ameublement, dat men hem ter
gelegenheid van zijn zilveren jubileum had
aangeboden.
„ITet zal u zeker niet verwonderen zoo
zeido de Prins wanneer ik u zeg. dat ik
met een .eenigszine angstig gevoel dit jubi
leum tegemoet heb gezien.
Ik zou niet gaarne in cijfers willen uit
drukken het aantal jubilea, waaraan ik,
sedert ik, als Prin6 der Nederlanden, in
uw midden ben opgenomen, heb deelgeno
men.
De functie der jubilarissen heb ik over
het algemeen niet benijd; te weten thans
zelf die functie te moeten bekleedcn. heeft
mij wel eenigszins bezwaard.
Nu ik thans voor u sta om gehuldigd te
worden, hebben mij de hartelijk en diep ge
voelde woorden van den eersten onder-voor
zitter, den heer Röell en van het oudste
tid in dienstjaren van het dagelijksch bc-
PRINS HENDRIK
stuur, prof. Koolemans Beijnen, ten zeer
ste getroffen.
Toen ik tot voorzitter van het Ncderland
sche Roode Kruis werd benoemd, heb ik
deze taak aanvaard met het voornemen
mede te werken ora de vereeniging na een
•angdurigo rustperiode een nieuw tijdperk
van bloei te doen ingaan.
Mij en mijn raedc-bpofd-comi té-leden
werd daartoe een welkome gelegenheid ge
boden door liet verschijnen van liet konink
lijk besluit van 2 April 19Ó9] waarbij
voor 't eerst sedert haar bestaan uitdruk
kelijk aan de vereeniging werd voorgeschre
ven, dat zij zich in vredestijd aan maat
schappelijk work had te wijden.
De werkzaamheden, gedurende mijn 25-
iarige ambtsperiode verricht, behoef ik
thans nite nader mede te dceicn.
Dokter G. A. Prins, redacteur van ons
officieel orgaan de Samaritaan heeft daar
over een zoo juist overzicht gegeven.
Dat deze veelzijdige arbeid verricht is
kunnen worden, is grootcndeels tc danken
aan de hoofd-comité-lcdcn, hoofdbestuurs
leden cn dagelijksch bestuur-lcdcn, bene
vens aan de militaire commissarissen, die
het leeuwenaandeel van dc werkzaamheden
op zich genomen hebben.
In verband hiermede stel ik er prijs op
afzonderlijk dc namen te noemen van de
onder-voorzitters, die mij in deze 25 jaren
hebben terzijde gestaan cn wel jhr. mr. S.
Laman Trip, luitenant-generaal J. de Waal,
luitenant-generaal M. 13. Rost van Tonnin
gen, generaal-majoor A. A. J. Quanjer, dr.
II. Colijn, jhr. mr. B. C. dc Jonge, jhr. II
Loudon en de thans fungeerende onder
voorzitter luitenant-generaal jhr. J. II.
Röell.
Voor dc groote bereidwilligheid, waarme
de deze hccrcn mij in mijn taak terzijde
hebben gestaan, breng ik van deze plaat»
mijn hartelijken dank.
Zeker mag ik niet onvermeld laten de
namen van njr. II C. Drcsselhuijs en mr.
G. van Slootten Azn.; die als secretarissen-
generaal zulke belangrijke diensten aan het
Nedcrlandscho Roode Kruis hebben bewe
zen.
Mijn dagelijksche bezigheden heb ik
steeds op de moest aangename wijze mogen
verrichten met de opvolgende secretarissen.
Toen dc heer Vervloot kort na mijn op
treden wegens zijn 72-jarigcn leeftijd als
secretaris had bedankt, was het mij een
groot genoegen, da Kop mijn voorstel als
zoodanig werd benoemd jhr. Maximilian
Mazel, dien ik als commies op het konink
lijk huisarchief bad leeren kennen.
Dc heer Mazel heeft krachtig medcgchol-
pen in de zoo hoog noodige reorganisatie
der administratie en dc oprichting van
nieuwe plaatselijke comité's.
Dc werkzaamheden waren binnen twee
jaren reeds zoodanig toegenomen, dat aan
het bureau eerst als boekhouder werd toe
gevoegd de lieer A. J. van Zanten, die tot
zijn overlijden in 1925 als zoodanig is werk
zaam gebleven, terwijl bij koninklijk besluit
van 26 October 1912 de benoeming plaats
had van jhr. O. J. Queries van Ufforcl tot
adjunct-secretaris en in 1917 tot secretarie.
Dc hecren Mazel cn Quarles zijn mijn
trouwe adjudanten gebleven respectievelijk
tot 1925 en 1928 en ik meen ccn woord van
mijn groote erkentelijkheid niet achterwege
te mogen laten voor de uitnemende wijze,
waarop deze hccrcn hun taak hebben ver
vuld.
Tenslotte wensch ik nog een woord van
dank tc brengen aan dc later opgetreden
secretarissen de liecron jhr. C II. C. Flugi
van Aspermoht en jhr. 11. Beelaerts van
Blokland cn aan de thans nog fungeerende
ambtenaren on beambten, die allen met
groote voortvarendheid de werkzaamheden
van het Nederlandschc Roode Kruis heb
ben vervuld en vervullen
Speciaal noem ik hierbij dc i '-de be
ambten in jaren het echtpaar Van ..ampen,
die sedert 1915 on6 gebouw, Prinsessegracht
27, bewaken.
Moge ik thans eindigen met de uitdruk
kelijke verklaring, dat ik mijne beste krach
ten zal blijven geven voor dc belangen
van het Nedcrlandscho Roodc Kruis, waar
bij ik op uw aller medowerking hoop te
mogen blijven rekenen.
Leve het Nederlandschc Roodc Kruis
FAILLISSEMENT J. A. BAARS.
Naar wij vernemen heeft mr. W. J. C. A
Nijgh te Hellevoetsluis het faillissement
van T. A. Baars aangevraagd.
LANGESTRAAT 26 LEUSDF-J»Wpcj 26.
SOESTERWEG 96.
Mr. Dr. G. A. W. ter Pelkwijk
secretaris van den Ilaag,
zal benoemd worden
Zooals wij gister in het kort gemeld heb
ben, is tc verwachten de benoeming tot bur
gemeester van Utrecht Mr. Dr. G. A. W.
ter Pelkwijk, thans secretaris van de go
meentc 's-Gravcnhagc.
Mr. Dr. G. A. W. ter Pelkwijk is thans 51
Ja_r oud. 11 ij werd gebc.'cn tc Eist )p 19
Maart 1882. Hij deed eindexamen aan het
Haagschc Gymnasium, cn studeerde ver
volgens to Leiden, aan welke Universiteit
hij ook promoveerde tot Doctor in de
rechtswetenschappen op 31 Januari van het
jaar 1907. Te Leiden werkte hij als stu
dent, onder den invloed van professor
Drucker veel in het volkshuis, en te /.amen
met den latcren hoogleeraar professor
Rocssingh nam hij het initiatief tot dc op
richting van een Openbare Leeszaal te Lei
den.
Na zijn promotie tc Leiden werd hij
werkzaam gesteld aan het Centraal Bureau
voor dc Statistiek te 's-Gravenhage, en
daarna werd hij benoemd tot commies re
dacteur aan dc gemeente-secretarie te Arn
hem. Zijn studio zette hij evenwel voort, en
op 18 Mei 1911 promoveerde hij andermaal
aan dc Universiteit te Leiden, ditmaal tot
Doctor in dc Staatswetenschappen.
In den aanvang van bet jaar 1912 werd
de hoer ter Pelkwijk benoemd tot hoofd
commies in algemeenen dienst ter sccreta
rio van 's-Gravenhage, waar hij ingaande
1 Januari 1911 als referendaris verder
werkzaam was, als chef van het Kabinet
van den Burgemeester, als chef van de af
deeling Algcmeene Zaken, en gedurende
eenigc jaren van den oorlog tevens als chef
van de afdeeling Militaire Zaken. Na nog
te hebben gefungeerd als chef van de af
deeling Financiën, werd hij 15 Maart 1920
Mr. Dr. G. A. W. TER PELKWIJK.
benoemd tot gemeente-secretaris van de
Residentie. Aan de Ilaagsche secretarie
heeft mr. dr. Ter Pelkwijk aanvankelijk
gewerkt in nauw contact met Burgemeester
van Karnebeek, die hem als secretaris bij
den arbeid van verschillende commission
betrok, met name bij de tramcommissie,
welke onder voorzitterschap van nu wijlen
mgr dr. Nolens na de staking van 1914
werd ingesteld, cn bij het eerste scheids
gerecht van dc tram, waarvan mr. Loder
voorzitter was.
Sedert 1915 bekleedde hij het secretariaat
van het Carnegie Helden Fonds. Zeer bij
zóndcre werkzaamheden zijn hem in den
loop der jaren toevertrouwd, vooral in de
oorlogsjaren, toen bijzondere maatregelen
moesten worden genomen in verband met
het feit, dat de rust in Den Hang herhaal
delijk werd verstoord.
Kort na het optreden van mr. Patijn als
burgemeester van Den Haag, in de moei
lijke Novemberdagen van 1918, was hij
actief werkzaam voor de huldobetooging
aan H M. dc Koningin op het Malieveld,
hij welke gelegenheid hij, toen soldaten het
Koninklijk rijtuig voort trokken op dc bok
sprong, en dc leiding nam van den verderen
rit. Naar aanleiding van deze episode werd
hij spoedig betrokken bij het organlsecren
van herdenkingsfeesten bij groote natio
tiale gebeurtenissen. Hij trad als voorzitter
op bij do groote feesten, o. m. in 1923 ter
eere van het zilveren jubileum van H. M.
de Koningin, van de meerderjarigheid van
Prinses Juliana, van het 50 jarig burger
schap van de Koningin-Moeder, en bij het
vierde eeuwfeest van Willem van Oranje.
Van hem ging ook het initiatief uit voor
het lichtfeest te 's-Gravenhage in Septem
ber 1930
/Ms gemeentesecretaris heeft mr. Ter
Pelkwijk zich aanvankelijk in het bijzon
der toegelegd op de efficiency der sccreta
rie, en bracht hij een wijziging in de orga
nisatie der secretarie tot stand. Persoonlijk
behandelde hij ter secretarie verschillende
groote vraagstukken, bijvoorbeeld de grens
wijzigingen met Loosduinen en Den Haag.
Rijswijk cn Voorburg, de voorbereiding
voor het gemengd trambedrijf, het stad
huisvraagstuk en de kazcrnequacstie.
Van Raadscommissies ad hoe, te dezer
zako ingesteld nam hij het socrctari&at op
zich. Dezer dagen is hij nog benoemd tot
voorzitter van de commissie voor de algc
meene salarisherziening.
Mr. Ter Pelkwijk is bij geen politieke
partij aangesloten; hij is van liberalen
huize.
Sinds jaren is de heer Ter Pelkwijk reeds
voorzitter van het Haagsche comité voor
volksfeesten. Hij is commandeur in do
Huisorde van Oranje, Officier in de Orde
van Oranje Nassau, Officier in do Orde
van de Eikekroon, en van de Ster van Roe
menië en Ridder van het Legioen van Eer,
van do Poolster cn van de Orde van St.
Olaf.
Soest. Aan de memorie van toelich
ting bij de gemeentebegrooting ontleenen
wij nog:
Voor onvoorziene uitgaven is een post uit
getrokken groot ƒ27,306.18, waaronder is
begrepen een bedrag van 1750 wegens uit
den gewonen dienst te dekken kosten van
aanschaffing van leermiddelen voor bizon-
dcro scholen cn een bedrag van ƒ12,377 36
wegens tc hoog geraamde uitkeering uit het
gemeentefonds, indien bet aanhangige wets
ontwerp tot vermindering der uitkeering be
doeld in art. 3, onder b der wet van 15 Juli
1929 (Stbl. 388) wordt aangenomen, zoodat
feitelijk voor de in den loop van den dienst
1934 opkomende onvoorziene uitgaven
resteert een bedrag van 13,178.82.
Inrichting begrooting.
In de inrichting der begrooting is geen
verandering gekomen. De loonen der vaste
arbeiders van openbare werken zijn even
als in 1933 over de posten der begrooting
ten behoeve waarvan de werkzaamheden
worden verricht, verdeeld, waardoor de ver
schillende posten der begrooting een juister
beeld geven van de in de omschrijving van
dio po6tcn aangegeven uitgaven.
Eindcijfers begrooüng.
De cindccnfers vaii den gewonen dienst
der primitieve begrooting bedroegen in 19S3
956.568.?2, terwijl die voor 1934 z]jii ge
raamd op ƒ963,414.57. Do kasposten op de
beide diensten niet in aanmerking nemen
de, bedroegen dc eindcijfers voor 1933
ƒ702,788.80 cn bedragen die voor 1934
712.390.34.
De eindcijfers der primitieve begrooting
van den kapitaaldienst bedroegen in 1933
ƒ1,643,214.47. Voor 1934 zijn deze cijfers ge
raamd op 1,634.637.77. De kaspo6ten we
gens opname en aflossing van kasgeld voor
1933 en 1934 buiten beschouwing latende,
resteoren als eindcijfers van den kapitaal-
dienst voor die jaren resp. ƒ143,214.47 en
13-i.637.77,
Begrooting grondbedrijf.
Tegelijk met do ontwcrp-geraeentcbegroo*
ting wordt u hierbij aangeboden de ont-
werp-begrooting van bet grondbedrijf voor
het dienstjaar 1934. Vermits do rekeningen
van dit bedrijf over do jaren 1931 cn 1932
nog niet zijn vastgesteld, waren geon nauw
keurige gegevens voorhanden voor een Juis
te raming der posten voor 1934. In verband
daarmede mag aan de in do ontwerp-be-
grooting voor het grondbedrijf voor 1934 op
genomen cijfers niet moer dan een voorloo-
pigo waarde worden toegekend. De opma
king van de vorengemelde grondbedrijfsre
keningen is nog in bewerking. De rekening
van het grondbedrijf over 1931 zal u waar
schijnlijk nog dit jaar ter voorloopige vast
stelling worden aangeboden, terjvijl wij ver
wachten dat ook do rekening over 1932
spoedig gereed zal komen.
Begrooting wegenfonds.
Nevens het ontwerp der begrooting van
het wegenfonds wordt u ter vaststelling
aangeboden een ontwerp-besluit tot vast
stelling der bedragen over 1934 verschul
digd als kosten van aanleg en onderhoud
der wegen, een on ander zooals bedoeld bij
art 8 der verordening tot instelling van
het wegenfonds.
Al6 breedten van weg en rijweg cn als be
dragen voor kosten van aanleg en onder
houd zijn in dat ontwerp-besluit dezelfde
aantallen meters en gelijke bedragen aan
genomen als die wolke in uwe vergadering
van 21 December 1932 voor het jaar 1933
werden vastgesteld. Het desbetreffend
raadsbesluit houdende vaststelling der
breedten van de wegen van het wegenfonds
is alö bijlage van de bagrooting 1932 van
het wegenfonds overgelegd.
Begrooting gasbedrijf.
De voor 1933 aangehouden afschrijvings
percentages op de activa van het gasbedrijf
zijn gelijk aan die, welke bij raadsbesluit
\an 27 Juli 1932, 4de afdeeling no. 2609 met
ingang van 1 Januari 1931 zijn vastgesteld.
Ilot advies van de gascommissie omtrent
deze ontvverp-begrooting uitgebracht is bij
de begrootingsstukken ter inzage ncderge-
legd.
De ontwerp-begrooting van het gasbedrijf
voor 1934 sluit met een geraamd tekort van
ƒ7000. De bij de gemeente belegde reserve
van dat bedrijf bedraagt naar raming zon
der afschrijving van genoemd tekort per 1
Januari 193i 9833.48.
Bij de raming van don post „inkoop gas"
is rekening gchou len met de met ingang
van 1 Januari 1934 In te voeren heffing van
dc omzetbelasting, waartoe deze post met
een bedrag van 1500 werd verhoogd. Maat
regelen tot dekking of beperking van ge
noemd tekort van ƒ7000 zijn bij ons college
in overweging. Het ligt in ons voornemen
u zoo spoedig mogelijk dc daarvoor noodige
voorstellen aan te bieden.
Begrooting Maatschappelijk
Hulpbetoon.
Het op do door maatschappelijk hulpbe
toon ingediende begrooting voor 1934 ge
raamd subsidie van do gemeento bedraagt
f 41,700; voor het dienstjaar 1933 werd in
de primitieve begrooting van dat jaar een
subsidie van ƒ37,400 gevoteerd. Dit bedrag
is echter niet toereikend gebleken; bij een
drietal besluiten tot wijziging der gemeente
begrooting voor 1933 is het subsidie in to
taal verhoogd met ƒ30.000 en gebracht op
f 67,400. De verhooging van het aanvanke
lijk toegestaan subsidie was noodig, omdat
het maatschappelijk hulpbetoon in 1933 tij
dens de buitenwerkingstelling der steunre
geling en de staking der werkverschaffing
ook voor zijn rekening nam de uitgaven
wegens steunverleening aan werkloozen en
daarmede vert)and houdende kosten,