SNELTAXI AMERSFOORTSCH DAGBLAD FEUILLETON Vrijdag 9 Februari 1934 32 e Jaargang No. 188 MISBRUIK VAN DEN RECHTSVORM DER N.V. DE REGEERING WIL ER PAAL EN PERK AAN STELLEN Geraamde jaaropbrengst 12 millioen TELEFOON 304 en 697 POSTREKENING 28850 MIDDENSTANDS- BANKy00! AMERSFOORT EN OMSTREKEN SPAAR-DEPOSITO Rente 3|% J. B. WESTERDIJK t SNEL - VEILIG - GOEDKOOP DE PRINSESSEDAG LAND DCOR ZEE OVERSTROOMD VEILIGE HAVENS Belasting van besloten vew nootschappen en ver- eenigingen Ingediend is een wetsontwerp houdende voorzieningen betreffende de heffing van belastingen van besloten vennootschappen en vereenigingen en hare aandeelhouders of leden, - wijziging van enkele wettelijke bepalingen betreffende directe belastingen Aan de Memorie van Antwoord wordt het volgende ontleend: Reeds uit do Troonrede is gebleken, dat de regeering het noodig acht, -paal en perk te stellen aan hot misbruiken van den rechtsvorm der naamlooze vennootschap om de betaling van belasting te ontgaan. Het tegenwoordige wetsontwerp strekt hiertoe. liet to bestrijden misbruik bestaat, ge lijk bekend is, in overmatige reserveering van winsten in zoogenaamd besloten naam looze vennootschappen, waardoor de be dragen, welke bij een normale uitdeelings politiek zouden zijn getroffen door in komstenbelasting, gemeen tefnndsbelasling en dividend en tantièmebelasting, aan de werking van die belastingen worden onl trokken, en dit, terwijl men veelal toch wegen weet te vinden om de winsten fei telijk naar de aandeelhouders te laten af vloeien. Zoo komt het, dat men kan zeg gen, dat in den lande een aantal, door gaans welgestelde personen zijn, die naar eigen goeddunken bepalen, hoeveel in komstcnbelasling en gemcentefondsbelas ting zij zullen betalen. De thans geldende regeling, waarbij slechts de uitgedeelde winsten belast wor den, is tot stand gekomen met het oog op naamlooze vennootschappen wier aan deelcn in wijden kring verspreid zijn en van hand tot hand gaan. Deze regeling is echter volkomen pngeschikt gebleken voor het belasten van de winsten van vennoot schappen welker aandeelen in feite bebop ren tot een zeer beperkten kring van per sonen, die zich onderling door familieban den of zakenrelaties verbonden gevoelen en er licht toe komen, de gedragingen der vennootschap dienstbaar te maken aan be langen die, welbeschouwd, slechts privé belangen der aandeelhouders zijn. Ten aanzien van zulke vennootschappen is een verandering van heffingstelsel ge boden. Het nieuwe stelsel nu zal hierin bestaan, dat de geheele winst van deze „besloten vennootschappen" geacht zal worden rechtstreeks aan dc aandeelhouders ten goede te komen. Dit zal ten gevolge heb ben. dat de geheele winst van die vennoot schappen door de belastingen naar het in komen zal worden getroffen en dat de beffing van dividend- en tantièmebelasting ten aanzien van die vennootschappen zal ophouden, zoodra over de bestaando re serves die belasting is voldaan. Het hier omschreven syslecm, waarbij de aandeelhouders als het ware als leden eener vennootschap onder firma worden beschouwd, zal dus mede gelden voor in wezen besloten naamlooze vennootschap pen, aan welker uitdeelingspolitiek anti fiscale elementen vreemd zijn. Voor alle als besloten aan te merken vennootschap pen geldt hetgeen zooeven is medegedeeld met betrekking tot de dividend- en tan tièmebelasting; bij zulke vennootschappen zullen dc aandeelhouders op dezelfde wijze als firmanten verliezen mogen compensee- ren op den voet van art. 1? der wet op de inkomstenbelasting en eventueel aftrek verkrijgen ter voorkoming van internatio nale dubbele belasting. De minister heeft in het voorkomen van zeker misbruik van een bepaalden rechts vorm een aanwijzing gezien, dat het noo dig is een nieuw stelsel van belastinghef fing in te voeren ten aanzien van alle be sloten naamlooze vennootschappen. De mi nister hoopt daarmede tevens een einde te maken aan den noodeloos grooten in vloed, dien dc belastingheffing thans heeft op den rechtsvorm waarin een bedrijf wordt uitgeoefend. De regeering van de hier aan de orde gestelde stof zou betrekkelijk weinig moei lijkheden geboden hebben, indien er slechts (wee gemakkelijk te onderscheiden soorten van naamlooze vennootschappen bcston den: de publieke en de beslotene. De wor kelijkheid \an het maatschappelijk leven kent echter naast vennootschappen, om trent welker karakter geen twijfel kan be staan, overgangsvormen in zoo bonte ver scheidenheid, dat het trekken van een voor belastingdoeleindcn juiste scheidslijn niet doenlijk is. Twee mogelijkheden stonden nu open. Of de verandering van stelsel zou moeten plaats vinden ten aanzien van alle naamlooze vennootschappen zonder onderscheid, of men moest dc belastingad ministrntic binnen zekere grenzen en r.n der rechterlijke contróle, do bevoegdheid geven naamlooze vennootschappen als be «loten aan te wijzen. De minister heeft aan deze laatste op lossing de voorkeur gegeven, vooreerst om dat het niet onderscheiden tusschcn de beide hoofdgroepen van naamlooze ven nootschappen in strijd zou zijn met aen hierboven uiteengezettcn gedachtcngfing maar bovendien omdat de minister afge zien nog van economische overwegingen de andere meende te moeten verwerpen. De minister brengt in herinnering, dat reeds vroeger een poging is gedaan om het ontstaan van besloten naamlooze vennoot schappen tegen te gaan, voor zoover d<-ze oprichting met zekere anti-fiscale motie ven zou geschieden. Deze poging is beli chaamd in de' wet van 29 April 1925 tot be vordering van de richtigc heffing der di recte belastingen. Deze wet heeft ontegen zeggelijk zeer nuttig gewerkt, niet liet miusl in preventief opzicht, maar zij is ten aan zien van de besloten vennootschappen nieP afdoen de treblek en De minister meent ech ter, dat ook na ht»t tot stand komen van de thans voorgestelde wet, van die van 1925 nog een heilzame werking zal blijven uit gaan Zij verricht trouwens ook op andere terreinen der belastingwetgeving nuttig werk en behoort daarom in elk geval in stand te blijven. Met de richtige-beffingsvvet stemt het te genwoordige ontwerp in zooverre overeen dat bet aan de administratie, binnen zekere grenzen, een discretionnaire macht geeft pn dat het de uitoefening van die macht stelt onder toezicht van' één college: een gerechtshof. Door het overnemen van deze figuur (welke in de wet van 1925 is opgeno men als vrucht van het parlementaire over leg) wijken de buitengewoon groote moei lijkheden welke anders aan een scheiding tusschen publieke en besloten naamlooze vennootschappen zouden zij'n verbonden. De minister heeft het nuttig geacht, voor buitenland6che aandeelhouders in een bier te lande werkende besloten naamlooze ven nootschap een speciale regeling te treffen wat betreft de vermogensbelasting. Tevens heeft hij gemeend het ontwerp dienstbaar te moeten maken aan het-brengen van en kele wijzigingen in de Wet op de Inkom stenbelasting 1911 en in dc wet tot bevorde ring van de richtige heffing der directe be lasctingen welke met de behandelde mate rie verband honden. De minister'acht mogelijk dat deze wet telijke voorziening de opbrengst der inkom stenbelasting voor 1931/1935 zal verhoogen mot 5'/2 millioen (in hoofdsom cn Rijksop- centen) en dc opbrengst der gemeentefonds belasting m hoofdsom en opcenten, voor zoover die .aan het Gemeentefonds ten goe de komt, met 7 mil hoen. Hiervan zou ten bate van het dienstjaar 1934 der Rijks- begrooting komen. Tegenover deze baten staat ecnig verlies aan dividend- en tan tièmebelastrng dat echter door de werking vun dc overgangsbepaling ten aanzien van die belasting zeker ten volle zal worden opgeheven. Behalve N.V's en commanditaire ven nootschappen op aandeelen zullen ook co öperatieve en andere vereenigingen, voor aanwijzing als besloten lichaam in aanmer king kunnen worden gebracht. Zulks is wenschehjk om den weg naar nieuwe mo gelijkheden van belastingontwijking bij voorbaat te versperren. De eerste beide artikelen van het wets ontwerp beperken de mogelijkheid van be Ia6tingvlucbt naar bet buitenland. Boven dien zullen een aantal reeds thans buiten Nederland wonenden, die hier te lande zeer aanzienlijke belangen hebben voortaan daar voor in de belasting naar inkomen en ver mogen kunnen worden betrokken. In art. 4 is bepaald dat niet voor aan wijzing als besloten vennootschap in aan merking komen: a. die, waarbij bet beleggend publick een aanmerkelijk belang heeft; b die, welker aandeelen uitsluitend in handen zijn van vennootschappen, van niet als brfiloter. aangewezen vereenigingen, van binnen hel rijk gevestigde onderlinge ver zekeringsmaatschappijen en van -publiek rechtelijke lichamen. Voor aanwijzing komen uitsluitend in aanmerking, dc vennootschappen: a. die welker gestort kapitaal de 100.000 niet-.te hoven gaal; - I). die. waarin de. machf uitgeoefend wo-rdt fOf kan worden door samenwerking Van minder dan zes personen; c. die, ten aanzien waarvan gebleken is dat zij wat financiering of uitdeelingspoli tick betreft bij vergelijking met vennoot schappen,-welke een bedrijf uitoefenen van dezelfde of de incest nabijkomende soort zich aanmerkelijk onderscheiden van ven nootschappen, waarbij het beleggend pu bliek een aanmerkelijk belang heeft cn die zich niet of nauwelijks onderscheiden van vennootschappen als bedoeld onder b; DIRECTIE: A. H. MARTENS d. die, ten aanzien waarvan is gebleken dat hetzij bij dc oprichting, hetzij bij de later ontstane verdeeling van de macht in de vennootschap een verhouding in het leven i6 geroepen, welke practisch op één lijn gesteld kan worden, met eene, welke naar de bepalingen onder b. een vennout schap voor aanwijzing in aanmerking doet komen. Als beroepscollege wordt het Amsterdam echo gerechtshof voorgesteld. Zijn werkzaamheid op land bouw: en politiek gebied Uit huize r meden 8 Februari. In den ouderdom van 74 jaar is gisteravond al- bier na langdurige ziekte overleden het Eerste Kamerlid de heer J B. Wcsterdijk. De begrafenis vindt plaats Maandagmid dag te Uithuizermceden Jan B. Westerdijk werd den l-ien Januari 1860 te Uithuizermeeden geboren. Hij stu deerde aan dc II. B. S. te Groningen en wijdde zicli vervolgens aan den landbouw. 743 1354 743 1354 GARAGE I.ENSINK HoogcWca 49. 743 1354 743 1354 De Prinses wenscht geen huldebetoogingen 's-Gravenhage, 8 Febr. Naar aanlei ding van de voorgenomen huldebetooging ter gelegenheid van den 25en verjaardag van Prinses Juliana verzoekt men ons bekend te maken, dat Hare Koninklijke Hoogheid, hoezeer ook vvaardeerende de goede bedoe lingen der oriranièatoren, het op prijs zou «tellen, indien, in verband met de moeilijk© tijdsomstandigheden en met het oog op de kosten, van deze plannen werd afgezien. J. B. WESTERDIJK. In 1881 zag hij zich gekozen tot lid der Prov. Staten van Groningen, terwijl hij in hetzelfde jaar werd benoemd tot burge meester van lithuizermecden. welke ge meente l)ij tot 1903 heeft bestuurd In laatst genoemd, werd bij gekozen tot lid van Ged Staten van Groningen. In 1916 deed hij zijn Intrede, in de Eerste Kamer, waarin hij met een onderbreking van drie jaren, van 1919— 1922, tot op heden zitting had als afgevaar digdc van den Vrjjz. Democratischen Bond Van zijn werkzaamheid op landbouwge bied wordt vermeld, dat de heer Westerdijk voorzitter is geweest van den Groningschen landbouwbond cn van de Groninger Mij. van landbouw. Voorts maakte hij deel uit van het hoofdbestuur van het Kon. Nod Landbouwcomité. In tal van officieele col leges en commissies had de nu overledene zitting, zoo in het College voor de Vissche rijen.' in de Staatscommissie Vissering voor do uitgifte van de Zuidcrzeegrondcn. in de commissie van advies voor dc rijksland bouwproefstations en in de centrale com missie voor de drinkwatervoorziening. In bet eerste dristrict was hij de eerste rijksbemiddolaar. een functie, welke hij verleden jaar om gezondheidsredenen neer legde. Zijn studie over coöperatie op bet gebied van den landbouw, gepubliceerd in 1891, is destijds door het Buma-lcgaat met goud bekroond. In de Erste Kumer zal de heer Wester dijk worden opgevolgd door den heer S. L. Louwes. te Zwolle. Een strook van 30 H.A. op Texel bedreigd De Coc,k6dorp. 8 Februari Heden morgen is een stuk bouwland van 2 3 H.A. tengevolge van den storm door de zee overstroomd. Het water werd tegenge houden door een laag dijkje, doch daar d© wind het water opzwieple is het dijkje be zweken met het bovengenoemde gevolg. De ondergeloopen gronden waren tamelijk vruchtbaar. Het water staat nu tegen een tweede dijkje aan. Bezwijkt dit °ok. wat hedenavondö uur nog niet het geval was, dan is een strook grond van ongeveer 30 H.A. verloren. Op deze gronden staat bet z.g Eierlandsche huis, welk gebouw reeds jaren niet bewoond wordt. Eigenaar van de ondergeloopen gronden is de heer VV< lochems uit Den Haag. Dc Eierlandsche polder loopt geen ge vaar. daar de dijk sterk genoeg wordt ge lekt om eventueel weerstand te bieden. D© ondérgfloopen gronden liggen aan de< Noord punt van Texel, vlak bij defi vuurtoren. UNILEVER VERKOOPCENTRALE N.V ROTTEROAM Koopt niet- wat gij wel gebruiken kunt, maar wat ge niet missen kunt door BASH. KING. (Uit het Kngolsch). Maar onder jongelui zijn er toch altijd enkelen, die door hun opgewektheid wor den meegesleept. Vooral zij, die zich gelde lijk gemakkelijk kunnen bewegen en zich geen zorgen behoeven tc maken over hun toekomst, komen door hun pas verkregen vrijheid natuurlijk cr toe een leventje van vrooliiken Frans te lijden. Als Tom Tad Whitelaw's kamers, die ook in Gore Hall waren, voorbij kwam, boorde hij dikwijls het gehamer op de piano, het luide zingen en lachen, die wel eens het misnoegen zou den kunnen opwekken van den ambtenaar van de hoogeschool, belast met de handha ving van orde cn tucht onder de studenten. Guy, die dikwijls de man was, die piano speelde, gaf hem af en toe een beschrijving van zoo'n fuif, vertelde wie er aan hadden meegedaan en dat zij hadden te drinken gekregen. In den loop van den winter was Tom's verhouding tot Guy eenigszins anders ge worden dan vroeger. Men beschouwde in Guy's club diens omgang met Tom als een ©xentriciteit, maar de Dooiittle en Pray- geest duldde wel een excentriciteit, mits men cr niet tc erg mee te koop liep Guy wist ook wel, dat zijn trouw blijven aan een vriend uit zijn jongensjaren, terwijl men verwachtte dat hij dien zou laten schieten, er toe'bijdroeg hem populair te maken, wat niet gemakkelijk was. Maar achter zijn beschermheerschap vond de dikzak in Tom wat hij altijd in hem bad gevonden- een bron van kracht Evenals op school kon Guy cr niet aan ontsnappen dikwijls het doelwit van allerlei plagerijen te zijn. ,,'t Is hetzelfde ouwe, verd....e liedje", beklaagde hij zich b:j Tom, „alleen maar omdat ik zoo dik ben. Wat doet dat er toch eigenlijk toe, als er overigens niets op me te zeggen is? Ik bcb er niets ereen last van en kan aan alles meedoen, evenals Tad Whitclaw geen last beeft van zijn zware wenkbrauwen en Spit Castle van zijn lan gen neus". Als hij eens niet op een fuif werd ge vraagd, waaraan hij graag had meegedaan, dan vroeg hij Tom ,'s avonds bij hem te ko men oploopcp om ,eens vertrouwelijk cn genoeglijk te praten. Tom hield hem nooit voor den mal. Er was niemand anders tot wien hij zich kon wenden niet do zeker heid van te worden begrepen. Daar Guy een kamer voor zich alleen had, kon hij vrijuit met zijn klachten voor den dag ko men, zonder vrees van te worek-n gestoord. Het was laat in den avond geworden De jongeltii' hadden twee uren zitten „hoo rnen", zooals zij het noemden, en rooken. Tom maakte aanstalten om naar zijn ka mer te gaan, toen het geluid van hard loo- pen op den corridor hun aandacht trok. „Allemachtig! Wat is daar to doen?" Toen dc voetstappen bij Guy's deur wa ren gekomen, boorden zij een onderdrukt gelach. Nadat er geklopt was, werd de deur opengegooid en Spit Castlc stoof met Tad Whitclaw naar binnen. Hoewel zij net de den alsof zij nuchter warén, was bet meer dan waarschijnlijk, dat hun al te uitbundi ge vroolijkhcid liet gevolg was van sterken drank. Tad had een grooten ijzeren sleutel in zijn hand en smeet dien rnct veel lawaai op de tafel. Zijn hoed stond achter op zijn hoofd 'cn zijn das zat scheef, waaruit bleek, dat hij hard was weggeloopen. Do klceren van Spit Castle, een miezerig mannetje met een neus als van een tapir, waren in denzelfden toestand als die van Tad. Geen van beiden kon vertéllen wat liet stukje, dat zij hadden uitgehaald, eigenlijk was, want zij stikten bijna van het lachen. Guy, gevleid dat zij hem den primeur gaven, stond in het midden van de kamer vol ver wachting te grinniken. Tom bleef op den achtergrond en rookte rustig door, zittende op de armleuning van den stoel, waaruit bij juist was opgestaan. Tóen de twee, die zooeven waren binnengekomen, probeerden het verhaal tc doen, \ielcn zij elkaar om beurten in de rede. „We liepen door de tunnel „En gingen over 't Brattlc-plein „Er was geen hond of kat meer op straat „Zagen een ouwe kerel voor een schoen winkeltje „Haalde een sleutel te voorschijn deed de deur open ging in 't donkere win keltje liet den sleutel in 't sleutelgat zitten, om te sluiten zoodra hij binnen klaar zou zijn had daar zeker iets ver geten „Toen draaide Tad als de bliksem den sleutel om en sloot den vent op..." ,,'t Laatste, dat we van hem hoorden, was bonzen en janken als de bel..." „Schreeuwde po li-tic! po-li-tie" met een paar beenbewegingen deed Spit den op geslotene na „en hij zit er nog altijd in." Guv vond dc zaak al even grappig als zijn beide vrienden. Een ouwe vent, die in zijn eigen winkel gevangen zat! Spit vond hem net Dago, wat de zaak nog. grappiger maakte. Zij lachten net zoo lang. tot ze er rnoe van waren, gooiden zich toen ieder in een leuningstoel en staken een sigaret op. Tom, die ook zoo'n beetje had gelachen, niet orn de zoogenaamde grap zelf, maar om liuii manier van doen, achtte zich ge noopt zich er mee te bemoeien. Hij wachtte tot zij door een paar teugjes aan hun sig.a ret een beetje waren gekalmeerd. „Zeg eens, heeren, vinden jullie niet dat de grap nu lang genoeg heeft geduurd?" De beide gasten draaiden zich om cn ke ken alsof een of ander meubel was gaan spreken. Tad nam zijn sigaret uit zijn mond. „Wat donder nog toe! Is dat jouw zaak?" Tom bleef op de armleuning van den stoel zitten cn sprak heel kalm. „Voor zoo ver het den ouden man betreft wel." „Wat gaat die vent jc aan? Is hij soms jo vader?" „Neen, dat niet, maar waarschijnlijk is hij iemands vader en iemands man. Ic kunt hem daar toch niet den heelen nacht laten blijven." Daar kwam Spit tegen op. „En waarom niet?" „Omdat dat niet aangaat. Lui zooals jul lie doen zulke dingen niet." Het was alsof Tad Whitclaw een speciale vijandschap jegens hem koesterde, toen htj opsprong om op onhebbelijken toon te zeg- gep: „En lui zooals jij moeten niet in een kamér zijn, waar zij riict thuis hooren." „O, maar Tom bedoelde er geen begon Guy hiertegen in te brengen. „Laat hem dan zijn kop dicht houden, of anders" met een hoofdbeweging naar de deur „eruit!" Tom behecrschte zich en wachtte tot Tad weer was gaan zitten. „Luister eens, ik zi© dc zaak zóó' die oude man heeft een thuis, cn als hij binnen, laten we zeggen, een half uur daar niet is teruggekeerd, zal zijn ge zin zich ongerust maken. Als ze naar hem zoeken en merken, dat hij in zijn winkel opgesloten zit, zullen ze spektakel gaan maken in het politiebureau aan den over kant van de straat. En als dc politie werk van dc zaak gaat maken, vinden ze natuur lijk uit wie 't gedaan hebben." „Welnu, dan vinden ze jou in elk geval niet", zei Tad, spotachtig lachend. „Neen, mij niet, maar zolfs jij zou toch niet willen dat..." Tad wenddp zich. voordat Tom nog wat uitgesproken, op onverschilligen toon tot Guy: „Zeg, heb jc 'tgehoord? Dat snoezig© kleine danseresje uit de revue, Jennie Hal- ligan, is gevallen, en heeft haar been ge broken.' Tom stond op, liep doodkalm naar de ta fel, nam den sleutel en ging naar de deur. Tad, dit ziende, sprong op en versperd© hem den weg. (Wordt vervolgd^

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1934 | | pagina 5