AMERSFOOIRTSCH DAGIBI^AO Amersfoortsche Kunsthandel FEUILLETON Donderdag 31 Mei 1934 32 e Jaargang No. -279 TWEEDE BLAD CREDIET VOOR WERK VERRUIMING UIT DE STAATSCOURANT BEZUINIGING BIJ DEN RAAD VAN STATE ENZ. Het kanaal door Zuid-Beveland NEDERLAND EN DE TRANSFER-CONFERENTIE DE PAPIERINDUSTRIE OP DE VELUWE Hollandsch en Italiaansch Smeedijzer De Heks van Winslea Volgens het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer kunnen vele leden zich niet vereenigen met de loonpolitiek der regeering Verschenen is liet Voorloopig Verslag over het wetsontwerp tot wijziging en ver hooging van het zevende hoofdstuk B. dér Rijksbegrooting voor 1931 (erediet voor werkverruiming). Vele leden gaven te kennen, dat zij groote waardeering hadden voor de strekking van dit wetsontwerp. Deze leden vertrouwden, dat, indien blijkt, dat gunstige resultaten van de voor gestelde richting zijn te bereiken, de re geering zoo noodig verdere credieten zou aanvragen. Verscheiden andere leden konden dit wetsontwerp niet met algeheelo instem ming begroeten. Dat zij thans dit wetsontwerp allerminst kunnen toejuichen en daartegen zelfs ern stig bezwaar hebben, is vooral een gevolg van het feit, dat de regeering van deze ge legenheid gebruik wil maken om de loonen der arbeiders nog meer te drukken. Om te kunnen beoordeelen of de aanne ming van dit wetsontwerp met het oog op de rijksfinanciën gewettigd is, zouden eenige leden gaarne worden ingelicht omtrent den toestand van deze financiën en een overzicht ontvangen van de inkomsten over de thans verloopen maanden van 1931. Loonpolitiek. Vele leden konden zich niet vereenigen met de loonpolitiek van de regeering. De regeering, zoo zeiden zij, spreekt het wel tegen, maar de practijk leidt er toch toe, dat van hoogerhand loonsverlaging wordt bevorderd. Deze leden drongen er op aan, dat de regeering alvorens tot verdere loonsverla ging te dwingen, nogaals zal willen over wegen, of deze wel gerechtvaardigd is. Andere leden verklaarden geenerlei be zwaar te hebben, dat voor de werken, die met financieelen steun der regeering zul len worden uitgevoerd, lager loon zal wor den uitbetaald dan voor normaal werk. Eenige leden maakten do opmerking, dat er rekening mede moest worden gehouden, dat tengevolge van verschillende omstan digheden, zooals den aan den landbouw in velerlei vorm verleenden steun en de ge volgde, monetaire politiek, de kosten van het noodzakelijk levensonderhoud hier te lando hooger zijn dan elders, en dat als gevolg daarvan vergelijkingen met in an dere landen geldende loonen en steunnor- men niet opgaan. Sommige leden vestigden er de aandacht op, dat loonsverlaging vermindering van koopkracht beteekent. Ten aanzien van de loonpolitiek werden een aantal vragen gesteld, o.m. deze: Indien bij het overleg, waarbij de ter plaatse bestaande loonen niet als norm zul len geden. overeenstemming niet zal wor den bereikt, zullen de werken dan niet worden uitgevoerd? Of zullen in een zelfde streek soortgelijke werken naast elkander worden uitgevoerd tegen verschillend loon peil? Verlaging van de kosten van het levens onderhoud. Sommige leden betoogden, dat loonsverlaging niet mogelijk is, indien do kosten van het levensonderhoud niet te vens tot daling wordt gebracht. De leden, hier aan het woord, bepleitten de noodzakelijkheid van verlaging der huren. Enkelo leden wezen op het groote ver schil. hetwelk hier te lande nog steeds be staat tusschen groot- en kleinhandelsprij zen. Monetaire politiek. Enkele leden be loogden, dat, indien de regeering de loonen wil aantasten, zij ook op vermindering der vaste lasten bedacht moet zijn. Alle lan den zijn de weg der devaluatie opgegaan, behalve Zwitserland en Nederland. De vraag mag worden gesteld of Nederland niet in een onhoudbare positie komt te vcr- keeren. Handelspolitiek. Eenige leden zouden het op prijs stellen van de regpering eene uiteenzetting te mogen ontvangen van de groote lijnen der door haar te dezen in de naaste toekomst te volgen politiek. Meer in het bijzonder zouden zij gaarne worden in gelicht omtrent den stand der onderhande lingen met Engeland, Frankrijk, België en vooral met Duitschland. Aangedrongen word op krachtige be scherming van de Nederlandsche industrie tegen de destructieve concurrentie van het buitenland. De regeering zal krachtiger ge bruik moeten maken van de verdedigings middelen, welke de Statcn-Gcneraal haar op haar voorstel hebben verschaft. Hiertegenover maakten andere leden de opmerking, dat vermindering van den in voer noodzakelijkerwijze tot vermindering van den export zal moeten leiden. Steunverleening. Ten aanzien van de steunverleening werd de opmerking ge maakt, dat het bedrag van den sieun het loon op den voet volgt. Zoo is tengevolge van de daling van het loon de steun in Twen the reeds verlaagd van 13 tot 11. en indien het loon verder moet dalen, zal ook de steun nogmaals word.cn vermin derd. Naar het oordeel van sommige leden kan dit niet worden gedoogd, aangezien dit eene ethisch ontoelaatbare handeling zou zijn. Het belang der gemeenten bij dit wels onlwerp. Afgezien van het morei Ie voordeel van de, zij het vermoedelijk slechts tijdelijke, werkverruiming is het wetsontwerp, zoo betoogden enkele leden, van belang voor de gemeenten. Dit wetsontwerp, mpcnden de leden, Vner aan het woord, dan ook mede te mogen be schouwen als gevende aan de gemeenten eenige rechtvaardige compensatie voor de vermindering der rijksbijdrage in de uitga ven voor werkloosheidszorg. Gewezen werd speciaal op Amsterdam en Rotterdam. Financiering der werken. F.enige le den hadden bezwaar, dat de voor de uit te voeren werken benoodigde gelden door lee ning op langen termijn zullen worden ver kregen. Zij achtten het onjuist, dat deze lasten naar de toekomst worden verscho ven. Enkele leden vestigden in dit verband de aandacht op het denkbeeld door prof mr. C. W. de Vries, hoogleeraar aan de llan delshoogeschool te Rotterdam, om. bij con solidatie van de vlottende schuld, welke voor de uitvoering van het onderhavige plan zal zijn aan te gaan, eene vrijwillige geldleening uit te schrijven tegen verlaag den rente'vöet. Aard der uit te voeren werken. - Ver scheidene leden wenschten te worden in gelicht aangaande den aard der werken, welker uitvoering de regeering voornemens is te bevorderen. Bestuur van het werkfonds. Eenige le den maakten bezwaar tegen de samenslel ling van het bestuur van het werkfonds, aangezien daarin niet vertegenwoordigers van de vakcentrales zitting zullen hpbben. Bij beschikking van den minister van Waterstaat is met ingang van 1 Juni 1934 le. de expert bij de Scheepvaartinspectie J. H, Th. Eerman overgeplaatst van het 4de district naar het 2do district, met stand plaats Rotterdam; 2e. den adjunct-expert bij de Scheepvaartinspectie A. C. van Bra- kel als ambtskring aangewezen het 4de dis trict met standplaats '6-Gravenhagc. Bij K.B. is aan den bouwkundig ambte naar eerste klasse bij den Rijksgebouwen dienst H. R. Schwencke, te 's-Gravcnhage, do persoonlijke titel van bouwkundig hoofd ambtenaar, bij den Rijksgebouwendienst verleend. EERSTE KAMER Beperking van buitenlandsche studeerenden aan de Technische Hoogeschool Aan de orde zijn verschillende wetsont werpen. Dat tot wijziging van artikel drie der wet op de inkomstenbelasting 1914 wordt zonder debat en z. h. st. aangeno men. Bij de wetsontwerpen inzake bezuiniging bij den Raad van State, de AÏgemeene Re kenkamer en de rechtelijke macht betiogt de heer van Sassc van Ysselt dat bij den laatste de salarissen eigenlijk niet voor verlaging vatbaar zijn. De Minister van Justitie beroept zich op don nood der schatkist De wetsontwerpen worden z h. st. aan genomen. Bij bet wetsontwerp tot wijziging der pensioenwet 1922 maakt de heer Ossen- dorp eenige bezwaren wat betreft bet ver vallen van pensioen voor de hertrouwende weduwe. Ook tast het wetsontwerp de autonomie der gemeenten aan. De heer Mend els komt er tegen op, dat een hertrouwende en een in concubi naat levende weduwe gelijkelijk hun pen sioen verliezen. Minister de Wilde zegt dat. dit ont werp niet meer is, dan een onderdeel van de algemeene salarisregeling, waarom trent voortdurend naar meer uniformiteit wordt gestreefd, ook voor de lagere orga nisaties. Nog onlangs heeft spreker per cir culaire bij de gemeenten aangedrongen op zooveel mogelijk aansluiting bij dc rijks- salarisrcgelmgen. Het wetsontwerp wordt z. h. st aange nomen. Eenige kleinere wetsontwerpen worden zonder debat en z. I». st. aangenomen. Bij het wetsontwerp lot lijdelijke beper king der bevoegdheid voor vreemdelingen om aan de Technische Hoogeschool te Delft examen nf te leggen, betoogt dc heer Mendels dat het te veel onzekerheid om vat. Het treft de intellcotueelcn. terwijl het uitoefenen van tal van bedrijven door vreemdelingen vrij "blijft. Minister Merchant betoogt, dat het wetsontwerp een veiligheidsklep is. ten be hoeve van het toenemende aantal Neder landsche gestudeerden, dat geen emplooi kan vinden en dient om het gevaar voor overvleugeling door vreemdelingen te kce- ren. Het wetsontwerp wordt z. h. st. aange nomen. Bij bet onteigeningsontwerp voor ver breeding van bet kanaal door Zuid Beve land en verhooging van de spoorwegbrug over dat kanaal, bij Vlakc met bijkomende werken, betoogt de heer de Savornin Lobman dat de rceeering bij krachtig op treden, o. m. in de Rijnvaart-commissie, op den steun van het parlement kan rekenen. Spreker komt er tegen op, dat sommigen in België de werken beschouwen als een er kenning van schuld door Nederland jegens België. Aanneming van dit wetsontwerp mag geen verplichtingen jegens andere lan den inhouden. De heer van der Bergh ziet in de werken een zuivere Waterstaat-kundige aangelegenheid. De heer Knottenbelt zegt, dat velen sceptisch staan tegenover het inzicht van do regeering. Spreker dringt aan op meer openhartigheid jegens het parlement. Dc Minister van Waterstaat, de heer Kalff, zegt, dat het kanaal verbreed moet worden voor de binnen- en buiten landsche scheepvaart. Het wetsontwerp wordt z. li. st aangeno- nomen. Verschillende andere, o. m. contingentee- rings-wetsontwerpen, worden zonder debat en z. h. st aangenomen. Do vergadering wordt verdaagd tot 12 Juni a.s. Naar aanleiding van bet officieele com muniqué omtrent den afloop van do transfer conferentie te Berlijn, hebben de heeren C E. Teimeulen en mr. W. Cnoop Koopmans, vertegenwoordigers van do Ne derlandsche houders van vorderingen op langen cn op middclmatigen termijn, te dezer conferentie daartoe aangewezen door de Vereenig ing voor den Effectenhandel en do Amsterdamsche bankiersvereeniging aanvullende mededeclingcn verstrekt. Zij wezen er op dat niet do minste zekerheid bestaat, dat op vorderingen, vervallen in het jaar van 1 Juli 1934 tot 30 Juni 1935 eenige contante betaling zal geschieden. Ook ten opzichto van het behouden van de rechten der houders, betreffende aflos bare hoofdsommen, beslaat nog geenerlei zekerheid. Het behoeft geen betoog dat de vertegenwoordigers der Nederlandsche cre diteuren die in voortdurend eng contact met de Nederlandsche regeering hebben gestaan, hun stem aan een dergelijk voor stel niet konden geven. Thans is naar hun meening hot moment gekomen, waarop de regeering deze zaak zelf in handen moet nemen. Zij zijn in het volste vertrouwen dat de regeering de mid delen zal aanwenden, die haar ten dienste staan om voor de houders een uitweg uit do tegenwoordige, ernstige situatie te be reiken. „NATIONAAL HERSTEL EN DE N.S.B." Naar aanleiding van een bericht in en kele bladen ontkent het hoofdbestuur van liet Verbond voor Nationaal Herstel met nadruk, 'onderhandelingen te voeren om tot een fusie met de N.S.B te komen. Nadere mededeelingen van generaal Snijders. Naar aanleiding van het bericht omtrent onderhandelingen tusschen de N.S.B. en Nationaal Herstel heeft de N.R.Ct een on derhoud met generaal Snijders gehad. De generaal zeidc, dat er van onderhandelin gen geen sprake was. „Ik sta wel met ir. Wiegersmn iri gedachtenwisseling, zoowel schriftelijk als mondeling, over de beginse len van de N.SB Ik doe dit echter geheel privé en buiten het hoofdbestuur van Na tionaal Herstel om. en uitsluitend om mij nader te oriénteeren omtrent die beweging. Ik begrijp niet hoe men hieruit de gevolg trekking kan maken van een fusie en ik begrijp ook niet hoe een dergelijk bericht in dc wereld komt, daar ik hierover met niemand buiten mijn allernaaste omgeving heb gesproken". Op onze vraag, of ook ir Wiegersma als privé persoon aan deze gedachtenwisseling deelgenomen beeft, antwoordde de heer Snijders dat hij geen oogenblik den indruk heeft gehad dat de heer Wiegersma in dit geval met dc leiding van de NSB. voeling heeft „Do heer Wiegersma vyeet ongetwij feld ook, dat ik mij tot hem als privé per soon en niet als drager van een of andere N.srB. functie heb gewend". IR. W. C. G. H. VAN MOURIK BROEKMAN, f Gistermiddag i6 te Haarlem tengevolge van een hartaandoening plotseling overle den ir. W. C. G. H. van Mourik Broekman. Ir. van Mourik Broekman was onlangs af getreden als directeur van de eerste H.B.S en was lid van het directorium van het ge meentelijk lyceum aldaar. Eerbeek, 30 Mei Ons industriedorp met zijn vijfhonderdtwintig huishoudens, waar in hoofdzaak de ingezetenen hun em plooi vinden in de papier- en papicrwaren- industrle n.l. een vijfhonderdtal wordt ern stig bedreigd. Langen tijd heeft de industrie zich staan de weten te houden ten koste van groote financieele offers, doch in verband met het bijna geheel wegvallen van den export cn met de daartegen overstaande vermeerde ring van invoer van buitenlandsche'papier soorten zijn hier to lande groote voorraden bij de verschillende fabrieken opgeslagen, waarvoor absoluut geen afzetgebied te vin den is. Met ingang van 1 Juni zal dan ook door een der grootste fabripken, de werktijd wor den ingekrompen met 33'A cn is de m? gelijkheid groot, dat binnenkort meerdeic firmas zullen volgen. Tal van arbeiders zullen hierdoor financieel getroffen worden. Engeland heeft haar invoerrechten van 16% voor ongeveer een maand terug ver hoogd tot 20 voor de meeste papiersoor ten uitgezonderd o a. krantenpapier Van de zijde der Vereeniging van Nederlandsche papier Fabrikanten en ook van de zijde der werknemers, alsmede door het gemeente bestuur is de Regeering herhaalde ma'en op dezen toestand gewezen en zijn stappen gedaan om tot contingentcerïng te komen; tot heden zijn deze nog zonder practisch resultaat, gebleven AANSCHAFFING VAN LUCHTDOEL GESCHUT. Naar aanleiding van mededeelingen, in sommige bladen, o.a. dc s.-d. arbeiderspers, verschenen in verband met proefnemingen mot luchtdoelgeschut, wordt bet volgende bericht. Voor de luchtverdediging van den af sluitdijk der Zuiderzee is bij do begrooting voor 1934 gerekend op beschikbaarstelling uit het Zuiderzeefonds van een bedrag van 2.250.000 voor*de aanschaffing van lucht doelgeschut, luistertoestellen en zoeklich ten (zie witte stukken 1933—1934, Tweede Kamer, wetsontwerp 2F, begrooting Zuider zeewerken en wel memorie van toelichting, bladzijde 5 bovenaan). Ten einde bij dezen in uitzicht gestelden aankoop van luchtdoelmateriaal zoo oeco- nornisch mogelijk te werk le gaan, is aan een aantal fabrikanten offerte gevraagd van luchtdoelgeschut, vuurleidingstoestellen enz. voor eenige batterijen rnet de daarbij bohoorende reserve. Deze aanbiedingen zijn in handen gestold van een door den minister van defensie in gestelde commissie, welke dc aanbiedingen zal onderzoeken en den minister voorstel len zal doen. Deze aanschaffing is noodig ten gevolge van den door de uitvoering van de Zuider zeewerken tot stand gekomen ge wijzigden waterstaatkundigen toestand en staat der halve met den algemeenen politiekcn toe stand in Europa in geenerlei verband. De mededeelingen betreffende een reeds gemaakte keus zijn voorbarig, aangezien het onderzoek der commissie nog niet is af- geloopen cn nog geenerlei voorstellen zijn gedaan. Handwerk, Aparte vormen. Schemerlampen, Bureaulampen, Wandlampen. UTRECHTSCIIEWEG 36 TELEFOOH 1758 Direct over 't spoor Alles wat uw hand vindt om te doen, doe dat met al uw macht. naar het Engelsch van May Wynne. 47 Lambert zond een bode naar Cromwell, om te vragen, of het slot vernietigd moest worden, en het antwoord luidde bevesti gend. Dus werd een aanvang gemaakt met bet sloopwerk en zou het oude slot zich niet langer dreigende verheffen, terwijl zulk een vesting toch eer de trots dan de vrees van het land had moeten uitmaken. Na verloop van veertien dagen was ei niet veel meer van over gebleven, dan éen groote puinhoop. Er was intusschen geen spoor ontdekt van het zestal, dat ontsnapt was. Zoo eindigde het laatste beleg van Ponte fract en de bevolking uit de omliggende dorpjes zag hierin een verplaatsing van den strijd, die haar meer vrede beloofde. Moest vrede dan alleen geboren worden uit vernietiging? Dit op zichzelf was, voor waar geen troostelooze gedachte. HOOFDSTUK XXX. Onder de ruïnen. Eindelijk dan toch vrij! Dit was de juichkreet van Marjorie Stap- leton, toen zij zich over de vennen van Winslea naar Knottingley begaf. Gedurende een veertien dagen nog was zij gevangen gebleven op Winslea Grange, steeds vreezende, dat James Birley soms mocht terugkeeren. Maar de zwarte poel bewaarde zijn ge heim goed. Hoezeer ze ook nazoek deden, er werd geen spoor gevonden van den heer en meester van de Grange cn in waarheid was het een verluchting voor de bedienden, nu ze hoe langer hoe meer gingen denken, dat master Birley nooit zou terugkeeren! Zijn stiefzuster, Janet, was de eerste, die ronduit sprak: „Een man met zoo'n harde, wreedo na tuur zal nog veel meer vijanden hebben ge had. dan wij wel wisten. En in deze dagen van bandeloosheid is een man maar veel te gauw geneigd zijn zwaard te trekken. Ik houd het in ieder geval voor zeker, dat Ja mes niet terugkeert. Uit eigen vrijen wil zou hij toch niet zijn weggegaan van Wins lea. terwijl den volgenden dag zijn huwe lijk zou voltrokken worden!" Maar toen Janet, na verloop van een week. er van had gesproken, dat Marjorie dus vrij zou zijn. was mistress Birley het hiermede niet eens geweest. „Een onvoorziene plicht kan hem wel op geroepen hebben", sprak zij tot haar doch ter, „en plicht ging bij James altijd vóór alles." Janet baalde de schouders op. „Ik ben er nog niet zoo zeker van. dat James zoo'n heilige zou zijn", meende zij. „en ik houd het voor onzen plicht, dat wij dat arme kind naar haar familie laten terugkeeren. Ze is nog maar een schim van wat zij geweest is en dit enkel uit vrees, (fat James soms weer mocht op dagen". Maar toch bleef mistress Birley nog een week weigeren. Na verloop van dien tijd was de oude dame het met Janet eens, dat James zeker iets overkomen moest zijn. Dus werd Marjorie verzocht nu niet lan ger als gevangene, maar als logée op Wins lea tc blijven. Heel vriendelijk en beleefd bedankte het jonge meisje hiervoor, maar nam een teeder afscheid van Janet. „Ik dank je hartelijk voor de wijze waar op je mij terzijde gestaan liebt", riep zij half-snikkend in het besef van haar vrij heid. „Het verheugt mij oprecht Marjorie, dat de Voorzienigheid het zoo geschikt heeft Nu hoop ik nog maar, dat het niet lang duurt, of jc vindt je verloofde en treedt met hem in het huwelijk' Dat heb je wel verdiend na al het leed. dat je eerst werd opgelegd". Moedig wisclile Marjorie do tranen af. „Ik weet niet. wat ik beginnen zal, als Hugh iets overkomen mocht zijn. Ik zal dan maar hopen, dat de Voorzienigheid mij ook hierin gunstig gezind is". Arme Marjorie! Zij kon toch ook niet vermoeden, dat het zulk een droevige thuiskomst voor haar zou zijn. Het zien van het verlaten huis en den verwaarloosden tuin riep haar weer le vendig voor den geest die tragedie van den dood van haar vader. Het was eeo vreesclijke beproeving, om daar in haar vaders studeerkamer alles nog zóó te zien. als hij het verlaten had- met opengeslagen folio's en met zijn groo- ten armstoel, zoo even van tafel gescho ven, precies, zooals hij daaruit opgestaan was op den avond, dat hij zich op dien gc- vaarlijken tocht begaf. Waarom had hij zich liever niet tot zijn studie bepaald; hij was immers niet prac tisch genoeg voor een dergelijke gewaag de onderneming! En waar was vrouw Lettington? Zij had haar toch ook niet verlaten? Ze liep alle vertrekken door. maar vond geen spoor van dc oude getrouwe. Wel was er verschrikkelijk geplunderd; in de eene kamer ontbrak dit, in dc andere dat stuk van waarde, en. naar zij later hoorde, was dit hoofdzakelijk bet werk van Lar- kins. Vrouw Lettington had zoozeer getobd over den dood van baar beer cn het ver dwijnen van diens dochter, dat P"rker bang was geweest hoe ze zich eenig leed zou aandoen, haar dan ook maar getrouwd had en haar toen bij zijn familie in Skel brook had gebracht, een plaatsje een paar mijlen daar vandaan. Maar waar zou Marjorie zelve nu heen gaan? Haar eerste gedachte was een bezoek te brengen op Barkleigh Towers. Lady Ain- slie, de moeder van Hugh, was ccn paar maanden geleden gestorven, maar zeker zouden enkele van de bedienden toch wel weten, waar hun heer was. De vernieling van Pontefract had zij met eigen oogen aanschouwd, maar naar haar geliefde had zij nog niet durven vragen. Ze kon het nu echter niet langer uit houden, want ze voelde zich weergaloos eenzaam en verlaten, zonder een enkelen vriend of raadgever, tot wicn zij zich wen den kon. Zoo spoedde zij zich de lange oprijlaan af, naar Barkleigh Towers, maar, naar mate zij het huis naderde, ging zij lang zamer loopen. „Wat ter wereld zou zij toch beginnen, als zij hoorde, dat Hugh ziek was, of go- vangen zat, of.... Een man trad door de oprijlaan; Marjo rie herkende hem als Greyson, den tuin man, en hield hem staande. „Je heer?stamelde zij. „Waar is je heer?" Hij keek ten zeerste verrast, want er wa ren vreemde geruchten in omloop geweest betreffende Marjorie Stapleton. Hij voelde echter medelijden met haar en antwoordde vriendelijk: „Hij is niet hier, mistress. Hij is ook niet weergekeerd na de overgave van het kasteel. Ze zeggen, dat de generaal van de Rond hoofden eischtc, hoe hij cn vijf van zijn wapenbroeders uitgeleverd en dan gehan gen zouden worden, maar ze hebben zo geen van allen gevonden. Dus heeft de ge neraal het slot met den grond gelijk ge maakt cn is weggetrokken. Maar nog al tijd bobben wij van onzen heer niets ge hoord, al zeggen sommigen dan ook. dat hij naar Frankrijk ontsnapt is, en anderen, (lat bij bij het beleg den dood vond". Marjorie uitte een kreet en riep: „O neen. nfet dood!... Toch niet gedood... „Dat geloof ik ook niet. mistress", zei de man, om haar te troosten. „Hij zal te eeni- ger tijd wel',weer terugkomen, als de ko ning weer op Whitehall is". "Zou dit ooit nog gebeuren?" vroeg zij ongeloovig. (Slot volgt).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1934 | | pagina 5