J.A. SCHOTERMAN ST. EMILiON RINTEL NEDERLANDSCHE BANK IN 1933 KUEEDIHC. RAAR RAAT OORLOG EN DARWINISME A\ WINSTSALDO RUIM MILLIOEN 21 BIOSCOOPCONFLICT TE VENLO OPGELOST In 13 maanden geen film voorstellingen DE BELASTING OP DE DOODE HAND F WIJNHANDEL GEVESTIGD 1878 UTR.STR. 17 1928 par flesch f 1.45, per anker f 58. HUIViORHOEKJE Het laagste punt van den wereldhandel bereikt ïlct verslag van de Necléi'lanclsclio Bank over 1033/1931 vangt aan inot de mededee- ling, dat van ccn verbetering en uitbreiding van internationale betrekkingen, waardoor werkelijk een blijvend wercldhcrstcl slechts verkregen kan worden, nog in geen enkel opzicht sprake ls, doch dat integendeel nationalisme cn egoïsme hoogtij vieren. Na een verdere kleine uitweiding over de poli tieke tegenstellingen cn do ontwikkeling van den wcreldloestand, wordt gewag ge maakt van do inkrimping van den wereld handel en van do ontwrichting op monetair gebied. Hierbij wordt opgemerkt, dat hel vooral do monetaire politiek van de Ver- ecnigdo Staten was, die do werelcl in onrust hield en het vertrouwen verder ondermijn de. Deze politiek, gevolgd door het land met den grootstcn goudvoorraad en met ccn actievo handels- en betalingsbalans was uitsluitend gericht op don binnenlandschon toestand. De waarde van het nationale ruil middel t.o.v. het goud werd mot opzet en kunstmatig gedrukt, speculatie en kapi- taalsvluclit werden aangemoedigd, terwijl de goudclausule werd gebroken. Dat hierbij geen rekening werd ge houden mei den terugslag dien der gelijke ingrijpende maatregelen op den toe stand in andore landen moesten uitoefenen, noch met de groote verliezen, welke berok Lend weiden aan het buitenland, voor zoo ver d'fc in goed vertrouwen vorderingen In dollars bezat, zal wellicht de grootste be lemmering blijken te vormen voor het we der op gang brengen van het internationale crcdiet cn kapitaalverkeer. Vervolgens wordt gewag gemaakt van hei mislukken van de Londonsche wereldconfe rentie on de consequenties daarvan Hier door waren alle landen genoodzaakt uit eigen kracht tc trachten een nieuwen even wichtstoestand te bereiken Dal het zoover moest komen valt natuurlijk in hooge mate te betreuren. Desniettemin zijn er volgens het verslag, toch ook lichtpunten te ontdekken cn in de eerste plaats wordt er dan op gewezen, dat waar op hulp van buiten niet langer kon worden gerekend, in verschillende landen krachtige maatregelen werdon genomen, welke leidden tot een versterking von de positie der centrale overheid, waardoor het regoeren wederom mogelijk werd. In do twee de plaats kan worden geconstateerd, dat als de tcokencn niot bedriegen, de omvang van liet wcreldgocdercnverkopr ondanks alle di recte "en indirecte belemmeringen, in den laatstcn tijd niet verder daalt, doch zelfs een neiging tot stijgen vertoont. Hieruit mag wellicht worden afgeleid, dat hot laag ste punt van don wereldhandel bereikt werd, en dat naar gelang de interne positio van oen toenemend aantal landen aan sta biliteit wint, ccn langzame uitbroiding van het internationale verkeer kan worden te gemoet gezien. Mocht deze slotsom juist blij ken, dan zou zij opnieuw bevestigen, dat zelfs de verst doorgevoerde afsluilingspoli- tick niet tot zelfgenoegzaamheid kan lei den. In deze richting wijst ook de in Ameri ka ingoluidc bc\ordering van dc handels betrekkingen niet. het buitenland. Als een onmisbare voorwaarde voor de uitbreiding van het wereldverkeer staat voorop, het voorkomen van een verdere ontwrichting van den wisselkoers. Nadien wordt ccn beschouwing gewijd aan het goudblok. De verdere instandhou ding daarvan vormt, volgens dc opvatting van do Bank, onder dc huidige omstandig heden, do belangrijkste voorwaarde voor een geleidelijke verbetering. Bij gebreke daarvan moet verwacht worden een nieuwe en hoogst ernstige verstoring van het ver trouwen. De monetaire chaos zou algemeen wordon cn een verdere beneden wan rtsche beweging van valuta's zou Inzetten. Het aantal en do omvang der rcchtstreekscbo handelsbelemmeringen zouden onvermijde lijk nog meer toenemen cn de internationale goederenmarkten zouden een nieuwen druk ondervinden. Met verslag wijdt vervolgens een beschou wing aan de positie van Nederland, dat in zoo sterke mate op het internationale ver keer is aangewezen cn op hot Nedcrland sche aanpassingsproces, waarbij de mcc- ning wordt uitgesproken, dat het welbegre pen belang van het Nederlandschc bedrijfs leven het vasthouden aan de tot dusverre gcvolgdo godragslijn eisclit. De handhaving der goudwaarde. Ten aanzien van dc werkzaam li eden van de Nedcrlandsche Bank wordt verklaard, dat dezo in het afgeloopcn jaar haai' taak als contrale emissie- cn credlctinsiclling overeenkomstig dc Nederlandsche bank- en muntwetgeving zonder overwegende moei lijkheden heeft kunnen vervullen Deze taak vond haar zwaartepunt in dc handha ving van de goudwaardc van het. nationale ruilmiddel. Puj herhaling had men te kam pen tegen de onrust,, welke gewekt werd door de ontwikkeling van rle monetaire ver houdingen in het buitenland en door de pleidooien, die hier en daar werden gehou den voor het verlaten van den gouden stan daard, doch dc krachtige houding van de Nedcrlandsche regeering en de samenwer king met dc andere landen, die monetaire experimenten als middel op dc crisis te be strijden. verwerpen, mankten liet mogelijk die onrust te doen wijken. In het bijzonder Is er naar gestreefd, dc ^rminderlng der direct opeischbarc ver plichtingen van de Nedcrlandsche Bank ge lijken tred te doen houden met het verlies aan goud, dat in tijden van onrust en wan trouwen of laatstelijk door de verlaging van den goudinhoud van den Amorikaanschen dollar moest worden gehoekt. In dezelfde richting werkten de disconto-verhoogingcn, die werden toegepast wanneer de geldmarkt daartoe aanleiding gaf. Dit alles maakte hot mogelijk dc gouddekking der direct op eischbarc middelen nagenoeg op hetzelfde liooge peil te houden. De goudvoorraad van do. Bank bedroeg bij don aanvang van liet afgcloopen boekjaar f 9i9.009.000.Als ge volg van de onrust tijdens de Londonsche conferentie trad ccn daling in tot f 732.520,000.— op 29 Juni 1933. Toon de ru6t was teruggekeerd vloeide goud naar Neder land terug, zoodat de goudvoorraad op 9 Januari 1934 f 923.iUl.000.— boliop. Bij bot einde van bet boekjaar op 31 Maart 1934 was do goudvoorraad echter terug gcloopcn lot f 787.n0i.000.— doordat ccn belangrijk bod rag nan goud werd verloren in verband met do plotselinge stabilisatie op oen laag niveau van don Amcrikaanscbon dollar. Neemt men nu in annmorking, dat op de hierboven bedoelde tijdstippon dc gouddok- king van alle direct opciachbaro verplich l ineen onderscheidenlijk was 80.12 71.16 81.21 en 77.52 clan springt liet groote belang in liet oog van «Ie liquiditiet welke zoowol do positie van dc Nedcrland sche Bank a|« die van het particuliere bankwezen vertoont. Do rculctaricven. Het verslag houdt zich verder bozig met dc Nedcrlandsche betalingsbalans cn met het Duitscho transferprobleem, terwijl na dien in korte trekken een afschildering wordt gegeven van hoi verloop van do geld markt hier te lande. Medegedeeld wordt, dat de Nederlandschc Bank tweemaal Int ver hooging van haar rentetarieven is overge gaan In beide gevallen met een vol pro cent. Deze verlioogingcn vonden plants op 12 Mol en 29 Juni 1933 Naarmate dc op de geldmarkt ingetreden ontspanning verder voortschreed, kon (of geleidelijke verlaging dor rentetarieven worden overgegaan. Dezo worden in vier étappes telkens mot oen half procent verlangd en bereikten op 19 September 1933 weer den stand van vóór 12 Mei 1933 en wèl voor het disconto van 2»/s on voor de overige rentetarieven van 3 Opgemerkt wordt nog, dat het ver loop der wisselkoorren onder invloed van de ontwikkeling der Inlcrnalionalo situnite uiterst onregelmatig was. Bedrijfsuükomsten. Wat de bedrijfsuitkomslen van de Neder landsche Bank gedurende het afgcloopen jaar betreft, zoo wijzen cfic, in vergelijking met het jaar 1932/1933 een verbetering aan. Do netto-winst steeg van f 1.004.202.— tot f 2 609.408.— De verbetering was hoofdza kelijk tc danken aan dc meerdere baten, welke voortvloeiden uit dc belangrijke goud verknopen en uit dc nadere regeling van de levering en de betaling der door de Nedcrlandsche Bank aan Indie verkochte Ponden Sterling. Voorts een hoogcr bedrag aan ontvangen provisie. H lertogenover stond cchier een belangrijke vermindering van de balen uit builenlonclschc wissels cn saldi, in verband met rle liquidatie van het bezit van dezo waarden. Wat dc uilgaven aangaat kon een verde re verlaging van onkosten mot f 357.393.— worden bereikt. Hiermede word sedert 1930/ 1931 een vermindering van f 1.664.607.— of bijna 31 verkregen. zal beslaan uit de hoeren E. van Dijk (eer ste bestuurder), A. Viruly (tweede), Th. J. Iloogeveen (werktuigkundige) cn P. J. Ooi- gaard (radiolclcgrafist). Dc post voor dit toestel moet uiterlijk Woensdagavond te Amsterdam zijn. Hel jeugdverbod zal won den ingetrokken Amsterdam, 12 Juni. Het Hoofdbe stuur van de Nederlandschc Bioscoopbond hoeft in zijn lieden gehouden vergadering besloten aan dc bioscoopexploitanten te Venlo mede tc dcclen, dat a.s. Vrijdag de bioscopen aldaar weer geopend kunnen worden. Na onderhandeling is men er na melijk in geslaagd ccn einde tc maken aan liet bioscoopconflict te Vcnlo als gevolg waarvan sinds 28 April 1983, dus gedurende meer dan dertien maanden de bioscopen in Venlo en ook in de gemeente Tegelen geslo ten zijn geweest, liet conflict is ontstaan door do weigering van de gemeentebestu ren van Venlo en Tcgclcn om het in deze gemeenten beslaande jeugdverbod in te (rekken, welk verbod de exploitatie van het bioscoopbedrijf in Venlo en Tegelen zoo ernstig heeft benadeeld, dat het openhou den van de bioscopen aldaar doelloos was. Naar wij vernemen heeft de Nedcrland sche Bioscoopbond thans dn zekerheid ver Uregen dat het jeugdverbod in Vcnlo zal worden ingetrokken, zoodat do exploitatie der bioscopen in deze gemeente Vrijdag a.s, kan worden hervat. Dc bioscoop in de gemeente Tegelen blijft echter gesloten. De Vcnloschc Bioscoopex ploitanten, die bet Gemeentebestuur hebben locgezegd films tc zullen vortooncn, die voor de burgerij toelaatbaar geacht kunnen worden zullen dus binnenkort hun biosco pen ook toegankelijk mogen atollen voor Jeugdige personen mils natuurlijk dc te vertooncn films door dc Rijkskeuring voor dc betreffende leeftijd zijn toegelaten. Bezwaren der Ned. Ilerv. Kerkvoogdijen DE „HAVIK" NAAR INDIE. Amsterdam, 12 Juni. Donderdagmor gen, 14 Juni a.e. zal het K.L.M. vliegtuig de „Havik" van Amsterdam naar Batavia ver trekken. Dc bemanning van dit vliegtuig Ter zake van bei gewijzigde ontwerp van wet tot heffing van een belasting naar bet vermogen van instellingen van de doodo hand. heeft hot hoofdbestuur van de V or- ccniging van Kerkvoogdijen in de Ned Hervormde Kerk een adres gericht aan de Tweede Kamer, waarin o.a wordt gezegd* I)e voorgestelde doodehandsbelasting is, wa|, dc Ned Ilerv Kerk aangaat niet zulk een „luttel bedrag als do minister dat ho- lieft to noemen. Verreweg rle moest goede ren van de gemeenten der Ned. Ilerv Kerk zijn belegd in landerijen Gezien de lage opbrngst der landerijen, zelfs In zooge naamd normale titelen, beteckcnt de voorge stelde doodchandsbelasiing voor de ge meente der Ned Ilerv. Kerk een inkomsten belasting van ten minste 10 pet., cn in de meeste gevallen nog meer In het algemeen gesproken kan de ge- heele openbare eeredienst niet uit. de goe deren der gemeente worden bekostigd, be halve dert misschien ten hoogste oenige tientallen ""gemeenten in Friesland Gronin gen, Noord-Hol land en een enkele in Zee land Tegenwoordig echter is te betwijfelen of dezo tienlallen niet tot enkele gevallen zijn Ingoschrompeld In bet groote geheel beschouwd kunnen de 1500 gemeenten op geen stukken of breedten na van hun goe deren beslaan. De voorgestelde belasting kon niet anders komen dan uit de zakken der nu levende leden der kerk. Deze belasting op de doodchund is dus geen belasting op de doodchund. maar een belasting op de levendehand. en dus een belasting op liet lidmaatschap der kerk. De Minister vergeet, dal de gemeenten één zijn niet hun goederen. Zonder die goe deren zonden honderdon gemeenten in het geheel niet bestaan En in ieder geval zou het beeld van de Hervorm le Kerk totaal anders wordon „wanneer de bedoelde goe deren voor bun bezitsters verloren gingen." Bovendien schijnt de Minister over het hoofd te zien dat het wetsontwerp niet al leen ..goederen (landerijen enz.) belast, maar „alle zaken welke geldswaarde heb ben", waarvan slechts uit to zonderen d" vrijwillige bijdragen, doch slechts „voor dc helft" en niet uit tc zonderen huur van zitplaatsen en hoofdelijke omslag, daar dit geon„inkomsten om niet' zijn. De theorie van ..als dn goederen er eens niet wuren" argumenteert dus niets, want dan zouden alle gemeenten toch andere bronnen van inkomsten moeten hebben en die worden volgens het wetsontwerp even goed belast als de „goederen" in engeron zin. Tenslotte vestigt het adres de aandacht op de vrijstelling der kerkgebouwen, waar in het wetsontwerp voorziet. „Deze vrij stelling" aldus het adres is niet met dat woord geformuleerd, doch daarvoor wordt, aan kerkgebouwen geen „verkoop of geldswaarde" toegekend. Dit wordt on juist geacht, maar de waru en eenvoudige reden kan geen andere zijn don: het respect voor den godsdienst Wanneer die eenvoudige cn ware reden genoemd dit verlossende woord gesproken ware, zou de lijst der vrijstellingen in art. 4 geen enkele moeilijkheid hebben opgele verd Want wanneer de kerkgebouwen met inventaris worden vrijgesteld „uit respect voor den godsdienst", is het logisch, dat óók die „zaken" moeten worden vrijgesteld, die óf zelve (l).v. do hoofdelijke omslag) of wel ker opbrengst (b.v. do landerijen) dienen moeten om die gebouwen aan hun bestera ming. d.i. dn beoefening van den gods dienst, 1o doen beantwoorden. Verwacht wordt een zoodanige wijziging in het wetsontwerp, waardoor de vrijstel ling van de belasting op do doodehand óók de goederen, dio bestemd zijn om het ge bruik van de kerkgebouwen mogelijk te makon en do daarbij werkzame personen tc bezoldigen, zal treffen. Ook do Algemecnc Synodalo Commissie heeft zich mot bezwaren tegen het ontwerp van wet lot heffing van eono belasting naar liet vermogen van instellingen van dc doo de hand tot de Rcgeering gewond. VARKENSMARKT 13-15, fELEF. 582 TEL. 145 Dr J Roorda u Haarlem, secretaris van dc Commissie Inzake oorlogsprophyïuxis der „Nedcrlandsche Maatschappij tof bever- lering der Geneeskunst" schrijft ons* btueds weer leest en hoon men dal dn ooi log een natuurlijk uitvloeisel is van ie wet an Darwin; dat, er steeds oorlog is geweest en steeds oorlog zal zijn. Dit, is do simplistische redcnecring, het emukkclijk zegje, waarmee zoovolen, ook verantwoordelijke staatslieden en 'militairen zich vin hot probleem en de verantwoor delijkheid afmaken, Deze opvatting omtrent dun oorlog is em bedenkelijk erfstuk u.it de vorige eeuw. Prof. Nicoloi hoeft dit indertijd in zijn be langrijk werk „Did Biologie des Krieges' «1 u idol ij k in hot licht gestold. Toen Darwin zijn leer van do „struggle for life" en de „survival of the fittest'' ver kondigd had werd deze leer voolal ver» keerd begrepen en derhalve vorkoord en overhaast toegepast op allerlei gobioden d!c door dc wetenschap werden betreden. Wat beteckcnt „Survival of the fittest"? Overleven van do meest ge.scliikten; d.i. van die soorten en individuen dio het meest geschikt zijn zich aan te passen aan nleuwo of moeilijke levensomstandigheden, welke hel voortbestaan bedreigen. Doze ge schiktheid nu hangt niet in do eerste plaats en nog minder in allo gevallen af van de kracht on de gcvochtswaardo van soort of individu. Zeker zijn er diersoorten, b.v. vele roof dieren. voor welke do gcvochtswaardo een beslissende factor Is in don strijd om het bestaan, maar dit geldt toch niet voor alle soorten. Zoo zullen b.v. in moeilijke om standigheden do giraffen inct de langste haizon, do egels met do sterkste stekels, de konijnen met do moest beschermende kleur, de hazen met de sterkste pootcn cn de schildpadden met de dikste schilden de beste voortbestaanskonson hebben. In mopilijko omstandigheden zijn bet eigen- schappen, dio veelal met dc gevechtswaar- de niets tc doen hebben, welke voor rle soorten Imn mato van geschiktheid voor den strijd om hot bestaan bepalen. Waar het vooral op nan komt is dat dia soorten e.n dio individuen dio voldoende aanpassingsvermogen hebben aan veran derde en gevaarlijke omstandigheden, ,1e strijd om het bestaan met hot mocsto suc ces kunnen voeren. Wanneer men uitgaat van Darwlns leer dan zou ook liet lot van d.2 monschheid be paald worden door haar mato van aanpas singsvermogen welke niet afhangt van haar mate van strijdbaarheid en militaire kracht, doch veeleer van geheel andere factoren zooals het sociale instinct, do collectieve zucht tot zelfbehoud en het werkelijkheids besef. In den oorlog spelen oude ocrlnstlncten een geduchte, hoewel voolal verborgen rol. Daar is allereerst het strijd Instinct, dat do mensch in zich hoeft als erfdeel van zijn wilde voorouders dio met holenbccr en mammouthvochten. Prof. Nicolal markt op hoe dezo ou.lc in stincten, evenals alios wat oud is, omdat ze oud zijn, dc bijzondere sympathlo genie ten ook nog van den modernen mensch en door hem nis onontkoombaar en in wezen nuttig worden beschouwd. Maar daar te genover stelt hij het feit dat een instinct schadelijk kan wordon voor zijn bezitter, wanneer het zich niot kan aanpassen aan en vervormen naar veranderde omstandig heden. Immers, ccn instinct is blind en voert tot automatische en dommo handelingen wan neer hot niet door andere instincten of door de redo wordt gecorrigeerd cn geremd. Zoo vindt do vlinder, dio instinctief het licht zoekt, den dood tegen het gloeiende lampcglas. Het mcnschdom, dat door zijn aggrossievc Instincten cn verouderde ideologieën naar don oorlog gedreven wordt, heeft nog wei nig besef van do totaal veranderde condi ties van don krijg. Het st»*ijcl instinct, dat zich in natuurtoestand kon botvieren mot nagels, knotsen of speren, bedient zich in den modernen oorlog van electricitoit, mo toren on gassen en zal blijken een doodc- üjk bezit to worden voor het mcnschdorn, wanneer dit zich niet voldoende blijkt te kunnen aanpassen aan dc nieuwe door de techniek geschapen omstandigheden en nier genoeg werkelijkheidszin blijkt te bezitten om bot groote gevaar tc beseffen. Dit gevaar ligt in het foit dat aggrossic- vo of strijdzuchtige oorinstinctcn cn oude Ideologieën zich bedienen van voortbreng selen van bet meest goscherpto vernuft. Het is derhalve noodzakelijk, dat men gaat beseffen dat de oude oorlogsideolo- giecn, de oude leuzen van eer cn helden dom niet meer passen bij di moderne oor logvoering. dat zelfs de oudo ocrinstincten onbevredigd zullen blijven, wanneer men door den onzichtbaron vijand met gas wordt verstikt of in een temperatuur van 3000 graden gecremeerd wordt, of wanneer men dit anderen aandoet. (Wells, Shape of things to come). Men moet de verouderde en daarom schadelijke ideeën overboord werpen en dn realiteit niet slechts met het verstand gaan beseffen maar ook mot bet gevoel gaan verwerken. Dit is niet aangenaam, maar een gebiodendo oisch voor het collectieve zelfbehoud Als «prekend voorbeeld van absurde oor- logsidcologic noem ik dc uitspraak dat de oorlog voor den man is, wat het moeder schap is voor de vrouw, Ongetwijfeld schuilt in deze leuzo een groote demagogische kracht zoowel tegen over de mannelijke als dc vrouwelijke jougd en is zij geschikt een oorlogsbudget te doen aannemen cn de zakken der vva- penindustrleelen te vullen. Zij wordt dan ook met cönige variatie bij verschillende groolc volken verkondigd. Kolonel Rcné Qu.lnlmi zegt iets dergelijks in zijn boek Maximes sur la guerre", een book dat, klaarblijkelijk liet product ls van con man die. lijdt, aan morcclo krankzin nigheid. Ook von Papen en nog onlangs Musso lini hebben dit giftigo woord uitgesproken- Toegepast op den modernen oorlog zou het betcckcncn dat liet mannelijker is aandeel te hebben in een technische cn chemische uitmoording dan om dien waanzin te be strijden cn zijn krachten in tc spaannen om vrouwen, kinderen cn grijsaards daar voor te behoeden. Een belangrijke vraag is, wat ouder is, het aggressievc of het sociale instinct. Dr. v d. Bij en andere anthropologcn hebben door uitvoerige ondorzockingcn aangetoond dat het, gemecnschapsinslinct van den pri mitieven mensch minstens zoo oud is als het strijdinstinct. Bij vele primitieve stam men cn volken vonden zij een sterk ge meenschapsinstinct en ccn afkoer van on- derlingo strijd. Er is dus reden do schadelijke voorstel ling te laten varen dat do monsch van oor sprong een roofdierachtig wezen is zooals Spongier zonder bewijs verkondigt en men mag, in aanmerking nemend het sterke pri- rnitiove sociale van het menschdom, ver» trouwen in een uiteindelijke overwinning van dit vreedzame instinct. Verder moest men op grond van boven staande feiten eindelijk eens breken met de verkeerde opvatting, dat do oorlog een onvermijdelijk uitvloeisel zou zijn van de leer van Darwin; in tegendeoi, het ligt voor do hand om do overtuiging te aan vaarden, dat volgens Damins leer van het voortbestaan der meest gbschikton de af schaffing van den oorlog een logische en noodzakeijlko maatregel is van aanpassing aan do veranderde omstandigheden, ge schapen door cie moderne techniek, Wio pa-> de rodevooringon gelezen lieoft. gehouden in het Engclschc Lagerhuis, waar o. n, Winstin Churchill en Baldwin do dreigende gevaren schei belichtten en de onmogolijkheid betoogden om 0011 wereld stad eenigszins ofdoendo te beschermen to gen moderne luchtaanvallen, zal inzien hoo schadelijk het aggrossiove instinct, zich bedienend van do moderne techniek, zal worden voor het menschdom, wanneer niet aanpassingsvermogen nn gomcen- achapsinstinct de overwinning behalen cn voeren tot afschaffing van den oorlog. Hij zal beseffen hoe veel overeenstem ming er is tusschcn een menschdom zich stortend in een modernen oorlog en een. vlinder die door een Instinct misleid, zijn vleugels verbrandt aan hot glocicndo lam- p eg las. Dr. ,T. ROORDA. PRINS HENDRIK. 's G r a v c n li a g e, 12 Juni. Naar wij ver nemen wordt Z. K. II. den Prins jn het be gin van dc volgende week uit het buiten land in dc Residentie terugverwacht. V x v* Joiigmenscli, wier,» welgemeende pogingen om te voorkomen dat zijn vriendin over dc verschansing van de pier sloeg, geen sycee» hebben opgeleverd „Daar heb jo liet nou al. F-n ik hob haar nog wel gezegd, hoe ge vaarlijk die vermageringsmanie is 1" (Humorist).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1934 | | pagina 6