J.A. SCHOTERMAN
ST. EMILiON
RINTEL
NEDERLANDSCHE BANK IN 1933
KUEEDIHC.
RAAR RAAT
OORLOG EN DARWINISME
A\
WINSTSALDO RUIM
MILLIOEN
21
BIOSCOOPCONFLICT TE
VENLO OPGELOST
In 13 maanden geen film
voorstellingen
DE BELASTING OP DE
DOODE HAND
F WIJNHANDEL
GEVESTIGD 1878 UTR.STR. 17
1928 par flesch f 1.45, per anker f 58.
HUIViORHOEKJE
Het laagste punt van den
wereldhandel bereikt
ïlct verslag van de Necléi'lanclsclio Bank
over 1033/1931 vangt aan inot de mededee-
ling, dat van ccn verbetering en uitbreiding
van internationale betrekkingen, waardoor
werkelijk een blijvend wercldhcrstcl slechts
verkregen kan worden, nog in geen enkel
opzicht sprake ls, doch dat integendeel
nationalisme cn egoïsme hoogtij vieren. Na
een verdere kleine uitweiding over de poli
tieke tegenstellingen cn do ontwikkeling
van den wcreldloestand, wordt gewag ge
maakt van do inkrimping van den wereld
handel en van do ontwrichting op monetair
gebied. Hierbij wordt opgemerkt, dat hel
vooral do monetaire politiek van de Ver-
ecnigdo Staten was, die do werelcl in onrust
hield en het vertrouwen verder ondermijn
de. Deze politiek, gevolgd door het land
met den grootstcn goudvoorraad en met ccn
actievo handels- en betalingsbalans was
uitsluitend gericht op don binnenlandschon
toestand. De waarde van het nationale ruil
middel t.o.v. het goud werd mot opzet en
kunstmatig gedrukt, speculatie en kapi-
taalsvluclit werden aangemoedigd, terwijl
de goudclausule werd gebroken.
Dat hierbij geen rekening werd ge
houden mei den terugslag dien der
gelijke ingrijpende maatregelen op den toe
stand in andore landen moesten uitoefenen,
noch met de groote verliezen, welke berok
Lend weiden aan het buitenland, voor zoo
ver d'fc in goed vertrouwen vorderingen In
dollars bezat, zal wellicht de grootste be
lemmering blijken te vormen voor het we
der op gang brengen van het internationale
crcdiet cn kapitaalverkeer.
Vervolgens wordt gewag gemaakt van hei
mislukken van de Londonsche wereldconfe
rentie on de consequenties daarvan Hier
door waren alle landen genoodzaakt uit
eigen kracht tc trachten een nieuwen even
wichtstoestand te bereiken Dal het zoover
moest komen valt natuurlijk in hooge mate
te betreuren.
Desniettemin zijn er volgens het verslag,
toch ook lichtpunten te ontdekken cn in de
eerste plaats wordt er dan op gewezen, dat
waar op hulp van buiten niet langer kon
worden gerekend, in verschillende landen
krachtige maatregelen werdon genomen,
welke leidden tot een versterking von de
positie der centrale overheid, waardoor het
regoeren wederom mogelijk werd. In do twee
de plaats kan worden geconstateerd, dat als
de tcokencn niot bedriegen, de omvang van
liet wcreldgocdercnverkopr ondanks alle di
recte "en indirecte belemmeringen, in den
laatstcn tijd niet verder daalt, doch zelfs
een neiging tot stijgen vertoont. Hieruit
mag wellicht worden afgeleid, dat hot laag
ste punt van don wereldhandel bereikt
werd, en dat naar gelang de interne positio
van oen toenemend aantal landen aan sta
biliteit wint, ccn langzame uitbroiding van
het internationale verkeer kan worden te
gemoet gezien. Mocht deze slotsom juist blij
ken, dan zou zij opnieuw bevestigen, dat
zelfs de verst doorgevoerde afsluilingspoli-
tick niet tot zelfgenoegzaamheid kan lei
den. In deze richting wijst ook de in Ameri
ka ingoluidc bc\ordering van dc handels
betrekkingen niet. het buitenland. Als een
onmisbare voorwaarde voor de uitbreiding
van het wereldverkeer staat voorop, het
voorkomen van een verdere ontwrichting
van den wisselkoers.
Nadien wordt ccn beschouwing gewijd
aan het goudblok. De verdere instandhou
ding daarvan vormt, volgens dc opvatting
van do Bank, onder dc huidige omstandig
heden, do belangrijkste voorwaarde voor
een geleidelijke verbetering. Bij gebreke
daarvan moet verwacht worden een nieuwe
en hoogst ernstige verstoring van het ver
trouwen. De monetaire chaos zou algemeen
wordon cn een verdere beneden wan rtsche
beweging van valuta's zou Inzetten. Het
aantal en do omvang der rcchtstreekscbo
handelsbelemmeringen zouden onvermijde
lijk nog meer toenemen cn de internationale
goederenmarkten zouden een nieuwen druk
ondervinden.
Met verslag wijdt vervolgens een beschou
wing aan de positie van Nederland, dat in
zoo sterke mate op het internationale ver
keer is aangewezen cn op hot Nedcrland
sche aanpassingsproces, waarbij de mcc-
ning wordt uitgesproken, dat het welbegre
pen belang van het Nederlandschc bedrijfs
leven het vasthouden aan de tot dusverre
gcvolgdo godragslijn eisclit.
De handhaving der goudwaarde.
Ten aanzien van dc werkzaam li eden van
de Nedcrlandsche Bank wordt verklaard,
dat dezo in het afgeloopcn jaar haai' taak
als contrale emissie- cn credlctinsiclling
overeenkomstig dc Nederlandsche bank- en
muntwetgeving zonder overwegende moei
lijkheden heeft kunnen vervullen Deze
taak vond haar zwaartepunt in dc handha
ving van de goudwaardc van het. nationale
ruilmiddel. Puj herhaling had men te kam
pen tegen de onrust,, welke gewekt werd
door de ontwikkeling van rle monetaire ver
houdingen in het buitenland en door de
pleidooien, die hier en daar werden gehou
den voor het verlaten van den gouden stan
daard, doch dc krachtige houding van de
Nedcrlandsche regeering en de samenwer
king met dc andere landen, die monetaire
experimenten als middel op dc crisis te be
strijden. verwerpen, mankten liet mogelijk
die onrust te doen wijken.
In het bijzonder Is er naar gestreefd, dc
^rminderlng der direct opeischbarc ver
plichtingen van de Nedcrlandsche Bank ge
lijken tred te doen houden met het verlies
aan goud, dat in tijden van onrust en wan
trouwen of laatstelijk door de verlaging van
den goudinhoud van den Amorikaanschen
dollar moest worden gehoekt. In dezelfde
richting werkten de disconto-verhoogingcn,
die werden toegepast wanneer de geldmarkt
daartoe aanleiding gaf. Dit alles maakte
hot mogelijk dc gouddekking der direct op
eischbarc middelen nagenoeg op hetzelfde
liooge peil te houden. De goudvoorraad van
do. Bank bedroeg bij don aanvang van liet
afgcloopen boekjaar f 9i9.009.000.Als ge
volg van de onrust tijdens de Londonsche
conferentie trad ccn daling in tot
f 732.520,000.— op 29 Juni 1933. Toon de ru6t
was teruggekeerd vloeide goud naar Neder
land terug, zoodat de goudvoorraad op 9
Januari 1934 f 923.iUl.000.— boliop. Bij bot
einde van bet boekjaar op 31 Maart 1934
was do goudvoorraad echter terug gcloopcn
lot f 787.n0i.000.— doordat ccn belangrijk
bod rag nan goud werd verloren in verband
met do plotselinge stabilisatie op oen laag
niveau van don Amcrikaanscbon dollar.
Neemt men nu in annmorking, dat op de
hierboven bedoelde tijdstippon dc gouddok-
king van alle direct opciachbaro verplich
l ineen onderscheidenlijk was 80.12
71.16 81.21 en 77.52 clan springt liet
groote belang in liet oog van «Ie liquiditiet
welke zoowol do positie van dc Nedcrland
sche Bank a|« die van het particuliere
bankwezen vertoont.
Do rculctaricven.
Het verslag houdt zich verder bozig met
dc Nedcrlandsche betalingsbalans cn met
het Duitscho transferprobleem, terwijl na
dien in korte trekken een afschildering
wordt gegeven van hoi verloop van do geld
markt hier te lande. Medegedeeld wordt, dat
de Nederlandschc Bank tweemaal Int ver
hooging van haar rentetarieven is overge
gaan In beide gevallen met een vol pro
cent. Deze verlioogingcn vonden plants op
12 Mol en 29 Juni 1933 Naarmate dc op de
geldmarkt ingetreden ontspanning verder
voortschreed, kon (of geleidelijke verlaging
dor rentetarieven worden overgegaan. Dezo
worden in vier étappes telkens mot oen
half procent verlangd en bereikten op 19
September 1933 weer den stand van vóór
12 Mei 1933 en wèl voor het disconto van
2»/s on voor de overige rentetarieven van
3 Opgemerkt wordt nog, dat het ver
loop der wisselkoorren onder invloed van
de ontwikkeling der Inlcrnalionalo situnite
uiterst onregelmatig was.
Bedrijfsuükomsten.
Wat de bedrijfsuitkomslen van de Neder
landsche Bank gedurende het afgcloopen
jaar betreft, zoo wijzen cfic, in vergelijking
met het jaar 1932/1933 een verbetering aan.
Do netto-winst steeg van f 1.004.202.— tot
f 2 609.408.— De verbetering was hoofdza
kelijk tc danken aan dc meerdere baten,
welke voortvloeiden uit dc belangrijke
goud verknopen en uit dc nadere regeling
van de levering en de betaling der door de
Nedcrlandsche Bank aan Indie verkochte
Ponden Sterling. Voorts een hoogcr bedrag
aan ontvangen provisie. H lertogenover
stond cchier een belangrijke vermindering
van de balen uit builenlonclschc wissels cn
saldi, in verband met rle liquidatie van het
bezit van dezo waarden.
Wat dc uilgaven aangaat kon een verde
re verlaging van onkosten mot f 357.393.—
worden bereikt. Hiermede word sedert 1930/
1931 een vermindering van f 1.664.607.— of
bijna 31 verkregen.
zal beslaan uit de hoeren E. van Dijk (eer
ste bestuurder), A. Viruly (tweede), Th. J.
Iloogeveen (werktuigkundige) cn P. J. Ooi-
gaard (radiolclcgrafist).
Dc post voor dit toestel moet uiterlijk
Woensdagavond te Amsterdam zijn.
Hel jeugdverbod zal won
den ingetrokken
Amsterdam, 12 Juni. Het Hoofdbe
stuur van de Nederlandschc Bioscoopbond
hoeft in zijn lieden gehouden vergadering
besloten aan dc bioscoopexploitanten te
Venlo mede tc dcclen, dat a.s. Vrijdag de
bioscopen aldaar weer geopend kunnen
worden. Na onderhandeling is men er na
melijk in geslaagd ccn einde tc maken aan
liet bioscoopconflict te Vcnlo als gevolg
waarvan sinds 28 April 1983, dus gedurende
meer dan dertien maanden de bioscopen in
Venlo en ook in de gemeente Tegelen geslo
ten zijn geweest, liet conflict is ontstaan
door do weigering van de gemeentebestu
ren van Venlo en Tcgclcn om het in deze
gemeenten beslaande jeugdverbod in te
(rekken, welk verbod de exploitatie van het
bioscoopbedrijf in Venlo en Tegelen zoo
ernstig heeft benadeeld, dat het openhou
den van de bioscopen aldaar doelloos was.
Naar wij vernemen heeft de Nedcrland
sche Bioscoopbond thans dn zekerheid ver
Uregen dat het jeugdverbod in Vcnlo zal
worden ingetrokken, zoodat do exploitatie
der bioscopen in deze gemeente Vrijdag a.s,
kan worden hervat.
Dc bioscoop in de gemeente Tegelen blijft
echter gesloten. De Vcnloschc Bioscoopex
ploitanten, die bet Gemeentebestuur hebben
locgezegd films tc zullen vortooncn, die
voor de burgerij toelaatbaar geacht kunnen
worden zullen dus binnenkort hun biosco
pen ook toegankelijk mogen atollen voor
Jeugdige personen mils natuurlijk dc te
vertooncn films door dc Rijkskeuring voor
dc betreffende leeftijd zijn toegelaten.
Bezwaren der Ned. Ilerv.
Kerkvoogdijen
DE „HAVIK" NAAR INDIE.
Amsterdam, 12 Juni. Donderdagmor
gen, 14 Juni a.e. zal het K.L.M. vliegtuig de
„Havik" van Amsterdam naar Batavia ver
trekken. Dc bemanning van dit vliegtuig
Ter zake van bei gewijzigde ontwerp van
wet tot heffing van een belasting naar bet
vermogen van instellingen van de doodo
hand. heeft hot hoofdbestuur van de V or-
ccniging van Kerkvoogdijen in de Ned
Hervormde Kerk een adres gericht aan de
Tweede Kamer, waarin o.a wordt gezegd*
I)e voorgestelde doodehandsbelasting is,
wa|, dc Ned Ilerv Kerk aangaat niet zulk
een „luttel bedrag als do minister dat ho-
lieft to noemen. Verreweg rle moest goede
ren van de gemeenten der Ned. Ilerv Kerk
zijn belegd in landerijen Gezien de lage
opbrngst der landerijen, zelfs In zooge
naamd normale titelen, beteckcnt de voorge
stelde doodchandsbelasiing voor de ge
meente der Ned Ilerv. Kerk een inkomsten
belasting van ten minste 10 pet., cn in de
meeste gevallen nog meer
In het algemeen gesproken kan de ge-
heele openbare eeredienst niet uit. de goe
deren der gemeente worden bekostigd, be
halve dert misschien ten hoogste oenige
tientallen ""gemeenten in Friesland Gronin
gen, Noord-Hol land en een enkele in Zee
land Tegenwoordig echter is te betwijfelen
of dezo tienlallen niet tot enkele gevallen
zijn Ingoschrompeld In bet groote geheel
beschouwd kunnen de 1500 gemeenten op
geen stukken of breedten na van hun goe
deren beslaan. De voorgestelde belasting
kon niet anders komen dan uit de zakken
der nu levende leden der kerk.
Deze belasting op de doodchund is dus
geen belasting op de doodchund. maar een
belasting op de levendehand. en dus een
belasting op liet lidmaatschap der kerk.
De Minister vergeet, dal de gemeenten
één zijn niet hun goederen. Zonder die goe
deren zonden honderdon gemeenten in het
geheel niet bestaan En in ieder geval zou
het beeld van de Hervorm le Kerk totaal
anders wordon „wanneer de bedoelde goe
deren voor bun bezitsters verloren gingen."
Bovendien schijnt de Minister over het
hoofd te zien dat het wetsontwerp niet al
leen ..goederen (landerijen enz.) belast,
maar „alle zaken welke geldswaarde heb
ben", waarvan slechts uit to zonderen d"
vrijwillige bijdragen, doch slechts „voor dc
helft" en niet uit tc zonderen huur van
zitplaatsen en hoofdelijke omslag, daar dit
geon„inkomsten om niet' zijn.
De theorie van ..als dn goederen er eens
niet wuren" argumenteert dus niets, want
dan zouden alle gemeenten toch andere
bronnen van inkomsten moeten hebben en
die worden volgens het wetsontwerp even
goed belast als de „goederen" in engeron
zin.
Tenslotte vestigt het adres de aandacht
op de vrijstelling der kerkgebouwen, waar
in het wetsontwerp voorziet. „Deze vrij
stelling" aldus het adres is niet met
dat woord geformuleerd, doch daarvoor
wordt, aan kerkgebouwen geen „verkoop
of geldswaarde" toegekend. Dit wordt on
juist geacht, maar de waru en eenvoudige
reden kan geen andere zijn don: het respect
voor den godsdienst
Wanneer die eenvoudige cn ware reden
genoemd dit verlossende woord gesproken
ware, zou de lijst der vrijstellingen in art.
4 geen enkele moeilijkheid hebben opgele
verd Want wanneer de kerkgebouwen met
inventaris worden vrijgesteld „uit respect
voor den godsdienst", is het logisch, dat óók
die „zaken" moeten worden vrijgesteld, die
óf zelve (l).v. do hoofdelijke omslag) of wel
ker opbrengst (b.v. do landerijen) dienen
moeten om die gebouwen aan hun bestera
ming. d.i. dn beoefening van den gods
dienst, 1o doen beantwoorden.
Verwacht wordt een zoodanige wijziging
in het wetsontwerp, waardoor de vrijstel
ling van de belasting op do doodehand óók
de goederen, dio bestemd zijn om het ge
bruik van de kerkgebouwen mogelijk te
makon en do daarbij werkzame personen tc
bezoldigen, zal treffen.
Ook do Algemecnc Synodalo Commissie
heeft zich mot bezwaren tegen het ontwerp
van wet lot heffing van eono belasting naar
liet vermogen van instellingen van dc doo
de hand tot de Rcgeering gewond.
VARKENSMARKT 13-15, fELEF. 582
TEL. 145
Dr J Roorda u Haarlem, secretaris van
dc Commissie Inzake oorlogsprophyïuxis
der „Nedcrlandsche Maatschappij tof bever-
lering der Geneeskunst" schrijft ons*
btueds weer leest en hoon men dal dn
ooi log een natuurlijk uitvloeisel is van ie
wet an Darwin; dat, er steeds oorlog is
geweest en steeds oorlog zal zijn.
Dit, is do simplistische redcnecring, het
emukkclijk zegje, waarmee zoovolen, ook
verantwoordelijke staatslieden en 'militairen
zich vin hot probleem en de verantwoor
delijkheid afmaken,
Deze opvatting omtrent dun oorlog is em
bedenkelijk erfstuk u.it de vorige eeuw.
Prof. Nicoloi hoeft dit indertijd in zijn be
langrijk werk „Did Biologie des Krieges'
«1 u idol ij k in hot licht gestold.
Toen Darwin zijn leer van do „struggle
for life" en de „survival of the fittest'' ver
kondigd had werd deze leer voolal ver»
keerd begrepen en derhalve vorkoord en
overhaast toegepast op allerlei gobioden
d!c door dc wetenschap werden betreden.
Wat beteckcnt „Survival of the fittest"?
Overleven van do meest ge.scliikten; d.i.
van die soorten en individuen dio het
meest geschikt zijn zich aan te passen aan
nleuwo of moeilijke levensomstandigheden,
welke hel voortbestaan bedreigen. Doze ge
schiktheid nu hangt niet in do eerste plaats
en nog minder in allo gevallen af van de
kracht on de gcvochtswaardo van soort of
individu.
Zeker zijn er diersoorten, b.v. vele roof
dieren. voor welke do gcvochtswaardo een
beslissende factor Is in don strijd om het
bestaan, maar dit geldt toch niet voor alle
soorten. Zoo zullen b.v. in moeilijke om
standigheden do giraffen inct de langste
haizon, do egels met do sterkste stekels, de
konijnen met do moest beschermende kleur,
de hazen met de sterkste pootcn cn de
schildpadden met de dikste schilden de
beste voortbestaanskonson hebben. In
mopilijko omstandigheden zijn bet eigen-
schappen, dio veelal met dc gevechtswaar-
de niets tc doen hebben, welke voor rle
soorten Imn mato van geschiktheid voor
den strijd om hot bestaan bepalen.
Waar het vooral op nan komt is dat dia
soorten e.n dio individuen dio voldoende
aanpassingsvermogen hebben aan veran
derde en gevaarlijke omstandigheden, ,1e
strijd om het bestaan met hot mocsto suc
ces kunnen voeren.
Wanneer men uitgaat van Darwlns leer
dan zou ook liet lot van d.2 monschheid be
paald worden door haar mato van aanpas
singsvermogen welke niet afhangt van haar
mate van strijdbaarheid en militaire kracht,
doch veeleer van geheel andere factoren
zooals het sociale instinct, do collectieve
zucht tot zelfbehoud en het werkelijkheids
besef.
In den oorlog spelen oude ocrlnstlncten
een geduchte, hoewel voolal verborgen rol.
Daar is allereerst het strijd Instinct, dat do
mensch in zich hoeft als erfdeel van zijn
wilde voorouders dio met holenbccr en
mammouthvochten.
Prof. Nicolal markt op hoe dezo ou.lc in
stincten, evenals alios wat oud is, omdat
ze oud zijn, dc bijzondere sympathlo genie
ten ook nog van den modernen mensch en
door hem nis onontkoombaar en in wezen
nuttig worden beschouwd. Maar daar te
genover stelt hij het feit dat een instinct
schadelijk kan wordon voor zijn bezitter,
wanneer het zich niot kan aanpassen aan
en vervormen naar veranderde omstandig
heden.
Immers, ccn instinct is blind en voert tot
automatische en dommo handelingen wan
neer hot niet door andere instincten of door
de redo wordt gecorrigeerd cn geremd.
Zoo vindt do vlinder, dio instinctief het
licht zoekt, den dood tegen het gloeiende
lampcglas.
Het mcnschdom, dat door zijn aggrossievc
Instincten cn verouderde ideologieën naar
don oorlog gedreven wordt, heeft nog wei
nig besef van do totaal veranderde condi
ties van don krijg. Het st»*ijcl instinct, dat
zich in natuurtoestand kon botvieren mot
nagels, knotsen of speren, bedient zich in
den modernen oorlog van electricitoit, mo
toren on gassen en zal blijken een doodc-
üjk bezit to worden voor het mcnschdorn,
wanneer dit zich niet voldoende blijkt te
kunnen aanpassen aan dc nieuwe door de
techniek geschapen omstandigheden en nier
genoeg werkelijkheidszin blijkt te bezitten
om bot groote gevaar tc beseffen.
Dit gevaar ligt in het foit dat aggrossic-
vo of strijdzuchtige oorinstinctcn cn oude
Ideologieën zich bedienen van voortbreng
selen van bet meest goscherpto vernuft.
Het is derhalve noodzakelijk, dat men
gaat beseffen dat de oude oorlogsideolo-
giecn, de oude leuzen van eer cn helden
dom niet meer passen bij di moderne oor
logvoering. dat zelfs de oudo ocrinstincten
onbevredigd zullen blijven, wanneer men
door den onzichtbaron vijand met gas wordt
verstikt of in een temperatuur van 3000
graden gecremeerd wordt, of wanneer men
dit anderen aandoet. (Wells, Shape of
things to come).
Men moet de verouderde en daarom
schadelijke ideeën overboord werpen en dn
realiteit niet slechts met het verstand gaan
beseffen maar ook mot bet gevoel gaan
verwerken. Dit is niet aangenaam, maar
een gebiodendo oisch voor het collectieve
zelfbehoud
Als «prekend voorbeeld van absurde oor-
logsidcologic noem ik dc uitspraak dat de
oorlog voor den man is, wat het moeder
schap is voor de vrouw,
Ongetwijfeld schuilt in deze leuzo een
groote demagogische kracht zoowel tegen
over de mannelijke als dc vrouwelijke
jougd en is zij geschikt een oorlogsbudget
te doen aannemen cn de zakken der vva-
penindustrleelen te vullen. Zij wordt dan
ook met cönige variatie bij verschillende
groolc volken verkondigd.
Kolonel Rcné Qu.lnlmi zegt iets dergelijks
in zijn boek Maximes sur la guerre", een
book dat, klaarblijkelijk liet product ls van
con man die. lijdt, aan morcclo krankzin
nigheid.
Ook von Papen en nog onlangs Musso
lini hebben dit giftigo woord uitgesproken-
Toegepast op den modernen oorlog zou het
betcckcncn dat liet mannelijker is aandeel
te hebben in een technische cn chemische
uitmoording dan om dien waanzin te be
strijden cn zijn krachten in tc spaannen om
vrouwen, kinderen cn grijsaards daar voor
te behoeden.
Een belangrijke vraag is, wat ouder is,
het aggressievc of het sociale instinct. Dr.
v d. Bij en andere anthropologcn hebben
door uitvoerige ondorzockingcn aangetoond
dat het, gemecnschapsinslinct van den pri
mitieven mensch minstens zoo oud is als
het strijdinstinct. Bij vele primitieve stam
men cn volken vonden zij een sterk ge
meenschapsinstinct en ccn afkoer van on-
derlingo strijd.
Er is dus reden do schadelijke voorstel
ling te laten varen dat do monsch van oor
sprong een roofdierachtig wezen is zooals
Spongier zonder bewijs verkondigt en men
mag, in aanmerking nemend het sterke pri-
rnitiove sociale van het menschdom, ver»
trouwen in een uiteindelijke overwinning
van dit vreedzame instinct.
Verder moest men op grond van boven
staande feiten eindelijk eens breken met
de verkeerde opvatting, dat do oorlog een
onvermijdelijk uitvloeisel zou zijn van de
leer van Darwin; in tegendeoi, het ligt
voor do hand om do overtuiging te aan
vaarden, dat volgens Damins leer van het
voortbestaan der meest gbschikton de af
schaffing van den oorlog een logische en
noodzakeijlko maatregel is van aanpassing
aan do veranderde omstandigheden, ge
schapen door cie moderne techniek,
Wio pa-> de rodevooringon gelezen lieoft.
gehouden in het Engclschc Lagerhuis, waar
o. n, Winstin Churchill en Baldwin do
dreigende gevaren schei belichtten en de
onmogolijkheid betoogden om 0011 wereld
stad eenigszins ofdoendo te beschermen to
gen moderne luchtaanvallen, zal inzien hoo
schadelijk het aggrossiove instinct, zich
bedienend van do moderne techniek, zal
worden voor het menschdom, wanneer
niet aanpassingsvermogen nn gomcen-
achapsinstinct de overwinning behalen cn
voeren tot afschaffing van den oorlog.
Hij zal beseffen hoe veel overeenstem
ming er is tusschcn een menschdom zich
stortend in een modernen oorlog en een.
vlinder die door een Instinct misleid, zijn
vleugels verbrandt aan hot glocicndo lam-
p eg las.
Dr. ,T. ROORDA.
PRINS HENDRIK.
's G r a v c n li a g e, 12 Juni. Naar wij ver
nemen wordt Z. K. II. den Prins jn het be
gin van dc volgende week uit het buiten
land in dc Residentie terugverwacht.
V x
v*
Joiigmenscli, wier,» welgemeende pogingen
om te voorkomen dat zijn vriendin over dc
verschansing van de pier sloeg, geen sycee»
hebben opgeleverd „Daar heb jo liet nou
al. F-n ik hob haar nog wel gezegd, hoe ge
vaarlijk die vermageringsmanie is 1"
(Humorist).