Aniersfoorisch Dagblad
Wat een Hollandsch dominé zag
KEITJES
Als de zaak rust
werkt de
ADVERTENTIE
3 x plaatsen
voor f 1."
Jitsluitend bij voor
uitbetaling.
Men moet ook achter de
schermen kijken!
„DOOD WATER"
Jan Musch als filmacteur
DE BEDREIGDE
SCHOLLEVAAR
3±)ildagshh
Vaii hel
BRIEVEN UIT BERLIJN.
Er is reden voor een overtuigend pes
simisme in de ontwikkeling
van Duifschland
(Van onzen correspondent.)
„Wat lichten kranten vreemd voor".
Deze vijf woorden las ik in een merk
waardig verslagje dat do Nederlandsch-
Hervormde predikant ds. G. C. Postma uit
Oudenbosch over een uitstapje van eenige
dagen naar Berlijn aan de Nederlandsche
pers afgestaan heeft. En hij voegde er ter
nadere verklaring aan toe:
„Ik was de gast van het officieele Berlijn
en zag werkkampen, sprak met Haken-
kreuzlern, het was alles toch anders dan
ik meende, uit de kranten te moeten be
grijpen. Beter!"
Dit alles las ik met begrijpelijke belang
stelling. Wanneer men, gelijk schrijver de
zes, nu al eenige tientallen jaren dag in
dag uit niets anders doet dan den lezer in
Nederland over 't buitenland en in het bij
zonder over Duitsche toestanden, menschcn
en gebeurtenissen voorlichten, en dan zoo
maar ineens zwart op wit krijgt, dat men
dat „vreemd" doet, dan stemt zooiets tot
nadenken. En nu weet ik wel, dat een do-
mineo uit Oudenbosch, die over het alge
meen wel wat anders aan "t hoofd heeft
dan studio maken van buitenlandsche po
litiek, economie en cultuur, bij zulk een
gedurfd oordeel niet al te zeer au gèrieux
genomen mag worden. Hij heeft zich, naar
hij zelf verklaart, bij zijn vluchtig bezoek
laten voorlichten door zijn „oficieele gast
heeren" en door zijn „landgenooten, die ja
renlang er leefden en streden" En wie de
situatie hier kent en zoo ongeveer weet,
welke landgenooten voor den geachtcn do
minee als voorlichters in aanmerking kwa
men, wordt slechts gesterkt in zijn over
tuiging, dat een dergelijk onderzoek-ter-
plaatse nu heusch niet de bevoegdheid ver
leent om zoo maar luchtigjes weg te con-
stateeren dat „kranten vreemd voorlich
ten" en dat uit eenige gesprekken ,.met
Hakenkreuzlern" onmiddellijk blijkt, dat in
het Duitschland van heden „alles anders"
en „beter" is, dan „de kranten" den lezer
in Nederland verteld hebben.
Men zou de vraag kunnen stellen, uit
welke krant of kranten de bedoelde domi
nee zijn bij eigen onderzoek onjuist geble
ken materiaal dan geput heeft „ITet Volk"
zal hem over Duitschland zeker heel andere
beschouwingen en berichten voorgezet heb
ben dan „De Standaard", de „N.R.Ct.",
waar anders dan bet bureau Vaz-Dias. Ver
schillende Nederlandsche bladen en nieuws
bureaus staan nu eenmaal op het stand
punt, dat weliswaar steeds de waarheid ge
sproken moet worden, maar daarom nog
niet elke waarheid steeds behoeft te wor
den uitgesproken. En dit natuurlijk vooral
in verband met de beteekenis van zekere
buitenlandsche berichtgeving voor de eigen
bmnenlandsche politiek. Met het gevolg
(waarvan wij niet aannemen, dat „opge-
melde dominee" daaraan bij zijn generali-
6eerende beschuldiging juist daaraan ge
dacht heeft), dat inderdaad het beeld, bij
voorbeeld en vooral van de tegenwoordige
ontwikkeling in Duitschland, niet steeds en
in elk Nederlandsch orgaan zóó uitvalt, als
de vooruitgeschoven observatieposten der
nationale journalistiek dat gaarne gezien
hadden. Dit terloops. Omriat de opmerking
van den heer Postma mij er op gebracht
heeft. En omdat het misschien zijn nut kan
hebben, dat op soortgelijke „tactiek", die,
onvermijdelijk of niet, nu eenmaal het ge
vaar van vertroebeling der „objectieve be
richtgeving" met zich brengt, eens even
ook al weer ter voorlichting van den lo
zer gewezen wordt.
Maar de geachte predikant uit Ouden
bosch heeft het hoogstwaarschijnlijk an
ders bedoeld. Ilij maakt de opmerking, dal
het er in het Nieuwe Duitschland „beter"
uitziet dan „de kranten" hem tot nu toe
verteld hebben. Waarbij in het* midden ge
laten zij, of daarmee de voorlichting door
de buitenlandsche correspondenten dan
wel door do redacties bedoeld is (die n.l.
zoo nu en dan in zekere persorganen nog
wel eens uiteenloopt). Men moet uit deze
korte opmerking van Oudenbosch uit de
conclusie trekken, dat een belangrijk per
centage van het Nederlandsche krantenle
zend publiek uit zijn dagbladen meent te
moeten afleiden, dat het er in het Nieuwe
Duitschland niet bijzonder schitterend uit
ziet. terwijl die lezers, zoodra ze, als de
geachte dominee, de gelegenheid krijgen in
Duitschland met officieele instanties „werk
kampen" te zien krijgen, samenkomen en
onder leiding van deze officieele instanties
„werkkampen" te zien krijgen, dan wel
met zekere bijzonder afgestempelde „land
genooten" te zamen gebracht worden, op
eens tot de ontdekking komen, dat het er
in Hitler's Rijk „beter" en in elk geval „an
dersuitziet, dan de Nederlandsche kran
ten vertellen.
Terwijl voorts de heer Postma op zijn
bijzonder gebied nog snel ontdekt heeft,
dat „te midden van de bewogenheden (in
Duitschland) ook een vragen is naar de
eeuwige dingen" oftewel een toenemende
belangstelling voor kerkelijke dingen.
Om met het laatste te beginnen: er is in
derdaad, sinds de omwenteling die do Ilit-
lerbeweging gebracht heeft, een nog al op
vallende terugkeer van Duitsche staatsbur
gers naar de verschillende kerken te con-
stateeren. Maar de officieele gastheeren
van den Hollandschen dominee (en vermoe
delijk ook de landgenooten in quacstie)
zulien hem niet verteld hebben, dat een
niet onbelangrijke rol bij dit verschijnsel
de omstandigheid speelt, dat tienduizenden
Du it sellers en vooral ook Joodsche Duit-
schers hun weg naar de R.K Kerk ge
vonden hebben om redenén, die veel meer
met algemeene politiek dan wel met reli
gieuse behoefte tö maken hebben Terwijl
de protestantsche kérk in Duitschland haar
winst ten deele aan soortgelijke motieven
te danken heeft, maar meer nog aan het
feit, dat de nieuwe almachtige Staat duide
lijk te kennen gegeven heeft;' atheïsme en
in het algemeen anti kerkelijke opvattin
gen als een bewijs van slecht staatsburger
schap te beschouwen. Zoodat al te velen
het er ook op dat gebied maar liever niet
meer op wagen, zich in ambtelijke vraag-
lijsten als „zonder religie" in te schrijven.
De plotseling toegenomen kerkelijke be
langstelling is daarom tot een zeker per
centage oppertunismc van do onaange
naamste soort. Wat dan ook voor de beide
hoofdkerken in Duitschand al lang geleden
reden geweest is, om duidelijke bevelen
voor nauwkeurig onderzoek voor de. op
name uit te vaardigen.
Maar dat is ten slotte een detail
Er moet antwoord gegeven worden op de
wel wat al te lichtzinnige cn generalisee-
rende opmerking van den Hollandschen
bezoeker, dat het hier zooveel „beter" is.
dan in de pers in Nederland wordt ver
teld.
„Beter" en „slechter" zijn subjectieve be
oordeelingen En hier ontbreken concrete
voorbeelden. Objectief, zuiver objectief over
een ontwikkeling van zoo geweldig-inge-
wikkelde vragen als de tegenwoordige
Duitsche oordeelcn, is natuurlijk een ideaal,
dat men slechts benaderen kan. Een sterk
subjectief element zal steeds blijven. Niet
alleen in wat men bericht, maar ook cn
vooral in wat men verzwijgt of waarvan
men het verzwijgen dulden moet. Maar de
Nederlandsche journalist mnakt gelukkig
een strenge leerschool door. In weinig lan
den ter wereld wordt in dit beroep zoo
consciëntieus gewerkt, zoo eerlijk naar
waarheid gestreefd. En daarom moet ik,
over eigen werk een oordeel natuurlijk
weglatend, ter verdediging van do meeste
Nederlandsche bladen en hun correspon
denten voor zoover ze niet meenen aan
Nederlandsche politiek concessies te moe
ten doen hier den vluchtigen bezoeker
uit Oudenbosch antwoorden, dat hij ver
standig zal doen, zich liever te houden aan
„de kranten", die hem op grond van zeer
goede observatie inlichten, dan aan zijn
indrukken van twee of drie dagen ter
plaatse". Wij zijn veeleer van meeuing, dat
het er in Duitschland tegenwoordig nog
veel minder gunstig uitziet, dan door de
pers in Nederland in 't algemeen (de socia
listisclie en communistische, die meestal
schromelijk overdrijft, natuurlijk uitgeslo
ten) beschreven wordt. Wij hebben nimmer
meegedaan aan dc verspreiding van wat
men hier in Duitschiand „gruwelberich-
ten" noemt, omdat wij weten, dat 00 pet.
van die berichten op leugen berust en de
overige 10 pet. door het voortgeven uit de
zooveelste hand zoo onjuist pleegt te wor
den naverteld, dat ook hier nog slechts 1
pet. waarheid van over blijft. Persoonlijke
wraaknemingen, plaatselijk onverstand en
machtsmisbruik door kleine zielen zijn ze
ker in tallooze gevallen voorgekomen,
maar vallen in beteekenis eenvoudig weg
bij het grootc gebeuren, waarvan wij bid
dag aan dag ooggetuigen zijn. De mentali
teit van den thans regeerenden Duitscher is
over het algemeen stellig veel „beter" dan
de lezer misschien uit die nog heden cri-
tickloos afgedrukte „gruwelbcrichlen" meent
tc mogen afleiden.
Maar er is zooveel anders, dat honderd
malen belangrijker moet genoemd worden.
Het gaat hier om een experiment op ge
weldige schaal. Vraagstukken komen on
der de loupe, die elk op zichzelf genomen
gehecle volken in oproerige beweging kun
nen brengen. Derde Rijk cn internationale
ruilhandel. Derde Rijk cn zijn schuld
eiscliêrs, Derde Rijk on Versailles, Derde
Rijk en Rome, Derde Rijk en jeugd vorming
Derde Rijk en levensstandaard der eigen
bevolking. Derdo Rijk en cultuur. Derde
Rijk cn protestantisme. Derde Rijk en so
cialisme... Zoo kan men nog een vette
alinea lang doorgaan
Wij kennen de geestdriftige waschechte
Duitsche „nazi's", die géén opportunitisten
cn echte, eerlijke patriotten zijn (wij ken
nen ook de minder-eerlijke in tal van va
riaties), en wij kunnen ons begrijpen, dat
dc "Nederlandsche dominee, mocht hij op
zulke menschcn géslooten zijn, een indruk
gekregen heeft, die de Hollandsche pers
hem niet pleegt voor tc zetten, Maar de
taak der voorlichting mag niet tot, het
weergeven van zulke geesdriftigo overtui
gingen beperkt blijven, en hier is het eer
der plicht, zich tot nuchter wikken en we
gen te dw'ingen zelfs al loopt men daardoor
gevaar, aan hel „betere" soms wat tc kort
te doen.
Lag het aan ons, dan zou de lezer in Ne
derland wellicht wat meer van dit „betere"
te lezen gekregen hebben. Omdat het mee
leven met geestdrift en jonge hoop, die zich
in hel. Nieuwe Duitschland vaak op zoo
gevaarlijk-meesleepcnde wijze pleegt te de-
monstreeren, nu eenmaal verleidelijk is, cn
de berichtgever zulke warme vaderlands
liefde het eigen volk nu eenmaal gaarne
voor oogen zou willen stellen. Maar de
objectiviteit en het Nederlandsch belang bij
nuchtere voorlichting dwingt nu eenmaal
voortdurend achter de schermen te zien en
juist daarover tc berichten.
En al geven we toe. dat geestdrift een
onberekenbare factor is, die over heel wat
nuchtere bezwaren kan heenhelpen, dan
blijft bij ons toch een overtuigd pessimisme
in de ontwikkeling van Duitschland, die we
don dominee uit Oudenbosch en zijn mede-
ovcrtuigden zullen voortzetten en die ge
grond is op de overwegingen, dat Duitsch-
lands buitenlandsch-politicko 6ituatie zei
den zoo ongunstig geweest, is als heden, dat
de binnenlandsche opleving even als in
192C—1927 een schijnbloei beteckcnt. dat de
financiccle situatie hopeloos in de verzak
king is, dat inflatie- cn depreciatie-moge
lijkheden in tal van zeer deskundige ge
sprekken heel anders beoordeeld worden
dan in officieele verklaringen, dat ongezon
de werkverschaffing, die bovendien nog
voor een goed deel van buitenlandsche
grondstoffen afhankelijk is, tijdelijk een
moreel, maar stellig op den duur geen prac-
tisch succes zal beteekenen, dat de politie
ke eenheid der bevolking met den dag meer
de honderden barsten toont, die slechts met
geweld gekit zijn: en dat het een werkelijk
wonder ware. indien na een of twee jaren
het régime van heden nog in 6taat zal blij
ken zijn positie te handhaven, ook al doet
het op vele andere gebieden even sensa
tioneele concessies als thans reeds op dal
der beroemde „autarkie".
Maar daarover is in de „werkkampen"
met opgemelden dominee waarschijnlijk
niet van gedachten gewisseld?
ROLAND.
De Nederlandsche filmgemeenschap
doet onthullingen over deze
nieuwe rolprent
Er zijn in de pers in dc laatste maanden
hier cn daar kleine berichten gelanceerd
over de film „Dood Water", waarin Jan
Musch een hoofdrol speelt en ergens in
Volendam of daaromtrent zou worden op
genomen. liet was weinig bekend, dat een
Hollandsche associatie van filmproducenten
in verband van de Nederlandsche filmge-
mcenschap reeds vanaf 27 September 1933,
aan deze film werkzaam was. Nu de film
ongeveer klaar gekomen is, acht de film-
gemeenschap de tijd gekomen, de noodige
geheimen via een persconferentie te ont
sluieren.
De Nederlandsche filmgerneenscliap, zoo
vertelde ons dc regisseur Gerard Rutten,
heeft zich met de film „Dood Water" naar
het scenario van Simon Koster gewaagd
aan de drooglegging van de Zuiderzee, maar
heeft dit onderwerp op een andere wijze
aangepakt, dan bijvoorbeeld Joris Ivens in
zijn bekende „Zuiderzeefilm". Hier niet al
leen een symphonie van zand, water en ma
chines, hier het groote probleem, dat zich
aan de visschers voordoet en waaromtrent
velerlei nieeningen ontstaan zijn, die op
hun beurt aanleiding geven tot groote vel
schillen, niet alleen tusschen de verschil
lende generaties der visschers onderling,
maar voornamelijk tusschen oud en oud.
jong en jong.
Men heeft in Volendam met alle aandacht
dc gesprekken beluisterd, de meeningen be
studeerd en uit dit alles het dramatisch ge
beuren geput, zooals dat zich op het oogen-
blik in do dorpen rondom de Zuiderzee vol
trekt. Het was de bedoeling, de stem van
de. bevolking zelve, uit dit filmproduct dui
delijk te laten spreken.
Tenslotte spreekt zich de film voor droog
legging uit, omdat het algemeene uiteinde
lijk boven hot individueele moet zegevieren
Jan Musch als filmspeler.
Jan Musch speelt de hoofdrol. Het is ge
bleken, dat Jan Musch niet alleen een groot
tooneelspeler, doch tevens een sterk film
speler is. Naast hem vervullen Mejuffrouw
Helga Gogh en de Heeren Max Croiset, Jo-
han Schildhuyzen en Jules Verstraete be
langrijke rollen. De allervoornaamste bezet
ting echter blijven de Volendammers.
De heer Walter Gronostay, die dc muziek
componeerde, deed eveneens eenige mede
deelingen over zijn werk. Hij scheidde hel
ir. twee deelen: een voorspel, dat geheel
apart staat, en begeleidende muziek. Wat de
muziek betreft, heeft men zich hier aan een
geheel nieuw experiment gewaagd. Men
heeft getracht de camera, zoo althans zei
de heer Rutten het, een eigen „stem" te
geven. Hoe dit precies is, zullen wij pas
kunnen beoordeelen wanneer wij do film
zien. Niemand minder dan prof. dr. Willem
Mengelberg werkt aan het voorspel met zijn
oi leest cn de Kon. Mannen Zangvereeniging
..Apollo" mede. Het voorspel is geschreven
in de strenge stijl van een cantate op dc
manier van Oedipus Rex.
Het Concertgebouworkest, dat uitsluitend
het geluid levert en niet verfilmd wordt,
zal in dit voorspel alle gelegenheid hebben
haar kunnen te demonstreeren. Als solist
werkt Ernst Busch. een der hoofdvertolkers
in de „Drei Groschcn Oper" van Pabst en
in Nederland bekend door de radio, mede.
De geluidsopnamen worden verzorgd dooi
de Cinétone.
De Nederlandsche filmgemeenschap is op
geen enkele wijze aan de Nederlandsche
filmindustrie- of bedrijf gebonden en heeft
daardoor haar artistieke onafhankelijkheid
weten te behouden. Vooraanstaande Neder
•anders leverden de financieclc middelen. Do
film werd gemaakt met het oog op de in
tcrnationale markt, Dc. wereldpremière
heeft in Augustus ter gelegenheid van het
filmcongres te Venetië plaats. De film heeft
een lengte van plm. 2800 meter en zal over
drie weken gereed zijn.
THEODOR DAUBLER. v
De dichter Theodor Daubler is in St.
Blasicn in het Zwarte Woud overleden.
Daubler was 17 Augustus 187G in Triönt ge
boren. I-Iij was vroeger voorzitter van de
P.E.N.-club. Zijn dichtewerwen waren groo
tendcels expressionistisch. Ook als essayist
over kunst verwierf hij zich naam.
AMATEUR-TOONEELVEREENIGINGEN.
Congres te 's-Gravenhage.
In Augustus zal te 's-Gravenhage en
Scheveningen een congres worden gehou
den van amateur-tooneelveroenigingen,
waarop het vraagstuk der amateur-regis
seurs en het repertoiie der vcrecnigingen
onder oogen zullen worden gezien. In ver
band met dit laatste zullen ook de Neder
landsche tooncclschrijvcrs worden uitgenoö-
digd, het congres bij te wonen.
JAMES HILTON BEKROOND.
Dc Hawthorden-prijs. een der belangrijk
ste prijzen voor Engelsche literatuur is
voor dit jaar toegekend aan James Hilton
voor zijn roman: „Lost Horizon".
De prijs is bestemd voor schrijvers, die
niet ouder dan 40 jaar zijn.
OPENLUCHTSPEL BIJ HET ROMEIN-
SCHE FORUM.
Den 30sten Juni en 1 Juli a.s. zullen in
de omgeving van het Romeinsche Forum
door een keur van Fransche tooneelspelers
Horace en Brittannicu6 gespeeld worden
Mussolini had terstond zijn goedkeuring
aan dit Fransche initiatief gehecht en in
het eere-comité zit ook Barthou.
De schollevaar. Laat ik hem ditmaal zoo
maar noemen, al is aalscholver de meer
officieele naam voor dezen inleressunten
vogel. Eenige jaren geleden heb ik ook al
eens over hem geschreven, maar hij ver
dient het in hooge mate dat nog eens de
aandacht op zijn belangwekkende verschij
ning wordt gevestigd. Hij verdient het om
allerlei redenen en de meest actueele is
wel deze. die door den titel van deze bij
drage reeds wordt aangeduid* dat zijn be
staan wordt bedreigd.
Een paar cijfers zijn om te beginnen dan
wel even de moeite waard. In 1918 broed
den er in ons land nog 3000 paren, in 1926
was dat aantal tot ruim 1100 paren vermin
derd. In een gering aantal jaren dus een
calastrophale achteruitgang, die op den
duur tot volledige ondergang van deze vo
gelsoort dreigt te leiden.
Of dat erg is? Ja, dat is buitengewoon
erg. Want dat beteekent, waar bet zooals
bier bij de aalscholvers moedwillig ge
beurt, dat beteekent een schennis van het
leven, het groote, veelzijdige leven der aar
de en van het heelal, dat mede aan zijn
veelzijdigheid zijn rijkdom en bekoring ont
leent.
„Er is", zegt dr. J P. Lotsy, „niets schan-
dclijkcrs dan het uitroeien van soorten, het
zij als sport, hetzij om vermeend voordeel
van den mcnsch, omdat niemand ter we
reld in staat is een eens verloren gegane
soort weer in het leven te roepen".
Nu dat lot den aalscholver bedreigt, niet
omdat hij aan levenskracht heeft ingeboet,
maar omdat de menschen hem niet dulden
en vervolgen waar zij kunnen en opjagen
van kolonie tot kolonie, nu is het zaak dat
daartegen gestreden wordt Het is droevig,
maar waar, dat de natuurvriend in ons land
en elders trouwens ook heel vaak in een
vechtpositie gedrongen wordt, niet omdat
hij dat zoo graag wil, maar Vvel omdat hij,
zal hij in vrede kunnen genieten van da
natuur, er allereerst voor waken moet, dat
die natuur zooveel mogelijk ongeschonden
blijft.
De aalscholver, de forsche, stoere vogel in
zijn zwarte kleed met groenachtigen brons-
glocd erover, broedt, zooals ik hierboven al
aanduidde, in kolonies, liefst in het ge
boomte rondom eendenkooien, maar ook
wel, zooals in Gaasterland, in gewoon
boscb. De grootste kolonies bevinden zich
bij Lekkerkerk, waarheen de vogels van
het eertijds beroemde schollevaarseiland
tusschen Nieuwerkerk en Rotterdam na de
inpoldering in 1861 zich verplaatst heb
ben, en aan het Belterwijde bij Wanneper-
veen in Overijssel. Vroeger was er bij Giet
hoorn een zeer belangrijke kolonie aan het
alom bekende Bovenwijde, maar in 1919 zijn
daar de vogels door het kappen van de
nestboomen verdwenen, waarmee bet schil
derachtige dorp van bruggen en vonders
een van zijn grootste attracties op natuur
historisch gebied heeft verloren.
De vogels zijn daarna her- en derwaarts
aan het zwerven geraakt, probeerden het
op verschillende plaatsen, maar werden
overal uit vrees voor schade aan het boom
gewas en aan den vischstand verdreven.
Voor het grootste deel zijn zij aan het Bel
terwijde terecht gekomen, waar zij een
belangrijke, maar ook al weer nog onbe
schermde broedkolonie vormen. De Veree-
niging tot behoud van Natuurmonutcn, die
al zoo prachtig veel voor de schoonheid en
de ook in aesthetischen zin bewoonbaarheid
van Nederland heeft gedaan, die over Naar-
dermeer en Oistorwijksche vennen, over
heide bij Dwingeloo en bosschen aan den
Veluwczoom en over vele, vele andere kos
telijke natuurgebieden haar beschermende
handen heeft uitgestrekt, is nu van plan
ook de eendenkooi aan het Belterwijde aan
te koopen, om daarmee het op dit oogen-
blik belangrijkste broedgebied van den
schollevaar voor ondergang te behoeden.
15.000 gulden is daarvoor noodig, een aan
zienlijk bedrag, dat echter, als allen mee
werken, best bijeen kan komen. Het giro
nummer (ik gebruik dezen keer meer cij
fers dan gewoonlijk, vergeef het mij ter-
wille van den glans van poëzie, die er ach
ter staat) het gironummer van Natuurmo
numenten te Amsterdam is 32391 (adres
Heerengracht 540).
Gelukt dit plan, dan is opnieuw een
waardevol natuurgebied behouden, dan
kunnen de bedreigde schollevaars weer vrij
hun vlerken uitslaan en vliegend over de
meren en de lage landen of uitziende over
de zee mee blijven bijdragen tot do veelzij
dige schoonheid van mooi Nederland.
A. L. B. 7