-r FILM PUBPIEK i IJS VAN VONK! J. VONK Wz. Concertgebouw „DE VALK" ZALEN TE HUUR voor alle doeleinden DROGISTERIJ „DEGAPER" <1 l> <1 D> <1 Bevroren Negers 10 cent <1 Een filmsprookje wordt werkelijkheid. - Hoe Dorit Kreysler voor de camera kwam. Denkt u zich eens in, waarde lezer, dat een filmacteur een filfnoïitwerp in 't Duitsck schrijft, liet heel mooi „Filmex- posé" noemt en probeert het natuurlijk aan een filmfabrikant tc verkoopen. Het manuscript is goed, de regie uitste kend en de rolbezetting van de film laat ook niets te weiischen over. De auteur slaagt erin een filmfabrikant bereid te vin den te luisteren naar zijn film-exposé, dat tot titel draagt: „De carrière van Iiilde Meyer". Hij begint: „Gedurende de opnamen van een film in het atelier wordt de hoofdrolspeelster plotseling ziek. Alle décors voor de be treffende film zijn in het uitgestrekte ge- luidsfilmalelier reeds opgesteld. De pro ductieleider is radeloos. liet blijkt, dat men het herstel van de hoofdrolspeelster niet kan afwachten, en dat de décors moe ten worden afgebroken en later weer op gebouwd. Een der vooraanstaande hoeren der productieleiding herinnert zich, dat hij in een theater in de provincio eens een jonge, begaafde artiste gezien heeft, die lijkt op de hoofdfiguur van bedoelde film. Deze jonge dame, dio juist in het X-thea- ter, waarbij ze geëngageerd is. groot suc ces oogst, wordt gedurende de voorstel ling aan de telefoon geroepen en verzocht zoo spoedig mogelijk naar Berlijn te ko men, ten einde aldaar proefopnamen van haar te laten maken. Deze bevallen uit stekend, het dialect, dat voor de rol ver- eischt is, bcheerscht zij zeer goed, mon stelt vast, dat zij in staat is een schlager met effectvolle pointeering voor te dragen, het meisje wordt geëngageerd, en speelt de groole rol". Zoover is de filmacteur met het voor- lezon gekomen. De filmmagnaat heeft echter al genoeg. „Beste vriend", zegt hij, „dat hebben we nu al een paar maal ge hoord en op de film ook ai gezien, het brave, jonge meisje, dat door een of ander toeval carrière inaakt. Nee, nee, daar wordt niet meer mee verdiend. Onderwer pen, die uit het leven gegrepen zijn, dio moet u brengen. Wanneer ik een film maak, zooals u zooeven hebt voorgelezen, zegt, het publiek, dat zoo iets toch niet be staat en de eritiek, die zulke wcnsck- droom-films dikwijls krijgen, nu, daar over wil ik maar liever niet praten." Zoo spreekt de filmmagnaat. Nu moet u echter even het volgende berichtje lezen, dat onlangs in allo kranten tc yinden was: „Freut Buch des Lebens" (schept vreugde in het le ven) krijgt een andere rol bezetting. Tengevolge van een plotseling ingetre den ongesteldheid van Rcnatc Müller, die vermoedelijk wel eenigen tijd zal duren, heeft de UFA voor de vrouwelijke hoofd rol van haar nieuwe film „Freut euch des Lebens" (Schept vreugde in het leven) de jonge artiste Dorit Kreysler geëngageerd, die het laatst in liet Stadttheater in St. Gallen werkzaam was. Dit berichtje beteekent de verwezenlij king van een filmsprookje, zooals het dooi den filmacteur den filmmagnaat was voor gelezen en door laatstgenoemde onvoor waardelijk van de hand was gewezen. Bij het opnemen van de UFA-film „Freut euch des Lebens'' (Schept vreugde in liet leven) was het namelijk gebleken, dat een stagnatie in de vervaardiging was ingetre den, omdat door een ongesteldheid van Renate Müller, die de vrouwelijke hoofd rol in deze film speelde, niet verder ge draaid kon worden. Karl Ritter, de pro ductieleider der UFA, was werkelijk rade loos. In de ateliers in Tempelhof waren alle décors door den architect Benno van Arent in elke bijzondorheid volgens het origineel opgebouwd. Waar was nu een uitweg? De UFA, de grootste Duitschc productiefirma, die zich van haar verant woordelijkheid om altijd jonge krachten bij de hand te heben, die eventueel do „sterren" kunnen vervangen, bewust is, had reeds een heer orders gegovcn om bij de Duitschc theaters op zoek tc gaan naar jonge krachten, dio voor de film geschikt zouden zijn. Men bladerde in de verslagen, die hij Aan zijn reizen had meegebracht en vond daarin een aanteókening, dat in het Stadttheater een blonde artiste werkte, die temperament en natuurlijkheid aan een sympathiek optreden paarde, cn die daar buitengewoon geliefd was. Do er bij gevoegde foto deed een voor de film ge schikt figuur vermoeden. Nu kwam do steen aan 't rollen en hij rolde zóó naar St. Gallen, dat Karl Ritter, de leider der veelgeplaagde productiegroep, 's avonds het Stadttheater in St. Gallon opbelde, Dorit Kreysler, zoo heet de jonge dame, aan de telefoon liet roepen en haar duide lijk maakte, dat zij zoo spoedig mogelijk met den eersten trein naar Berlijn moest komen, opdat men proefopnamen voor de film van haar zou kunnen maken. Juf frouw Kreysel stond eerst paf. Maar wie zal tenslotte niet alles doen om zulk een kans te benutten? Dus ging zij naar Ber lijn, de proefopnamen voor camera cn mi crofoon vielen zeer bevredigend uit, Knjl Ritter reed omgaand met haar naar St. Gallen terug en had daar 'n onderhoud niet i den leider van bet Stadttheater, Dr. TbeO Mödes, wièn hij na lang praten er van kon overtuigen, dat zulk een kans voor een artiste niet iederen dag komt. Een plaatsvervangster voor dc operette „Sissy", waarin Dorit Kreysler dc hoofd rol speelde, werd uit Bazel gehaald, Rit ter vloog met Dorit van Bazel naar Ber lijn en den volgenden dag stond Dorit Kreysler al in het filmatelier. Daar heb ben we haar gezien en gesproken. In een scène, waarin zij een liedje moest zingen, waarin verteld werd, dat een beetje licht zinnigheid heelemaal geen kwaad kan, be wees zij haar voordrachtskunst. Wat zegt u nu? Is dat nu niet een film sprookje, dat werkelijkheid geworden is? Het is nu eenmaal zoo: in het leven is veel meer fantasie, dan de roman- cn filmacteurs in hun work kunnen schep pen. Dorit Kreysler vertelt, dat haar vader uit Graz komt, cn dat zij zelf in Boedapest is geboren. Do jonge, eenvoudige sympa- thicko artiste heeft een balletschool door- loopcn, daarna werd zij opgeleid tot gym nastiekleerares; met noesten vlijt en ener gie werkte zij aan haar opleiding, die haar in staat stelde op het toonecl te spelen. Bij een feestspel, dat in Reichcn bach in Bóhmen plaats vond, werd zij door Dr. Theo Modes gezien, die haar, de groo te onlwikkelings-mogelijkhedcn van dit ta lent vermoedend, aan het Stadttheater te St. Gallen engageerde, waar zij, totdat zij tot filmster werd uitgeroepen, twee cn een half jaar lang buitengewoon veel succes mocht oogsten. Wanneer men u dat nu op dc film zou laten zien, zoudt u het niet gclooven, niet waar? En toch is het werkelijkheid. Ja, cn nog iets. Naar een ongelukkige traditie wil, werd ook de mannelijke hoofd rolspeler van deze film, Wolf Albach- Retty, ziek. In zijn plaats speelt nu Wolf gang Liebenoiner. '(Foto Fox) IRENE HERVEY, een nieuwe aanwinst der Fox Film Corporation. Nu moeten echter al diegcncn.die aan de film willdcn, hieruit niet de conclusie trek ken, dat het met den sprong in de film carrière altijd zoo makkelijk gaat. Uit hen, die niets kunnen, kan ook niets komen. En bovendien, gciuk moet men natuurlijk ook hebben. EEN BLIJSPEL VG~ ROMANTIEK „Bottoms Up" is een filmblijspel vol'goede muziek cn romantiek, hetwelk in Nederland uitgebracht zal worden onder den titel „Hoe komen we aan de fi 1 m?" „Bottoms Up" is vervaardigd onder pro ductieleiding van Buddy de Sylva. de maker van „Sunny Side Up". Zooals in zijn vorige films, zijn ook ill ..Bottoms Up" eeriigc po pulaire liedjes verwerkt. „Pat' Paters on, dc lieftallige Engcl- schc uctrice, maakt in deze film haar Arne- rikaanschc debuut. De anclero medespelen den zijn Spencer T racy. John Boles Herbert Mundin, 1 d Silvers. H a r r y G r c cn, T h c lm a Todd. Rob e rt 1. m m et l O'c o n n o r. Dell H e n d e r- son, Suzanne Ka aren cn Douglas W ood. ..Bottoms Up" hekelt de Ilollywoodsche bluf. Met laat zien, hoe een paar vroolijke jongens cn een metsjc mot f'lmidealen, zich netjes aankleedcn, om daarna de filmhoofd- stad te veroveren. Hel meisje heeft reeds lang een beroemd filmacteur lief cn ziet zichzelf plotseling verheven tot een filrnbc- roemdheid. Weldra treedt zij op als partner van den man. dien zij reeds zoo lang lief heeft. Wanneer men echter bemerkt, dat het meisje en haar vrienden probcercn. ieder een tc imponecrcn, wordt de situatie pijn lijk. Doch de. filmucleur, die van haar is gaan houden, blijft haar trouw en U kunt beter-zelf gaan zien hoe alles eindigt. Dc vier liedjes zijn „Waiting at the Gate for Katy". „Turn on the Moon", ..Little did I dream" en „I'm throw-in' my love away". Do vier schlagercomponisten, die verant woordelijk zijn voor deze liedjes, zijn Ha rold Adamson, Burton Lane, Richard A. Whiting en Gils Kuhn- David Butler heeft dc regie in handen, terwijl hij met Buddy Dc Sylva en Sid Sil vers samen het scenario schreef naar een gegeven, dat eveneens door dit edele drie tal is ontworpen. (Foto Fox) ROSEMARY AMES, een nieuwe verschijning aan den iilmhemeL, LETTERKUNDIGE KRONIEK Gerucht om een prijs. Willem Klsschoc's „Ontgoocheling." (Uit gave P. N. van Kampen, Am sterdam). D2 heer Den Doolaard heeft, door zijne weigering, de helft der Mei-prijs te aan vaarden, die hij Donderdagavond in een vraaggesprek met dc redactie van dit blad heeft toegelicht, de aandacht op het Insti tuut der Letterkundige Prijzen gevestigd, cn bovendien een daad gesteld: de daad van een beginsel te verkiezen boven gewin. Voor waar, dat laatste getuigt van een nobel don Quichotisme, dat schaarsch is in on zen ganschelijk verzakelijkten tijd, waarin het wemelt van gegadigden om de plaatsen der bedeeling, en waarin dc prostitutie van de kunst aan de orde is van den dag. Maar het Instituut der Letterkundige Prijzen, hoe slaat het daarmee? Wij vree zen het ergste. Wij vreezen dat het gede cimeerde leger van Mccacnassen. na deze heibel zich geheel van dc liefdedaden voor de literatuur zal terugtrokken, en dat de letterkundigen, wier noodlijdendheid spreekwoordelijk is, zelfs deze laatste kan sen om to ontkomen aan den honger of aan de fabricage van gezellighekls-roinans, zullen worden ontroofd. Trouwens, in deze Juni-maand is al gob) elk en, dat het dc laatste „wunderschönc Monat-Maï" geweest is, waarin over de door don Doolaard ver emade prijs kan worden beschikt. Dc Heer Den Doolaard heeft in zijn vraaggesprek van Donderdagavond gezin speeld op liet karakter van „aanmoedi ging" ,dat in dergc'ijke prijzen ligt. Men zou ze niet moeten toekennen aan de schrijvers van reputatie, (zooals de Heer Den Doolaard zelf), maar men zou er ta- lentvol'e beginnelingen mee in het ver derf moeten storten (deze laalste disquali- ficatie is van den letterkundigen chroni queur, die zijne zonen tot alles eerder zou aanmoedigen dan tot een zoo improductie ve levenstaak als het schrijven van verzen of proza van literair gehalte). Intusschen: indien de Prijs eene aanmoediging bedoelt te zijn, waarom kan men er dan bezwaar tegen maken, dat hij wordt gehalveerd? Wij zouden zeggen, het ware dan nog be ter geweest er tien talcntvollen mee ge lukkig tc maken. De commissie voor de Schoone Letteren, die een oordeel moest vellen en rtiotiveeren. heeft zelve welhaast den prijs der dialcktiek gewonnen, zij toonde zich een meesteres in het terugne men van waardeeringen, die ze eerst had uitgesproken (een lik en een klap om de beurt). Welnu, dio commissie had, indien ze haar oordeel niet in twee maar in tien parten had willen „vellen", gemaikkellijk tienmaal in- en uit kunnen redeneeron en tien menschen gelukkig kunnen maikon. Dc hermelijnen mantel, waarmee de Heer den Doolaard zich temidden der Komitacl- ji'c? zou willen hegeven, is niet genieten voor de schouders der aanmoedigen, maar voor de Koningen, die voor het fortuin der volkswaardcering dc nederlaag lijden tegen het Xederlandsche voetbalelftal; de Koningen der Literatuur. Dus óf de hermelijnen mantel voor Den Doolaard, óf aan vele armoedige aanmoe digingen het oorlam, waarmee ze zich fut kunnen indrinken voor den verderen Al- pcntocht naar den Parnassus. De fout van dc commissie is, dat zij den gouden appel maar in twee parten sneed, cie fout van Den Doolaard, dat hij zeide: „ik wil geen gedeelde vreugde", maar had moeten zeggen: „ik ben te groot voor de aanmoediging". Kan men op aesthetische gronden een literairon Prijs toekennen? Het woord „aanmoedigen'' wil ons maar niet uit de gedachte. Wij denken onwillekeurig aan de Kantiaansche methode, waarbij een po ging wordt gewaagd, aan bet aesthetisöh oordeel een algemeens en noodzakelijke be- teokenis toe te kennen als aawuóedigings- ((ovêrredings-oordeel. Wij weten allen gewaagd die constructie is, wij weten allen hoezeer psychologische factoren, hoezeer de persoonlijke inzichten der beoordeelaars hier het oordeel beïnvloeden. Het aesthe- tisch oordeel is, naar ons gevoelen, een te wankele rechtsgrond, om een sociale daad als het toekennen van een prijs, tc recht vaardigen. Maar tic commissie onthield er zich volkomen van, motieven van maat- s.liappclijken of zedelijken aard aan te voe ren, om haar vonnis te wettigen. En toch behoeft men van liet beginsel, dat een kunstwerk er om zijn kunst ie, geen duimbreed af tc wijken, om bij dc be paling der prijzen-waardigheid andere nor men aan tc leggen. Wij kunnen het mooi of leclijk van een kunstwerk uitspreken, zonder uit de aesthetische sfeer tc treden, maar, wie, sociaal handelend, een bepaald kunst- of kunstenaarstype wil „aanmoedi gen", moet volgens andere normen te werk gaan. Mij zijn onverdeelde bewonderaars van dc Heeren Slauerboff, die de van der lloogt- prljs kreeg, en Engelman, en van hun kunst. Maar wij zouden nog de levenszatheid \an Slauerboff, noch dc erotische zwoelheid van Engelman, willen bekroond zien, wanneer wij dc cenigc vraag stellen die beteckenls voor de literatuur beo,ft, als bron van na tionale volkskracht: spreekt uit dc werken op dc wijze der schoonheid, het Nodcrland- sche volkskarakter? Zijn deze schrijvers dc kunstenaars, die den nood, de kracht, het leven, den humor vertolken van den Ne- derlandschcn geest? Neen, duizendmaal noen. De uitvoerige novelilo „Ontgoocheling", van Willem Elsschot, wiens „Kaas" wij eonigen tijd geleden in dit blad mochten bespreken, is thans opnieuw verschonen, vergezeld van cenc inleiding van Jan Gres- hoff. Omdat wij, met Greshoff, van oordeel zijn, dat Willem Elsschot tot de talentvolste auteurs behoort, die in het Nederlandsch schrijven, gevoelen wij behoefte do bi zon de re aandacht van onzen lezerskring op dezen auteur te vestigen. Greshoff betoogt in zijn inleiding breed voerig, dat wij zoo verkeerd doen, door het regionalistische den klemtoon te geven bij onze waapdeering van de Vlaam6öhe litera tuur. Wij mog-en on6 de Vlamingon niet voorstellen als een gezelschap van min of meer leutig doende boeren, wij moeten tot het inzicht komen, dat de Vlaamsche lite ratuur in haar beste verschijningsvormen even algemeen-monschelijk is als welke li teratuur ter wereld ook. Nu ondersteunen wij van heeler harte Gres/hoff's verzet tegen den valschen en belachelij'ken cultus van Pallieter-leut, en wij aohten de uitsluitende waardeering die zekere sohrijvers en vele lezers hebben voor buitenkanten van het Vlaamsche leven en de Vlaamsohc litera tuur eene belemmering voor dc juiste waardeering der Noord-Nederlanders van de Zuid-Nederlandscihe vertelkunst. Maar daarmee is de „regionalistische" inslag van de Vlaamsche schrijvers, ook van hen, die zich, gelijk Elsschot bewegen- geheel buiten het platte land, nog volstrekt niet weg-gcredeneerd. Ook deze Elsschot, al spelen zijn verhalen in Antwerpen of in Brussel, en al zijn het ras-echte stedelin gen, die in zijn vcrha'lcn heen cn weer wandelen, ook deze Elsschot is een typisch Zuid-Nederlandsche auteur. Laten wij, voor wij deze stelling bewij zen, het. er even mot elkander over eens wor den, dat eigcnlij'k elk goed realisme „regio naal" is. Een sdhrevor, die, zooals Elsschot den kleinen man wil kenschetsen, schetst \un zelf een bepaald sociologisch type. De kleine menschelijkheid, dio bij Elsschot liet groote verlangen niet kan dragen, waar door zij wordt vervuld, die kleine men- echelijkhcid is klein Antwcrpsche men- schelijkheid. Het regionale is mede instru ment om het gekozen psychologische type tot uitbeelding te brengen. Een klein si garenwinkeliertje, dat zijn zoon wil laten studecren cn dan van een koude kermi6 thuis1 komt, omdat de jongen te dom voor de 6tudie was, zou op een andere manier zijn hoovaardi.g verlangen ten toon sprei den, wanneer hij in Amsterdam woonde dan nu de auteur hem zich in Antwerpen denkt. Wij mogen niet de groote fout be gaan van literatuur óm haar regionaal ka rakter literair tc waardeeren, maar wij mogen evenmin vergeten, dat dc voLkszede en volksgewoonten tc midden waarvan een uitgebeelde figuur leeft, evenals klimaat, topografische gesteldheid enz., een van de factoren der uitbeelding vormt. Laat ons, alvorens wij onze beschouwin gen vervolgen, met een onkel woord het. eenvoudige motief van Klssohots book trach ten weer te geven. Het verhaal behandelt dc geschiedenis van den Antiwerpsahen si- garenkoopman Do Keizer; zijn sigaren wa ren niet van dc allerbeste hoedanigheid, maar hij was voorzitter van de „Lustigs Whist-spelers", een club, waar handelaren in andere artikelen vertegenwoordigd wa ren, en tegenover de klandizie van De Deizer stond dan dat die door De Keizer begunstigde handelslieden, bij hem hun sigaren kochten. Een mager bcstaantje was het dus wat deze De Keizer had, maar het verhinderde hem niet, om voor zijn zoon Karol een* grooten droom tc droomen. De jongen zou advocaat worden: „Er steekt wat in", dacht De Keizer, Kareltje's groot hoofd beschou wend en van 't begin stond 't dan ook vast, dat de jongen moest studeeren" Cblz 48). Intusschen blijkt het groote hoofd een leeg hoofd; de jongen mislukt op het Gym nasium, mislukt daarna als kantoor-jon gen bij een groote scheepvaart-maatschap pij, en eindigt als loopjongen van een drukker. Door deze kleine tragedie heen weeft zich een andere tragedie, de tragedie van De Keizer* ondergang als voorzitter van de club, „do Lustige Whistspelers"; hü kon niet op tegen de intrigues, die zijn aartsvijand Dubois, den steenkolonhande- laar, op den voorzitterstroon verhieven. Het tragi-comische einde van dit sigaren- bandolaarsloven is, dat de vele biertjes, die hij in zijn leven gedronken heeft, hem den dood bezorgen, en hij <na dien dood Telefoon 281 EEN UITKOMST VOOR IEDERE VROUW. Orient Henna Shampooing Verft door gewoon wasschen elk haar in elke gewenschte tint. Onschadelijk f 0-60. JTJUANAPLEIN 3, Amersfoort $VAVAVAVAVAVAV?ü Room-IJs f 1.- per emmertje <1 Vanille IJs f 0.60 LANGESTRAAT 87B TELEFOON 50 AMERSFOORT <i Vanille-, Mokka- en Vruchten Voldoende voor 6 personen Bekertjes 10 en 15 ct. Zondags wordt óók bezorgd <1 &AVAVAVAVAVAWÜ? i WEEST VOORZICHTIG MET VUUR! een uiterst pompeuze begrafenis krijgt, met vaandels en muziekkorpsen achter zijn baar, waarbij zijn aartsvijand Dubois de mooiste grafrede houdt. De tragi-komischo tegenstelling tuseohen dc praal der begrafenis cn de innerlijke armoede van het lecge en zielige leven dat ons hier beschreven wordt, zou niet zoo pijnlijk op den lezer werken, indien dc praalzuchtigheid der begrafenissen in do Vlaamsche steden die tegenstelling niet had gemarkeerd. De leegheid der ambitie van den sigarenhandelaar wordt alweder geaccentueerd tegenover de schijnvreugde van de Whistfestijncn. Do schrijver heeft dus wel degelijk dc regionalo 6feer ge- bebruikt om zijn effect tc bereiken, maar hier ligt het onderscheid fcusschcn deze kunst en dc kunstsoorten, (lie in dc oogen van Greshoff geen genade vinden, dat bij Elsschot het regionale middel cn niet doel is van dc beschrijving. Waarin ligt overigens do (kraoM van Els- schot's kunst? In haar onverbiddelijke waarachtigheid, maar ook in haar onmid dellijk uitbeeldingsvermogen. Er staat geen woord te veel in deze bladzijden. En ul dc schijnbaar onbelangrijke gebeurte nissen. die ons in „Ontgoocheling" worden beschreven, vermogen wij tc hegrijpen in heur diepen zin. omdat ze zoo duidelijk binnen onze voorstelling zijn gebracht. Wij raden ieder aan zich in dezen klei nen roman te verdiepen, cn dc.lectuur van Greshoff's Inleiding in geen geval tc ver zuimen. P. II. RITTER Jr.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1934 | | pagina 14