i l I J.A. SCHOTERMAN Zn. ST. EMILION mMHAmEL 1928 De industrie in Noord-Brabant Fa. M. H. VAN RAALTE Fa. M. H. VAN RAALTE In haar ontstaan een „kind van den nood" AVAVAVAVAVAVAVAAVAVAVAVAVAVAVA i> AFD. WITTE GOEDEREN LANGESTRAAT 37 VAVAVAVAVAVAVAWAVAVAVAVAVAVAV ONBEHOORLIJKE RECLAME DOOR EEN TANDARTS? Eere-code overtreden? GEVESTIGD 1878 UTR.STR. 17 TEL. I4S per flesch f 1.45, per anker f 58. HUMORHOEKJE Minister Steenberghe opent de internationale tentoonstelling voor handel en industrie te Tilburg Tilburg, 28 Juni. Hedenmiddag om 12 uur is de Internationale Tentoonstelling voor Handel en Industrie Stad Tilburg 1931 officieel geopend. De minister-president dr. II. Colijn, die toegezegd had do tentoonstelling te zullen openen, was doordat hij tegenwoordig moest zijn in de Eerste Kamer, verhinderd aan die toezegging gevolg te geven. De ope ningsplechtigheid werd thans verricht door mr. M. P. L. Steenberghe. minister van economische zaken. Om half twaalf werd do minister aan do woning van zijn familie te Goirle gehaald door de Commissie van Ontvangst en van daar naar de tentoonstelling geleid. Op het kleurig gepavoisseerd en met een pracht van bloemen versierde voorterrein van de tentoonstelling stonden padvindsters en padvinders-verkenners cn weipon en haie opgesteld. In de kunstafdeeling werden de offi- cieele gasten ontvangen. Het voorstellen aan den minister was hier een eenvoudige zaak, daar de jonge Excellentie de moesten dezer heeren zeer goed kent. Na do begroeting begaf het ge zelschap zich naar de grooto congreszaal, waar reeds een uitgelezen schare bijeen was voor de officieele openingsplechtig heid. Onder de genoodigden bevonden zich o. m. mr. dr. A. B. C. van Rijckevorsel, Commis saris van de Koningin in Noord-Brabant met het lid van Gedeputeerde Staten A. Th. van Rijen on den griffier der Staten Vin- rent Cleerdin, de burgempester van Til burg mr. dr. F. L. G. Z. M. Vonk de Both met de wethouders mr. J. J. van de Mor tel, dr. H. W. E. Mol Ier, lid van do Tweede Kamer; Henry Asselin, voorzitter van de buitenlandsche persvorceniging to 's-Gra- venhage, A. Plcsraan, directeur van de K. I,. M., W. P. van Deventer, directeur van de Algemeen© Nedcrlandsche Vereeni- ging voor Vreemdelingenverkeer en tal van autoriteiten uit den omtrek. De heer S. Majoie, voorzitter van het dagelijksch bestuur der tentoonstelling, sprak een woord van welkom, aan het eind waarvan hij den minister van Economische Zaken verzocht de tentoonstelling te ope nen. De minister van Economische Zaken opende daarna de tentoonstelling met het uitspreken van do volgende rede: „Het is thans honderd vijf en twintig jaar geleden, dat Koning Lodewijk Napoleon aan Tilburg stedelijke rechten verleende en dit feit is de naaste aanleiding geweest voor de demonstratie der Brabanlsche in dustrie, dio wij thans om ons heen zien. Ik zie die demonstratie als een nieuw bewijs van do activiteit en van den wil tot onder linge samenwerking dier industrie eigenschappen, die inzonderheid in tijden als wij thans doormaken, erkenning en waardeering verdienen. Do industrieel© geschiedenis van Noord- Brabant gaat lot een vrij ver verleden terug. Toch zijn er betrekkelijk weinig fac- loren te noemen, die deze provincie sche nen te bestemmen tot het veelszins merk waardige en veelzijdige nijverheidscentrum, dat het thans geworden is. Grondstoffen, uit de aanwezigheid waarvan elders indus- trieele bedrijvigheid voortsproot, vindt men er bijna niet. Ook lag de provincie niet aan geleund aan groote natuurlijke, bruikbare verkeerswegen; zij was integendeel langen tijd van de overige deelen dos lands vrij wel afgesloten door de groote rivieren in bet Noorden, zce-armen in het Westen en de moerassen van de Pool in het Oosten. Jn de 19de en 20ste eeuw is, naar de mate der beschikbare middelen, getracht door aanleg van kanalen en spoorwegen en brug genbouw in te halen, wat vorige geslach ten op verkeersgebied hadden verzuimd. Ondanks deze ongunstige factoren bloei de toch de industrie hier betrekkelijk vroeg. Men overdrijft naar mijne meening echter niet door te zeggen, dat zij in haar ontstaan een kind van den nood is ge weest. De veelal schrale bodem dwong den Brabander al vroeg uit te zien naar andere middelen van bestaan. Aan de groote bron nen van welvaart op handels- on scheep vaartgebied, die onze voorvaderen met nim mer genoeg te waardecrcn geestkracht, maar ook begunstigd door natuurlijke ver houdingen, in het Noorden des lands in de 16de en,17do eeuw wisten te benutten, had den de oudo Generaliteitslanden zeer wei nig of in het geheel geen deel. Zij moesten hun eigen weg naar welvaart zoeken en zij deden dit, geholpen door de soberheid en den nijvcren aanleg van het Noordbrabant- sche volk. Toen in de 17de en 18de eeuw de Nederlandsche industrie tengevolge van den hoogen levonsslandaard in Holland en de zware opgelegde lasten, zich naar het platteland verplaatste, ging deze trek óók, cn niet in de laatste plaats, naar Noord- Brabant. Vastgeknoopt werd daarbij uit den aard der zaak aan voortbrengselen van den bodem: vlasbouw en schapenteelt ga ven aanleiding tot de textiel-, veeteelt tot de leder- en schoennijverheid. Aldus heeft de Brabantsche nijverheid van oorsprong een locale kleur en is, wat het oudere gedeelte ervan betreft, opge komen uit handwerk. Een deel der indus trie draagt van dien historischen oorsprong nog de teekenen. Doch het is juist een hoeiond hoofdstuk uit de industrieele ge schiedenis van Nederland om na te gaan, hoe zij zich geleidelijk heeft weten te mo- derniseeren, zoodat men thans kan zeggen, dat in Noordbrabant alle vormen van nij verheid worden aangetroffen, van eenvou dige huisvlijt cn manufactuur af tot het op wetenschappelijke basis staande zeer groote bedrijf toe. Het complex van de Noord-Brabantscbe industrie heeft vele zijden. De textielindus trie ontstond reeds in de 14de eeuw en thans staat Noord-Brabant, cn speciaal Til burg, op het gebied der wolnijverheid in Nederland vooraan met ongeveer 75 pet. van de totale productie. Voor de linnen-in dustrie geldt eon bijna even hoog cijfer. Van de totale productie aan textielstoffen, kunstzijde daarbij Inbegrepen, levert Noord-Brabant het vierde gedeelte. Andere typische Brabantsche Industrieën zijn de schoennijverheid, waarvan deze provincie een 80 levert en dc sigarenin- dustrie, die zich vooral in het Oosten der provincie beeft geconccntreord. Ook het brouwerij bed rijf in Noord-Brabant is van ouden datum. Jonger is de metaalindustrie; in het Noorden en Westen der provincie ontstonden agrarische industrieën. Dc later opgekomen fabricage van margarine, gloei lampen. radio-apparaten en kunstzijde gaf aanleiding tot bet ontstaan van bedrijven met een wereldnaam. Wat bet groolendeels do industrie is, die Noord-Brabant heeft groot gemaakt, hoeft deze provincie ook ruimschoost haar deel gehad in de moeilijkheden, die do Neder landsche nijverheid na dc bloeiperiode, die lot 1929 duurde, thans in zulk een sterke mate ondervindt. Die moeilijkheden zijn, on dit zeker bij U, bekend; ik zie er van af hier meer tc geven dan enkele aanduidin gen. De Regcering heeft het als noodzakelijk gezien, dat het Nederlandsche bedrijfsleven zich instelt op een veel lager niveau dan men in dc jaren dio achter ons liggen, als normaal is gaan beschouwen. Wij moeten ons vertrouwd maken rnet de gedachte, dal jaren in werkelijkheid niet normaal waren en een verleden vertegen woordigen, dat waarschijnlijk niet meer terugkeert; althans niet in afzienbaren tijd. Doch naast die noodzakelijkheid van aan passing van ons bedrijfsleven ~v> een be langrijk lager peil, naast de noodzakelijk heid om niet te versagen, om alle bestaan de middelen te benutten cn nieuwe wegen te zoeken, ai mogen die wegen dan smal cn gering in aantal zijn, stond en staat de andere noodzakelijkheid om ons bedrijfsle ven te behoeden voor ineenstorting. Do maatregelen op agrarisch gebied cn de in- voer-contingcnteering zijn van dit inzicht het uitvloeisel. Zij moesten genomen wor den cn zij zijn en worden genomen, doch zo mogen niet zoo ver gaan, dat zij de be drljfsaanpassing tegenhouden. Dat dit een weg vol moeilijkheden en gevaren is, waar bij elke stap gezette en ernstige overweging verdient, waarbij op zich zelf groote, maar bijzondere belangen sorns moeten wijken voor algemeene. za] duidelijk zijn. Daarnaast stemt het tot groote voldoe ning, dat ook eigen initiatief tot vernieu wing en samenwerking zich meer en meer ontplooit. Daarbij staat Noord-Brabant ze ker in de voorste rijen. Na bet verblijdend initiatief, ontplooid op theoretisch gebied door de oprichting van hot Economisch- Technologisch Instituut in deze zelfde 6lad. zien wij thans de daad dezer tentoonstel ling, die tot stand kon komen zonder dat een beroep werd gedaan op financieelcn steun van overheidswege. Gaarne en onom wonden spreek ik voor dit initiatief mijn groote waardeering uit Ik wensch het uit voerend Comité der Tentoonstelling Stad Tilburg 1934 toe, dat zijn werk met Gods hulp goede vruchten zal dragen voor Noord-Brabant in het bijzonder en voor het Nederlandsche bedrijfsleven in het alg<*- raeen. Ik verklaar de tentoonstelling ..Stad Til burg 1934" hiermede voor geopend. Burgemeester Vonk de Both verklaarde het boogelijk op prijs gesteld te hebben, dat in zijn gemeente het initiatief werd ge nomen tot het houden van een grootsche tentoonstelling en toen bleek, dat de plan nen inderdaad met grooten ernst werden aangepakt, heeft het gemeentebestuur con amorc alle mogelijke medewerking ver leend aan dit werk van het particulier ini tiatief. En nu wij zien wat hier werd tot stand gebracht, behoeven wij deze mede werking niet te betreuren. Spr. hoopte, dat deze tentoonstelling zal bijdragen tot den bloei van de industrie in deze gemeente, in Brabant en in ons geheele land. Nadat de eerewijn was aangeboden werd een rondwandeling gemaakt over de ten toonstelling. De textielfabriek, aan welker tot standkoming de industrieel van Steen berghe niet weinig had bijgedragen, had zeer de belangstelling van den minister. Vervolgens werden de Nijverheidshal, de hal voor do schoenindustrie, de machine hal en de andere tentoonstellingszalen be zichtigd. Met een bezoek aan het fantas tische ontspanningspark „Klein Venetië" werd de rondwandeling besloten. Dc genoodigden zaten daarna aan aan een lunch dlnatoirc in het restaurant, aan wel ken maaltijd nog vele goede wenschen voor het welslagen der tentoonstelling werden uitgesproken. Tijdens de rondwandeling concerteerde het Tilburgsch Politierauziekkorps op de kiosk. Om drie uur werden de poorten van de tentoonstelling voor het publiek geopend en passeerden de eersten van do honderd duizenden bezoekers die de stad Tilburg verwacht de tourniquets. Van de opening worde na wat wij hier over reeds publiceerden nog gemeld, dat aan den nieuwen jongen minister een har telijke en spontane ontvangst werd bereid. De voorzitter van de Tentoonstellingscom missie, die helaas tengevolge van het dóór klinken van de luidsprekersinstallatie waar door men zijn woorden dubbel boorde, nau welijks te verstaan was, beeft den minister een welgemeende begroeting gebracht, even als de burgemeester van Tilburg, die zijn werkkracht buitengewoon roemde. Telkens klonk er een warm applau6, in 't bijzonder toen de minister zelf voor den katheder verscheen, om vervolgens in groo to 6tilto te worden aangehoord. Zijn min is- teriecle „maidenspeech" werd kalm, rustig en zakelijk uitgesproken minister Steen berghe maakte den indruk van iemand die weet wat hij wil en wars is van groote woor den of optimisme dat niet op een reöelo basis steunt. EEN EERSTE INDRUK VAN DE TENTOONSTELLING I. De architect J. v. d. Valk (Tilburg) heeft een knap stuk werk volbracht wat betreft den plattegrond en de indeeling van deze tentoonstelling. Wij hebben zelden een ex positie van dergelijken omvang meege maakt, die zoo gemakkelijk wa6 te overzien in een dusdanig kort bestek. Er zijn tentoon stellingen, waar de bezoekers lango einden moeten loopen om van bet eene gebouw In het andere te komen; er zijn er ook, waar drie of vier zalen parallel aan elkaar gaan, zoodat rnen telkens weer terugmoet en het ontmoedigende gevoel krijgt: ik schiet niet op. Maar in Tilburg gaat alles heel logisch zijn gang. Men staat In do Centraio acht kantige bal en vindt in zes richtingen een paviljoen, dat weliswaar omvangrijk maar niet onafzienbaar en goed van geleding is; men wandelt heen en terug langs zeer ver schillende route, keert in do centrale hal terug en kiest een nieuw paviljoen uit. Zes stralen, die alle van één middelpunt uit schieten, die zes stralen vertegenwoordigen elk een zooveel mogelijk samenhangend ge heel van industrieën of anderszins. Dan is er nog een afzonderlijk paviljoen, voorstellend een wolstoffentabriek, waar de nieuwste machines 6taan uit Polen, Duitsch land en België want wij maken die ma chines niet -- die zoodanig zijn opgesteld, dat wanneer ze functionneeren de bezoekers een Indruk krijgt van alle ontwikkelings stadia die de wol, wanneer het schaap dit „product" geleverd heeft, doormaakt om tot een pa^ voor mijnbeer of een mantel voor mevrouw te worden. Meer dan 50 Til- burgsche werklieden zullen hier gedurende de tentoonstelling aan den slag zijn op den openingsdag werd uiteraard de laat6te hand gelegd aan de monteering. Maar ik kan u verzekeren, dat de fabelachtig ver nuftige machines op zichzelf al de moeite eener rustige bezichtiging waard zijn. Op het vóórterrein zijn dan nog ecnige verstrooide inzendingen, zooals dat bij iede re groote tentoonstelling het geval is, cn rechts van het hooge voorterrein liggen de restaurants met lunchroom en een Bra- bantsch eethuis voor koffiemaaltijden; ver volgens de entrée voor Venetië, het recrea- tie-oord( ontwerper J. v. Dam te Amster dam) dat werkelijk eenige illusie geeft van de schoone lagunenslad, waar onlangs dc bekende „historische ontmoeting" heeft plaats gevonden, en waar men in het mid den een vijver aantreft, met een copie van de befaamde Rialto-brug, in welken vijver de liofhebbers een automatisch motorbootje kunnen laten rondtoeren een «lichtelijk bedrijf dat met zeer veel aangename bot singen gepaard gaat. Nu wij aan het begin zoovbel goed6 van de globale Indeeling hebben gezegd, kun nen wij toch met nalaten kritiek uit te oefe nen op het uiterlijk aanzien van deze ten toonstelling. Het gebruik van een ruwe ve zelstof voor do buitenwanden, de entrée- poort, den foren etc., is, meene» wij. niets nieuws, maar wel dat deze vezelstof onge- plcistcrd bleef. De Tilburgscho decorateur J. de Bont heeft nu het monotone en zwaar moedige grauw trachten weg te werken door op bepaalde punten kleur aan tc bren gen, vooral natuurlijk op de kernpunten van de expositie. Deze beschildering is een mis lukking geworden. De kleuren zelf doen niet frisch aan, maar bovendien zijn zo vrij verstrooid en onregelmatig toegepast, zoo dat zo een rommelig effect teweegbrengen en bovendien de groote lijn van de architec tuur bedenkelijk breken. Bovendien kun nen we met den besten wil geen bewondcr- raars zijn van de uitwendige architectoni sche oplossing. Het Ï6 niet noodig, dat iedor tentoonstellingsaspect monumentaal zij, in tegendeel: Juist in dezen tijd is het ge- wenscht dat men afziet van ieder voos pa thetisch gebaar. Maar het komt ons voor, dat men hier in bepaalde groepen, meer speciaal in de entrée tot de centrale hal, met den toren boven do hal, wel monumen taal heeft willen doon, terwijl het toch eigenlijk niet bereikt ls. En anderzijds, ook naar ecnige verfijning zoekt ge tevergeefs. De tentoonstelling zelf levert een indruk wekkend en boeiend beeld van wat de Bra bantsche industrie in al haar vertakkingen op 't oogenblik vermag. Ook verschillende buitenlandsche industrieën laten zich daar bij niet onbetuigd. Het uiterlijk van de ten toonstelling is aan den omvang recht even redig. De stands maken over 't algemeen niet alleen een fleurigen. maar ook een aesthetiöch verzorgden indruk, terwijl en kele inzenders, baas boven baas. met uiterst fraaie inzendingen vóór den dag ko men. De catalogus is een dik boek geworden, waarin lezenswaardige artikelen en tal van foto's voorkomen. De Congres-zaal, waar de opening plaats vond, i6 een goedverlichte grootsche ruimte, waar tegelijkertijd een kunsttentoonstelling gehouden wordt, waaraan door tal van Bra bantsche schilders en beeldhouders, of door kunstenaars, die een groot deel van hun leven in Brabant hebben gewerkt, is bijge dragen. Zoo is het cultureelc element, dat boven het stoffelijke uitgaat, op deze Tilburg6che tentoonstelling niet vergeten. In ons Zaterdagblad komen wij op een en ander terug. <i Zaterdag 30 Juni a.s. begint onze halfjaarlijksche uitverkoop van: TAFEL en H UISIIO U D GO E D E Tl E N <1 Glas-, Fontein-, Borden-Thce-Ha.nd.doek til linnen en halflinnen kwaliteit, cn TAFEL- <J LAKENS SERVETTEN ONTB1JTSTELLEN J> LAKENS en SLOOPEN, geborduurd ajour, feston, en effen, prima getwijnde en ongetwijnde katoen BADHANDDOEKEN en BADLAKENS PY AM A'S voor Dames, Heeren en Kinderen Prima GRASLINNEN, van 150-250 cm. breed Dames KOUSEN-SOKKEN-ONDERJURKEN DIRECTOIRS- Katoenen HEERENHEMDEN i Mij. voor Tandheelkunde voert een rechtsgeding tegen den Leidschen tandarts Amsterdam, 28 Juni. Voor den pre- S'dent der a »*ron dlssem en ts-rechtbank dien de vandaag in kort geding de vordering, welke do Nederl. Mij. tot bevordering der TandheeUunde en een aantal tandartsen uit Leiden tezamen hebben aanhangig ge maakt tegen een tandarts te Leiden, die een kliniek leidt. Ged&agde heeft eenige advertenties, waarin hij do verdiensten van zijn kliniek uiteen zet, in Leidsche couran ten geplaatst. Dit achtten de eischers in strijd met de in hun beroep gebruikelijke ongeschreven regelen, weshalve zij den pre sident der rechtbank verzochten de verdere plaatsing der advertenties te verbieden. Voor eischers trad op mr. G. II. E. Nord Thomson. Voor gedaagde mr. J. E. W. Duys. Mr. Nord Thomson begon zijn pleidooi met er op te wijzen, dat in de intelloc- tueele groep geen reclame wordt gemaakt cn hij las eenige passages voor uit de eere- code van do tandartsen, welk een dezer dagen zal worden aangenomen cn volgens welke adverteeren, behalve bij vestiging, adres-wijziging, vacantio enz., strike is ver boden. Pleiter citeert aan de advertenties van gedaagde. Gedaagde heeft zich, vol gens pleiter, schuldig gemaakt aan een heele reclame campagne, waarbij hij o.a. adverteert specialist te zijn in pijnloos trek ken en waarbij hij onder het motto: „Nieu we tijden eischen nieuwe prijzen", een heel gebit voor 40 aanbiedt. Mr. Nord Thomson gaf nis zijn meening te kennen, dat men voor 40 geen behoor lijk gebit kan leveren. Hij is van oordeol, dat door deze advertenties de eer en waar digheid van de tandartsenstand wordt ge schaad. Bovendien betoogde pleiter namens de tweede groep van eischers, de Leidsche tandartsen, dat hun door deze advertenties oneerlijke concurrentie wordt aangedaan. Over deze zaak is een klacht ingediend bij bet medisch tuchtcollege. Pleiter meende dat do uitspraak daar* van niet twijfelachtig zal zijn. Hij verzocht den president slechts het adverteeren te verbieden, totdat deze uitspraak van hei tuchtcollege zal zijn gevallen. Mr. Duys meende, dat deze zaak niet bij den gewonen rechter kan worden aan gebracht. aangezien deze geheele kwestie is opgedragen aan speciale medische tucht colleges. Iets anders ware bet, indien eischers een proces hadden aanhangig ge maakt bij de rechtbank wegens oneerlijke concurrentie, maar daarvan staat In deze dagvaarding van kort geding niets ver meid. Voorts ontkent pleiter, dat in dit geval de onverwijlde ipoed aanwezig is, die -oer een kort geding noodzakelijk is. Verder wijst pleiter er op, dat de medi sche wetten den tandarts verbieden iets lo doen waardoor het vertrouwen in dc stand von do tandartsen wordt geschokt. Van eer of waardigheid van den tandartsenstand spreekt do wet met geen enkel woord en het gaat hier toch om dc toepassing van do wet. Overigens meent pleiter, dat de geheele dagvaarding eigenlijk draait om twee zinnen aan het slot n.I. dat de tand artsen hun klanten kwijtraken. Pleiter is van meening, dat dezo kliniek in Leiden van groot sociaal hygiënische beteekenis is. Spreker's cliënt is een gediplomeerd land arts en de heele zaak is, dat deze kliniek zulk een groote toeloop heeft in de laatste weken. Van klachten over de behandeling in deze kliniek is geen sprake. Pleiter wenscht met zijn tegcnpleiter niet te dis cussieeren over de vraag of men voor 40 al dan niet oen gebit kan leveren, maar hij komt er tegen op, dat mr. Nord Thomson iets ten nadeelo van de behoorlijke behan deling zegt. Pleiter concludeert derhalve tot niet ontvankelijk verklaren, subsidiair ontzegging van den elsch. Na re- cn dupliek wordt de uitspraak be paald op Zaterdag 30 Juni. LUCHTDIENST GRONINGEN—BORKUM GAAT NIET DOOR Daar do K.L.M. niet met de betrokken instanties tot overeenstemming is gekomen inzake enkele met de exploitatie van de luchtdienst Groningen— Borkum v.v. zal de voor het tijk vak van 30 Juni tot 3 Sopt aangekondigde dien6t op dit traject geen doorgang vinden. MINISTER STEENBERGHE. Houdt Donderdag audiëntie. De Minister van Economische Zaken brengt ter kennis aan belanghebbenden, dat hij, behoudens tegenbericht, eiken Don derdag, te beginnen met 5 Juli 1934, des namiddags te 2 uur, aan het hoofdgebouw- van het Departement van Economische Za ken. Bezuidenhoutscliewcg 30, te 's-Graven- hage allen zal ontvangen, die hem over za ken. voormeld departement betreffende, wenschen te spreken. 60 REDUCTIE OP DE DUITSCHE SPOORWEGEN VOOR BUITENLANDERS. In den tijd van Dinsdag 10 Juli tol Woensdag 31 October 1934 verleenen de Duitsche Spoorwegen aan buitenlanders cn in het buitenland wonende Duitschers een reductie van 60 mits zij 7 dagen in Duitscliland blijven. De geldigheid der biljetten bedraagt twee maanden; voor Amerikanen drie maanden. De biljetten zijn bij de reisbureaus in het buitenland, die het M. E. R. vertegenwoor digen, verkrijgbaar. De schat Hoo heet ze Erika Alexandra. Wat allerliefst, on hoe noemen Jullie haar Puk. (Humorist).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1934 | | pagina 6