Salarisregeling ontmoet tegenstand
MEDEDEELING
BIJKANTOOR i t AMERSFOORT
Te groot verschil in de
kortingen
ADVERTENTIËN
ABONNEMENTEN
J. LAMBRECHTS
P. PPJPERSSTRAAT 10
en
Oude Soesterweg 93
DUYMAER VAN TWIST
CONTRA MUSSERT
Zomer
sproeten
SPRUTÖL
Radioprogramma
HUMORHOEKJE
PROV. STATEN
Tot hoofdingenieur van den water
staat is benoemd ir. F. E. D.
Enschede uit Groningen
Vergadering van de Provinciale Stalen op
3 Juli. Voorzitter is jlir. mr. L. N. Bosch
Ridder van Rosenthal. Afwezig met kennis
geving de lieer W. II. de Beaufort.
Aan de orde is:
Benoeming hoofdingenieur.
Voordracht van Gedeputeerde Stalen ter
benoeming van een hoofdingenieur van den
Provincialen Waterstaat in Utrecht.
De voordracht luidt als volgt:
1. Ir. F. E. Enschede te Groningen.
2. Ir. J. C. Punnekock te 's Gravenhage.
3. Ir. H. II. Rieuwerts de Vries te Arnhem.
De benoeming werd op een voorstel van
den heer Suring aangehouden.
Uitgebracht worden 27 stemmen op ir. F.
E. Enschede en 13 stemmen op ir. J. C.
Pannekoek, zoodat benoemd is ir.
F. E. Enschede.
Wijziging bouwverordening.
Voorstel van Gedeputeerde Staten tot wij
ziging van de verordening op het bouwen
op of bij de zee- cn rivierwaterkeerende
dijken in de provincie Utrecht cn tot wijzi
ging van het bijzonder reglement voor het
waterschap Ecmncs.
Aldus besloten.
Vaststelling Provinciale rekening.
Voorstel van Gedeputeerde Staten tot
vaststelling van de rekening en verantwoor
ding dér provinciale inkomsten cn uitgaven
over 1932. 4
Met algemccne stemmen goedgekeurd.
Restauratie van den gemeentetoren te
IJsselstein.
Voorstel van Gedeputeerde Staten tot af
wijzing van een verzoek van Burgemeester
cn Wethouders van IJsselstein om een pro
vinciale bijdrage in het nadeelig saldo van
de kosten van restauratie van den gemeen
tetoren, met den naar aanleiding van dit
voorstel ingekomen brief van Burgemeester
en Wethouders van IJsselstein.
De beer De Wijckerslooth de
Wccrdestcyn (R. K.) vestigt, de aan
dacht erop, dat er in de af deelingen een'
minderheid voor toekenning was. Het be
treft een sluitpost van een werk, dat met
hulp van dc provincie is aangevangen. Het
gaat hier, slechts om een gering bedrag.
Verleent men geen medewerking, dan kan
men.de feestelijke opening niet met een ge
rust hart bijwonen. Mede namens den heer
De Goey dient spr. een voorstel in om een
subsidie van 821 tc verleenen.
Dc heer v. d. V a t e (St. Ger. Part.) meent,
dat dc Prov. Staten voorzichtiger zullen
doen om Gedeputeerden te volgen. Er zijn
meer restauratiewerken onder handen. Ko
men wij tegemoet aan liet verzoek van
IJsselstein, dan zullen wij ongetwijfeld daar
uit consequenties moeten trekken als een
soortgelijke toestand bij de andere werken
ontstaat. Had IJsselstein tijdig bij de regee
ring aangeklopt, dan zou men nu aan de
provincie geen hulp hoéveiï té vragen.
Daarom zal spr. het voorstel van Ged. Sta
ten steunen.
De heer Van Spanje (Ged. Staten) be
toogt, dat hier weder koel verstand en warm
hart tegenover elkaar staan. Reeds herhaal
delijk heeft de provincie bij de werkzaam
heden de hand over het hart gestreken, zoo
dat ook het koele verstand eens moet spre
ken. Gedurende de eerste 5 jaren werd jaar
lijks een bedrag van 2000 toegekend. Geeft
men nu weer een subsidie dan schept men
licht een precedent. Er zijn nog enkele wer
ken onder handen cn de monumenten ver
rijzen met den dag.
Het voorstel-De Wijckersloot wordt ver
worpen met 733 stemmen. Het voor
stel van Ged. Staten wordt z. h. s.
aangenomen.
Wijziging Waterschapsreglement.
Voorstel van Gedeputeerde Staten tot wij
ziging van het bijzondere reglement voor
het waterschap Vechter- en Oudwulver
broek.
Aldus besloten.
Wijziging instructie hoofdingenieur.
Voorstel van Gedeputeerde Staten tot wij
ziging van de instructie voor den hoofd
ingenieur van den Provincialen Waterstaat.
Dc voordracht wordt z. h. s. aangenomen.
Wijziging waterschapsreglement.
Voorstel van Gedeputeerde Staten tot wij
ziging van het bijzonder reglement voor het
waterschap Mijnden.
Aldus besloten.
Wijziging waterschapsreglement.
Voorstel van Gedeputeerde Staten tot wij
ziging van het reglement voor het water
schap genaamd „liet Veenraadschap der
Geldersche en Stichtsche Veenen".
Aldus besloten.
Wijziging waterschapsreglement.
Voorstel van Gedeputeerde Staten tot wij
ziging van het bijzonder reglement voor het
waterschap Zegveld.
Aldus besloten.
Wijziging waterschapsreglement.
Voorstel van Gedeputeerde Staten tot wij
ziging van het algemeen reglement B, gel
dende voor cenige waterschappen, welke ge
deeltelijk in de provincie Utrecht cn ge
deeltelijk in de provincie Zuid-Holland zijn
gelegen.
Het voorstel wordt z. h. s. aangenomen
met aanteckening dat de S.D.-fractie legen
heeft gestemd.
Presentiegeld Statenleden.
Voorstel van Gedeputeerde Staten tot wij
ziging van de verordening, regelende het
presentiegeld cn dc reis- en verblijfkosten
voor de leien der Staten.
Ged. Staten stellen voor, in verband met
bezwaren van dc regeering, om de verschil
lende vergoedingen terug te brengen cn wel
die van 6 tot 4, van 11 50 tot 8 cn de
vergoeding van 15.50 tot 12.
Do heer R e ij n d e r s (S. D. A. P.) ver
klaart tegen dit voorstel te zijn. omdat het
een gevolg is van een onjuist genomen be
sluit van Prov. Staten.
Salarisrogeliugen Prov. personeel.
Voorstel Gedeputeerde Staten tot vaststel
ling van nieuwe salarisregelingen voor liet
provinciaal personeel.
De tijdelijke korting zou na 1 Juli 19:iö
verlengd moeten worden. Aan een verlen
ging kleven echter aanzienlijke bezwaren
vast. Ged. Staten stellen derhalve voor het
stelsel der tijdelijke kortingen zoo spoedig
mogelijk te verlaten en nieuwe salarissen
vast te stellen
De heer R c ij n d e r s (S. D. A. P.)- zegt,
dat de sociaal-democratische fractie ertegen
is om verdere kortingen op de jaarwedden
van Ged. Staten toe te passen. De salaris
regeling voor de lagere rangon heeft spr.
met ergernis gelezen. Hoewel het advies van
het Georganiseerd Overleg, op een en
kele uitzondering na, met algemeene stem
men werd genomen, werd het voor die
lagere in tegenstelling met de middelste
cn hoogcrc rangen niet aanvaard. Van
een geheele herziening van de salaris
regeling was hot Georganiseerd Overleg
niets hekend. Gedeputeerde Staten zeggen,
dat zij aan het advies van het Georgani
seerd Overleg waarde hechten, maar dat is
naar sprekers meening een platonische ver
klaring. waar men niets aan heeft. Spr.
acht liet niet juist dat Ged. Staten aan het
G. O. bijv. voor een klerk een maximum
salaris van 2300 voorstellen waarmee
het G. O. zich vcrccnigdc om dan aan de
Prov. Staten datzelfde salaris tc bepalen op
2100. Is het onder deze omstandigheden
nog wel gewenscht, zoo vraagt spr., dat er in
het G. O. langdurige besprekingen worden
gehouden, wanneer er verder toch geen
aandacht aan geschonken wordt.
Het gevolg van de gedragslijn, dié thans is
gevolgd, is dat er nu veel langere beschou
wingen over de salarisregeling moeten ge
houden worden in de Prov. Staten. Ged.
Staten spreken wel van een gestoorde loon
regeling, die het gevölg zou zijn van een
korting van 8 op de hoogere cn 4 van
de lagere salarissen. Als er van _ecn storing
sprake is dan dragen Ged. Staten daar in
dc eerste plaats de schuld van. Immers
wordt thans voorgesteld op een salaris van
7960 twee en een half procent te korten
en op een salaris van 1230 negentien en
een half procent. Dit moet eenvoudig op een
mislukking uitloopcn. Spr. herinnert aan
de salarisregeling van 1919, waarbij de hoo
gere salarissen werden bepaald op een be
drag, soms van 1000, boven het door de
bonden gevraagde. Voor de lagere salaris
sen werd een dergelijke maatregel echter
niet genomen. Het gaat dan ook niet aan om
te zeggen, dat de lager-gesalarieerden rela
tief grooter verhoogingen hebben gehad dan
dc liooger -gesalarieorden. Is het dan recht
vaardig om „iemand met een salaris van
8500 tweehonderd en iemand met een
salaris van f 2000 driehonderd gulden tc
korten. Een dergelijk voorstel geeft geen
blijk van een inzicht in de levensomstandig
heden. Of is men dan al zoover gekomen
dat men zich voor dergelijke maatregelen
niet meer schaamt? Spr. kan zijn stem dan
ook niet aan het voorstel geven, omdat het
strijdt tegen alle gevoel van reebt en billijk
heid. Spr. kan ook niet aannemen, dat de
regeering deze regeling zou hebben gcëischt.
Dc heer Reijnders is niet tegen een behoor
lijk salaris van dc hooge ambtenaren, het
is hier geen kwestie van afgunst, maar hij
probeert ook voor dc lagere ambtenaren een
behoorlijk salaris tc verkrijgen. Mocht dc mi
nister toch de salarissen vaststellen zooals
zij thans zijn voorgesteld, dan draagt hij
daarvoor dc verantwoording.
De heer Reijnders had een drietal voor
stellen willen indienen, maar hij houdt deze
in' ten bate van ongeveer gelijkluidende
voorstellen van den heer Suring.
De heer Suring (R. K.) bestrijdt ver
schillende verlagingen, die niet geboden
zijn door dc Provinciale geldmiddelen en
die ook niet verantwoord zijn door verla
ging van dc prijzen. Wat is het motief om
toch tot de verlaging over te gaan? Dat «s
naar sprekers meening de overweging, dat
dc rcgecring deze verlaging zou wcnschen
en dat zoo de provincie er niet toe over
gaat het Rijk het zelf zou doen. Spr.
maakt zich sterk, dat het Rijk, als deze
salarisregeling wordt overgelegd, zal zeg
gen, dat dc kortingen op dc lage salarissen,
een korting van 20 cn 25 excessief zijn.
De groote grief van spreker is, dat Ged. Sta
ten met voorstellen komen, die niet in het
G. O. zijn geweest.
Dc heer Suring dient een voorstel in,
strekkende:
Om dc maxima voor klerk, typist en
bode tc stellen op 2300, 1300 en
1900, in plaals van op 2100, 1100 en
1S00.
De heer v. d. Va te (St. Ger. Par.) acht
dat het als een paal boven water staat, «lat
de salaviss.én. aanrqerkelijk verlaagd zullen
moeten worden. De salarissen moeten opge
bracht worden door de belasting-betalers en
die hebben ook met belangrijke salarisver
lagingen te maken. Spr. zou het omgekeer-,
de willen van wat Ged. Staten voorstellen,
n.l. een groote verlaging van de hooge cn
een kleine verlaging van de lagere salaris
sen. Spr. zal dienaangaande geen voorstel
doen, qmdal hij verwacht dat dit geen meer
derheid zal halen, wel zal hij het voorstel-
Suring steunen.
Om 12.35 schorst dc voorzitter dc vergade
ring.
De voorzitterhcrojient om half twee de
vergadering.
De heer Hoogendijk (Staatk. Ger.
Part.) kan zich met veel wat door de hee-
ren Reijnders en Suring naar voren is ge
bracht vereenigen. Spr. heeft principieel be
zwaar tegen aftrek van dc premie voor pen-
sioensverhaal.
De voorzitter schorst daarop een
oogenblik de discussie om over te gaan tot
berioeming van een lid der Staten bedoeld
in art. 89 der Provinciale wet (plaatsver
vangend lid van Gedeputeerde Staten).
Benoemd wordt de heer Middelberg (A. R.)
Voortgezet wordt de discussie over de
salarisregeling.
De heer Schorer (C. II.) sluit zich aan
bij de opvatting van vorige sprekers, die
hebben betoogd, dat aan het salaris van
Ged. Staten niet getornd mag worden. jMet
de overige opmerkingen van de heeren
Reijnders en Suring is Spr. het niet eens
Zij zijn gekomen met gevoelsargumenten en
spreker meent, dat zij ten onrechte het ge
weten in het geding hebben gebracht Het
gaat naar sprekers meening niet aan om
de uitvoerende macht in den steek te laten
als zij probeert de salarisschaal in overeen
stemming te brengen met wat er in de
maatschappij gebeurt. Spreker onderschrijft
de meening van den heer v. d Vale, dal
de salarissen in de toekomst nog meer naar
beneden zullen moeten. Daarom acht spr.
dat het onjuist is over verhoogingen te
spreken
De heer Van Lidth de Jeudc (V. B.i
merkt op, dat ook zijn fractie zich kan ver
eenigen mot de opvatting omtrent de jaar
wedden van Ged Staten door de vorige
sprekers geuit. Met belangstelling zal Spr
het antwoord op de verschillende opmer
kingen afwachten. Hij is van meening dat
een vergelijking met de looncn in de vrije
bedrijven nog wel een ander licht zal wel
pen op de voorgestelde regeling, ook wat «lc
lagere salarissen betreft.
I)e heer Lustig (V. D.) betoogt, dat de
regeling onevenredig is zoowel voor de hoo
gere als lagere ambtenaren en daarbij wer
den de hoogere salarissen gespaard. Wij
moeten ons aanpassen aan een lager
levensniveau heeft minister Oud gezegd
Maar hij heeft daarbij gezegd, dat alle
groepen dit moeten doen en vooral zij die
het best getroffen kunnen worden. Spr.
hoopt «lat Ged. Staten zullen denken aan
deze volledige uitspraak en niet aan het
eerste gedeelte alleen Mede namens zijn
partijgenoot de heer v. d. Brink dient spr.
een motie in, waarbij gevraagd wordt:
de bestaande tijdelijke korting tc
laten voortduren tot de oorspronkelijke
datum van 1 Juli 1935. óf wanneer men
thans tot een salarisverlaging moet
'komen, deze tljdélijke korting in een
definitieve om te zetten.
De heer Rutgers van Rozenburg
(C. H.) spreekt zijn afkeuring uit over de
toon van een adres van het personeel van
dc provincie, waarin zij tegen de loonsver
laging ageeren. Spr. meent dat dit adres
gesteld is in een toon die den ambtenaren
tegen hun superieuren niet past en spreekt
bovendien zijn afkeuring uit, dat dit adres
met materiaal van de griffie vervaardigd is.
Wat de zaak zelf betreft vraagt spr. Ged.
Staten of het niet mogelijk zou zijn om voor
enkele groepen, die door de regeling hard
getroffen zijn, eenige verzachting aan te
brengen. Spr. verzet zich tegen dc nmen-
dementen-Suring.
De heer Ruppert (A.R.) kan zich voor
stellen, dat na de besprekingen in het Ge
organiseerd Overleg, zich factoren hebben
voorgedaan die een ander voorstel aan de
Prov. Staten tot gevolg hadden Het burger
lijk fatsoen had dan echter naar sprekers
meening meegebracht, dat van dit feit aan
het G.O. mededeeling zou zijn gedaan en
dat van het resultaat van dc besprekingen
in het G.O. mededeeling zou zijn geschied
in het voorstel van Gedeputeerden aan de
Prov. Staten. Ter zake van dc opmerkingen
van de heeren Reijnders en Suring merkt
spr. op. dat de Prov. Staten zich te houden
hebben aan de grenzen door de regeering
getrokken. Het gaat dan ook niet aan om
de verantwoordelijkheid van de Staten
naar de rijksregeering te verleggen.
De heer Vermooten (A.R.) is van mee
ning. dat dc voorgestelde salarisregeling de
toets van vergelijking met dc salarissen
van de regccring en dc andere provincies
wel kan doorstaan. De regcering heeft een
kring getrokken waarbinnen de Staten zich
te bewegen hebben, gaan zij over die grens
heen, dan zal de regeering ongetwijfeld
maatregelen nemen. Het moge dan zijn, dat
verschillende groepen zwaar getroffen wor
den, maar een vergelijking met de vrije be
drijven zal uitwijzen, dat de overheids-loo-
non nog zoo slecht niet zijn. Op het oogen
blik zijn er reeds boeren, die minder ver
dienen dan het steunbedrag van een werk
looze.
De heer Van S.p a n j e (Ged. Staten) be
toogt, dat het belang van de ambtenaren
voor het College zeer zwaar weegt.
Aan den anderen kant dwingen de zich
voortzettende laag-conjunctuur en de da
ling van het maatschappelijk inkomen tot
maatregelen zooals die in het voorstel van
Ged Staten zijn belichaamd. Wel degelijk
moeten Ged. Staten rekening houden met
de door de regeering gestelde normen. Ge
deputeerden hebben getracht een regeling
te treffen, die, gezien de tijdsomstandighe
den, zoo gunstig mogelijk is. Wat het over
leg met het G.O. betreft wordt tc veel na
druk gelegd op de punten, waarop geen
overeenstemming bereikt is. Wel degelijk
werd op verschillende punten overeen
stemming vprkregen
Bij de replieken inzake de nieuwe salaris-
regeling trekt de heer Lustig zijn motie in.
De heer Van Lidth de Jeude (V.B.)
verk'aart de voorslellen-Suring te willen
ondersteunen, wanneer de mogelijkheid be
staat. dat de goedkeuring van de salaris-
regeling dan toch verkregen wordt.
worden ook aangenomen
door ons
Prins Hendrik herdacht.
Tijdens de replieken over het voorstel lot
herziening van dc salarir-regeling van het
provinciaal personeel ging het gerucht dat
Z. K. II. Prins Hendrik overleden was.
Toen om ongeveer kwart voor vieren de
Domklokken begonnen Ie luiden, verhieven
de leden zich van hun zetels.
De voorzitter sprak als volgt:
Tijdens de vergadering bereikte mij reeds
het gerucht, dat de Prins der Nederlanden
overleden was. De Domklokken komen dit
bericht bevestigen Ons aller gedachten
en ons innige medeleven gaat Ihans uit
naar onze geëerbiedigde Koningin en II. K.
H. Prinses Juliana. God sterke Ilcn in de
moeilijke dagen cn trooste Ilcn in Haar
verlies
De Staten vcrecnigdcn zich met een
voorstel om een adres van rouwbeklag 1c
zenden.
De zitting werd ten Icckcn van rouw ge
sloten.
Ir. Mussert door de Rechtbank
buiten vervolging gesteld
De Arrondiss^ments-rechtbank tc Utrecht
heeft beschikt op het bezwaarschrift, dat
door den raadsman van Ir. Mussert, Mr. A.
J. van Vossem te Utrecht, was ingediend
tegen de naar aanleiding van de klacht van
het Kamerlid Duymaer van Twist uitge
brachte dagvaarding. De heer Duymaer van
Twist had in November 1933 vervolging
verzocht wegens smaadschrift, laster en
beleediging, welke hem zouden zijn aange
daan in een artikel van Ir. Mussert over
het parlementaire parlij6ysteem in „Volk
en Vaderland" van 25 November 1933. In
Februari 1931 werd Ir. Mussert gedagvaard,
echter uitsluitend ter zake van beleediging.
In het uitvoerig bezwaarschrift dat tegen
deze dagvaarding werd ingediend, werd
door mr. Van Vessem in den breedc de za
kelijke juistheid van de in het artikel ge
stelde feiten uiteengezet; betoogd, dat voor
den heer D. v. T. geen grond bestond, om
zich door het artikel beleedigd te achten
en nadrukkelijk de afwezigheid aangetoond
van elk opzet om den heer D. v. T. te be-
leedigen, zulks onder meer, omdat de schrij
ver als voorbeeld van mistoestanden bet
geval-D. v. T., niet diens peisoon, aan
kritiek onderworpen had. Voorts werd de
aandacht gevestigd op het politieke karak
ter van de klacht van den heer D. v. T.,
die klaarblijkelijk de strekking had om den
politieken strijd over te brengen naar dc
Rechtzaal, tegen welke poging Ir. Mussert
zich wcnschte te verzetten. Op grond van
een en ander concludeerde Mr. van Ves
sem tot buiten vervolging 6telling.
Thans heeft dc rechtbank, overwegende
o.a. dat het artikel van ir. Mussert in het
algemeen de strekking heeft om te wijzen
op wat volgens den schrijver mistoestanden
zijn cn dat het in den politieken strijd niet
ongewoon is om aan zijn meening op
scherpe wijze uiting te geven en dan niet
in de eerste plaats moet worden gedacht
aan het oogmerk om den politieken tegen
stander in zijn eer of goeden naam te
kwetsen, ir. Mussert buiten vervol
ging gesteld.
WAT ETEN WIJ MORGEN?
VOOR DE KOFFIETAFEL.
Italiaanschc Tomatcnschotel.
Bereiding: 1 K.G. tomaten, wat knof
look, 1 eetlepel fijn gehakte ui, 1 eetlepel
fijn gehakte peterselie, 2 snecJies oud wit
tebrood (zonder korst), slaolie, paneermeel,
zout en peper.
Wrijf den bodem van een vuurvasten
schotel goed in met een pitje knoflook. Be
llek vervolgens den bodem met slaolie en
laat deze goed warm worden. Wasch dc
tomaten, snijd ze door midden cn laaf ze
in de heete olie 5 minuten sauteeren. Strooi
er vervolgens een mengsel van 1 theelepel
zout en J'»,theelepel peper overheen. Snijd
het brood in dobbelsteentjes, vermeng het
met de tomaten. Roer er tevens de ui cn dc
peterselie door. Maak dc oppervlakte van
het mengsel glad. bestrooi het met paneer
meel. Leg er een paar klontjes boter op cn
laat er in den o\en een goudbruin korstje
op komen.
VOOR DE MIDDAGTAFEL.
Nagemaakte kalfsschnitzol.
Snijboonen.
Komkommersla.
Custard met kersen-comp^.
Bereiding vlccschschotel.
500 gr kalfsbiefstuk of fricandeau, 30 gr.
oud brood zonder korst, wat melk. 1 ei, wat
zout. 100 gr. boter, bloein, eiwit, paneer
meel
Maal het vleesch in den molen zeer fijn,
vermeng hol met het in de melk geweekte
brood, het ei en het zout. Vorm van dit
mengsel lapjes als voor Wiener schnitzel.
Paneer ze cn bak ze in de boter langzaam
gaar en bruin. Geef de jus er apart bij.
verdwijnen spoedig
door een pot
Bij alie drogisten.
Brussel: (Franscho uilz.) 483.9 M.
12.15 Gramofoonmuziek
1.20 Concert door Max Alcxys cn zijn or
kest
5.20 Concert door bet Salonorkest.
6.35 Gramofoonmuziek.
8.20 Concert door Tiet Omroeporkest
9.35 Concert door liet Omroeporkest.
10.20 Gramofoonmuziek.
Davenlry: 1500 M.
12.20 Het Commodore Grand-orkest o.l.v.
J. Muscant.
I.20 Gramofoonmuziek.
2.20 Het Western Studio-orkest o.l.v. Fr.
Thomas.
4.10 Concert door M. Ilouldcroft, sopraan
cn Enid Tait, viool.
435 Het Belfaster Omroeporkest o.l.v. E.
Godfryd Brown.
7.35 Harry Gordon en zijn Ensemble. (Uit
het Beach Pavilion Aberdeen).
8 20 liet Radio-MilitaiiM-rkest o.l.v. B. W.
O'ConncIl, m.m.v. I. Sclilaen, viool.
9.55 Het B.B.C.-Theatcr-orkesl o.l.v. S.
Robinson.
II.0512.20 Dansmuziek door het B.B.C;
Dansorkest o.l.v. Henry Hall.
Deutschlandsendcr: (Rijkszcn-
der) 1571 M.
12.20 Concert uit Frankfort.
I.15 Gramofoonmuziek.
4.00 Gramofoonmuziek.
5.S0 Gramofoonmuziek. Verzockprogram-
ma.
Kalundborg: 1261 M. Denemarken.
2.35 Gramofoonmuziek.
3.05 Concert door liet Omroeporkest o.l.v.
Fr Malilcr.
8.20 Uurslag van het raadhuis. Hierna: J.
Chr. Bach-W. A. Mozart concert door het
Omroeporkest o.l.v. Fr. Mahler.
920 Dansmuziek door L. Preil's Radio-
Dansorkest. Refreinzang: Ilelgc Rungwald.
II.35 Dansmuziek uit „Valencia" o.l.v. Ol
io Linglon.
12.20 Uurslag en klokkenspel van 't raad
huis. Hierna: Dansmuziek uit Rest. „Lod-
berg" o.l.v. R. .Tohansen.
1.202.20 Dansmuziek uit Rest. „Nimb"
o.l.v. Jens Warny.
Biljarter: Als U dan bepaald daar wil.blijven zit
ten, meneer, wilt U me dan tenminste het plezier
doen, uw mond even open te houden0 (Der Götz)