De Hooge Veluwe en Boskoop
KEITJES
Ais de zaak rust
werkt de
ADVERTENTIE
3 x plaatsen
voor f 1."
Uitsluitend bij voor
uitbetaling.
Hoe onze kweekers te
redden?
LETTERKUNDIGE KRONIEK
away
het tijdschrift „Dc Gemeenschap" den ro
man Bint.
Wanneer wij dit proza willen begrijpen,
moeten wij vooral de laatste tegenstelling
tot vroegere roman-literatuur, die ik hier
boven aangaf, in het oog vatten. Dit proza
gaat niet van de psychologie der afzonder
lijke menschen uit, dc schrijver poogt niet:
zich eerst niet de verschillende menschen,
die hij in zijn beschrijvingen en verhalen
laat optreden te vereenzelvigen, hij nadert
opNecn geheel andere wijze tot het mcnsche-
lijke leven. Hij plaatst zich op het stand
punt der collectiviteit. Primair is voor hem
het leven der massale gemeenschap, der
kudde. Uit die massale gemeenschap, uit
die kudde, wikkelt hij dan de afzonderlijke
figuren los, die hij ons in de eerste plaats
teekent in hunne uiterlijke verschijning,
om daarna, achter die uiterlijke verschij
ning hun innerlijk wezen te vertooncn.
Het massaal uitgangspunt is dus het
perste kenmerk van het modernste proza
in het algemeen, cn van het proza van Bor-
dewijk in liet bizonder.
Er is nog een tweede kenmerk. De stijl
van dit proza mist volkomen het. slccpcnd
rhythme, de rhythmische arabesk. De vol
zinnen zijn naast elkaar gelegd als de klin
kers op een klinkerweg. In de stylistische
constructie ontbreekt dc overgang geheel.
Iedere volzin geeft een nieuwen indruk,
een nieuwe gebeurtenis. De schrijver on
derstelt, dat dc lezer die indrukken en
gebeurtenissen aan elkaar verbindt. Men
hoort niet meer de kweelende viool in dit
proza. Men hoort er alleen in, het gehamer
der machines. Ik geef U een klein citaat,
waarin U mijne opmerking zelf kunt con-
trolcercn. liet citaat is ontleend aan:
„Knorrende Beesten" en beschrijft de voor
bereiding van een bloemcn-corso in een
zee-badplaats, ten tijde waarop er in die
badplaats een internationale conferentie
gehouden wordt:
„Dit was de tweede dag van de beesten.
Nu ook kregen de vrouwen haar kans. Er
was mot dc conferentie iets voorgevallen.
De politieke smelthitte had haar vastgc-
klonlcr tot een degcering waarin niemand
armen of bcencn kon terugvinden. Aan de.
randen borrelde het alliöcrsel onbctceke-
nend na. De pers was verbijsterd cn dorst
niet tc lachen.
Om de verstijving le overwinnen, werd
een dag gepauscerd. Dc corso, reeds lang
beraamd, zou dien dag plaats hebben. In
allerijl bereidde men zich voor. Karre-
vrachlen bloemen werden 's nachts reeds
uit dc kweekerijen aangevoerd. De wagens
waren verzilverd van dauw toen ze in het
morgengrauwen aan de kust verschenen".
Dc afgebrokcnhcid van den stijl cn het
massaliteits-beginscl zijn twee elementen
in dit proza, die elkaar ondersteunen. Wie
massaal tracht tc denken, ziet ook mas
saal. IIij analyseert niot. Bizonderheden
versmelten tot vlakken. Men doet goed,
indien men den aard van dit proza wil bo-
grijpen, zich er rekenschap van te geven,
hoe een oudere romanschrijver dezelfde
motieven zou behandelen. Stel U eens voor,
dat Couperus een bloernen-corso zou be
schrijven. Het geval is allerminst ondenk
baar.
„Bloemen werden aangevoerd, dahlia's,
asters en rozen, veel rozen, guirlandes van
bloemen werden gewonden." Zooiets zou
Couperus schrijven. Bordewijk spreekt van
„karrenvrachten" van bloemen. Een voor
stander van de oude stijl- en poézie-methode
zou nooit het begrip „karrenvracht", met
het begrip „bloem" verbinden.
Dat dit nicuw-zakelijk proza, dat de mas-
saliteitsgedachtc in zich draagt, bezig is to
ontstaan, moet niemand verwonderen. De
jongo auteur gevoelt behoefte, om zijn
beeldspraak te ontlcenen aan dc terstond
hem omgevende realiteit. Dc maan cn do
sterren, de vogels cn dc bloemen, die zijn
alle dichterlijke cliché's geworden, die in
hun oude gestalte en combinaties niet meer
kunnen worden gebruikt. Men ziet om zich
heen het beton, vliegmachines, auto's, ra
deren. Men wil hetgeen men om zich heen
ziet inlijven in de literatuur, men wil zijn
beeldspraak in overeenstemming met. wat
men dagelijks ziet, vanzelf ziet, wat zich
aan ons opdringt in de moderne wereld.
Omdat de moderne wereld technisch ia
en massaal, wordt ook de moderne litera
tuur technisch cn massaal.
De vraag, die wij ons hebben tc stellen
is: blijft er iets van den individu over, bij
deze nieuwe opvattingen? Ja, er blijft iels
over van de individualiteit van den schrij
ver. 11ij analyseert zijn karakters niet meer.
gelijk de vaderen dat deden, maar hem
blijft, tusschen het stampend cn stootend
rythme zijn er volzinnen, de uitroep, de
kantteekening, het aforisme. En dat kort
uitgestootcn persoonlijk gevoelsleven past,
omdat het kort is, precies in zijn technisch,
nieuw-zakelijk proza.
Men moet niet mecnen, dat dc schrij
vers die, zooals Bordewijk, zich in hun pro-
za geheel in het tijdsleven verliezen, het
met dc gedachten-inhoud van onzen tijd
eens zijn. Bordewijk, die collectivist is in
zijn letterkundige methoden, is individua
list in zijn persoonlijke overtuiging. Maar
dat individualisme maakt zich alleen ken
baar in de korte uitroepen, die het mo
derne stijlprocédé aan zijn bewerker over
laat. Zoo trof mij de individual isisch#
strekking in het satarschc, een collcctivi-
tischcn staat beschrijvende verhaal: „Blok
ken". Dc rnensch heeft uitgevonden, dat het
heelal eindig is, en aldus God afgschaft,
zoo constateert dc schrijver. Maar God
bestaat, indien dit heelal dan eindig
is, door dc oneindigheid van andere
heelallcn. Zie hier dc schreeuw van liet
religieus gemoed naar de verlossing uit
dc technokratic. En op een andere plaats
in hetzelfde boek, vermeldt de schrijver,
dat burgers van die loekomstigo stad. dio
hij beschrijft in stilte zondigen, alleen orn
van den ijzeren massalitcitsdwang verlost
tc worden, om eindelijk... zichzelf te zijn.
Bitterder kan het verlangen naar hot
herstel der individualiteit niet worden ge
formuleerd. Maar deze auteur wil niet le
ven op een fictie, maar op dc basis der
crbarmingloozc, onpersoonlijk© werkelijk
heid.
„In „Blokken wordt ons dus de ontzie
ling beschreven, die het gevolg zijn van
den communistischcn toekomststaat. In
„Knorrende Beesten" (bijnaam voor een
verzameling geparkeerde en telkens uitrij
dende automobielen) wordt ons een rol
prent vertoond van allerlei moderne le
vensverschijnselen, autorennen, paarderen-
nen, financieele en politieke conferenties*
waarvan het badplaats leven het middel
punt vormt.
In „Bnt" wordt ons een schoolleven ge-
teelcend, onder het strenge, ziellooze be
wind van een school-diktator. Ma6sa-wil*
pcrsoonlijkheidsverdrukking is de inzet van
al dit werk. Maar ik heb een gevoel, dat
deze schrijver zich slachtoffer maakt van
het begrip van het moderne leven. Want
de kreet om de persoonlijkheid klinkt op,
tusschen de voegen van zijn werk.
P. II. RITTER Jr.
Als d, ion brandt
Slechts een natuurreservaat
kan uitkomst brengen
Dezer 'dagen werden wij in de gelegen
heid gesteld, een bezoek tc brengen aan
de Hooge Veluwe, dat in het hart ligt van
Nederland, en binnen den grooten driehoek
der gemeenten: Arnhem, Apeldoorn en Ede.
Daar heerscht een voorname rust in een
uitgestrekt gebied, rijk aan afwisselend
natuurschoon, dat zijns gelijk© in ons land
niet heeft. De Hooge Veluwe is van den
aanvang af gedacht als een voor de ge
meenschap bestemd natuurreservaat. Van
'de Havezate Harskamp uit, werd de Velu
we door d© stichters ontdekt op verre toch
ten te paard of met de heikar, langs Otter-
lo en Hoenderlo, waarbij het dorpje Deelen
ligt met zijn prachtig© vergezichten over
onafzienbare heidevelden en uitgestrekte
zandverstuivingen met hun jeneverbessen
•truiken.
De vereisclite voor een natuurreservaa
Is: een terrein van voldoende uitgestrekt
heid, hetgeen men in de Hooge Veluwe
vindt. Het geheel vormt bijna 6500 II.A-
waarvan ruim 4500 H.A. zijn afgerasterd;
dit complex vormt eigenlijk liet reservaat,
waarin allo openbare wegen ontbreken.
Buiten de afrastering de afstanden wer
den per automobiel afgelegd ontmoetten
wij groote heidevelden met de boerderij
„Teriet" cn het mooie gehucht Deelen. De
mooiste toegang tot het landgoed is „d
Hooilaan". Dc aard van het uitgestrekte
landgoed, dat naast zandverstuivingen,
bosschen, heidevelden, goede aaneengeslo
ten cultuursplitsing bevat, noodigde a h w.
tot zoodanige splitsing, waarbij de oude
weg Hoenderlo—Otterlo de scheidingslijn
vormt. Na deze splitsing is het mogelijk ge
weest aan het park-gedeelte intensiever
zorg te besteden. We zagen er bosschen met
een veelbelovende onderbeplanting, scha
duwrijke lanen met hoog opgaand geboom
te en goed verzorgde wandelwegen.
De vogelcultuur staat zeer gunstig, ter
wijl d© wildstand in zeer goede conditie
verkeert. We troffen er aan: Karphaten-
en Rominter-herten, reeen uit Oost-Pruisen,
mouflons uit Luxemburg en tevens
prachtige karpers in hel mooie meer.
Bij onze tocht door dit mooie hooge Ne
derland, brachten wij eerst een bezoek aan
DE HOOGE VELUWE.
het imponeerende landhuis „St. Iluberlus"
onder leiding van dr. II. P. Berlage ge
bouwd, hetgeen geheel bestaat uit Ncder-
landsche baksteen. De St.. Hubertus-legen-
de is er in beeld gebracht. De toren (40 M.
hoog) is de drager van het St. Hubertus-
kruis. De vijver, liggende achter het sta-
tigo gebouw, is ontstaan door uitgraving.
Een bezoek boven op den toren, met zijn
vier balluslrades, gebouwd op do vier
windstreken, deed ons prachtige panora
ma's zien. Hier wordt men stil; hier keert
men tot zich zelf door de majestueuze ver
gezichten en wonderbaarlijke kleurschakee-
ringen, die de heerlijke zonnestralen schiep
vol bewondering stonden wij daar over het
geen de natuur schiep en menschen herse
nen hebben uitgedacht cn menschen-han-
den hebben gewrochtwij dachten ver
der en wc bepaalden ons even tot de dui
zenden Nederlanders, dio hun land tot lief
hebben cn toch hun voldoening zoeken over
de grenzen.
Een bezoek in het „St. Hubertus"-huis
deed ons de mooie kunstschatten zien.
Voorts brachten wij een bezoek aan „De
Zwarte Berg", „De Pampelt", het Museum,
dat eenmaal de kunstverzameling der Krol-
lerMullcr-Stichting zal bevatten; het ge
bouw, waarvan de opdracht voor het ont
werp is gegeven aan den Vlaming prof. II.
van de Velde. Duizenden blokken Maul-
bronnen zandsteen liggen voor den bouw
gereed.
Tevens hebben wij even stilgestaan voor
liet standbeeld van den bekenden Bóeren-
Generaal Chr. dc Wet. Het zware voet
stuk symboliseert een heuvel, waarop een
breed cn diep uitgehouwen reliefband een
loopgraaf met boerenkoppen, waarop wij
om. aantreffen, die van President Paul
Krugcr cn President Steyn.
Dc auto bracht ons vervolgens bij het
„Steenen Hert", de „Fransche Berg" (onge
veer 40 M. hoog); aan den voet hiervan ligt
een granietblok met een relief geheeld
houwd Hertegewei.
Dc boerderij „Oud Reemst" is gerestau
reerd en in een theeschenkerij veranderd.
De auto-tocht, die op liet landgoed van
ongeveer. 6500 H.A. twee-en-een-half uur
duurde, deed ons nog lang niet alles zien.
Het was een excursie, waarvoor wij bui
tengewoon dankbaar zijn, en die bij ons de
vraag deed rijzen „wat zal in dc toekomst
met die ruimte gebcurenn
Het bezoek aan Boskoop.
Door den heer Van Straaten van
Xes de initiatiefnemer tot stichting van
een Nationaal Park die ons eerst de
hooge landen had laten zien, werden wij
gebracht naar Boskoop, en werden w© ont
vangen door den wethouder van publieke
werken aldaar, dc heer Goudriaan.
De heer Van Nes bracht ons direct bij
het groote uitbreidingsplan van Boskoop,
waar op het oogenblik nijvere handen
bezig zijn Boskoop op te nemen in het
spoorwegnet. Een blik over die plannen,
deed ons vermoeden, dat de Nederiandschj
Spoorwegen daar meer van plan zijn, dan
een enkele aansluiting. We vernamen, dat
vermoedelijk op den achsten October het
traject in gebruik zal worden genomen,
hetgeen feestelijk zal plaats vinden.
Daarna werd een bezoek gebracht aan
het Rosarium, dat aansluit, of moet aan
sluiten op dc tentoonstellingsgebouwen en
terreinen, waaraan druk wordt gearbeid,
om in het voorjaar van 1935 de eerste
expositie te kunnen houden. De gebouwen
worden opgetrokken uit beton; het terrein
heeft ecu lengte van ongeveer een halve
kilometer.
Wij vroegen, waarvoor dit alles diende
en of men hier zooveel geld had Direct
werden wij in de rede gevallen en het ant
woord luidde „Neen, mijnheer, hier heeft
men geen geld. Deze plannen moesten
worden uitgewerkt om tc bereiken, dat de
tientallen kweekers niet geheel ten gronde
gaan. Juist, omdat ons den uitvoer werd
afgesneden, moeten wij thans probccren op
een andere wijze een afzetgebied te vinden.
Als er spoedig geen verandering komt, zal
er hier in Boskoop voor honderdduizenden
guldens moeten worden vernietigd. En
juist, daarom, argumenteerde de heer Van
Nes verder, hebben wij getracht een afzet
gebied tc vinden in de Hooge Veluwe.
Daarom juist werken wij nog steeds door
aan liet groote plan een Nationaal Park'.
Met een millioen gulden zijn de Boskoop-
schc kweekers gered."
Do auto bracht ons vervolgens door Bos
koop, en wij zagen, dat ook daar groote
werken in uitvoering zijn. Wegenverbete
ring is aan de orde van den dag; vele stra
ten hebben een grondige verandering on
dergaan en winkelgalerijen staan op het
punt te worden aanbesteed.
Ook de burgervader. Mr. V e f k c r k
vertelde ons van den nood der kweekers
en hoopte dat spoedig krochten ten goede
zullen werken, die dc stichting van een
Nationaal Park zullen verwerkelijken.
Des middags hadden wij het voorrecht
een bezoek tc brengen aan enkele groote
kweekerijen. Wat staat er alles mooi bij.
We hoorden zeggen „hier staan 50.(X>0
sparren; daar 30.000 blauwe sparren", enz.
enz. en hieraan werd toegevoegd „Vindt u
het niet vreeselijk, dat al dit mooie goed,
waarvan Boskoop millioenen exemplaren
bezit, tegen den herfst vernietigd moet
worden, omdat wij geen plaats hebben het
te bergen, terwijl Nederland wel ruimte
daarvoor heeft, n.l. de 6500 H.A. (de Ilooge
Veluwe)?"
Tenslotte reden wij door enkele mooie
punten van Boskoop, waarna de heer Van
Nes ons uitnoodigde een kopje thee te
drinken en hij ons vervolgens naar Gouda
bracht, om vandaar afscheid te nemen. D©
Diesel zorgde, dat wij behouden in Utrecht
aankwamen.
Het waren twee heerlijke dagen, die ons
hebben doen zien, dat men toch waarlijk
niet naar het buitenland behoeft te gaan
om te genieten van natuur, bosch, heide,
bergen, water en weilandgezichten.
De figuur van F. Bordewijk,
schrijver van „Blokken, Knor
rende beesten en Bint (alle uit
gaven van „de Gemeenschap").
In een vorige kroniek heb ik mij de op
merking veroorloofd, dat het proza, dat de
belangstelling van het gros der lezers ge
niet, een vormenspraak en constructie ver
toont, die niet in overeenstemming is met
wat dc modernste auteurs zien als de vor
menspraak van dezen tijd. Dc romans, die
het meeste worden gelezen, vertooncn het
oude intrige-tpel, den ouden, regelmatigen
verhaaltrant, en wat belangrijker is,
zij gaan uit van de psychologie der perso
nen, die er in worden beschreven. De au
teurs van die romans verdiepen zich in het
leven van ieder hunner romanfiguren.
Bij al de lectcuur van deze, vaak knap
geschreven, aan den gemiddelden lezer
goed liggende romans, loopt men echter
gevaar de merkwaardige, typisch moderne
literatuurverschijnselen uit het oog te ver
liezen. Het is daarom, dat het mij van
belang toescheen, cenige kronieken, spe
ciaal aan die moderne litcratuurvcrschijn-
sclen te wijden.
Wie zich met die verschijnselen bezig
houdt, ontmoet van zelf den heer F, Bor
dewijk op zijn weg, die bezig is zich naam
lo maken, hoofdzakelijk door drie publica
ties. Ilij schreef: „Blokken" cn „Knorrende
Beesten", cn publiceert op het oogenblik in