Cognac Vieux XXX
J. A. Schoterman Zn.
NATIONAAL WERK BEGONNEN
FEUILLETON
Tuberculosebestrijding
Steun aan minvermogenden
TOESTAND VAN HANDEL EN
NIJVERHEID
Verlaging van vaste lasten
noodig
per flesch f 3.75
HET VERGAAN VAN
DE „ORANIA"
HULDEBLIJK VOOR DEN
HEER VAN T SANT
Liefde en Politiek
Dr. J D. Hefting zet de plannen
omtrent het Koningin Moe>
der Herdenkingsfonds
uiteen
Kort na hel overlijden van II.M. de Ko
ningin-Moeder. die sedert het bestaan van
de Centrale vereeniging tot bestrijding der
tuberculose beschermvrouwe dezer vereeni-
ging was en die op zoo velerlei wijze beeft
doen blijken van Haar belangstelling en
medeleven in de bestrijding dier gevreesde
volksziekte, zijn in vele kringen stemmen
opgegaan om door een nationale daad te
getuigen van de groote dankbaarheid voor
wat Koningin-Emma voor het Nederland-
sehc volk in dit opzicht heeft beteekend.
Teneinde aan die getuigenis van dank
baarheid een daadwerkclijken vorm te ge
ven heeft zich op initiatief van de Ncd. Cen
trale vereeniging tot bestrijding der tuber
culose een comité van aanbeveling met een
comité van uitvoering gevormd Ier voorbe
reiding van de stichting van een Nationaal
Koningin-Moeder herdenkingsfonds. tot
steun van on- en minvermogende tubercu
loselijders.
In een persconferentie ten kantore van
deze vcrconiging aan de Riouwstraat 7 te
's-Gravenhage heeft de voorzitter, dr.
J. D. Hefting, een uiteenzetting gege
ven van de stappen, welke het co
mité van uitvoering bereids heeft onder
nomen om het plan op zoo ruim mogelijke
wijze te doen slagen. De concrete bedoeling
van het fonds is het tot stand brengen van
Prof. Slotemaker de Bruïne
een zelfstandige stichting, welke overal in
den lande waar steun voor de verpleging van
tbc-lijders noodig is, dezen steun te kunnen
verleenen, hetzij door opneming in een of
ander sanatorium dan wel door huisverple-
ging, het scheppen van hetere omstandig
heden voor het welzijn der betrokkenen,
enz.
Nadat het bestuur der Centrale vereeni
ging zich had overtuigd dat dit plan de in
stemming van H.M. de Koningin en van de
Regeering had, is aan den minister van
Sociale Zaken, prof. dr. J. R. Slotemaker de
Bruine het eere-voorzitterschap van het co
mité van aanbeveling aangeboden, hetgeen
Z.Exc. gaarne heeft willen aanvaarden. Dr.
Hefting heeft het voorzitterschap zoowel
van het comité van aanbeveling als van het
comité van uitvoering op zich genomen,
terwijl in het comité van aanbeveling mede
zitting hebben willen nemen de vice-presi
dent van den Raad van State, jhr. mr. F.
Beelaerts van Blokland, commissarissen der
Kopingin, de voorzitters van de Eerste en
do Tweede Karner, de burgemeesters van
Amsterdam en Rotterdam en van de pro
vinciale hoofdsteden, de directeur-generaal
van de Volksgezondheid, de voorzitter van
de Algemcene Rekenkamer en verschillen
de andere autoriteiten.
Het secretariaat van het comité van uit
voering berust bij mei. A. Thorbecke, Be-
noordenhoutscheweg 26, Den Haag. terwijl
mr. H. P. Tjcenk Willink, Ruychroklaan 8.
Den Haag, het penningmeesterschap op
zich hoeft genomen. Verder zijn in het co
mité van uitvoering nog een 14-tal perso
nen opgenomen, die zich ten opzichte van
de tuberculose bestrijding als krachtige
medewerkers hebben doen kennen.
Dr. Hefting heeft in dit verband met
waardeering gewezen op het streven, dat
zoowel in den Haag als te Amsterdam tot
uiting is gekomen om de nagedachtenis van
Koningin-Enima te eeren door het oprich
ten van oen standbeeld, doch waar het hier
een nationale zaak geldt, de aandacht er op
gevestigd, dat het Koningin-Moeder Her
denkingsfonds naast de plannen van Am
sterdam en Den Haag zijn nationale betcc-
kenis moet hebben.
Het comité van uitvoering heeft zich dan
ook reeds cepigen tijd geleden zoowel tot
de burgemeesters van alle gemeenten hier
te lande als tot de besturen der plaatselij
ke vereeniging, aangesloten bij de Neder-
landschc Centrale vereeniging tot bestrij
ding der tuberculose, gewend met een rond
schrijven, waarin het doel van het te stich
ten fonds wordt aangegeven.
Bij de installatie van het Uitvoerend co
mité heeft minister Slotemaker de Bruine
er op gewezen, dat „onder do nooden die do
welvaart en de levenskracht van ons volk,
bedreigen er één is, waaraan de Koningin-
Moeder altijd zeer bijzonder haar aandacht
heeft gewijd en tot leniging, waarvan
zij steeds op de bres heeft gestaan: de tu
berculose. Van jongsaf aan en van nabij
bekend met de offers, die deze ziekte eischt
en met het leed, dat zij veroorzaakt, be
schouwde de Koningin-Moeder het als haar
plicht in den strijd tegen dezen vijand van
de volksgezondheid vóór te gaan".
In die circulaire is er voorts op gewezen,
dat de nagedachtenis aan Koningin-Enima
niet heter zou kunnen worden geëerd dan
door het stichten van een Nationaal tuber
culose steunfonds ten behoeve van on- en
minvermogenden, waardoor het mogelijk
zou zijn in I-Iaar geest te kunnert blijven
doorwerken en dat tot in lengte van dagen
zal getuigen van de edele gevoelens, die
onze overleden vorstin in zoo sterke mate
hebben gesierd.
Tal van blijken van sympathie niet dit
streven heeft het comité inmiddels ontvan
gen en de vorming van plaatselijke comité's
is inmiddels op groote schaal ter hand ge
nomen. Vertegenwoordigers van zooveel
mogelijk kringen en vcreenigingen zijn in
die plaatselijke comité's opgenomen. Een
serie wenken voor de plaatselijke werkwij
ze is te hunner kennis gebracht, teneinde
te bereiken dat zooveel mogelijk ieder Ne
derlander de gelegenheid wordt geboden
naar vermogen mede te werken. Het comité
van uitvoering hoopt, dat de actie ter in
zameling van de gelden voor het fonds
overal in den loop van Februari kan ge
schieden.
Een fraai uitgevoerd affiche, waarop het
bekende vier-armig kruis het embleem
van de tuberculosebestrijding met op den
achtergrond een sierlijke hoofdletter E in
schrijfvorm, kroon en lauwerkrans en de
woorden „Steunt Nationaal Koningin-Moe
der Hendenkingsfonds, stichting tot steun
van on- en minvermogende tuberculoselij
ders". worden weergegeven, is ter beschik
king van de plaatselijke comité's gesteld.
Dez.e Dlaat, in roode en lichtblauwe kleur
uitgevoerd, is vervaardigd naar het ont
werp van een leerling der Academie van
Beeldende Kunsten te 's-Gravenhage. welk
ontwerp door een jurv van drie personen is
gekozen uit een vijftig lal ontwerpen, in
een onderlingen wedstrijd van leerlingen
dier Acadamie geteekend. Daarnevens zul
len op groote schaal wit metalen speldjes
worden aangeboden, waarop in don vorm
van een klein rond schildje de hoofd let lor
E met kroontje is afgebeeld. Deze speldjes
zullen bij de collecties uitmuntende dien
sten kunnen bewijzen.
Gelijk reeds in de dagbladen is vermeld
zal de de minister van Sociale Zaken, prof.
dr. Slotemaker de Bruïne Dinsdag a.s. te
8.05 uur over beide Ncdcrlandsche zenders
een korte rede houden ter aanbeveling van
dit nationale werk.
Het adres van het comité van uitvoering
is Riouwstraat 7, 's Gravenhage, giro 218800.
GEFINGEERDE DIEFSTAL
DEN IIAAG, 28 Januari. Naar wij ver
nemen is de reiziger K.. die zooals gemeld,
de vorige week te Rotterdam werd gear
resteerd, als verdacht van verduistering van
een bedrag van 10.000.— ten nadeele van
een firma te Zoetermeer-Zegwaart, in wier
dienst hij was, na voor den Officier van
Justitie te ziin geleid, op verzoek van zijn
verdediger. Mr. J. Weijl, in vrijheid gesteld
omdat hier geen vrees voor ontvluchting be
staat. K. had hij de Rotterdamschc politie
valsche aangifte van diefstal gedaan, van
een auto, waarin zich dat bedrag zou heb
ben bevonden.
Een aantal wenschen van de
Noordbrabantsche en Lim=
burgsche Kamers van
Koophandel
De Noordbrabantsche en Limburgscho Ka
mers van Koophandel hebben zich mot een
adres tot den Raad van Ministers gewend,
naar aanleiding van de maatregelen, die
genomen zouden moeten worden om tot ver
betering te komen van den hoogst onhevre
digenden toestand van handel en nijverheid
in hun districten.
Adressanten zetten uiteen dat verschil
lende reeds door de regeering genomen
maatregelen wijzen op een koerswijziging in
de door bovengenoemde Kamers sinds jaren
bepleite richting Desniettegenstaande ble
ven nochtans verschillende onzer wenschen
op belangrijke punten nog onvervuld.
Zoo hebben adr. tot hun teleurstelling
moeten conslateeren, dat van een aanmer
kelijke verhooging van het tarief van in
voei rechten tot heden niets is gekomen,
terwijl dit toch reeds in hun adres van 5
November 19.11 als een noodzakelijke maat
regel van blijvenden aard werd bepleit.
Tot introductie van het wederkccrigheids
beginsel in onze tariefwetgeving is lot he
den zelfs nog geen poging gedaan.
Niet kan worden ontkend, dat het bcdrijfs
leven zich zal kunnen blijven handhaven
wat ook gezien adressanten onder meer
dient te worden bevorderd, door allen over-
hodigen en onnoodigen ininort te weren en
den export zooveel mogelijk te vergrooton,
zoodat hij de te voeren lariofspolitiek ook
met de export-industrieën en den export
van agrarische producten zooveel mogelijk
rekening zal worden gehouden Daarvoor is
noodig. dat de hande'sno'ilieke uitrusting
der Regeering zoo volledig mogelijk zij. ter
wijl een gemakkelijk gebruik dor beschik
hare wapenen moet ziin verzekerd.
De hierhovcnvermelde Kamers gaan hij
het fornuilceren hunner desiderata ten aan
zien van de hierhedoc'de andere voorwaar
den uit van het door de Regeering gevoerde
monetaire beleid, waaromtrent zij zich van
iedere critiek, in welke richting ook, wen
schen te onthouden.
De Kamers moeien dan echter constatee
ren. dat hot gevaar niet denkbeeldig is, dat
de hinncnlendsche markt, welke door maat
regc'en van handelsnolitieken aard in bc
naaide opzichten wordt beschermd, door an
dere maatregelen weer verloren gaat.
Eenzijdige aanpassi^gs*
politiek
Door tal van steunmaatregelen toch, wel
ke effectueerden in heffingen op allerlei
agrarische producten, zijn de kosten van lal
van levensmiddelen niet onaanzienlijk ver
hoogd. Maatregelen, om het huurprijzenni
veau aan de geheel gewijzigde verhoudin
gen te doen aanpassen, hieven goeddeels
nog achterwege. Belastingen werden tot on
gekende hoogte opgeschroefd, terwijl van
een verlaging van vaste lasten, versobering
van den staatsdienst, kortom van een aan
passingspolitiek over de ge beo Ie lijn
lot heden in feite geen sprake is geweest.
Integendeel, de aanpassingspolitiek richtte
Utr straat 17
ijnhanaei
Gevestigd IS7S
Telefoon >45
zich te eenzijdig op salarissen en Iooncn,
waardoor in vele gcvaJJcn de afstand tus-
schcn het inkomen oenerzijds en de uitga
ven voor directe levensbehoeften en huren
anderzijds, zoodanig werd verkleind, dat de
betreffende ingezetenen voor het grootste
deel als koopers van tal van industriecle
voortbrengselen werden uitgeschakeld.
Door deze eenzijdig georiënteerde politiek
is de koopkracht van brecde lagen van ons
volk in sterke mate gedaald, zoodat de af
name van producten onzer nijverheid met
den dag achteruitgaat.
Adr. zijn dan ook eenstemmig van mee
ning, dat maatregelen van handelspolitie-
ken aard alleen niet zullen haten, ja zelfs,
dat het effect daarvan aanmerkelijk zal ver
minderen, indien niet tegelijkertijd, en
hans onverwijld, ernaar zal worden ge
streefd paal en perk te stellen aan de steeds
afnemende koopkracht van ons volk.
Zij dvingen derhalve met nadruk er op
aan toch zoo spoedig mogelijk, naast een
verlaging der vaste lasten, een daling der
kosten van het levensonderhoud en van
het huurpeil over de geheele lijn te willen
bevorderen, in evenredigheid met het ver
laagde loon- en salarispeil, opdat de bin-
ncnlandsche markt, die thans meer dan ooit
voor onze bedrijven van belang is, behou-
len zal blijven.
Daarnaast dienen de hiervoor aangeduide
maatregelen van bandelspolitieken aard,
vaaronder adressanten de onderhandelings-
'orievcn hier in dc eerste plaats op het oog
hebben, tot behouden van onzen export ten
poedigstc te worden verwezenlijkt.
Voorloopig onderzoek door den
Raad voor de Scheepvaart
spoedig te wachten
AMSTERDAM, 28 Jan. Naar wij verne
men is de eerste machinist van het mail
schip „Orania" van don Kon. Hollandschen
Uoyd, dat eenigen tijd geleden in de Por-
ugeesche haven Leixoes na een aanvaring
met het Portugeesrhc stoomschip „Loanda"
is gezonken, te Amsterdam teruggekeerd.
Hangende het onderzoek door de Portu-
'ccsche autoriteiten naar gemeld, is de
'.apitein van het Portugeesche schip reeds
;n gebreke gesteld zijn de govagvoerder
m de twee officieren van de „Orania" nog
:n Leixoes achtergebleven. Onmiddellijk na
hun terugkeer in do hoofdstad zal de
checpvaartinspeclie te Amsterdam met
'iet onderzoek naar de oorzaak van de
amp een aanvang maken, waarna de be
handeling van deze zaak voor den Raad
voor dc Scheepvaart zal plaats vinden.
Volgens de mccning van deskundigen
kan de „Orania". welke geheel op haar
zijde ligt en slechts gedeeltelijk boven
water uitsteekt, vooral ook door het feit
dat het in den scheepswand gestootcn gat
zich aan den onderkant bevindt, als ver
loren worden be«chonwri.
DE INBRAAK AAN DE DUIVEN-
DRECHTSCHE KADE
AMSTERDAM, 28 Jan. In verband met
de inbraak, welke in den nacht van Vrij
dag op Zaterdag gepleegd is in twee aan
de Duivendrechlschc kade gelegen fa
briekspanden, heeft de politie van het bu
reau Lineausstraat een 20-jarigcn monteur
en een 17-jarigen jongen aangehouden.
Beidpn worden verdacht deze inbraak te
hebben gepleegd.
Ofschoon zij ontkenden, bleven zij in ar
rest. Zij zullen ter beschikking van de
justitie worden gesteld.
DE K 16 EN DE K 17
Hr. Ms. onderzeebooten K 16 en K 17,
onder bevel van de luitenants ter zee der
le klasse J. A. de Gelder en A. H. I. Kra
mers zijn 25 dezer te Napels aangekomen.
Het Haagsche politiccorps schenkt
hem een schilderij van
Willy Sluiter
's-GRAVENHAGE, 28 Jan. De afgetre
den hoofdcommissaris van politie, de beer
F. vun 't Sant, bad naar uien weet den
wensch te kennen gegeven geen officieel
afscheid van het corps te nemen, daai zijn
gezondheidstoestand zulks niet looliei. Ook.
had hij bij verschillende gelegenheden te
kennen gegeven geen cadeaux te wenschen.
Hij heeft echter alle leden van het corps
gelegenheid gegeven le zijner huize op ver
schil lende dagen afscheid te nemen. En
zulks is eenige weken geleden geschied.
Echter heeft het Haagsche politiecorps ge
meend zijn afgetreden chef toch een hlijk
van waardeering en sympathie Le geven.
F. van 't Sant
In verband met den wensch van den heer
van 't Sant en ook in verband met de hui
dige tijdsomstandigheden, is besloten een
klein bedrag vast te stellen voor dit hulde
blijk. Niemand moeht meer geven. Van boog
tot laag heeft men hieraan bijgedragen, zoo
dat gezegd kan worden, dat het hier inder
daad een geschenk van het geheele politie
corps betreft.
Aangekocht is een schilderij van Willy
Sluiter in gouden lijst, voorstellende „Een
schel pen visscher".
Dit fraaie kunstwerk, dat reeds ecnigo
malen op exposities te bewonderen is ge
weest, is hedenmiddag namens het corps
aan den heer van 't Sant aangeboden
Daarloe hebben de heeren Besscling, waar
nemend hoofdcommissaris, van der Mev,
hoofdinspecteur en Muusse. hoofdcommies
zich naar de woning van den heer van 't
Sant hegeven en hem uit naam van de
Haagsche politie het geschenk overhandigd.
MAN AANGEREDEN EN GEDOOD
HAARLEM, 28 Jan. Op den Nieuwen
Provincialen weg HaarlemHoofddorp is
hedenmorgen nabij het stoomgemaal „De
Cruquius" de ongeveer vijftigjarige groente
handelaar J. Tholen door een auto aangere
den cn op slag gedood. T. kwam per fiets
uit een zijweg en stak den weg over om
op het rijwielpad te komen. De automobilist,
die uit Rotterdam afkomstig is, is vermoe
delijk door de zon verblind geweest. Dc
auto, die aan de voorzüde zwaar hoschadigd
is, werd door do politie in beslag genomen.
De slachtoffer was vader van tien kinde
ren.
Voorlichting heeft alleen zijn nut, als uit de
verworven kennis en inzicht voordeel kan ge
trokken worden.
door
WILLIAM LR QtJEUX.
Vertaling W. H. C B.
44
Het duurde weer eenigen tijd voor zij
sprak.
„Ben ik het, die u wegjaagt?"
Zij vvenddo eenigszins beschaamd het
hoofd af.
Hij had moeite zich te bedwingen. „Het
is niet juist om te zeggen dat u mij weg
jaagt. het is heter dat ik ga".
„En zeg mij eerlijk waarom?" fluisterde
zij.
„Dat is zeer moeilijk te zeggen, prinses,
het zou zeer lastig zijn om de juiste woor
den te vinden om u niet te belecdigen".
Toen scheen haar zenuwachtigheid plot
seling verdwenen tc zijn, haar stem werd
kalm en rustig.
„Wij kennen elkaar reeds langen tijd; uii
hebben meermalen vertrouwelijk gesproken.
U is steeds in de vormen geweest, waarom
bent u nu bang om mij le belecdigen?"
Hij antwoordde met gedwongen kalmte.
„Tusschcn een prinses van koninklijke
bloede cn een jong diplomaat is een groot
standsverschil. Indien ik hier zou blijven,
zou ik dat wellicht door een ondoordacht
woord vergeten".
Er kwam een lieve glimlach op haar ge
laat. „Ik wil niet ontveinzon, dat ik u be
grijp cn ik aarzel niot om de eerste stan
te doon. Als ik geen prinses van Slavonic
was en eenvoudig een gravin von Salzhcrcr.
of een andere adellijke dame van dit hof.
dan zou u mij zeggen, dat u mij lief hadt!K
Er kwam een wanhopige trek op zijn ge
laat.
„Ik bodoel. als uw rang en stand dezelfde
waren als de mijne, en als mijn levens
geluk van uw antwoord afhing".
In haar oogen kwam een zachte glans.
„Vergeet een oogenblik. dat ik een prinses
ben en zeg mij dat u mij liefheeft. Ik be
loof u, dat ik mij niet bcleedigd zal gevoe
len. Geen enkele vrouw zal ooit een ver
klaring van oprechte liefde kwalijk ne
men".
Hij geloofde zijn ooren niet. zijn zintui
gen moesten hem parten spelen. Maar
neen, haar houding, de uitdrukking in haar
oogen. haar lieve stem zei hem, hetgeen hij
nooit had durven hopen.
„Ik heb u lief", zei hii vurig, „en u
nepmt mij dat niet kwalijk?"
„En is u er zeker van dat het de vrouw
is, die u lief heeft en niet do prinses?"
„De vrouw, dat is zeker", antwoordde hij
flink. „Ik heb grooten eerbied voor de prin
ses cn zou haar tot mijn dood willen die
nen maar het is de vrouw in u, die ik op
reclit liefheb".
„Het is zoo heerlijk voor mij om dat to
hooren. Vertel mij nu alles. Wanneer begon
u met mij lief te hebben?"
„Bijna van het eerste oogenblik af, dat
ik u ontmoette. U was voor mij als eer
ster, die door de wolken niet verdius^-'1
kan worden. Ik ontdekte in u onmiddellijk
de lieve, gevoelvolle, jonge vrouw en be
treurde dat uw jeugd niet onbezorgd en
gelukkig was".
„Dat is zij nooit geweest", viel zij met een
zucht in dc rede. „ïn Parijs was ik een ge
lukkig kind. Toen ik hier kwam heb ik van
mijn jeugd afscheid genomen".
„Dat weet ik", antwoordde Danecourt.
„Uw positie bier vervulde mij met mede
lijden. Een roerig koninkrijk, een wanke
lenden troon, overal verraad en slechts wei
nig gel-ouwen rond u".
„U had dus dadelijk medelijden met mij",
zei ze zachtjes. „En medelijden is verwant
aan liefde. Duurde de overgang van het
eene gevoel naar het andere lang?" vroeg
zij glimlachend.
„Ik heb reeds zooveel durven zeggen, dat
ik het waag iets meer le zeggen. Medelijden
cn liefde gingen dadelijk hand aan hand".
Zij bloosde. „IT kunt er zich niet over be
kingen. dat ik u niet aanmoedig Ik heb
u tot een bekentenis gedwongen en ik wil
ook gaarne opbiechten".
Zij zweeg een oogenblik en zei toen met
heldere stem: „Ik vertelde u zooeven, dat
ik mijn geluk vaarwel zegde, toen ik hier
in Vanina kwam. Ik vond weer eenig geluk
terug toen u hier kwam. Het was eerst
moeilijk om mijn eigen gevoelens te ont
leden. Ik was van enkele dingen zeker, mijn
lasten schenen lichter, de atmosfeer was
helderder 'geworden".
Hij luisterde in stilte, zijn zenuwen tril
den bij elk woord, dat zij sprak. Hij be
greep dat hij luisterde naar de ontboeze
ming van een vrouwenhart.
„Het was het ontluiken van liofde, Gerald.
Ik noem je nu voor het eerst bij je voor
naam, maar je bent mijn Gerald reeds lang
in mijn gedachten. Vergeef het mij je te
zeggen, dat ik er tegen heb gevochten; ik
wist wat mijn plicht was. Tk mocht niet
hopen de voorrechten van de gewone vrouw
te kunnen genieten. Ik had hoogere plich
ten. Maar steeds wist ik dat ik ie liefhad"
Hii nam haar hand en kuste die.
„Mijn mooie, mijn geliefde prises", was
alles wat hij kon zeggen.
„Als ik er ooit aan getwijfeld had", ging
zij voort, „dan kreeg ik zekerheid toen ik
hoorde dat er in Parijs een aanslag op je
was gesmeed en dat jij gewond was. Niets
kon mij toen weerhouden om naar je toe te
gaan. Ik bekende het aan Nada; ik drong
op toestemming bij mijn vader aan en ik
kwam bij je. Het was een gebiedende roep
stem en die stem moest ik gehoorzamen".
Zij stond op, ging op een sofa zitten en
gaf hem een wenk oni naast haar te komen
zitten. Hij deed dat en nam haar hand in
de zijne".
„Het heteekentbegon hij en toon
kon hij geen woord verder uitbrengen. Hij
was van ontroering met stomheid geslagen.
Zij lachte. „O, Gerald, voor zoo'n grooten
flinken man ben je toch een verlegen min
naar. Mijn stand maakt je nog bang. Wat
zou jij doen als ik een gewoon meisje
was?"
Aangemoedigd door deze woorden sloeg
hij zijn arm om haar middel, trok haar
naar zich toe en drukte een kus op haar
lippen.
Zij gevoelde zich gelukkig.
„En nu, mijn lieve, dappere ridder, moet
ik nog steeds voortgaan met de leiding
nemen. Het schijnt zoo te moeten zijn".
„Het moet zoo zijn", zei de jonge man
nachtjes. „Omdat ik deze heerlijke werke*
ijkhcid nog niet kan gelooven".
„Jij wilt met mijn trouwen, jij wilt dat
Ik liet hofleven vaarwel zeg om je zoo noo
dig naar het einde van de wereld te vol*
Ik ben daartoe bereid".
„T-Ieeft u aan den koning gedacht?
vroeg Gerald angstig.
„Ik heb veel nagedacht gedurende do
laatste dagen, nadat ik besefte, dat ik ie
moest vaarwel zeggen. Mijn vader zal mijn
stap goedkeuren. En het kleine beetje eer
zucht, dat hij had. is, geloof ik. gedurende
de laatste weken geheel verdwenen. Hij zal
mij nooit willen opofferen ter wille van zijn
troon. Wij weten, hij weet, dat wij hem
vroeger of later zullen verliezen, want zij»
die tegen ons samenspannen, zijn te mach
tig"
„Dat gepf ik toe", zei Danecourt. „Oos-
tenrijk's pogingen zijn voor het oogenblik
verijdeld. Maar hij zal een tweeden aan
val doen en dan zal het e°n gevecht zijn
van een muis tegen een olifant".
En wederom zocht hii ha«r linnen en zei
hij zachtjes: „Wil je. mijn lieveling, dat ik
dade'iik naar den koning zal gaan oni jo
hand fc vragen?"
Zij lachte vroolijk.
(Slot volgt).