9
9
9
DEFENSIE IN DE EERSTE KAMER
FELLE BRAND
9
FEUILLETON
MINISTER KALFF
HERDACHT
Heeft dr. Colijn teveel te doen?
MANDENMAKERS TE
HUIZEN
Ned. Confectie-industrie
Vragen van den lieer Vos
TE GIESSENDAM
Arbeiderswoningen aangetast
Gebruikt in Uw soepen HONIG's BOUILLONBLOKJES - 6 voor 10 cent
OVERSTE SAXON
Dr. Moller critisecrt het Neder,
landsch in de stukken van
het departement van
Justitie
EERSTE KAMER
DEN IIAAG, 12 Fcbr. Bij de behande
ling van dc dcfensiobcgrooting in den se
naat heeft mevrouw Polhuis-Smit (s.d.) dc
nationale ontwapening verdedigd. Zij prees
dc door haar parjij verlangde veiligheids-
Macht aan. Prof. van Embden (v.d.) be
toogde inzonderheid, dat liet een dwaling
is, te mccnen, dat wij ons tegen een lucht
aanval zouden kunnen beschermen.
Drie katholieken hebben hen bestreden,
dc hccren Visser, Blomjous en Heerkcns
Thijsscn. De eerste verklaarde, dat het er
niet toe doet, of ons leger veiligheidswacht
of oorlogslcger heet, als het maar goed is
voor de verdediging van onze onafhanke
lijkheid en de handhaving onzer neutrali
teit. Men moest, zoide hij, dc vvcrkelijkhoid
onder de oogen zien. Hij zou gaanie voor de
dcfensicbegrooting stemmen. Zijn medo-
standers lieten zijn rede door bravo's vol
gen. De boer Blomjous, die in denzelfden
trant sprak, kwam op tegen het défaitisme
en juichte dc actie der burgemeesters in
liet Zuiden toe, die op versterking van onze
weermacht hebben aangedrongen. Vroeger,
toen dc geldmiddelen in beteren toestand
waren, bad men voor do defensie ook niet
gedaan wat morgeluk was, merkte hij op,
prof. De Savornin Lobman (c.h.) een „zeer
.juist" ontlokkende. Ilii achtte meer mate
riaal voor ons leger noodig en vond, dat
men verplicht was om desnoods het contin
gent te vcrgrnotcn. Dc lieer IIccrkens Thijs
scn gaf als zijn meening te kennen, dat, als
men dc drooglegging van dc Zuiderzee stil
legde, men liet geld had, dat noodig is om
onze defensie te' geven, wat zij behoeft.
Mevrouw Pothuis kwam nog op voor we
duwen. die onder zeer oude pensioenwet
ten vallen, voor gepasporteerdc marineman
nen c. d. en prof. Van Embden bepleitte de
belangen der oud-gepensionneerden. Mevr.
Pothuis wenschte een toepassing van dc
dienstwcigcringswet, meer in haar geest,
waarbij dan niet alleen wegens religieuze
gemoedsbezwaren vrijstelling van militai
ren dienst zou worden verleend. Zii eischte
voorts, dat streng zou worden opgetreden
tegen de particuliere wapen fabricage, en
keurde het, me t feestelijkheden gepaard
gaande, vlagvertoon af.
De heer Hermans (s.d.) protesteerde te
gen het verbod van nummers van „Do
blauwe vaan" voor militairen. Het was z. i.
geen politiek blad. maar zuiver een orgaan
.voor geheelonthouding.
TWEEDE KAMER
liet begin van de eerste vergadering, wel
ke dc Tweede Kamer na het Kerstreces heeft
gehouden, is aan een herdenking van minis
ter Kalff gewijd geweest, ter gelegenheid
waarvan alle ministers waren verschenen.
Voorzitter Ruvs de Becrenbrouck heeft een
korte rede uitgesproken, goeddeels in me
trisch proza. „liet wordt niet zwaar bereikt,
alleen geliefd te zijn bij hen, wier geest men
■\olgt, wier woord men spreekt, wier wcnsch
men goedkeurt en vervult. Wel hoog staat
hij, dien ook den tegenstander eert, om
kracht en eerlijkheid en breedheid in den
strijd. Zóó heeft men Kalff geëerd....". Mi
nister Colijn sloot zich, mede namens zijn
ambtgenootcp, hij 's voorzitters woorden van
waardccring aan, nog eens gewagende van
het genoegen, dat samenwerking met Kalff,
den man van breeden blik en krachtige
eigen overtuiging, allen had gegeven. Dc
hoorders hadden zich tijdens deze redevoerin
gen van hun zetels verheven. Het was een
plechtig moment van hulde aan de nage
dachtenis van den trouwen dienaar van het
algemeen belang, zooals voorzitter Buys
den overleden bewindsman noemde.
Bij een naturalisati^wetsontwerp oefende
dr. Moller (R.K.), Neerlandicus, critiek op
liet slechte Neücrlandsch in vele stukken,
welke \an het departement van Justitie uit
gaan. Hierin werd een factor, waarmode re
kening moet. worden gehouden, „rekenfac
tor" genoemd, word gesproken van „het
beklccdcn" van een nationaliteit, enz. Minis
ter van Scha ik aanvaardde de verantwoor
delijkheid hiervoor, gelijk het een minister
betaamt, maar merkte torloops op, dat hij
dc Staatsstukken, waarin deze taalzonden
werden gepleegd, had ondertcekend,
wat (voegen wij erbij) iels anders is dan
„geschreven". Ilij zou or zijn ambtenaren op
attent maken. Ecrc zij dr. Moller! Staats
stukken boezemen eenvoudige» zielen zoo
veel eerbied in, dat dezen mcenen, flat er
geen fouten in kunnen voorkomen. Dr. Mol
ler helpt hen uit deze dwaling.
De Kamer heeft zonder of na een Kort
debat verscheidene wetsontwerpjes goedge
keurd, waaronder één betreffende dc con-
tingcntcering van lint, band en veters, enz.
Dc lieer van dc Putt (ILK.) had met deze
contingcntccring nog wat verder wijlen
gaan, maar minister Steenbergho gevoelde
er niet veel voor. Ilij zou intusschen cenige
wenschen van dezen afgevaardigde overwe
gen.
Daarna is dc Kamer dc Indische begroo
ting gaan behandelen.
Heeft dr. Colijn niet te veel te. doen?
Deze vraag stelde baron van Boetzolaer van
Dubbeldam. Dr. Colijn is voorzitter van den
ministerraad, minister van Koloniën en mi
nister van Waterstaat ad interim. Ook vroe
ger is deze vraag in de Kamer wol eens ge
steld. naar aanleiding van liet vele interna
tionale werk, dat Z. Exc. erbij verricht. De
premier antwoordde toon, dat, als hij een
conferentie te Londen ging bijwonen, hij in
zijn vliegtuig heel goed kon werken. Moge
hij nu althans van het interim van Water
staat spoedig worden ontlast. Om meer dan
één reden is dit te hopen.
Wenscht Ir. Cramer (S.D.) een spoedige
industrialisatie van Indie, waardoor z.i. het
land aan nieuwe welvaartsbronnen zal wor
den geholpen, baron van Boctzelaer maande
tot voorzichtigheid en gematigdheid hierbij,
betoogende, dat Indische industrieën voor
export niet veel kans zullen maken, zoodat
men ze van den aanvang af moet inrichten
op de behocftcnvoorziening van het eigen
land.
Dc heer van Poll (R.K.) heeft het voorloo-
pig verslag vergezeld doen gaan van een
nota, waarin hij een economische belangen
gemeenschap tussehen Nederland en Indie
heeft verdedigd, een nauwere samenwerking
tussehen heide gcbicdsdeclcn ten aanzien
van den afzet van elkanders producten, enz.
Minister Colijn heeft vroeger al eens gezegd,
dat men zich hiervan niet te veel moest
voorstellen, omdat de Inlanders niet koop
krachtig genoog zijn voor onze producten en
omdat ons land te klein is om veel te kun
nen beteckcncn voor den afzet van Indische
voortbrengselen. In dezen geest spraken
thans ook de heeren Rutgers (A.R.), Cramer
en van Boctzelaer, zich bovendien tegen
autarkie verklarende. Dr. Rutgers zcide. dat
naar een grootcr handelsverkeer tussehen
Nederland en Indie reeds lang wordt ge
streefd en dat de heer van Poll, als hij zulks
het inslaan van een nieuwen koers noemt,
wel erg wcidsche woorden gebruikt.
Ir. Cramer wenschte financicclc hulp van
Nederland aan Indie in den vorm van Rijks
bijdragen, voorschotten of iets dergelijks,
maar do heeren van Boetzelaer en Rutgers
waren liet hcelemaal niet met hem eens en
dc laatste wees erop, dat zulk een hulp uiter
aard vergezeld zou moeten gaan van een
beperking van Indie's financiëelc autono
mie. welke echter voorwaarde is voor de
staatkundige autonomie, welke het land
eens zal hebben. Intusschen, ondanks de ge
weldige bezuinigingen, op dc Indische bc-
grooting toegepast, sluit zij nog met een
tekort van 50 millioen. Ir. Cramer vindt dit
het ergste niet en zou zelfs tegen con wat
grootcr tekort niet opzien, wanneer dan dc
salarissen niet zoo sterk zouden worden ver
laagd. Dr. Rutgers evenwel zou dit een
hoogst ongemotiveerde bevoorrechting van
dc landsdienaren vinden en meent ,dut dc
volledige saneering der Indische geldmidde
len niet snel genoeg kan plaats vinden. Hoe
het tekort van vijftig millioen zal worden
gedekt, is nog niet bekend. Do heeren van
Boctzelaer on Rutgers hebben gepleit voor
een spoedige invoering van een fiscaal uit
voerrecht op rubber, welker opbrengst dc
laatste op zes millioen raamde.
Ir. Cramer wil afschaffing van do exorbi
tante rechten, d.z. dc rechten van den gou
verneur-generaal 0111 bepaalden personen
een bepaalde verblijfplaats in Indie toe le
wijzen, orn hun het verblijf in bepaalde stre
ken te verbieden, enz. De lieer van" Boctze
laer en Rutgers echter achten handhaving
van die rechten vooral in dezen tijd noodig
ter bescherming van het gezag.
Stellen de beide laatste afgevaardigden
zich achter dc regeering ten aanzien van
wat zij doet om baar gezag te handhaven,
volgens ir. Cramer regeert zij niet te harde
hand en brengt zij verwijdering tussehen
zich en de bevolking.
Men ziet, dat er vele verschilpunten zijn.
Wij hebben ze nog lang niet alle genoemd!
Zullen zij voortaan slechts een
derde van het inkomen
ontvangen?
Door tien heer Diop zijn den Minister
van Waterstaat a. i. de volgende vragen
gesteld:
I. Wil dc Minister mcdedcclen:
a. of liet waar is, dat aan een groep man
denmakers te Huizen, die geldelijke lege
moctkomiiig ingcvolgo artikel 1" der Zui-
derzcesteunwet ontvingen, voortaan slechts
zal worden uitgekeerd naar Li gedeelte van
het inkomen, dat zij voor de afsluiting van
de Zuiderzee aan het mandenmakersvak
plachten to ontlcencn:
1). op welken datum deze veranderde re
geling in working zal treden;
c. op welke gegevens en motieven deze
verandering in dc vaststelling dor tego-
moetkoming is gegrond?
H. Is de Minister bereid do aan hem te
dezer zake uitgebrachte, adviezen en rap
porten te publiceeren of ter konnis van clc
Kamer te brengen?
DE MOEILIJKHEDEN IN HET
BAKKERSBEDRIJF
AMSTERDAM, 11 Fcbr. Onder vooizit-
terschap van vvohouder Kropman kwamen
de besturen van dc bakkerspatroons- en ge
zellen-organisaties ten raadliuize bijeen tot
een nadere bespreking omtrent dc in het
bakkersbedrijf perezen loonmoeilijk heden.
Het bleek, dar allo organisaties met uitzon
dering van de Patroonsvoreeniging „Dc
Voorzorg", zij liet met enkele wijzigingen
van geringe bcteckenD. liet door den wet
houder gedane bemiddelingsvoorstel had
den aanvaard.
Na uitvoerige discussies werd besloten
een af te sluiten arbeidsovereenkomst op de
basis van dc door den wethouder aangege
ven richtlijnen op korten termijn nog eens
door een commissie, waarin alle organisa
tics oen vertegenwoordiger zullen aanwij
zen, te doen bezien. Deze commissie zal den
wethouder omtrent haar arbeid op dc hoog
te houden.
Nadecliyc invloeden uit het hans
dclsverdrag niet Duitschland
Do lieer Vos heeft tot den Minister van
Economische Zaken dc volgende vragen
gericht
lo. Verwacht de Minister niet. dat dc
Duitscho danicsconfectjo-iiidustric door ge
brek aan wol liet haar bij liet laatst geslo
ten Nodeiiandsch-Duifsche Handelsverdrag
toegestane contingent voor den invoer van
bovcnklecding voor vrouwen, meisjes en
kinderen voornamelijk zal uitputten door
den invoer van zgn. N.A.G.confcctic (in de
Handelsstatistiek gerangschikt onder post
2756) en dat, als gevolg daarvan, het jaar
1935 voor dc Ncdcrlandsche confectie-in
dustrie en 1*11 het bijzonder voor dc Neder-
Inudscho damesconfcctic-industric catastro-
phaal zal worden?
2o. Ts bot naar de mccning van den Minis
ter niet noodzakelijk, om alsnog het in
vraag 1o. bedoelde contingent te verdee
len in een contingent voor wollen en half
wollen damesconfectic en een contingent
voor zoogenaamde N.A.G.-danicsconfoclic en
wel dusdanig, dat dc Ncdcrlandsche dames-
ronfcctie-industric kans beeft om haar pro-
ductcn op de Ncdcrlandsche markt af tc
zetten?
3o. Indien dc verdeeling in vraag 2o. be
doeld, niet kan geschieden, op welke wijze
denkt de Minister dan een voor dc Ncdcr-
landschc damesconfeclic-industric ruïncc-
ronden overmatigon import van dc in vraag
2o. bedoelde N.A.G.-goedorcn tegen tc gaan?
•io. Is liet don Minister bekend, dat dc
Ncderlandsche heeren- en jongensconfcctic-
industrie en in het bijzonder die industrie,
welke zich bezig houdt met het vervaardi
gen van goedkoopc volksklecding. verschil
lende voor haar fabrikaten benoodigdc stof
fen in Nederland niet kan betrekken, om
dat doze floor de Ncdcrlandsche lcxtiel-in-
dustric niet of in niet voldoende hoeveel
heid en variaties worden gefabriceerd?
5o. Is liet den Minister bekend dat ver
schillende hccrenconfoctie fabrikanten, in
verband niet het feit, dat zij de in de vraag
io. bedoelde stoffen niet kunnen betrekken
en hun dc invoer uit liet buitenland van
deze stoffen in zeer onvoldoende mate
wordt toegestaan, tot inkrimping van huil
bedrijven en het invoeren van een verkor
ten werktijd hebben moeten overgaan, mot
als gevolg dat dc gohccle en gedeeltelijke
werkloosheid in deze industrie ernstig toe
neemt?
(io. Is do Minister bereid om het daar
heen le leiden, dat de Ncdcrlandsche liee-
ïcnconfectie industrie de in vragen -io. en
5o. bedoelde stoffen in ruimere male zal
kunnen importccren dan lot nu toe bet ge
val is?
To. Is de Minister bereid, om oen kleine
commissie, bcstaunde uit oenige hcortncon-
tectio-fabrikanten «mi fabrikanten van wol
len stoffen, Ie benoemen met opdracht om
mot snood te rapport001*011 welke voor de
eonfcclie-industrie benopdigde slóffen niet
of in onvoldoende mate in Nederland wor
den gefabriceerd en tc advisccrcn omtrent
den import daarvan?
ONGELUK TIJDENS HET RANGEEREN
AALTEN. 12 Fcbr. Tijdens hot rangcc-
ren van ecu goederen!ram van dc Geldorsch-
Weslfaalsclic Stoomtram Mij. is dc conduc
teur, dc heer Schoenmakers uit Tcrborg,
juist toen het stopsignaal was gegeven, door
onopgehelderde oorzaak van liet laadporron
gevallen en tussehen den wagon terecht ge
komen. IIij liep hierbij een ingedrukte horst-
kas en een heenfractuur op. In zorgwekken-
den toestand is Schoenmakers naar het zie
kenhuis te Winterswijk vervoerd.
Hocpelbuigerij en kolenberg»
plaats uitgebrand
GIESSENDAM, 12 Fcbr. Heden
avond heeft hier ter plaatse ccn felle
uitslaande brand gewoed in de IIoc-
pclbuigerij van dc firma J. Aande-
vvicl, gelegen aan den Rivierdijk.
Hoog laaiden dc vlammen op. die
in de groote houten loods, waarin
het bedrijf gevestigd was, in het
brandbare materiaal gretig voedsel
vonden en den hemel tot ver in den
omtrek in een roodc gloed zetten.
Aangezien liet gevaar voor uitbreiding van
den brand zeer groot was, in verband niet
dc omstandigheid, dat de hoepelmakerij in
een dichtbevolkte arbeiderswijk gelegen is.
waar dc huizen dicht opeen staan, werd de
asistentie ingeroepen van dc brandweren
van Sliedrecht en Neder-Hardinxvcld, dio
weldra tor plaatse verschenen. Zoo kon in
totaal met veertien stralen, waarvan vier op
de waterleiding, water worden gegeven.
Aan blusschen van liet houten gebouw,
dat een oppervlakte besloeg van tuchtig
negentig vierkante meter en dat als een
fakkel brandde, viel niet tc denken. Men be
paalde zich daarom tot het nathouden van
de omliggende percoolcn. Dit was ccn werk,
dat groote moeilijkheden opleverde, aange
zien, door dc ongunstige windrichting, een
geweldige vonkenregen op de huizen in dc
omgeving neerdaalde. Een zestal arbeiders
woningen, alsmede con winkel, werden door
het vuur aangetast. Dc bewoners slaagden
erin den inboedel bijtijds naar builen te
sleepcn en in veiligheid tc brengen. Dc wo
ningen zijn ernstig door het vuur en liet
bluschwater gehavend. Niet kon worden
voorkomen, dat de naast de liocpclbuigcrij
gelegen kolenopslagplaats van den heer Kop
in 'dc aseli werd gelegd. Dc brand werd om
half acht ontdekt, toen niemand meer in de
werkplaats aanwezig was. De oorzaak is,
dat spanen welke rondom een kachel lagen,
zijn begonnen te branden. Van het gebouw
is nagenoeg niets meer over. De machines,
welke voor de bewerking werden gebruikt,
zijn volkomen vernield. Dc boven do werk
plaats gelegen opslagplaats, welke geheel
met witte hoepels was gevuld, leverde bet
meeste voedsel op voor het vuur.
Het verkeer op den drukken straatweg
Dordrecht—Nijmegen, welke langs den Ri
vierdijk loopt, was gedurende het blus-
schingswcrk, dat twee vollo uren duurde,
gestremd. Om half tien was het gevaar voor
verdere uitbreiding van den brand bezwo
ren en kon met de nablussching een aan
vang worden gemaakt.
De belangstelling voor den brand was
enorm; nagenoeg bet gcheclc dorp was op
do. been en ook uit de omgeving waren hon
derden gekomen om het fantastische schouw
spel, dat dc enorme vuurzee opleverde, gade
te slaan.
Dc firma Aandcwicl was tegen brand
schade verzekerd.
FRIESCH-GRONINGSCHE HYPOTHEEK
BANK.
In de op 25 Fcbr. a.s. te houden algcmcc-
11c vergadering van aandeelhouders der
Friesch-Groniiigschc hypotheekbank N. Y.
zal worden voorgesteld 11a ruime afschrij
vingen over het boekjaar 1931 een dividend
uit tc keeren van 40 per aandeel.
De reserves zullen vermeerderen met
204.091.29 en stijgen tot 5-308.5S3.63.
"Wie een doel bereiken wil. volgt zonder
afwijken een eenmaal uitgestippelde» weg.
door G. P. BAKKER
12
„Een goed begin", vuurde Edzke hem hari
„Maar ik geloof toch r.-iet dat je bet klaar
speelt", en met een ernstig gezicht stond
bij met zijn maat de hnndor, in Jc zakken
■too te kijken.
Weer dan een half u.ur zwoegde de mar.-.
Eindelijk had bij den dertigsten zak op den
wagen
„Wel bedankt .Tans", zei dc jongen en
gaf den soldaat de hand. „Jc hebt jc kruik
J>icr eerlijk verdiend
Verrek", zei de krijgsman, wiöchtc zich
het zweet van 't gezicht.
„Nog meer liefhebbers?" vroeg Ivlzkc.
maar niemand bood zich aan.
„Nu weer wat anders", lachte dc brcedc
sc hip pér,sjonge 11. „Wedden 0111 een glas hier
dat geen van jelui uiii dit nadoet."
Ilij zette een zak op don grond, keek den
strop nu of die stevig zat, pakte den top van
den zak met zijn tanden boet en wierp hein
over zijn hoofd op den wagen.
„Dat doe ik ook", zei oen zware dragon
der. Ilij zette zijn tanden in den top, bief
'den zak op.
„Brr", rilde de oude veteraan. „Alleen van
*t kijken krijg je kiespijn."
De. dragonder trachtte zijn last naar boven
tc werken. Eensklaps liet hij hc.ni los. „Ik
trek me zelf de kiezen uit den mond. Ik ver-
lik het."
„Nu jii, Willem. Laat hen zien wat wij
schippers kunnen."
„Top", zei hij. Wat een ander kan, kan
ik ook dacht hij. Hij had goed toege
keken, steunde met zijn handen op zijn
kniccn, boog door, beet toe en slingerde met
een forsohc beweging den zak over den
wagen. De zak barstte, ccn gedeetc van den
inhoud vloog over dc straat.
„Bravo", zeidc de Groninger. „Jij hebt je
bier verdiend, makker. Pluk even een bos
gras, ik zal hem even naaien, dan hinden
vvo 't gras er aan, dan weten ze dat hij geen
vol gewicht heeft, anders gaat het geld kos
ten "7
Een der omstanders greep ccn handvol
gerst.
„Puike Groninger vv intoi gerst", legde
Edzke uit. „Dat brengen we overal heen
waar hongersnood of gebrek is. Als je 't
pelt, krijg je dc beste gort van dc wereld".
De ander begon dc dop er af te halen.
„Jc kunt liet ook niet de vingers doen,
maar dat duurt wat lang", zei dc Groninger
goedig.
Do man stak de korrel in den mond.
„Tuist", knikte dc jongen. „Zoo vreten
dc varkens het".
„Maar nu jij", zei do ander. Om een
kruik hier, dat jc dit niet kunt". Hier is
oen musket en strekte bet bij dc punt van
de tromp recht vooruit.
Edzke nam het geweer over, trachtte de
toer na le doen, maar liet musket, zakte.
„Geef mij er eens twee", zei Saxon. Hij
pakte in elke hand ccn en strekte de armen
zijdelings uit. bleef zoó staan.
„Jij bent oen kerel", zei dc soldaat, be
tastte den gespierden arm. „Jc moest bij
ons komen, dan ben jc gouw korporaal".
„Dank jc", antwoordde Willem. „Mis
schien als er bij ons in Holland oorlog komt
maar jullie moet zelf je ruzietje maar uit
vechten", lachte hij. „Bij ons in Holland is
het beter".
„Maar dc meisjes zijn hier vroolijkcr. Dat
zal jc ondervinden, kameraad. Ga maar
mee". En gezamenlijk trokken ze naar de
havenkroeg, waar de weddenschappen wer
den opgenomen.
Do beide blonde dochters van den haas
trachtten weldra onder vroolijken kout en
niet altijd even kuische grapjes dc altijd
droge kelen met hier te lesschen.
HOOFDSTUK X.
Reeds cenige dagen was Saxon als schip
persknecht in het verwoeste Maagdenburg,
waar liet nog steeds rook naar bloed en
roet.
De straten waren gedeeltelijk opgeruimd
maar van de gebouwen stond weinig moer
dan brokstukken zwartgebrande steen. Ilier
en daar had men met planken getracht
kleine huizen weer bewoonbaar te maken
of op de fondamenten van con verdwenen
huis een barak of loods tc houwen. Slechts
op do nieuwe Markt stond nog do. Donikork
en het Onze Lieve Vrouwen-klooster.
Langs de ruines was hij naar liet huis niet
den toren geloopcn. De toren was verdwe
nen hef puin gróotendeels verwijderd. Dc
eerste kelder lag open
Hellebaardiers bewaakten don bouwval.
I)e ééns zoo mooi bloeiende tuin lag daar
als een troosteloos afgebrand beeld van
smart en wanhoop. Ook hier stonden schild
wachten.
Dc opperste leiding Hoc ft zeker den
moed nog niet opgegeven dc schatten van
dc prinses Von Ebcrtot te vinden dacht
Saxon verheugd, het bevviis dat ze niets
gevonden heblyen. Waarom die strenge be
waking juist hier?
„Ts dit het liuis waar ie wezen moet Wil-
eni?" vroeg Edzke. „Nu dan is er niemand
meer thuis om je tc ontvangen. Jc kunt er
zelfs niet eens in, zoo goed wordt het door
dc keizerlijken bewaakt. Maar misschien
kan de meester je helpen".
„Wat weet je van den meester, Edzke?"
„Ileel veel. Veel meer dan jc zoudt denken
Vader en ik varen vrij geregeld op dc Elbe.
Toevallig hebben wc eens eon paar man
non öpgovischt, die door de soldaten werden
achtervolgd. Wc hebben ze verborgen on
heelhuids afgeleverd. Je moet weten dat hij
een goloovig Protestant is, al zou jc hot
zoo niet aan hem zeggen. Maar thuis hij
Margien gaat hij Zondags driemaal naar
de Martinikerk en, als daar mr ar tweemaal
dienst is, naar oen andere. Jc moet hom zien
deftig in 't zwart. Margien met hot Ge
zangboek met gouden klampen in de hand.
Later bobben wc don moester zolf oen paar
malen aan boord gehad. De eerste maal op
verzoek van don rijken schipper Wclekc.
Dat is een groot vriend van vader. Die
schippers hier zijn er na de verwoesting niet
slechter op geworden. Zc hebben massa's
gesmolten metaal in dc wacht gesleept cn
naar Hamburg en andere nlaatscn vervoerd.
•Te begrijpt rijke lading, die geen cent kost.
Een schipper heeft mij eens verteld dat hij
met anderen na de overgave liet Vuurtje
mee aangestookt had uit haat togen dc
keizerlijken".
.Rest mogelijk, maar ik heb zelf de huizen
bij de flooge Poort liet eerste zien branden."
Willem en Edzke waren dikke vrienden
geworden, gingen als gelijken met elkaar
om en Saxon hield werkelijk heel veel van
don vroolijkcn jongen, dio over veel gezond
verstand beschikte cn soms heel grappig
kon zijn.
„Het verwondert mij", zei hij, „dat wc den
meester nog niet weer gezien hebben. Ik
hen hier nu al een dag of vier."
„Ja Het schip is voor een groot deel ge
lokt. Je kunt nu graan dragen aD dc beste.
Als je sterk bent, leer je het vlug."
„Maar vraag me niet naar dien eersten
nacht. Ik kon me niet bewegen, 't Was als
of de beul mij onder handen had gehad."
„Zeg Willem. Ik weet natuurlijk niet wat
je Ilier moet uitvoeren cn liet gaat me ook
geen duvel aan, maar mag ik jc helpen? Ik
speel altijd graag mee."
„Tc waagt jc hachje."
„En wat zou dat? Mijn grootvader was
oen watergeus, vocht onder Barthold Entcns,
die onder de muren van Groningen sneu
velde. Dat waren snaakjes. Vroolijk met
cere was zijn lijfspreuk, maar als je
grootvader vertellen hoort, zoo onder man
nen, dan was het meer vroolijk dan ceren,
wat ze met dc mciskës uitgehaald hebben,
't Waren in 't, laatst•heelcmaal geen meisjes
meer. Eigenlijk geloof ik, dat grootmoeder
er een van was."
„Zoo
„.Ta, en vader is ook niet bang \oor wat
ruzie. Doet. ook nog graag 1110c. Maar ge
trouwde menschcn, dat is weer wat anders,
cn moeder is niet malsch. Op 't schip is hij
dc baas, maar thuis de Vrouw Margien. Als
jc eenmaal getrouwd bent
„En toch ga ik trouwen
„Met wie,
„Een heel mooi meisje, groot en slank met
groote donkere oogen cn zwart haar. Zc
woont in Berlijn."
„Jawel, zeker een prinses. Dat weet ik."
„Weet ic
„Och, elke pas verloofde man ziet in zii 11
meisje in 'l begin een prinses. Dat ken ik.
Maar als je zc een jaar later weer spreekt,
en jc vraagt vol belangstellingboe gaat
het mot de prinses dan hoor jc liccl wat
anders."
„En jij dan
„Dank je, meisjes zijn wel aardig, maar
als zo je eenmaal te pakken hebben, dan
bederven zc je altijd dc soep."
(Wordt vervolgd)