KOLENVOORZIENING IN GEVAAR?
VUURZEE IN NIEUWERBRUG
DE BERECHTING VAN OSS
ALS ER IJS IN HET
WATER IS
DE BRANDWEER
MACHTELOOS
tc BLAD PAG. 2.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
VRIJDAG 1 NOVEMBER 1933
Dc Spoorwegen zien geen kans
om bij gestremde scheepvaart
de kolen in voldoende mate
te vervoeren
De kanalenpolitiek
T^TU de winter weer in aantocht is,
vragen we ons onwillekeurig af:
„Staat ons een strenge of een zachte
winter te wachten?** En wanneer het
eerste het geval mocht zijn, zoodat dc
wateren gestremd, de scheepvaart ge
staakt en de wegen door gladheid on
berijdbaar worden, hoe staat het dan
met de voorziening van hetgeen ons
la ml uoodig heeft?
Het was de heer A. G. Jagt, chef van
Handelszaken hij de Ned. Spoorwegen,
die dezer dagen aan de bladen over
deze vraag eeuige inlichtingen heeft
verstrekt, mede in verhand met de ku-
nalen-politiek der regcering (Juliana
kanaal en Twente-kanalen). Wij ont-
leenen aan het exposé des heeren Jagt
het volgende:
Kr is in de laatste jaren door de
Spoorwegen enorm bezuinigd. De ev
ploitatiekosten, welke in 1921 194 mil
Iloen gulden bedroegen, zijn in 1034
gedaald tot 104 millioen, dat is met 00
millioen, of tot ongeveer de helft. Het
personeel is over hetzelfde tijdsbestek
teruggebracht van 51.000 op 35.000 man,
terwijl ook wagens en locomotieven in
aantal sterk zijn verminderd. Het he
drijf is dan ook langzamerhand Inge
steld op het huidige vervoer en daar
de grootst mogelijke zuinigheid gebo
den is. kan men zich niet de luxe ver
oorloven er eenige reserve van betee-
kenis op na te houden.
Capaciteit verkleind
Hoe meer vervoer aan de Spoorwe
gen onttrokken wordt, des te kleiner
d« capaciteit van het apparaat zal moe
ten worden en des tc minder zal het
in staat zijn om in tijden, waarin an
dere vervoermiddelen niet langer «Ie
hun aahgehoden goederen kunnen ver
werken. dit vervoer over te nemen. Dit
klemt meer nog in ons land dan in
andere landen, omdat in ons land hot
overgroot© deel van het vervoer niet
per spoorweg geschiedt, zoodat, indien
een stremming als bovenbedoeld mocht
intreden, de Spoorwegen een enorme
hoeveelheid goederen toegevoerd zou
den krijgen.
En nu er den laatsten tijd een ge
weldige verschuiving van spoorvervoer
naar watervervoer plaats vindt en nog
wel van goederen, welke juist in den
winter ntet te missen zijn, is het noo-
dig tegen dergelijke \ervoersverplaat-
singen het Nederlandsche Volk te
waarschuwen.
Het gaat hier vooral om de steen-
koltnvoorziening van ons volk
door de I.lmburgsche mijnen.
Sedert de indienststelling van het
Julianakanaal (Mei 1854) zijn allengs
meer en meer steenkolen, welke voor
heen per spoor gingen, per waterweg
naar hun bestemming vervoerd.
Van het totale kolenvervoer ad 10
millioen ton. worden nu reeds 32 mil
lioen ton door het Julianakanaal ver
zonden. Fn wanneer de overslaggele
genheden te Stein en Born aan ge
noemd kanaal zullen zijn uitgebreid.
zooaIs men voornemens Is, zullen er
jaarlijks ruim millioen ton per wa
ter kunnen worden vervoerd.
Zullen nu de Nederlandsche
Spoorwegen in staat zijn bij
vorst, wanneer de wateren ge
stremd zijn, dit vervoer over te
nemen en het Nederlandsche
volk te bedienen op zoodanige
wijze, dat een vlotte kolenvoor-
ziening verzekerd blijft?
Zij hebben dit steeds gekund, je
zelfs in de dnikste tijden, wanneer da
gelijks 2400 wagens werden gesteld,
hetgeen neerkomf op een jaargeniid
dfldo van 13 millioen ton, is de kiten-
voorziening steeds zonder eenige stoor
nis verfoopen. Doch nu steeds n.cer
vervoer naar den waterweg overgaa'-. Is
het personeel, het wagenpark en het
aantal locomotieven belangrijk inge
krompen.
Goederenwagens kunnen nu eenman!
niet in loodsen worden ondergebracht,
doch moeten buiten blijven staan, waar
zij aan weer en wind zijn blootgesteld,
zoodat zij, wanneer zij niet geregeld on
derhouden worden, spoedig onbruik
baar worden.
N.S. hebben zich aan
gepast
Het zou dan ook van een slecht eco
nomisch beleid getuigen, indien de
N. S. zich niet aan dit verminderd ver
voer hedden aangepast en meer perso
neel, wagens en locomotieven in ge
bruik zouden hebben, dan voor een
goede dienstuitvoering noodig fs.
Iedereen, die maar een beetje kijk
heeft op hetgeen er op een goederen-
rangeerterrein omgaat, zal moeten er
kennen, dat een eerste eisch van het
regelmatig loopen der goederentreinen
is het goed functionneeren van den
dienst op de rangeerterreinen. Op die
rangeerterreinen zijn bekwame rangeer
ders en opzichter» noodig. Deze vak
menschcn kan men in tijden van ge
stremde vaart w anneer het dus op alle
stations druk is. nergens vandaan ha
len; men heeft er eerder te weinig dan
te veel en van de straat halen gaat
ook niet.
Rangeeren te Susteren
Wat nu het kolenvervoer per spoor
betreft, dit geschiedt, voor zoover deze
kolen voor ons land bestemd zijn, via
het rangeerstation Susteren ten Noor
den van Sittard gelegen.
Op enkele treinen na (contract-trei
nen), welke rechtstreeks van de mij
nen naar Amsterdam en Rotterdam
gaan, geschiedt het vervoer van dc
wagens kolen niet rechtstreeks van de
mijnen naar hunne bestemming, doch
eerst naar het genoemde rangeerterrein
te Susteren, alwaar de wagens alle
moeten worden uitgerangeerd en sa
mengesteld tot troinen naar alle rich
tingen des lands.
Hiervoor is een uitgebreide schare
van vakkundig personeel noodig, dat
door jarenlange practijk als 't ware het
uitrangeeren en samenstellen der trei
nen uit het hoofd weet. Zelfs een on
ingewijde In spoorwegzaken zal direct
Itegrijpen. dat. wanneer het samenstel
len en het wegvoeren der treinen geen
gelijken tred houdt niet den aanvoer,
het rangeerterrein in een minimum van
tijd overvuUI ronkt en de zaak vast
zit.
Zooals reeds gezegd, hebben de N.S.
zelfs in de drukste tijden aan de groot
ste vervoersslooten het hoofd kunnen
bieden.
Nu nog 3 millioen ton
Op 't oogenhlik worden nog
3 millioen ton kolen via Suste
ren vervoerd. Het personeel is
hierop uiteraard ingesteld.
Wanneer er nu dicht water
komt, zouden dus de kolen, wel
ke nu via het Julianakanaal
worden vervoerd, alleen over
Susteren kunnen gaan, indien
de capaciteit van dat station
dit zou toelaten. Daar de hoe
veelheid kolen, welke Susteren
dan echter zou moeten verwer
ken, met 3.2 millioen ton zou
toenemen, zijnde de hoeveelheid
welke nu via het Julianakanaal
gaat, zou dit station in
totaal G2 millioen ton
moeten verwerken, dus
ruim 10 0 meer, wat
ten eenenmale uitge
sloten is.
Ook het aantal treinen (contract-trei
nen). welke rechtstreeks van de mij
nen naar Botterdam en Amsterdam
gaan, zal bij gebrek aan locomotieven
niet kunnen worden uitgebreid.
De Staatsmijnen, welke nu over
hun eigen lijn naar Stein vervoe*
ren, zullen voor dat vervoer op
geen enkele spoorwagen kunnen
rekenen want de N.S. stellen zich
op het standpunt dat hun klanten
in dut geval vóór gaan.
Geeft men aan de plannen uitvoering
om nog meer per water tc gaan ver
voeren, waartoe de ontworpen nieuwe
overslaginrichtingen gelegenheid geven
en worden die overslaginrichtingen tot
hun volle capaciteit benut, zoodat in
totaal ruim 6 millioen ton kan worden
overgeslagen, dan zal. daar deze meer
dere 3 millioen steenkolen voorname
lijk aan Susteren worden onttrokken,
zoodat er dan bijna niets meer over
blijft, dit rangeerterrein terugvallen
tot een derde rangs stationnetje.
Absoluut onmogelijk
Het zal dan ook absoluut
onmogelijk zijn bij dicht wa«
ter deze millioen ton, die
een daggemiddelde vertegen*
woordigen van 20.000 ton, te
vervoeren, zoodat de kolen*
voorziening van het Neder»
landsche volk zeer ernstig in
gevaar wordt gebracht.
Geen auto's
Mocht men er aan denken dit ver
voer per auto te bewerkstelligen, dan
zouden hiervoor per dag noodig zijn
2000 ton auto's van 10 ton laadvermo
gen, nog daargelaten, dat dit vervoer
per auto niet mogelijk zou zijn, omdat
de landgelegenheden op de mijnen hier
voor niet zijn Ingericht. Ook biedt auto
vervoer een veel geringere bedrijfsze
kerheid dan dc spoorwegen, die bij elke
weersgesteldheid kunnen rijden, terwijl
er ook wel op mag worden gewezen,
dat de snelheid, waarmede de laatsten
de hun toevertrouwde goederen vervoe
ren, vooral op groote afstanden, niet
voor die der auto's behoeft onder te
doen.
Geldelijk voordeel?
Doch, zoo zal men zich afvragen,
wordt het hierboven geschetste nadeel
niet ruimschoots goed gemaakt door
het geldelijk voordeel, dat de gemeen
schap thans door den aanleg der nieu
we kanalen geniet
Wanneer men die vraag uitsluitend
van het standpunt der Mijndirccties
bekijkt, dan lijkt dit inderdaad het ge
val te zijn, aangezien zij een waterweg
hebben gekregen, waarvoor zij niets bc
boeven te betalen en dus hun kolen te
gen een goedkooperen prijs van de hand
kunnen doen.
In werkelijkheid Is het vervoer ech
ter niet goedkooper geworden, daar men
niets anders gedaan heeft en doet, dan
eenvoudig een deel der kosten ten laste
van het Rijk te brengen.
Dat deze kosten niet gering zijn, moge
blijken uit het feit, dat alleen reeds het
Julianakanaal het Rijk aan rente, af
schrijving. onderhoud en bediening
millioen gulden per jaar kost. Voegt
men daarbij de vrachtderving, die voor
de Spoorwegen uit het bestaan van dit
kanaal voortvloeit en die als cle afvoer
per water op 6 millioen ton is ge
bracht, op 8 millioen gulden 'sjaars
mag worden geschat, dan komt men
op een bedrag van 13 millioen gul
den. Daar staat tegenover, dat voor de
mijnen een voordeel aan vracht is ont
staan van 5 millioen gulden. Trekt
men dit van vorenbedoelde 13 millioen
gulden af,dan blijft er nog een bedrag
van 8 millioen gulden over, dat door
de Gemeenschap moet worden
omgebracht.
Het zal. wanneer tijdens een stren
gen winter de regelmatige kolenvoor-
zioning van ons land in het gedrang zou
komen en de Spoorwegen dus niet aan
alle gestelde eischon zouden kunnen
voldoen, gemakkelijk zijn critiek op hen
uit te oefenen, doch men vergete dan
niet, dat dit niet hun schuld is, doch
dat dit te wijten is aan de bezuinigings
maatregelen, tot welker toepassing zij
zijn gedwongen door de verplichting
naar middelen te zoeken om de tekor
ten op te heffen, die door buiten hun
macht liggende oorzaken zijn ontstaan
en waaronder de hun door de nieuwe
kanalen onttrokken vrachtbedragen een
voorname plaats innemen, aldus beëin
digde dc heer Jagt het onderhoud.
DE DEENSCHE BOTERNOTEERINO
KOPENHAGEN. 31 October. Dc bo-
t er prijs Kopenhagen bedroeg heden 220
kronen is 71 cent per K.G.
Huizenrij in asch
NIEUWERBRUG. Een brand
van ongekende afmeting heeft gis
teravond in Nieuwerbrug twee
woonhuizen, een winkel, een café en
het gemeentehuis volkomen in asch
gelegd. Het vuur ontstond door tot
nu toe geheel onbekende oorzaak in
een leegstaande woning midden in
een rij huizen. Dit huis was eigen
dom van den heer D. Nap. wiens
woning direct aan het huis grenst.
Door den hevigen wind wakkerde
het vuur binnen zeer korten tijd zoo
snel aan. dat weldra ook het woon
huis van den heer N. in lichterlaaie
stond. Van hier sloegen do vlam
men over naar het naast het woon
huis gelegen pand: een kruideniers
winkel, eveneens eigendom van den
heer K. Niet alleen de hevige wind
was oorzaak dat het vuur in een
zoo korten tijd met een dergelijke
snelheid om zich heen greep, ook
de gebrekkige biuschmiddelen wa
ren mede dc oorzaak, dat tegen de
groote vuurzee niets uit te richten
viel. Pas een uur nadat de brand
werd ontdekt kon een handspuit
met slechts een straal water ge
ven. Dit was nog niet de brandspuit
van Barwoudswaarder maar van
Nieuwerbrug, welke door wethou
der de Vlieg de burgemeester
was niet te bereiken ontboden
was. De brandspuit van Barwouds
waarder arriveerde nog later.
Inmiddels groep het vuur nog met
onverminderde krocht om zich heen,
zoodat na de winkel van den heer N.
het daarnaast gelegen café vlam vatte
en daarna het volgende pand: het ge
meentehuis van Barwoudswaarder. Ook
deze beide panden zijn eigendom van
den haer N., het café werd door hem
zelf gedreven, het laatste perceel had
hij aan de gemeente verhuurd.
Na slechts zeer korten tiid stond de
geheele rij van vijf gebouwen totaal in
brand en het vuur was zoo hevig, dat
bewoners van huizen in de naaste om
geving het geraden achtten hun huis-
rand in veiligheid te brengen, zoodat
verscheidene woningen werden ont
ruimd.
De brandweer stond machteloos te
genover de geweldige vuurzee en moest
aanzien, dat de vijf huizen tot den
grond afbrandden.
De beklagenswaardige eigenaar van
de vijf huizen is wel verzekerd, maar
hot Is nog niet bekend in welke mate.
Omtrent de oorzaak van den brand
tast men nog steeds in het duister.
FINANCIERING DER
INDUSTRIE
Oprichting van een spe<
ciale maatschappij
Ingediend is een wetsontwerp tot op
richting van een „N.V. Maatschappij
voor Industriefinanciering".
De bizondere crisisomstandigheden
noexizaken de rcgecring er bij voortdu
ring naar te strexen voor onze steeds
groeiende bevolking nog meer dan voor
heen het geval was voorwaarden voor
behoud en zoo mogelijk voor vermeer
dering van werkgelegenheid te schep
pen. De door de regeering beraamde
maatregelen voorzien in een reorgahi-
satie van de wijze van beschikbaarstel
ling van voor werkbehoud en werkver
ruiming gevoteerde crodieten. Deze zul
len worden gesplitst naar gelang zij
worden aangewend voor openbare wer
ken of voor financiering van dc indus
trie. Dc nadere uitwerking van de maat
regelen voor financiering van de indus
trie is neergelegd in de plannen tot op
richting van dc financieringsmaat
schappij. in den geest van het voor de
scheepvaart bestaande instituut B.E.N.
A.S., waarvan de regcering de meerder
heid van de aandeden in handen heeft.
Het maatschappelijk kapitaal van dc
industrie-financierings maatschappij zal
50.000 bedragen. De staat zal hierin
voor 40.000 deelnemen. De credieten
voor dc nieuwe vennootschap zullen in
hoofdzaak worden gefourneerd uit de
rretMeten voor de werkverruiming, wel
ke reeds zijn of nog zullen worden toe
gestaan.
GEVAAR DAT DREIGT
IN HET DONKER
In het belang van een veilig verkeer
bij avond is het vau het hoogste ge
wicht, aldus schrijft ons de Kon. Ned.
Toeristenbond A.N.W.B.. dat de wegge
bruikers speciaal letten op de navolgen
de bepalingen, die men slechts gedeelte
lijk in het „geschreven recht" aantref
fen zal, doch welke stuk voor stuk in
dc practijk haar bestaansrecht hebben
bewezen:
Voor automobilisten
1. Zorgt voor goed afgestelde koplam
pen, waarmede bij het „dimmen" ook
inderdaad niet-verblindend licht wordt
verkregen!
2. Controleert af en toe of beide lan
taarns branden! Als er één gedoofd is,
denkt een tegenligger, dat uw auto een
motorfiets is!
3. Let ook op het achterlicht, op de
stoplamp en op het goed functionneeren
van de richtingaanwijzers. Monteert lie
ver een automatischen schakelaar, dan
dat gij vergeet uw „pijl" terug fe zet
ten!
4. Gaat tijdens reparaties onderweg
nooit voor het achterlicht staan; dat
kan u het leven kosten.
5. Voert nimmer verblindend licht
tijdens het stilstaan, in bebouwde kom
men en wanneer gij andere weggebrui
kers passeert (dimmen op minstens
100 meter afstand). Kijkt bij het passce-
ren nooit in de koplampen van den
tegenligger, richt uw blik op den rech-
terwegberm!
6. Monteert een goede mistverlichting.
Voor wielrijders
1. Richt uw lantaarn naar beneden:
aan verblindend licht hebt gijzelf niets
en anderen worden er door in gevaar
gebracht.
2. Denkt eraan, dat de roode reflector
op het witte achterspatscherm (lengte
witte vlak: 30 c.M.) moet zitten op
maximaal 60 c.M. boven het wegdek.
3. Bakfietsen moeten een rood links-
achterlicht hebben en alle wielen moe
ten voorzien zijn van witte achterspat-
schermen.
Voor iedereen
We est extra voorzichtig: loopt niet
met donkere kleeding op een donkeren
weg, een lichtgekleurde overjas kan u
misschien het leven redden!
Acht jaar tegen verzeke
ringsagent geëischt
De verdachten H. A. van der Put
ten en A. J. Hendriks hebben zich te
verantwoorden ter zake van de in den
nacht van 15 op 16 Mei 193-4 te O.ven
gepleegde roofoverval in de woning
van de gebr. Verhoeven die verdachten
en hun medeplichtigen hebben ge
pleegd na zich toegang tot de woning
te hebben verschaft door een gesloten
raam open te breken en alvorens met
een buit van f 150 te verdwijnen, met
een stuk ijzer A. Verhoeven zoodanig
te hebben mishandeld dat deze is over
leden en dc thans 62-jarige P. Verhoe
ven verscheidene bloedende wonden
bekwam.
Verdachte v. d. Putten gaf een uit
voerig relaas over dc toedracht van
de overval. Hij had van Marinus de
Bie gehoord, dat de gebr. Verhoeven
nogal rijk moesten zijn.
Hii vertelde dit aan Hendrik van
Orsow en VViin dc Bic. Samen spraken
zii af naar de gebroeders toe te gaan.
Eenige dagen tevoren gingen zij met
hun vieren oo een verkenningstocht.
Toen ziin zii door den nolder op stap
gegaan. Van Orsow en Wim dc Bie
ziin het eerst de woning binnengegaan
en hebben er Verhoeven vastgegrepen.
De Rut had gezegd: Man houd ie
kalm. dan gebeurt er niets: toen grepen
zii P. Verhoeven vast. Toen A. Verhoe
ven zich bewoog, gaf van Orsow hein
een klap op het hoofd met een viil,
terwijl W. de Bie hem een schop tegen
de borst gaf.
Vcrd. zelf heeft toen W. de Bie naar
buiten gestuurd om op den uitkijk te
gaan staan. Daarna hebben zii het huis
doorzocht. Hendriks voelde toen eens
over het gezicht van Verhoeven en zei:
Ik geloof dat hij dood is. Tot hun schrik
constateerden zii dat de man dood was.
Verdachte zei nooit de bedoeling te
hebben gehad een van de gebroeders te
vermoorden. Nadat wat geld gevonden
was hebben zij de woning verlaten.
Pres. vroeg aan verdachte Hendriks:
..Is bot alles waar wat van der Putten
zegt?"
Hendriks zegt dat het ongeveer zoo
is.
Pres.: Wie heeft de viil eedragen en
wie heeft er mee geslagen?
Hendriks: Van Orsow heeft hem ge
dragen. ik heb evenwel niet gezien dat
hii niet de viil geslagen heeft.
Als getuige wordt gehoord J. Verkoe
len. brigadier van de riiksveldwacht te
Oven.
De volgende getuige is de 62-jarige
P. Verhoeven, wonende te Oyen.
De president stelt hem eenige vragen
omtrent de toedracht der zaak. Getuige
zegt, dat toen hij in bed lag, drie ke
rels zijn woning zijn binnengedrongen,
die hein vastbonden en mishandelden.
Ook zijn broer Toon werd mishandeld.
Met medeneming van het geld hebben
de bandieten het huis verlaten.
Vervolgens wordt gehoord als getuige
de 17-jarige Wim de Bie, die voor dit
feit reeds tot 7'/» jaar is veroordeeld.
Get. zegt dat hij met Van Orsow, de
Rut en Hendriks had afgesproken hij
dc gebroeders Verhoeven te gaan stelen
en dat hij met de drie anderen op 15
Mei naar Oyen op stap is gegaan. Toen
zij bij hot huis waren gekomen zijn de
drie anderen naar binnen gegaan. Na
een kwartier is getuige ook binnenge
gaan. Hij zag twee personen op den
grond liggen die gebonden waren. Een
hunner bloedde uit het hoofd. Toen is
hij naar buiten gegaan om de anderen
•e waarschuwen. Daarna is hij weer
binnengegaan en de Rut zei toen te
gen hem: Deze man is dood.
De Rut stond toen op en zei: Meneer
de president, deze getuige heeft den
dood van Toon Verhoeven veroorzaakt,
went hij heeft hem tegen de borst ge
trapt.
W. de Bie ontkent dit.
President: Waarom hebt u uw klee-
ren in een emmer met water gestopt,
zeker omdat er bloed aan was hè?
Wim de Bie zegt, dat hij zijn kleeren
niet in een emmer met water gestopt
heeft.
Hierna wordt als getuige gehoord de
2i-jarige F. van Orsou. die voor dit mis
drijf tot 15 jaar is veroordeeld. Getuige
zeide, dat de verdachten Hendriks en
De Rut de landbouwers hebben ge
schopt en hun toen hebben vastgebon
den. Get. zelf heeft, hun vastgehouden
toen zij werden vastgebonden. Get. heeft
van verd. Hendriks oen vijl gekregen,
doch toen hij met de anderen dc wo
ning was binnengedrongen, heeft hij de
vijl aan H. teruggegeven.
Requisitoir
In zijn requisitoir constateerde
mr. Van Everdingen, dat het bewijs
geen moeilijkheden oplevert. Twee
daders zijn al berecht. Later is aan
liet licht gekomen wie de anderen
waren. Nu is het hun beurt en
tegen hen is het bewijs geleverd.
Wel geven de verschillende get. en
vcrd. elkaar de schuld van de ern
stige mishandelingen, maar allen
zijn zij verantwoordelijk. Wat de
straf betreft, deze moet zwaar zijn,
omdat de roofmoord een misdrijf is
van zeer ernstigen aard. In aan
merking genomen, dat tegen verd.
voor een ander misdrijf 10 jaar is
geëischt. kan hier met een mildere
straf worden volstaan. Spr. eischt
tegen beiden 5 jaar.
De verdediger van Hendriks, mr. ba
ron Van Hugenpoth, zeide, dat Hendriks
wel in staat is om tc stelen, doch niet
in staat moet worden geacht om tegen
bejaarde personen geweld te plegen. Dit
is zeker een reden om hem een mildere
straf op tc leggen.
Mr. Bauduin, die optreedt voor Van
der Putten, wees erop dat ook deze verd.
voor clementie in aanmerking komt,
waartoe hij dan ook concludeert.
Terecht staat de 23-jarige J. P. Oelen
voor den door liem op 9 Nov. 1932 ge-
gteegden moord op den caféhouder J.
I. C. van der Pas, op wlen hij van zeer
korten afstand met een revolver he»
haaldclijk heeft geschoten, waardoO*
verscheidene kogels doel troffen en hel
slachtoffer spoedig overleed.
Verd. bekent opzettelijk J. van der
Pas van het leven te hebben ke™°'fj:
Hij heeft 6 schoten op hem gelost Hij
heeft het niet gedaan in een opwelling
van drift, doch na kalm en rijp beraad.
De pies. vraagt of de vrouw van Van
der Pas erop heeft aangedrongen haar
man te dooden.
Ccelen zegt, dat de vrouw dit meer
dere malen beeft gedaan.
De officier mr. Van Everdingen bleef
stilstaan bij liet leven van verdachte,
die een zeer goede opvoeding heelt ge
bad. Later is bij beland in de woning
van Van der Pas, die als hu dronk®"
was zijn vrouw mishandelde. Ceelen
kwam op voor de vrouw die mishandeld
werd en schoot Van der Pas neer Of
schoon hij wroeging gevoelde is het te
betreuren, dat Ceelen geen beterschap
heeft geloond, doch het pad der mis
daad heeft betreden. Thans heeft h>Ji op
recht berouw en heeft een
bekentenis afgelegd. Maar ware dit niet
het geval, dan zou een levenslange ge
vangenisstraf zijn geëischt; 20 jaar ge
vangenisstraf is het minste dat hier kan
worden opgelegd. Spr. had straks 10
jaar tegen hen» geëischt. Thans eischte
hij wegens moord weer 10 jaar.
De wielrenner Van Ceelen zegt onder
tranen, dat hij spijt heeft van zijn daad.
Hij hoopt dat zijn leven niet door ae
gevangenis zal worden verwoest.
Uitspraak over 14 dagen.
Hierna was het woord aan de verde
diger voor het houden van hun plei
dooi.
De verdedigers Mr. Bauduin. mr. Ka
ron van Hugenpoth en mr. Bloemarta
stellen hun pleidooien uit totdat de
andere zaken ziin behandeld.
Mr. Lion die optreedt voor Piet de
Bie pleit cleinctotie.
Nog stond terecht de 45-jarige verze
keringsagent te Tilburg, Th. J. L. K.,
vvien ten laste is gelegd, dat hij den
door het viertal v. d. Putten. P. de Bie,
A Hendriks en J. P. Ceelen in de wo
ning van den landbouwer Bouwman te
Uden gepleegden roofoverval opzettelijk
heeft uitgelokt, door aan Ceelen mee
te deelt'n, dat bij Bouwman een aan
merkelijk bedrag aan geld was te ste
len en hem de woning van Bouwman
aan te wijzen. In de tweede plaats is
hem ten laste gelegd, dat hij omstreeks
het begin vr.n Maart 1934 van J. P.
Ceelen door diefstal verkregen geld ten
geschenke heeft aangenomen.
Verdachte ontkende schuld.
President: „Kent u den Rut, Piet de
Bie en Hendriks?"
Verdachte: „Neen, ik ken die niet.
President: „En Ceelen?"
Verdachte: „Ja, die ken ik wèl, maar
ik heb hom nooit inlichtingen ver
schaft.
President: „Ik geloof, dat u net zoon
meneer bent als die wij veertien dagen
geleden bier hebben gehad. Kent u
Snaabel?"
Verdachte: „Ja. die ken ik.'
Als eerste getuige wordt gehoord de
landbouwer Bouwman, .die zeide, ver-
dacht e zeer goed te kennen. Nadat ge
tuige nogmaals den roofoverval uiteen
heeft gezet, werd Ccelen als getuige
gehoord, die zeide, dat 'hij met den
verdachjé K. in contact is gekomen toen
hii bij hem een verzekering afslool
voor hem zelf als wielrenner. Bij die
gelegenheid heeft K. tegen hem gezegd,
dat er bij liet echtpaar Bouwman te
t'dcn wel iets te halen was. Ook wees
hij nog verschillende andere adressen
aan. Getuige had met K. afgesproken,
dat hij 10 procent van den buit zou
krijgen. Toen de roofoverval bij het
echtpaar Bouwman had plaats gehad,
heeft getuige aan K. een bedrag van
35 gulden ter hand gesteld. Ook toen
wees K. nog acht verschillende adres
sen aan.
De Officier van Justitie, requisitoir
nemende, zeide, dat dc verklaringen
van Ceelen betrouwbaar zijn, terwijl de
ontkenningen van den verdachte alle
geloofwaardigheid missen.
Spr. achtte volkomen bewezen wat
den verdachte is ten laste gelegd en
daar liet misdrijf ernstig is, moet de
zen verdachte, die zeer, ongunstig be
kend staat, een zeer gevoelige straf
worden opgelegd. Spr. eischte tegen
hem een gevangenisstraf van acht jaar
met aftrek van de preventieve hechte
nis.
Als verdediger van den verdachte
trad op mr. Jurgens uit Eindhoven, die
in het midden bracht, dat er maar één
verklaring in het nadeel van den ver
dachte is afgelegd. Daar verd. echter
zeer ongunstig bekend staat, refereerde
spr. zich aan het oordeel van de recht
bank.
Uitspraken
De Bossche rechtbank heeft uitspraak
gedaan in de Ossche zaken, welke op
17 October zijn behandeld.
De 22-jarige arbeider A. J. Ottens en
de 19-jarige schoenmaker P. A. SchuuN
mans. tegen wie onderscheidenlijk vijf
en twee jaar gevangenisstraf was ge-
eischt wegens den overval in de wo
ning van den landbouwer L. van Ber
gen te Oss op 6 Januari j.I. werden ver
oordeeld tot drie en één jaar gevange
nisstraf.
De directeur van de Ossche Wieler
baan, J. F. A. Verhoeven, tegen wien
wegens uitlokking van de brandstich
ting in het paviljoen dier baan drie
jaar gevangenisstraf met aftrek van de
voorloopige hechtenis was geëischt,
werd veroordeeld tot twee jaar gevan
genisstraf.
N. N. Schuyers, arbeider te Oss, even
eens medeplichtig aan deze brandstich
ting, kreeg één jaar en zes maanden ge
vangenisstraf. Tegen hem had het O.M.
vier jaar geëischt met aftrek van het
voorarrest.
Wegens de inbraak van 14 op'15 Juli
1934 te Heeswijk, gepleegd in de wo
ning van den inmiddels overleden K.
Weideman, hoorden dc 29-jarige arbei
der A. H. den Brok en de 30-jarige ar
beider M. van Orsouw elk acht jaar ge
vangenisstraf tegen zich eischen.
Uitspraak doende, veroordeelde de
rechtbank beiden tot zes jaar gevange
nisstraf met aftrek van voorarrest. Ch.
H. den Brok, mede schuldig aan deze
inbraak, werd veroordeeld tot één jaar
en zes maanden gevangenisstraf met
aftrek van voorarrest. De eisch was
drie jaar gevangenisstraf met aftrek
van voorarrest.