Politie en brandweer
te Amsterdam
Gelegenheid tot
bijteekenen
KORPS MARINIERS
Rond. prof. Visscher
UITGAVEN VOOR
HET ONDERWIJS
Hooge invoerrechten
voor Liebesgaben
Kinderboekje
DE GEBROEDERS
„GOOCHEM"
FEUILLETON
DE ONBUIGZAMEN
2e BLAD PAG. 3.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
DONDERDAG 12 DECEMBER 193S
Dc voordracht tot samen*
voeging verschenen
B. en W. van Amsterdam hebben be
sloten, bij den gemeenteraad een voor
dracht in te dienen tot samenvoeging
van de diensten van politie en brand
weer, waarbij een sterke kern van den
thans bestaanaen brandweerdienst is
gedacht als een bijzondere dienstafdee-
ling van de politie, zooals het verkeers
wezen, de bereden politie, de zedenpo
litie, enz.
Vereenigt de Raad zich met deze
voordracht, welke tevoren o.m. in de
commissie van bijstand voor de brand
weer aan de orde zal worden gesteld,
dan zullen de onderstaande maatrege
len daarvan het gevolg zijn.
Met deze samenvoeging zal gepaard
gaan een reorganisatie van den politie
dienst, in dier voege, dat, op oordeel
kundige wijze over de stad verdeeld,
tien politie-brnndweergebouwen zullen
worden geslicht, waardoor tevens het
indertijd ontworpen tienkazernesplan
voor de brandweer zal worden verwe
zenlijkt.
De verdeeling der gebouwen over cle
geheele stad zal zoodanig zijn, dat de
brandveiligheid ook voor de buitenwij
ken in voldoende mate is gewaarborgd.
De preventieve dienst van de brand
weer zal voor een belangrijk deel naar
het Gemeentelijk Bouw- en Woningtoe
zicht worden overgebracht.
Een deel van het politiepersoneel zal
worden geoefend in het blusschen van
brand en in het hulpverleenen bij
brand, waardoor het mogelijk zal zijn,
in niet onbelangrijke mate op het
thans bestaande brandweerkorps te be
zuinigen.
Door deze reorganisatie zullen 30 a 31
politie-bureaux en posthuizen, benevens
9 hoofdwachten en posten van de
brandweeer buiten gebruik kunnen
worden gesteld.
De uitvoering van deze samenvoe
ging zal in een bedachtzaam tempo tot
stand worden gebracht.
Sergeanten en wachtmeesters
krijgen gelegenheid vrijwil*
lig in dienst te treden
's-GRAVENHAGE. Officieel word!
medegedeeld: De minister van staal,
minister van defensie ad-interim heeft
bij de corpsen der infanterie, de bere
den en de onbereden artillerie de ge
legenheid opengesteld voor ongehuwde
dienstplichtige sergeanten (wachtmees
ters) der jongste lichtingen tot een ge
zamenlijk aantal van ongeveer 150 man
en voor tenminste 6 jaren vrijwillig in
vverkelijkcn dienst te komen of te blij
ven. In aanmerking komen in de eer
ste plaats zij, die hun eerste oefening
op uitstekende wijze hebben vervuld en
ctie in het bezit zijn van een diploma
eener school voor M.U.L.O. A of B of
van een II.B.S. met 3-jarigen cursus,
dan wel die eene op andere wijze
verkregen gelijkwaardige schoolken
nis bezitten. Het ligt in de be
doeling om op de hier bedoelde on
derofficieren te zijner tijd de bepalin
gen van het capitulantenreglement 1935
van toepassing te doen zijn, d.w.z. dat
zij dus een wettelijk recht zullen ver
krijgen om na beëindiging van voor
melde dienstperiode óf te worden aan
gesteld tot beroepsonderofficier dan wel
:e worden benoemd hetzij tot burger
ambtenaar in dienst van het rijk, pro
vincie of gemeente enz., hetzij tot spoor
wegambtenaar in dienst van een der
Ned. Spoorwegmaatschappijen. Gega
digden kunnen op schriftelijk verzoek
aan den corpscommandant ter zake na
dere inlichtingen bekomen. Zij die reeds
in voorschreven aangelegenheid een
verzoek rechtstreeks aan het departe
ment van defensie inzonden, zullen
zich alsnog tot hun corpscommandan-
tcn hebben te wenden.
Vervolg der feestelijkheden
bij het 270*jarig bestaan
ROTTERDAM, 11 December. De
feestelijkheden ter viering van het 270-
jarig bestaan van liet korps mariniers
zijn vanmiddag voortgezet met een thé
dansant in hotel Weimar, die werd aan
geboden door den chef van het korps,
kolonel C. J. O. Dorren en zijn echtpe-
noote.
Vanavond werd er een feestvoorstel-
ling in het Capitol theater aangeboden
door het comité uit dc burgerij. De
avond werd door het geheele korps bij
gewoond. Aanwezig waren ook vele
gasten, reserve-officieren van land- en
zeemacht, notabelen van Rotterdam.
Onder de hooge gasten bevond zich de
schout-bij-nacht Kruys.
De avond werd geopend met het zin
gen van het Wilhelmus. Kolonel Dorren
heeft een welkomswoord gesproken en
laarbij dank gebracht aan het comité
uit de burgerij. Spr. deed voorlezing
van een brief, van H.M. do Koningin
ontvangen, waarin H.M. dank zegt voor
het gisteren gezonden telegram van aan
hankelijkheid der mariniers aan het
Vorstenhuis. De kolonel heeft daarna
in een groote rede de historie van het
korps mariniers verhaald, waarbij hij
op de grootsche feiten het licht heeft la
ten vallen.
Voordat de pauze Inging, heeft de
heer D. G. van Beuningen, 'voorzitter
van het comité uit de burgerij, den ko
lonel, de officieren, onder-officieren en
manschappen toegesproken en als hul
deblijk een groote aquarel, voorstellen
de het verblijf van de mariniers in Saar-
brücken, aangeboden. Kolonel Dorren
heeft voor dit huldeblijk op hartelijke
wijze dank gezegd.
Het programma van den feestavond
bevatte o.a. het optreden van den dich-
ter-zanger Speenhoff; ook werd een
Shirley Temple-film vertoond.
Na de voorstelling in „Capitol" was
er in de dancing-Pschorr een marine
bal, waartoe de officieren van het jubi-
leerende korps en hun gasten waren
uitgenoodigd.
DE OSSCHE BENDE
Twee leden ervan staan terecht
voor de Roerraondsche
rechtbank
ROERMOND, 11 Dec. Voor de recht
bank te Roermond stonden gisteren
twee leden van de Ossche bende te
recht, die evenals vele anderen tegen
de lamp waren geloopen door de be
kentenissen van A. den Brok.
De eerste was de 50-jarige rijwiel
handelaar Th. Manders uit Gemert. In
den nacht van 27 op 28 Maart 1934 was
hij met eenige Ossche misdadigers,
waaronder Dikken Toon de Soep, Den
Brok en den „Klits" naar de boerderij
van Van der Ven getrokken, terwijl
verdachte buiten den wacht hield, gap
ten de overige lieden 1500 gulden. Van
dit bedrag kreeg verdachte 100.— als
belooning. Bovendien heeft hij een be
drag van 1000.—, dat van deze dief
stal afkomstig was, in bewaring geno-
cn.
Verdachte bekende het hem tenlaste
gelegde.
De Officier van Justitie Mr. Rietor
eischte drie jaar gevangenisstraf.
De verdediger Mr. Paul Tripels pleit
te clementie.
De tweede verdachte was de 33-ja-
rige metselaar A. Endevoets, eveneens
uit Gemert. Met dezelfde troep Osse-
naren was hij in begin Maart 1935
mee gaan inbreken in do woning van
den landbouwer J. Verhagen te Schijn-
del. Verdachte had hier 10.— gesto
len. Ook hij bekende het hem tenïaste-
gelegde. Hij is er eveneens ingedraaid
door de talrijke bekentenissen van den
Brok. Reeds jarenlang heeft de Roer-
mondsche justitie op dezen verdachte,
evenals trouwens op Manders, geloerd,
maar ondanks sterke aanwijzingen
was er nooit voldoende bewijs bijeen
te krijgen.
De eisch tegen Endevoets luidde
eveneens drie jaar gevangenisstraf.
Ook in deze zaak pleitte mr. Tripels
clementie.
De rechtbank zal op 24 December a.s.
uitspraak doen.
„Critiek in de hooge in*
stanties kwam niet
te pas"
Friesch Dagblad, anti-revolutionnair
dagblad in Friesland, zegt van het ver
trek van prof. dr. H. Visscher onder
meer het volgende: „Als wij onze na
tuur lieten spreken, dan zouden wij bij
na een zucht van verlichting slaken,
dat deze man. die èn bij Kuyper èn bij
Coïijn de volle erkenning vond van
zijn rijke gaven en vooraanstaande po
sitie, maar die vaak meer een frondeur
dan een medestrijder was. eindelijk
zijn tweeslachtige houding heeft laten
varen."
Prof. Visscher antwoordt hierop in
het Geref. Weekblad: „Prof. Visscher
heeft tientallen van jaren gewaar
schuwd. Dat kwam in de hooge instan
ties der partij niet te pas. Daar gold,
dat men blindelings moest doen, wat
iedereen deed, al ging het lijnrecht In
tegen de gezonde rede en de eerste be
ginselen van het politiek belang. Wie
dat nu maar deed, die krijgt to zijner
tijd wel eens de koek, en wie het wei
gerde, die kreeg zelfs vóór zijn tijd de
gard. Ik weet het: critiek is in die krin
gen niet geoorloofd. Een waarschuwing
wordt er. als het met do begeerten niet
strookt, niet op prijs gesteld. Welnu,
het Friesche Dagblad moge de vraag
overdenken: Waar zijn ulieder profe
ten. die geprofeteerd hebben, dat Babels
heirmacht niet kan komen? Laat ons
denken aan het woord van den
psalmist: Nochtans heb ik gedacht om
dit te mogen verstaan, maar het was
moeite in mijn oogen, totdat ik in Gods
heiligdommen inging en op hun einde
merkte. Welnu, hij lette dan op het
einde van een veeljarig proces van ver
wording en doe zijn oogen schouwen
in den afgrond, die voor onze voeten
gaapt. Misschien zal hii dan hegrijpen,
waarom ik de Hervormde gezindheid,
zooals Groen die verstond, opriep tot
aaneensluiting op de basis onzer al
oude Gereformeerde confessie, tot een
leven uit die beginselen cn naar die
beginselen in dc overtuiging, dat al
leen in wederkeer behoudenis kan wor
den gevonden."
In Nieuw Kerkelijk Leven, het orgaan
van Kerkherstel. wordt ter zake opge
merkt: „Deze scheuring wordt zeker
algemeen met leede oogen aangezien.
Gaat het zoo door, dan leidt dit recht
streeks tot den ondergang van het
parlementaire stelsel. Speciaal zij. die
ook in het staatkundige leven begeeren
of pogen terug te grijpen op Gods
Woord, slaan een poover figuur. Uit
het krantenverslag werd niet duidelijk
wat nu eigenlijk de oorzaak was van
deze nieuwe splitsing. Eenerzijds hoor
den wij: de Hervormde anti-revolution-
nairen worden stelselmatig gepasseerd
bij allerlei benoemingen. Anderzijds:
de A.R. maakt geen ernst met art. 36
der Nederl. geloofsbelijdenis, heeft
zelfs geen commissie willen benoemen
om deze zaak te onderzoeken. Wat is
het nu geweest? Het tweede is princi
pieel, het eerste is toch eigenlijk
banaal. Zou de bom ook gebarsten zijn.
als de Hervormden niet voor allerlei
benoemingen waren gepasseerd? De be
langen van de Hervormde anti-revolu-
tionnairen geschaad. Wij moeten zeggen,
dat dit ons weinig kan interessceren.
Wij zouden het gewichtiger hebben ge
vonden, indien de vraag was opgewor
pen, of door een bepaalde politiek
mogelijk ook de belangen van de Her
vormde kerk waren geschaad! Want
ook al was ons land bezaaid met. Her
vormde burgemeesters, notarissen,
rechters, dan zouden wij omtrent dit
punt nog niet rustig zijn."
HOUTMAGAZIJN AFGEBRAND
GELEEN, 11 Dec. Hedenmiddag te
omstreeks drie uur is het hóutmagazijn
van den heer Hoofs, gelegen nabij het
station te Lutterade, totaal afgebrand.
Behalve een groote voorraad hout en
andere bouwmaterialen gingen een
vrachtauto en enkele machines in de
vlammen op. De politiebrandweer
slaagde erin de belendende perceelcn
te behouden.
De heer Hoofs, die een poging deed
om nog het een cn ander te redden,
liep daarbij ernstige brandwonden op
aan beide handen.
De brand is vermoedelijk ontstaan tij
dens het vullen van de auto met ben
zine. Verzekering dekt de schade.
Amendementen der heeren
Suring c.s., Thyssen en
Ter Laan
De heeren Suring c.s. hebben een ge
wijzigd amendement ingediend op het
wetsontwerp tot verlaging van de open
bare uitgaven voor het onderwijs.
Het eerste amendement beoogt buiten
twijfel te stellen, dat een onderwijzer
met voorloopig pensioen zich het uit
zicht op gezinspensioen kan verzekeren
tegen een bijdrage van 5V*
Voorts is een tweede gewijzigd amen
dement ingediend strekkende om im
peratief te bepalen, dat in de gevallen,
dat indien en zoolang het hoofd der
school of de onderwijzer een of meer
minderjarige kinderen te zijnen laste
heeft en indien en zoolang het aantal
voor pensioen in aanmerking komende
dienstjaren van het hoofd deT school of
den onderwijzer minder dan 36 be
draagt, de indirecte verplichting, om op
60-jarigen leeftijd voorloopig pensioen
aan te vragpn, niet bestaat.
Door dezelfde Tweede Kamerleden is
een ander gewijzigd amendement inge
diend op genoemd wetsontwerp.
Voorgesteld wordt na par. 15 in te
voegen een par. 15bis. De daarin ver
vatte bepalingen beoogen aan het werk
zaam zijn van een gehuwde onderwijze
res of het genieten van wachtgeld door
haar een einde te maken wanneer dit
zonder overwegende bezwaren voor de
belanghebbenden mogelijk ls.
Het toekennen van voorloopig pensi
oen aan 60-jarige onderwijzers, zoo mer
ken de voorstellers in de Memorie van
Toelichting op, wordt door de regeering
voorgesteld om het te werk stellen van
wachtgelders en werklooze onderwijzers
te bevorderen De voorstellers zijn van
meening, dat naast dezen maatregel,
die ook niet zonder bezwaar kan wor
den geacht, niet mag worden verzuimd,
eveneens ter verruiming van werkgele
genheid bij het onderwijs de gehuwde
onderwijzeres niet kost-winster te ont
slaan.
Aansluiting is gezocht aan de bepa
lingen. welke bij het toekennen van
voorloopig pensioen ter voorkoming van
onbillijkheden zijn voorgesteld.
Door de heeren Thijssen en K. ter
Laan zijn drie amendementen ingediend
op het wetsontwerp tot verlaging van
de openbare uitgaven voor het onder
wijs.
De bedoeling dezer drie amendemen
ten is, voor de plattelandsscholen de
werking van het in artikel 1 van par. 7
voorgestelde te verzachten door daar
voor de kleine scholen ongeveer de be
staande leerlingenschaal te handhaven
en de z.g. „centrale scholen voor zeven
de en achtste leerjaar" wat de leerlin
genschalen betreft, te behandelen als
U.L.O.-scholen.
DEN HAAG, 11 December. Met het
oog op het naderend Kerstfeest worden
in dezen tiid talrijke pakketten met ge
schenken naar Duitschland verzonden.
De aandacht van de afzenders wordt
er op gevestigd, dat in Duitschland in
het algemeen zcér hooge invoerrechten
worden geheven, in het bijzonder^ voor
genaaide geweven goederen, tricota
ges e.d. en tabakswaren en voor de
laatste bovendien een zéér hooge ta
baksaccijns.
Het gevolg is dat deze pakketten
door de geadresseerden meermalen wor
den geweigerd, zoodat de pakketten
worden teruggezonden. De afzenders
moeten dan bovendien nog de terug-
zendingskosten betalen.
Bii de aanbieding hier te lande van
franco pakketten (voor Duitschland),
die aan hooge invoerrechten onderhe
vige goederen bevatten, zal een waar-
worden om den P.T.T, dienst tegen
horesom van ongeveer 25.geheven
verlies te vrijwaren.
DE TARIEFWET
Bij K.B. is bepaald, dat de nog niet
in werking getreden artikelen der ta-
riefwet 1934 in werking treden met in
gang van 1 Jan. 1936, op welk tijdstip
de tariefwet 1924 vervalt.
95. Het beest was met een kettinkje aan Bert's vinger be
vestigd. Plotseling draaide Pat, die voor Bert uitliep zich om
en hield een klein doosje onder zijn neus, waarop hij zei:
„ruik eens Bert", waarop deze een flinke portie niespoeder
naar binnen kreeg en als een bezetene begon te niezen.
96. Het werd een ware paniek. De papagaai krijschte en
zijn eigenaresse schoot als een bezetene op hem toe. Mijn
arme Lorre, geef gauw mijn Lorre hier. Keetje's karrepaard,
door het rumoer schichtig geworden, deed een sprong en .zijn
berijdster wipte van zijn rug.
EC-TECHN. INSTITUUT
IN GELDERLAND
Rapport der studiecommissie
verschenen
In de zitting van 10 Januari 1935
hebben de Provinciale Staten van GcF
derland besloten een commissie te be
noemen, die het vraagstuk inzake de
oprichting van een oeconomisch-techno-
logisch instituut en van een industrie-
bank in studie zou nemen. .Bij besluit
van Gedeputeerde Staten van Gelder
land van 26 Februari d.a.v. werden de
leden van de commissie benoemd.
De commissie is thans met haar ar
beid gereed gekomen en heeft de resul
taten van haar onderzoek en van haar
overwegingen neergelegd in een zeer
uitgebreid rapport met bijlagen, dat zij
aan de Staten heeft ingezonden, deze
in overweging gevende aan de daarin
vervatte denkbeelden uitvoering te ge
ven en tot publicatie van het rapport
over te gaan.
De commissie h'eeft gemeend de
hoofdlijnen en'conclusies van haar ar
beid in het kort te moeten formulee
ren. Zij geeft den Staten in overwe
ging:
1. in het leven te roepen een stich
ting, den Gelderschen Industrieraad,
welke tot taak zal hebben de bestaan
de en nieuw op te richten industrieën
in de provincie Gelderland van voor
lichting te dienen, niet alleen bij de
technische, maar ook bij de oeconomi-
sche vraagstukken, welke xich voor
doen.
2. Ged. Staten te machtigen wanneer
zij dit wenschelijk achten op te richten
een N.V. de Geldersche Industriebank,
welke tot taak zal hebben het verschaf
fen van lange credieten aan de bestaan
de of nog op te richten Geldersche In
dustrie.
3. Ten behoeve van den genoemden
Industrieraad een bedrag van 1000
als stichtingskapitaal te fourneeren en
jaarlijks tot weder opzeggens de som
van maximum 20.000 beschikbaar te
stellen.
4. Voor deelneming in het. stamkapi
taal van genoemde Industriebank een
bedrag van 50.000 en tevens ah be
drijfskapitaal de som van 100.000 be
schikbaar te stellen.
5. De verdere uitwerking van dit be
sluit op te dragen aan Ged. Staten van
Gelderland onder gehoudenheid zich
hierbij zooveel mogelijk te richten naar
de hoofdlijnen in voormeld rapport
aangegeven.
KERSTBOOMEN OP DE STATIONS
Naar wij vernemen zullen weder,
evenals het vorige jaar, op enkele groo-
tere stations der Ned. spoorwegen, met
het a.s. Kerstfeest, kerstboomen wor
den geplaatst.
Op ecnigc stations komen ze in de
wachtkamers, op andere op de perrons.
Zorg, dat gij den meestcn eerbied
kunt hebben voor uzelf; gij hebt hem
altijd bij u.
Cato.
Naar 't Engelsch van J. S. FLETCHER
door mr. H. J. P. H.
39
HOOFDSTUK XXII
Eer... en beproeving
Terwijl Bew veilig en wel op wacht
lag in de heide cn voor het lange wach
ten eenige afwisseling zocht in het be-
studeeren van het dierenleven om zich
hoon en van de drijvende wolkenge
vaarten langs dc blauwe lucht, was
Oliver Carsdale zijn gewone dagelijk-
sche ronde door zijn fabriek in Ilalfirth
aan het doen. En hoe verder de vree-
selijke avond, waarin Louis hem was
komen waarschuwen, in het verleden
verzonk, des te meer herwon hij het
vertrouwen, dat zijn eigen energie het
aan zijn vijand onmogelijk gemaakt
had oin zijn wraakplannen te volvoe
ren. Hij vertrouwde op Naylor Bcw. op
het aanplakbiljet, dat duizend pond be
looning beloofde aan de steeds naar
meer geld hunkerende inwoners van de
stad en bovenal in den troep bewa
kers, die hij hij den dam had aange
steld. Hij wreef zich in de handen toen
hij dat alles aan Rawlinson vertelde
„Dat is wel een van de beste invallen
geweest, die ik ooit in mijn leven ge
had heb. Rawlinson. bad hij dien mor
gen nog gezegd, toen hij met zijn gast
naar de stad reed, „ik zou wel eens
willen zien. of er iemand op den dam
zou durven komen, als mijn jongens
hem bewaken! Ik heb ze allemaal zelf
uitgezocht... het zijn betrouwbare ke
rels, zonder uitzondering. En voor die
lui zelf is het geen onaardig baantje
ze krijgen hun driedubbele loon en ze
hebben eens wat anders te doen. Ik heb
ervoor gezorgd, dat ze alles hebben
wat zo maar kunnen verlangen. Over-
dag hebben ze feitelijk niets te doen en
's' nachts houden ze om beurten de
wacht! Ik' verzeker u, tfat ze zich niets
zullen laten ontglippen!"
„U bent zeker vanmorgen al bij don
dam geweest?" vroeg Rawlinson.
„Ja, al vroeg... ik heb zelf dc ronde
gedaan. Alles in ordezo hadden
niemand gezien cn niets gehoord. Ze
hebben den heelen nacht de wacht ge
houden op allo plekken, waar maar
eenige schade kon worden toege
bracht twee aan twee cn dan in
ploeg van zes. Neen, man, zoolang mijn
mannen daar waken, zal niemand met
zijn vingers aan dien dam komen!"
„Maar.... hoe lang moet dat zoo
voortduren? U kunt uw menschen daar
toch niet eeuwig en altijd de wacht la
ten houden?"
„Ze blijven daar, totdat dc man, dien
ik van den aanslag verdenk, gevat is."
zei Oliver grimmig, „of dat nu een
week of een maand of een jaar duijrt!
Ik waag er niets oper staat te veel
op het spel. Maar ik hel) er alle hoop
op, dat we dien kerel binnenkort wel
te pakken krijgen. Ik heb een man aan
het werk gezet, die hem wel zal op
sporen. En dan kijk daar eens!"
De auto reed door een der buitenwij
ken van dc stad en Rawlinson. kijkend
in dc aangewezen richting, zag een
groep vrouwen en kinderen met open
mond staan kijken naar een pas opge
plakt biljet tegen een muur. In groote
cijfers stond er het bedrag der premie
op vermeld.
„Ik heb dat biljet door de heele stad
en de omstreken laten verspreiden," zei
Oliver, „ik heb den drukker den hee
len nacht door laten werken, en hem
een paar man extra laten nemen om
het overal te verspreiden. Het zou me
heel erg verwonderen, als het geen re
sultaat had. Ik ken de lui hier door en
door. Als je hun duizend pond voor
houdt. dan beginnen ze te watertanden
als een hond, die een mergpijp ruikt! Ze
zouden er hun eigen vader en moeder
voor verkoopenlHalf Ilalfirth ont
popt zich als detective voor do dag om
is en ze zullen allo hoeken en gaten
doorsnuffelen Gisteravond was ik
echt geschrokken, maar het kwam ook
zoo onverwachts. Maar nu is het wat
andersnu kan ik ten minste weer
wat doen! U doet vandaag zeker zaken
hier in de stad, is het zoo niet? Heb ik
u dat niet hooron zeggen?"
„Vandaag... ja... den heelen dag!"
antwoordde Rawlinson. „Er is anders
niet veel te doen een paar bezoeken
vanmorgen en dan nog een of twee
vanmiddag... daar zal het wel mee
uit zijn!"
„Kom dan met me lunchen in de
Griffin", zei Oliver. „Precies om half
één. Vraag maar naar mijn eigen ka
mer... die houden ze altijd In gereed-
lieid voor mij en een of anderen gast".
„Uitstekend!" zei Rawlinson lachend.
..Maar mei oen kleine verandering dan
altijd We zullen uw kamer nemen
maar u moet mijn gast zijn!"
„Vooruit dan maar!" zei Oliver. „Zoo
als u wilt. Maar... precies om half
één
Om half één stond Rawlinson voor
het raam van de kamer in de Griffin
uit te kijken, nadat hij besteld had. wat
hij hebben wilde. Over het Marktplein
zag hij Oliver aankomen en het kwam
hem voor, dat hij over het een of an
der bijzonder opgewonden was. Hij had
een hoogroode kleur en glinsterende
oogen en zoodra ze aan tafel zaten,
haalde hij een brief uit zijn zak en
reikte dien met een trotsch lachje aan
Rawlinson over.
„Dat vond ik vandaag op mijn kan
toor", zei hij. „Onverwachts, hè? Ja,
voor mij ook. Eerlijk gezegd ben ik door
een brief nog zelden zoo over stuur ge
weest, als door dezen. Het is anders
wel, wat je noemt, een groot eerbewijs,
nietwaar?"
Rawlinson nam den brief op. Hij was
maar kort. Hij kwam van den vice-kan-
selier van een der beide universiteiten,
door Oliver kortelings zoo rijk begif
tigd, en deelde in een paar korte zin
nen mede, dat de senaat besloten had
om hem, als erkenning voor wat hij
voor dc volksontwikkeling gedaan had,
den titel van doctor honoris causa te
verleenen.
„Hoera!" riep Rawlinson uit, hem de
hand over tafel toestekend. „Dat is
werk! Dat is een eer, die wel verdiend
is en... ik drink op de gezondheid van
dr. Carsdale!... Dr. Carsdale... pro
sit!"
„Ah zoo... is het dót?" zei Carsdale
cn voegde er vertrouwelijk aan toe. „Zie
je, ik heb drommels weinig verstand
van al die geleerde termen van zoo'n
universiteit. Ik snapte eigenlijk niet
eens goed, wat ze bedoeldenalteen
maar dat het wel een eerbetoon 'zou
zijn... Zoo... en dat doctor... laat
eens zienjuist, doctor honoris cau
sa. zeg. wat beteekent dat eigenlijk?"
„Maar mijnheer", zei Rawlinson grap
pig deftig doende. „Dat beteekent, dat
u den ceretitcl van doctor wordt ver
leend. zonder dat. u er examens voor
behoeft to doen en dat u er mettêliijd
heen zult moeten gaan. een toga en een
baret aanschaffen en u in een Latijnsche
toespraak moet laten verheerlijken... en
dan voortaan dr. voor uw naam schrij
ven... Nu, ik wensch u er geluk mee...
het is in elk geval wel verdiend!"
„Dank u... dank u. Ja, heusch, ik had
zooiets nooit verwacht... Als zc nu maar
niet van me veronderstellen, dat ik iets
aan hun wetenschap ga doen... latijn
leeren of zoo... of dat ik..."
„Ze zullen heelernaal niets verwach
ten... alleen, dat u hun een beleefd
briefje schrijft om te bedanken voor
zooveel eer. Jullie geldmenschen vlie
gen de gebraden duiven toch maar zoo
in den mond! Ja. als het zoo doorgaat,
dan kunt u nog uw eigen standbeeld
hier op het marktplein onthullen."
Oliver staarde het venster uit en
schudde liet hoofd.
,,'n Standbeeld?" zei hij bedaard.
„Och... toen ik nog een jongen was...
oen arme jongen... toen bouwde ik wel
luchtkasteelen. Ik was wel praktisch
aangelegd, maar toch ook een beetje
droomer! Ik verbeeldde me toen wel
eens, dat ik in mijn leven nog heel
groote dingen zou doen en de voornaam
ste uit Halfirth zou worden en... ja
heusch... zelfs een standbeeld zou krij
gen! En..."
.„Zoo? En...?"
„Het zou zoo wel eens kunnen uitko
men. Ik heb mijn best gedaan. En ik
veronderstel... «lat zulke eerbetuigingen
don... vanzelf komen."
..ïk denk zoo. dat u uw deel nog wel
krijgen zult," zei Rawlinson droogjes.
Ze bleven nog lang na tafel zitten
praten cn Oliver haalde veel oude her
inneringen op, zoodat het tegen vieren
liep. toen ze het hotel verlieten. Oliver
zei. dat hij om vijf uur van de fabriek
weg reed en toen Rawlinson even over
vijven nnn de fabriek kwam. kwam de
auto juist voor. Tegelijkertijd kwam
Oliver zelf in opgewonden toestand dc
fabriek uit, stapte dadelijk in en wenk
te Rawlinson het eveneens te doen. Hij
zag er vreeselijk ontdaan uit cn zoodra
ze op weg waren, vroeg Rawlinson:
„Wat is cr aan de hand? Toch geen
ongeluk..."
Oliver maakte een gebaar van wan
hoop en kon bijna niet uit zijn woorden
komen.
„De kleine jongen... mijn kleinzoon...
Renin helde juist op... gestolen... ont
voerd!... Goeie genade, man... als er met
hem toch iets gebeurt... dan word ik
nog gek!... Ik heb al mijn hoop op dien
jongen gesteld! En dan te moeten den-
Ken, dat hij in handen van ddt volk zou
gevallen zijn..."
„Is dat alles, wat u er van weet?"
vroeg Rawlinson.
„Ja, niet veel... maar meer dan ge
noeg!" kreunde Oliver. „Bcnia zei... dat
het kindermeisje huilend terug kwam
met do boodschap, dat bet kind was
verdwenen... haar ontstolen was... op
de heide. Ik had geen geduld om nog
langer toe te luisteren... ik wist ge
noeg... Dat heeft die heks... die Miriam
Schnrpe gedaan! En als zij dat kind...
groote genade... ze is in staat om het
te vermoorden!"
„Kom, kom... laten we nu niet dade
lijk het ergste verwachten! Misschien
ais we thuis komen, dat we wel betere
berichten hooren!" troostte Rawlinson.
Maar zoodra de auto voor het huis
stopte, begreep hij al dadelijk, dat er
geen hetere berichten waren binnenge
komen. Renia stond al op de stoep te
wachten en kwam dadelijk naar de auto
toe.
(Wordt vervolgd).