De nieuwste filmtechniek al
40 jaar oud
De kleurenfilm
WAT MANKEERDE ER
AAN DE FILM?
,,D'
MERKWAARDIGE
VERGISSINGEN
MET DE CAMERA
IN SPANJE
TIJDSCHRIFTEN
HET ZORGENKIND
DER STUDIO'S
De eerste vertooningen
waren een lachsucces.
Uitvindingen en teleur*
stellingen
HET wordt ernst met de kleurenfilm,
haar komst is onafwendbaar. De
patenthouders verkondigen het,
de filmproducers bevestigen het en de
filmsterren knikken instemmend. Ze
berusten in hun lot, dat hen voortaan
onder een verlichting zal laten werken,
die tweemaal zoo sterk is als de tot. nu
toe gebruikte, die menig rimpeltje zicht
baar zal maken en die een einde schijnt
te zullen maken aan de dikke laag
makc-up waarmee do gelaatskunste
naars van filmland wonderen verricht
ten.
De nieuwe techniek blijkt plotseling
niet meer te duur te zijn, de vroeger ge
opperde bezwaren zijn verdwenen de
nieuwe toepassing is geadopteerd.
Kleurenfilm is echter niet nieuw, in
tegendeel, zij is al aan haar veertigsten
.verjaardag toe.
Op den 20sten Mei 1895 werd in New-
York op Broadway een galavoorstelling
gegeven, waar een ondernemende bios
coopdirecteur de eerste „bewegende"
kleurenfilm vertoonde. Volgens de be
richten uit dien lijd, moet dit product
kort, met de hand geschilderd en bui
tengewoon leclijk zijn geweest. Er was
echter een Londenaar, Robert Paul, die
zich door dit eerste fiasco niet liet ont
moedigen. Ilij vatte het plan op een
zeven acten lange film „The miracle"
met de hand te kleuren. Het gerucht,
dat dc man geestesziek geworden is
lijkt alleszins aannemelijk, wanneer
men weet, dat hij niet meer dan 112000
afzonderlijke beeldjes beschilderen
moest. Hij hield liet kleuren dan ook
niet langer dun acht maanden uit. Toen
kreeg hij kramp in zijn rechterhand en
was hij half blind. Inmiddels liad hij
een goed idee gekregen: hij vervaardig
de schabionen en liet met behulp daar
yan ccn aantal meisjes zijn arbeid vol
tooien. Nog jaren na dien heeft men
Paul's schablonon gebruikt om films
Wild West, nummers vooral een op
windende bontheid te geven.
Met dat al bleef de kleurenfilm een
kasplantje. In dc Hollywoodsche labora
toria werd weliswaar druk geëxperi
menteerd, maar al die proeven liepen
op grootc mislukkingen uit. Geen van
cie vele uitgedachte systemen bleek in
de praktijk bruikbaar te zijn. Er is bij
voorbeeld een „Cinemacolor"-systeem
geweest, dat eens voor een gezelschap
deskundigen is vertoond. Het werd een
lachsucces.
Pas in 1916 werd een nieuwe weg ge
vonden en dc .Prisma" kleur verving
de Paul-schablonen om kleine doelen
van films van kleur te voorzien. Dit
systeem leefde tot 1923 en toen trok een
nieuwe, door dr. Herbert Kalmus uitge
dachte, methode dc aandacht. Ilij was
er met de technici van het instituut in
Massachuclvets in geslaagd een twee-
kleurenstelsel, met dubbele lens tot een
hoogen graad van bruikbaarheid op te
.voeren en verbaasde dc wereld met
„Toll of the sea", waarin Anna May
Wong de hoofdrol speelde. Nog enkele
films werden volgens de nieuwe metho
de vervaardigd: „Wanderer of the Wast-
land" en „Black Pirate" met Douglas
Fairbanks, maar spoedig luwde de be
langstelling weer: het geluid nam alle
Elisab.dll Bergner en ltomney
Brent hebben ruzie. Een scène uit
de nieuwe film, waarin Elisabeth
Bergner, onder regie van Paul
Gzinner optreedt. liet moet een
werk in het genre van haar bi-
kende „Der traumundc Mund"
worden. De titel is „Dreaming lips"
(Trafalgar)
aandacht in beslag. Maar nauwelijks
had men de moeilijkheden met het ge
luid zoo goed mogelijk opgelost of plot
seling was de kleur wéér noodig. Dat
valt te verklaren, want met de invoe
ring van het geluid wist men geen weg
meer met de pas verworven kennis van
de film. Men wierp alles wat men in
een moeilijken ontwikkelingsgang had
verworven, weer overboord, vergat, dat
de film haar eigen uitdrukkingsvormen
en -mogelijkheden heeft en greep weer
terug naar de aloude verfilming van
tooncel-achtigc scènes, die ook de eer
ste stomme films kenmerkten. Het was
bovendien een tijd van hoogconjunctuur
en de film konden dus niet mooi genoeg
zijn: „Golddiggers of Broadway", „Sal
ly" en „King of Jazz" ontstonden met
nog een half dozijn andere werken,
waarvan de titels al weer vergeten zijn.
Ze „deden" het niet bizonder, het was
een aantrekkelijk kijkspel, iets, dat men
gezien moest hebben, maar daarmee
uit. Bovendien klonken uit Wallstreet
weldra de woorden „bezuiniging" en
„verliezen", zoodat het dure pleegkind
spoedig weer verdween.
De toovenaar en andere
pionniers
De kleurenfilm bleef vergelen tot
Walt Disney, de vader van Mickey
Mouse met een nog onbekend driekleu-
rensysteem begon te werken en de
„Three little pigs" dc wereld in zond.
Deze drie kleine grappige varkentjes
maakten een zegetocht, ze vermaakten
iedereen en bewezen, dat een goede
kleurenfilm geen hersenschim meer was.
Iemand, die een volkomen leek was,
maar veel geld en nog meer onderne
mingsgeest bezat John Whitney
vestigde na het succes van de gekleurde
biggetjes in Hollywood een 'maatschap
pij voor drie-kleuren films, werd er
president van en verdient op het oogen-
blik nog aan dc eersteling van zijn on
derneming „La Cucaracha", welke in
1934 gereed kwam.
Walt Disney maakte nog meer ge
kleurde toekenfilmpjes, anderen volg
den zijn voorbeeld en dat. werd de film-
magnaten te bont. Zij lanceerden de
eerste driekleurenfilm van groot for
mant: „Becky Sharp", die technisch
goed was, veel te bonte kleuren bezat,
maar, zij het vaag, den weg wees naar
wat in de toekomst ongetwijfeld moge
lijk zal zijn.
Walter Wangcr zag deze mogelijkhe
den en maakte „The trail of the lone
some pine", waarin hij de grootste moei
lijkheid van dc kleurenfilm: buitenop
namen. volkomen oploste. Meer nog:
zijn buitenopnamen waren beter dan de
tot dusver getoonde binnenopnamen.
„Dancing Pirate", dc derde kleurenfilm
was technisch nog beter cn nog fraaier
van kleur. De wonderlijke avondstem
mingen en het Mexikaansche landschap
bewijzen, dat twijfel aan de artistieke
waarde van de kleurenfilm in principe
ongegrond is.
Optimisme
Na deze successen hadden de produ
cers genoeg optimisme verzameld om de
nieuwe techniek niet meer duur te vin
den, hoewel er toch nog prijsverschil is:
een meter zwart-wit film kost, met ont
wikkelen mee toch steeds nog de helft
van wat men voor dezelfde lengte aan
kleurenfilm moet betalen. De ingewik
kelde opnametechniek maakt de kleu
renfilm kostbaar, maar een film als
„The trail of the lonesome pine" is met
600.000 Dollar niet duurder don een
zwart-witte film met een eerste klas be
zetting.
De productieprogramma's van Holly
wood voor het seizoen 1936/37 kondigen
veertig groote kleurenfilms (die in een
programma als hoofdfilm zullen die-
len dienen) aan. Twaalf daarvan zijn op
kleinigheden na gereed, terwijl boven
dien nog zoo iets van tweehonderd tee-
ken- truc- en muziek-films worden
vervaardigd, waaruit blijkt, dat Holly
wood „alle hens aan dek" heeft geroe
pen om de projectieschermen over de
gcheele wereld van kleur te voorzien.
De plastische film
Wanneer men over nieuwe filmtech-
nick spreekt komt vanzelf ook de plas
tische film naar voren, ook nog een wie-
gekind van de filmindustrie, dat den
aanvalligen leeftijd van ongeveer vijf
tien jaar al heeft bereikt. Plastische
films kent men al lang, volgens het
systeem van Lumière in twee kleuren
opgenomen. Korten tijd geleden heeft
men nog weer eens een poging gedaan
en een bij film vervaardigd, in het be
kende groen-rood systeem (de kleuren
waren iets anders) dat ook bij de al ja
ren bekende anaglyphen werd toege
past. Men moest dit filmpje ook door
ccn gekleurden bril bekijken en, de il
lusie was volkomen, hoewel dit stelsel
in do praktijk nooit in groote mate zal
wórden toegepast, omdat het met zijn
brillen en storende kleurenmengeling te
veel' hindernissen oplevert.
Deze films berustten alle op het be
kende principe van de stereoscoop
waarbij het te filmen voorwerp, met
twee objectieven wordt opgenomen, wel
ke theoretisch met de twee oogen van
den mensch overeenkomen.
Nu is in Hamburg eenigen tijd ge
leden een speciaal kleur- en klank-film
congres gehouden (onder leiding van
prof. dr. Georg Anschütz-, waar enkele
technische nieuwigheden werden ver
toond, waaronder in het bijzonder een
nieuwe methodo om films plastisch te
vertoonen, van den Berlijnschen archi
tect Th. P. Etbauer sterk de aandach:
heeft getrokken.
Etbauer volgt niet den weg van het
dubbele beeld, integendeel hij wil met
enkele beelden toch het diepte-effect
suggereeren. Ilij gebruikt een waaier
achtig projectiescherm (hoe dat er pre
cies uit moet zien blijkt niet uit de
mededeelingen welke aangaande deze
proefnemingen bekend zijn geworden)
en twee spiegels, welke met een hoek
van 15 graden op het scherm staan.
Iedere willekeurige film kon zoodoende
„plastisch" worden gemaakt, waarbij
een groot voordeel is, dat volstrekt geen
extra kosten behoeven te worden ge
maakt. Het stelsel, waarmee men op
het oogenblik nog aan het experimen
teeren is werd door vaklieden met veel
waardeering ontvangen. Binnenkort
denkt men het in praktijk te brengen,
Wanneer deze vinding inderdaad de
plastische film mogelijk maakt zou ze
het ei van Columbus zijn, wat niet weg
neemt, dat het heele systeem van den
Berlijnschen architect eigenlijk op ge
zichtsbedrog berust.
Maar is men er in een film ooit zeker
van niet op een ingenieuse manier bij
den neus genomen te worden?
Ook Richard 'lauber is weer aan het filmen. Hij werkt
aan de opnamen voor „Land without music", waarin hij
met zijn cchtgenootc Diana Napier de hoofdrol vervult.
(Capitol).
Walter Wanger
V oor al tegen de geschiet
denis wordt nogal eens
gezondigd
FOUTEN zijn er in films geweest,
zoolang de bioscoop bestaat en ze
zullen er wel altijd in blijven ook,
dit zeker niet tot ongenoegen van den
scherpzinnigen bioscoopbezoeker, die
hel plezier van een formidabelen „bok"
te signaleeren zeker niet voorbij zal la
ten gaan.
Hoe die fouten kunnen ontstaan, ter
wijl de filmmaatschappijen bij menige
film met veel ophef verkondigen, dat
duizenden werden besteed aan het ver
zamelen van authentieke gegevens om
elke Inzonderheid maar in orde te krij
gen?
Er zijn fouten en fouten. In de eerste
plaats kunnen we historische onjuist
heden signaleeren, welke een gevolg
waren van gebrek aan historische ken
nis, maar daarnaast kan worden ge
wezen op verminkingen van de histo
rie, welke met opzet geschiedden, ter
wijl iedereen beter wist. Do filmmaat
schappijen geven dit ook wel toe en wij
zij er dan op, dat aan het effect de his
torie is opgeofferd: En tenslotte zijn er
doodgewone blunders, vergissingen of
gevolgen van onnauwkeurigheid, die
soms hoogst vermakelijk zijn. Er is bij
voorbeeld eens een film vertoond, waar
in in twee scenes dezelfde klok voor
kwam. In het begin van dc film wees
het uurwerk elf uur aan. Toen ontwik
kelde zich het drama, er gebeurde van
alles en na veel meters film verscheen
weer de klok op het doek. Toen stond
die niet op elf uur, maar op tien over
half elf
Veel opvallender waren enkele ana
chronisrncn in dc film: „The dark an
gel" waarin Merle Oberon ultra-mo
derne jurken droeg, terwijl het verhaal
voor- en tijdens den wereldoorlog moest
spelen. Nog mooier was dc auto, waar
mee Fredric March haar naar Folke
stone reed in dezelfde film. Het was
een schitterende, gestroomlijnde auto,
glanzend gelakt, met groote koplam
pen, minstens twaalf cylinders en zoo
meer. Toch moest dit het eerste jaar
van den oorlog voorstellen!
Zoo komen er op gezette tijden in
films de bekende Londensche autobus
sen voor van een model, dat al jaren
uit de mode is, namelijk met open
„bovenverdieping"; dat gebeurde onder
nier nog in „I found Stella Parish."
Het is maar een weet, doch de Londe-
naars hebben het zonder twijfel opge
merkt.
Tegen de historie zijn dc zonden zonder
tal. In David Copperfield komt op een
gegeven oogenblik een banaan op de
proppen. Het gaat heel gewoon en men
merkt het nauwelijks op, maar wie
weet er ook, dat men in den tijd, dat
David Copperfield geleefd moet hebben
in Europa geen bananen at? Dat derge
lijke fouten aan het succes van een
film overigons niet veel afbreuk doen
blijkt uit „Muiterij op de Bounty",
waarin men liet ook zoo nu en dan met
kleine bizonderheden niet zoo nauw
heeft genomen. Het klinkt bijvoorbeeld
wel wat raar, als een oude
scheepsdokter als een probaat middel
tegen bacillen een flinke borrel aanbe
veelt, in een tijd, toen men zich over
bacillen en bacteriën nog geen zorgen
maakte om de doodeenvoudige reden,
dat men er nog nooit van gehoord had.
De producers maken er vaak geen
geheim van. dat ze van de historische
feitelijkheden zijn afgeweken. In „Mary
of Scotland" bijvoorbeeld speelt het
kasteel Hollyrood een voorname rol.
Bij het maken van de décors heeft men
echter geen oogenblik getracht het
echte kasteel na te maken, men in
spireerde zich eenvoudigweg op een
zestiende eeuwsch kasteel, dat de sfeer
wel ongeveer benaderde. De executie
van Mary beeft volgens dc geschied
schrijvers plaats in de groote zaal van
het kasteel Fothcringay, maar in de
film is het schavot op de binnenplaats
opgesteld. Dit zijn opzettelijke onjuist
heden. welke aan de film als geheel
vrijwel geen schade doen. Men merkt
ze niet op en de sfeer blijft gehand
haafd. Hetzelfde deed zich voor met de
zwaarden in „Captain Blood."
Dwigt Franklin, de technische advi
seur, ried vrij kleine „kortjannen"
aan, zooals die door zeeroovers ge
bruikt werden. De producer dacht er
anders over, hij wilde „effect" hebben
en bestelde zwaarden, die in grootte
wat op cavaleriesabels geleken en die
de gehcele opname bedierven. Inder
haast moesten toen wapens uit de
voorraadkamers worden gefourneerd,
die wat kleiner cn lichter waren en
waarmee de opnamen beter gelukten.
Toen de film eenmaal gereed en afge
werkt was ontdekte men. dat het per
soneel van de wapenkamer sabels had
verstrekt, die in een periode thuis
hoorden, ongeveer 200 jaar na die waar
in Captain Blood dc zeeën bevoer
Dezelfde expert Franklin heeft
ook bij de opnamen voor „Treasure
Island" geholpen. Met het resultaat, dal
de apen met cocosnooten gooiden, die
netjes afgepeld waren en zóó gereed
om naar de markt Ie gaan. Tn diezelfde
film kwam op hel geheimzinnige eiland
een apensoort voor, die alleen in Indië
leeft, terwijl er een casuaris in ver
scheen. uit wiens aanwezigheid de iet
wat met het vorige diersoort strijdige
conclusie kon worden getrokken, dat
het eiland een deel van Australië was.
De producers hebben zich er geen
zorgen om gemaakt en wie van de toe
schouwers heeft het gemerkt?.
Belevenissen van een
journaalcameraman
NAAR een telegram uit Hendaye
meldt, zou John Dored, een der ca-
mera-men, die voor Paramount
opnamen maken van den Spaanschen
burgeroorlog, gearresteerd zijn door de
troepen der rechtschen. Ofschoon hij
aanvankelijk met executie bedreigd
werd, meent men aan de hand van
nadere berichten te mogen aannemen,
dat de operateur inmiddels weer in vrij
heid is gesteld en op weg is naar
Gibraltar.
Dored (die voor Paramount o.a. de
zeer exclusieve opnamen van het op
blazen en de inneming van het Alcazar
maakte) werd door de opstandelingen
in de buurt van Naval Moral gevangen
genomen. Met een lijf wachtje van drie
man (van de regccringstroepen) was hij
uit Madrid naar het front getrokken om
opnamen te maken van de gevechtsac
tie. Bij Naval Moral ontmoette het klei
ne groepje voorposten van de Witten, cn
na ondervraging werden Dored's lijf
wachten onmiddellijk geëxecuteerd.
Dored's lot was zeer onzeker, doch hij
werd voorloopig slechts opgesloten,
afwachting van den uitslag van liet on
derzoek naar zijn persoonlijkheid.
Onmiddellijk hebben Paramount's
kantoren te Londen, Parijs en Washing
ton stappen genomen om Dored's
vrijheidsstelling te verkrijgen, wat
thans gelukt schijnt te zijn.
Dored begaf zich bij het uitbreken
der Spaansche revolutie onmiddellijk
per vliegtuig van zijn standplaats Wec-
nen naar Barcelona. In allerlei deelen
van Spanje heeft hij daarna de actie der
regeeringstroepen verfilmd.
De opdracht naar Spanje tc gaan
kreeg hij nadat hij juist een maand
thuis was van zijn zwerftochten in
Abessynië, waar liij bijna een jaar lang
gepoogd heeft den oorlog tusschen dat
land en Italië op de film vast te leggen.
Zijn gevangenneming in Spanje en de
daarop volgende bedreiging met den
dood, zijn al niet eens meer een nieuwe
sensatie voor dezen operateur.
Dored, een Wit-Rus, die eens verbon
den was aan Czaar Nicolaas' persoon
lijke staf, werd tien jaar geleden reeds
door dc Sovjets gevangen genomen,
toen hij in opdracht van Paramount
naar Rusland was teruggekeerd. Hij
werd ter dood veroordeeld, en de datum
van zijn executie was reeds vastgesteld,
toen het den Britschen ambassadeur ge
lukte zijn invrijheidsstelling te bewer
ken op voorwaarde dat hij nooit, meer
Rusland zou binnenkomen.
DE LOKDUIF
US naar de meening van den
hoofdinspecteur," zei inspecteur
Dubois tot zijn collega Bataille
zou die madame Licheneux een lokduif
zijn. Niets anders dan een lokvogel, als
een speelbal in de handen van dien
Masurkin, alias professor Lebel, alias
ritmeester De la Mériso. 't Is waar, je
weet nooit waar je met dien meester
dief eigenlijk aan toe bent. Ik hel ook
wel eenigszins over naar de opinie van
den chef, dat die vrouw onschuldig is
aan de misdaden van Masurkin, die be
weert, dat hij haar alleen maar als lok
vogel gebruikte en dat zij van zijn wan
daden absoluut onkundig is... Het is
dan ook best te begrijpen, dat wanneer
zoo'n mooie, elegante dame naast liem
in een automobiel zit, niemand op het
denkbeeld zal komen, dat die auto ge
stolen is! Niemand zal ook maar het
geringste vermoeden hebben, dat wan
neer zoo'n keurige, vriendelijke heer als
Masurkin in een autobus deze mooie
vrouw diep in de oogen kijkt cn lieve
woordjes tegen haar zegt, hij ondertus-
schen den heer naast hem een porte
feuille ontrolt... Ik ben werkelijk dc
mccning toegedaan, dat Masurkin niet
heeft gelogen toen hij zei, dat madame
Licheneux volkomen onschuldig is, en
van zijn vergrijpen beslist niets weet...
Hij was tc voorzichtig en te geraffineerd
om die vrouw ook maar iets te zeggen."
„Werkelijk, collega, ik bewonder je
scherpzinnigheid cn respecteer je in
zicht in deze aangelegenheid, maar toch
zou ik die dame wel eens willen zien
en spreken. Maar wij kunnen haar in
geen geval hier op het politiebureau
laten komen. Laten wij dus samen naar
het Atlantic-Hotel gaan, waar Masurkin
gisteren werd gearresteerd en daar
madame Licheneux eens laten spreken.
Toen dc beide inspecteurs de hall van
het grootc hotel betraden, was daar
alles druk in de weer. Zij lieten den
portier, dit? hen trouwens wel kende,
hun ambtspenning zien en vroegen naar
de kamer van Masurkin geleid te wor-
1en. Of zijn metgezellin nog hier was?
Ja, madame was in haar kamer; zij zou
vanavond naar Juan-los-Pms vertrek
ken.
„Dus hoog tijd", meende inspecteur
Bataille. Toen de heeren op hun klop
pen geen gehoor kregen, verschaften zij
zich ongevraagd toegang tot het appar
tement, een der meest luxueuse van het
hotel. In het eerste vertrek stonden de
groote koffers der dame, In het tweede
haalde een bediende de klecren uit de
kasten om ze in te pakken. In het salon
zat de dame voor het raam. Het eerste
wat de beide politiemannen opmerkten,
was dat het venster uitzicht bood op
den hotelingang.
„Ze heeft ons zien binnenkomen,"
fluisterde Dubois. Op het dikke Perzi
sche tapijt waren de voetstappen der
heeren onhoorbaar.
De dame, die aan het raam zat, was
buitengewoon mooi. Nu draaide ze het
hoofd om. Maar de oogen keken de
beide mannen voorbij en staarden zon
der te zien. De dame moest blind zijn.
Bataille was de eerste, die iets wilde
zeggen, maar de dame begon reeds:
„Ben jij daar weer, lieveling?" vroeg
zij. „Hebben ze je weer vrijgelaten? Is
je onschuld bewezen? Het is immers
niet waar, wat de politie van je zegt?...
Zweer mij lieveling, dat het niet waar
is!... Kom hier bij mij zitten en vertel
mij alles., èlles..."
De woorden der blinde maakten die
pen indruk op de beide inspecteurs.
Nu stond madame Licheneux op. Met
zekere, sierlijke passen, gelijkmatig, als
wou zij bewijzen, dat men haar in gezel
schap van den booswicht voor ziende
hield, kwam ze op de heeren toe. Haar
smalle hand zocht langs de kleeren van
een der beambten. Een zachte gil.
„Wie bent u... wat wenscht u... waar
om dringt u hier binnen... wat wilt u
van mij?... Tranen vloeiden uit de licht-
looze oogen, die in haar hulpeloosheid
wijd geopend waren...
„Houdt u kalm, madame," zei Dubois.
„Masurkin is nog steeds verhinderd bij
u te komen om u zijn opwachting tc
maken." Minstens twee jaren in de eel,
arm schepsel," dacht hij daarbij en
voelde plotseling sympathie voor Masur
kin, die de blinde tot iederen prijs wilde
sparen.
„Twee Jaar celstraf wacht liem," dacht
Bataille en de beide mannen staarden
tegelijkertijd naar het kostbare sieraad,
dat om den mooien hals der vrouw lag.
Dat was afkomstig van een inbraak in
een der villa's buiten de stad... En waar
dat snoer is, zou de rest van den buit
waarschijnlijk ook wel zijn.
Plotseling zei de dame, met een geheel
andere stem: „Nu goed, heeren, ik heb
het spel verloren. Ik heb vergeten den
collier af tc doen toen ik u het hotel zag
binnenkomen. Ik ben niet blind, het-
ren! Overigens, erg bijdehand ziet u er
op 't oogenblik niet uit. Ik weet al wat
u zeggen wilt: Een voortreffelijke too-
neelspeelster! Maar spaart uw compli
menten! U kwam nog juist op tijd;
Maar sta mij toe, voordat u mij arres
teert, dat ik u uw dasspeld en uw hor
loge teruggeef. Daar heb ik nu niets
meer aan. Ik heb ze van dien eenen
meneer genomen, toen ik over zijn
costuum streek. Overigens een ond
foefje van me, voor blinde te spelen.
GROOT NEDERLAND
Een Dichter van thans, aldus A. Ro
land Holst
Onder den voet geloopen dier gedrilde
drommen
van links of rechts, met in zijn ooren
hun gehuil
rauw koor van afgericht gejubel
of gejammer
bijt, meer dan zij, hij in het stof en
in het vuil
van deze wereld. In de rafels van
zijn kleeren
ziet hij zijn lange leden liggen, eens
gewend
aan andre gang dan dit bevolen
opmarcheeren,
dat hem zijn hart vertrapt, dat al wat
het niet kent
vertrapt, en zoo gekend, met honen
zou verguizen.
Onder den voet geloopen, in zijn
linkerhand
een schelp, breekbare waarborg van
het eeuwig suizen,
en in zijn rechter een glasscherf, die
de open brand
van ander licht weleer in een smal
torenvenster
doorliet, ligt hij verworpen, maar zijn
trots volstaat
met dit bewaarde i verre stem en
ijle glinster
die zullen zijn als wat nu is ten
onder gaat.
S. Vestdijk draagt een studie over
Francis Jammes en zijn kwatrijnen op
aan den dichter J. C. Bloem. .T. Gres-
hoff opent het nummer met een artikel
over Thomar, de boeiendste en overtui
gendste samenvatting van wat de Por-
tugeescho geest, in steen tot. stand
bracht. Er zijn verzen van Binnendijk,
Ha lbo C. Kool en Garmt Stuiveling. Een
verhaal van J. Slauerhoff De Cognac-
flesch en het bed van de Keizerin.
Elisabeth Bergner en Mariene Dietrich zijn oude kennissen en Mariene
heeft den laatsten tijd meermalen de opnamen voor de nieuwste film van
haar Engelsche collega „Dreaming lips" bijgewoond. (Trafalgar).