De nieuwste filmtechniek al 40 jaar oud De kleurenfilm WAT MANKEERDE ER AAN DE FILM? ,,D' MERKWAARDIGE VERGISSINGEN MET DE CAMERA IN SPANJE TIJDSCHRIFTEN HET ZORGENKIND DER STUDIO'S De eerste vertooningen waren een lachsucces. Uitvindingen en teleur* stellingen HET wordt ernst met de kleurenfilm, haar komst is onafwendbaar. De patenthouders verkondigen het, de filmproducers bevestigen het en de filmsterren knikken instemmend. Ze berusten in hun lot, dat hen voortaan onder een verlichting zal laten werken, die tweemaal zoo sterk is als de tot. nu toe gebruikte, die menig rimpeltje zicht baar zal maken en die een einde schijnt te zullen maken aan de dikke laag makc-up waarmee do gelaatskunste naars van filmland wonderen verricht ten. De nieuwe techniek blijkt plotseling niet meer te duur te zijn, de vroeger ge opperde bezwaren zijn verdwenen de nieuwe toepassing is geadopteerd. Kleurenfilm is echter niet nieuw, in tegendeel, zij is al aan haar veertigsten .verjaardag toe. Op den 20sten Mei 1895 werd in New- York op Broadway een galavoorstelling gegeven, waar een ondernemende bios coopdirecteur de eerste „bewegende" kleurenfilm vertoonde. Volgens de be richten uit dien lijd, moet dit product kort, met de hand geschilderd en bui tengewoon leclijk zijn geweest. Er was echter een Londenaar, Robert Paul, die zich door dit eerste fiasco niet liet ont moedigen. Ilij vatte het plan op een zeven acten lange film „The miracle" met de hand te kleuren. Het gerucht, dat dc man geestesziek geworden is lijkt alleszins aannemelijk, wanneer men weet, dat hij niet meer dan 112000 afzonderlijke beeldjes beschilderen moest. Hij hield liet kleuren dan ook niet langer dun acht maanden uit. Toen kreeg hij kramp in zijn rechterhand en was hij half blind. Inmiddels liad hij een goed idee gekregen: hij vervaardig de schabionen en liet met behulp daar yan ccn aantal meisjes zijn arbeid vol tooien. Nog jaren na dien heeft men Paul's schablonon gebruikt om films Wild West, nummers vooral een op windende bontheid te geven. Met dat al bleef de kleurenfilm een kasplantje. In dc Hollywoodsche labora toria werd weliswaar druk geëxperi menteerd, maar al die proeven liepen op grootc mislukkingen uit. Geen van cie vele uitgedachte systemen bleek in de praktijk bruikbaar te zijn. Er is bij voorbeeld een „Cinemacolor"-systeem geweest, dat eens voor een gezelschap deskundigen is vertoond. Het werd een lachsucces. Pas in 1916 werd een nieuwe weg ge vonden en dc .Prisma" kleur verving de Paul-schablonen om kleine doelen van films van kleur te voorzien. Dit systeem leefde tot 1923 en toen trok een nieuwe, door dr. Herbert Kalmus uitge dachte, methode dc aandacht. Ilij was er met de technici van het instituut in Massachuclvets in geslaagd een twee- kleurenstelsel, met dubbele lens tot een hoogen graad van bruikbaarheid op te .voeren en verbaasde dc wereld met „Toll of the sea", waarin Anna May Wong de hoofdrol speelde. Nog enkele films werden volgens de nieuwe metho de vervaardigd: „Wanderer of the Wast- land" en „Black Pirate" met Douglas Fairbanks, maar spoedig luwde de be langstelling weer: het geluid nam alle Elisab.dll Bergner en ltomney Brent hebben ruzie. Een scène uit de nieuwe film, waarin Elisabeth Bergner, onder regie van Paul Gzinner optreedt. liet moet een werk in het genre van haar bi- kende „Der traumundc Mund" worden. De titel is „Dreaming lips" (Trafalgar) aandacht in beslag. Maar nauwelijks had men de moeilijkheden met het ge luid zoo goed mogelijk opgelost of plot seling was de kleur wéér noodig. Dat valt te verklaren, want met de invoe ring van het geluid wist men geen weg meer met de pas verworven kennis van de film. Men wierp alles wat men in een moeilijken ontwikkelingsgang had verworven, weer overboord, vergat, dat de film haar eigen uitdrukkingsvormen en -mogelijkheden heeft en greep weer terug naar de aloude verfilming van tooncel-achtigc scènes, die ook de eer ste stomme films kenmerkten. Het was bovendien een tijd van hoogconjunctuur en de film konden dus niet mooi genoeg zijn: „Golddiggers of Broadway", „Sal ly" en „King of Jazz" ontstonden met nog een half dozijn andere werken, waarvan de titels al weer vergeten zijn. Ze „deden" het niet bizonder, het was een aantrekkelijk kijkspel, iets, dat men gezien moest hebben, maar daarmee uit. Bovendien klonken uit Wallstreet weldra de woorden „bezuiniging" en „verliezen", zoodat het dure pleegkind spoedig weer verdween. De toovenaar en andere pionniers De kleurenfilm bleef vergelen tot Walt Disney, de vader van Mickey Mouse met een nog onbekend driekleu- rensysteem begon te werken en de „Three little pigs" dc wereld in zond. Deze drie kleine grappige varkentjes maakten een zegetocht, ze vermaakten iedereen en bewezen, dat een goede kleurenfilm geen hersenschim meer was. Iemand, die een volkomen leek was, maar veel geld en nog meer onderne mingsgeest bezat John Whitney vestigde na het succes van de gekleurde biggetjes in Hollywood een 'maatschap pij voor drie-kleuren films, werd er president van en verdient op het oogen- blik nog aan dc eersteling van zijn on derneming „La Cucaracha", welke in 1934 gereed kwam. Walt Disney maakte nog meer ge kleurde toekenfilmpjes, anderen volg den zijn voorbeeld en dat. werd de film- magnaten te bont. Zij lanceerden de eerste driekleurenfilm van groot for mant: „Becky Sharp", die technisch goed was, veel te bonte kleuren bezat, maar, zij het vaag, den weg wees naar wat in de toekomst ongetwijfeld moge lijk zal zijn. Walter Wangcr zag deze mogelijkhe den en maakte „The trail of the lone some pine", waarin hij de grootste moei lijkheid van dc kleurenfilm: buitenop namen. volkomen oploste. Meer nog: zijn buitenopnamen waren beter dan de tot dusver getoonde binnenopnamen. „Dancing Pirate", dc derde kleurenfilm was technisch nog beter cn nog fraaier van kleur. De wonderlijke avondstem mingen en het Mexikaansche landschap bewijzen, dat twijfel aan de artistieke waarde van de kleurenfilm in principe ongegrond is. Optimisme Na deze successen hadden de produ cers genoeg optimisme verzameld om de nieuwe techniek niet meer duur te vin den, hoewel er toch nog prijsverschil is: een meter zwart-wit film kost, met ont wikkelen mee toch steeds nog de helft van wat men voor dezelfde lengte aan kleurenfilm moet betalen. De ingewik kelde opnametechniek maakt de kleu renfilm kostbaar, maar een film als „The trail of the lonesome pine" is met 600.000 Dollar niet duurder don een zwart-witte film met een eerste klas be zetting. De productieprogramma's van Holly wood voor het seizoen 1936/37 kondigen veertig groote kleurenfilms (die in een programma als hoofdfilm zullen die- len dienen) aan. Twaalf daarvan zijn op kleinigheden na gereed, terwijl boven dien nog zoo iets van tweehonderd tee- ken- truc- en muziek-films worden vervaardigd, waaruit blijkt, dat Holly wood „alle hens aan dek" heeft geroe pen om de projectieschermen over de gcheele wereld van kleur te voorzien. De plastische film Wanneer men over nieuwe filmtech- nick spreekt komt vanzelf ook de plas tische film naar voren, ook nog een wie- gekind van de filmindustrie, dat den aanvalligen leeftijd van ongeveer vijf tien jaar al heeft bereikt. Plastische films kent men al lang, volgens het systeem van Lumière in twee kleuren opgenomen. Korten tijd geleden heeft men nog weer eens een poging gedaan en een bij film vervaardigd, in het be kende groen-rood systeem (de kleuren waren iets anders) dat ook bij de al ja ren bekende anaglyphen werd toege past. Men moest dit filmpje ook door ccn gekleurden bril bekijken en, de il lusie was volkomen, hoewel dit stelsel in do praktijk nooit in groote mate zal wórden toegepast, omdat het met zijn brillen en storende kleurenmengeling te veel' hindernissen oplevert. Deze films berustten alle op het be kende principe van de stereoscoop waarbij het te filmen voorwerp, met twee objectieven wordt opgenomen, wel ke theoretisch met de twee oogen van den mensch overeenkomen. Nu is in Hamburg eenigen tijd ge leden een speciaal kleur- en klank-film congres gehouden (onder leiding van prof. dr. Georg Anschütz-, waar enkele technische nieuwigheden werden ver toond, waaronder in het bijzonder een nieuwe methodo om films plastisch te vertoonen, van den Berlijnschen archi tect Th. P. Etbauer sterk de aandach: heeft getrokken. Etbauer volgt niet den weg van het dubbele beeld, integendeel hij wil met enkele beelden toch het diepte-effect suggereeren. Ilij gebruikt een waaier achtig projectiescherm (hoe dat er pre cies uit moet zien blijkt niet uit de mededeelingen welke aangaande deze proefnemingen bekend zijn geworden) en twee spiegels, welke met een hoek van 15 graden op het scherm staan. Iedere willekeurige film kon zoodoende „plastisch" worden gemaakt, waarbij een groot voordeel is, dat volstrekt geen extra kosten behoeven te worden ge maakt. Het stelsel, waarmee men op het oogenblik nog aan het experimen teeren is werd door vaklieden met veel waardeering ontvangen. Binnenkort denkt men het in praktijk te brengen, Wanneer deze vinding inderdaad de plastische film mogelijk maakt zou ze het ei van Columbus zijn, wat niet weg neemt, dat het heele systeem van den Berlijnschen architect eigenlijk op ge zichtsbedrog berust. Maar is men er in een film ooit zeker van niet op een ingenieuse manier bij den neus genomen te worden? Ook Richard 'lauber is weer aan het filmen. Hij werkt aan de opnamen voor „Land without music", waarin hij met zijn cchtgenootc Diana Napier de hoofdrol vervult. (Capitol). Walter Wanger V oor al tegen de geschiet denis wordt nogal eens gezondigd FOUTEN zijn er in films geweest, zoolang de bioscoop bestaat en ze zullen er wel altijd in blijven ook, dit zeker niet tot ongenoegen van den scherpzinnigen bioscoopbezoeker, die hel plezier van een formidabelen „bok" te signaleeren zeker niet voorbij zal la ten gaan. Hoe die fouten kunnen ontstaan, ter wijl de filmmaatschappijen bij menige film met veel ophef verkondigen, dat duizenden werden besteed aan het ver zamelen van authentieke gegevens om elke Inzonderheid maar in orde te krij gen? Er zijn fouten en fouten. In de eerste plaats kunnen we historische onjuist heden signaleeren, welke een gevolg waren van gebrek aan historische ken nis, maar daarnaast kan worden ge wezen op verminkingen van de histo rie, welke met opzet geschiedden, ter wijl iedereen beter wist. Do filmmaat schappijen geven dit ook wel toe en wij zij er dan op, dat aan het effect de his torie is opgeofferd: En tenslotte zijn er doodgewone blunders, vergissingen of gevolgen van onnauwkeurigheid, die soms hoogst vermakelijk zijn. Er is bij voorbeeld eens een film vertoond, waar in in twee scenes dezelfde klok voor kwam. In het begin van dc film wees het uurwerk elf uur aan. Toen ontwik kelde zich het drama, er gebeurde van alles en na veel meters film verscheen weer de klok op het doek. Toen stond die niet op elf uur, maar op tien over half elf Veel opvallender waren enkele ana chronisrncn in dc film: „The dark an gel" waarin Merle Oberon ultra-mo derne jurken droeg, terwijl het verhaal voor- en tijdens den wereldoorlog moest spelen. Nog mooier was dc auto, waar mee Fredric March haar naar Folke stone reed in dezelfde film. Het was een schitterende, gestroomlijnde auto, glanzend gelakt, met groote koplam pen, minstens twaalf cylinders en zoo meer. Toch moest dit het eerste jaar van den oorlog voorstellen! Zoo komen er op gezette tijden in films de bekende Londensche autobus sen voor van een model, dat al jaren uit de mode is, namelijk met open „bovenverdieping"; dat gebeurde onder nier nog in „I found Stella Parish." Het is maar een weet, doch de Londe- naars hebben het zonder twijfel opge merkt. Tegen de historie zijn dc zonden zonder tal. In David Copperfield komt op een gegeven oogenblik een banaan op de proppen. Het gaat heel gewoon en men merkt het nauwelijks op, maar wie weet er ook, dat men in den tijd, dat David Copperfield geleefd moet hebben in Europa geen bananen at? Dat derge lijke fouten aan het succes van een film overigons niet veel afbreuk doen blijkt uit „Muiterij op de Bounty", waarin men liet ook zoo nu en dan met kleine bizonderheden niet zoo nauw heeft genomen. Het klinkt bijvoorbeeld wel wat raar, als een oude scheepsdokter als een probaat middel tegen bacillen een flinke borrel aanbe veelt, in een tijd, toen men zich over bacillen en bacteriën nog geen zorgen maakte om de doodeenvoudige reden, dat men er nog nooit van gehoord had. De producers maken er vaak geen geheim van. dat ze van de historische feitelijkheden zijn afgeweken. In „Mary of Scotland" bijvoorbeeld speelt het kasteel Hollyrood een voorname rol. Bij het maken van de décors heeft men echter geen oogenblik getracht het echte kasteel na te maken, men in spireerde zich eenvoudigweg op een zestiende eeuwsch kasteel, dat de sfeer wel ongeveer benaderde. De executie van Mary beeft volgens dc geschied schrijvers plaats in de groote zaal van het kasteel Fothcringay, maar in de film is het schavot op de binnenplaats opgesteld. Dit zijn opzettelijke onjuist heden. welke aan de film als geheel vrijwel geen schade doen. Men merkt ze niet op en de sfeer blijft gehand haafd. Hetzelfde deed zich voor met de zwaarden in „Captain Blood." Dwigt Franklin, de technische advi seur, ried vrij kleine „kortjannen" aan, zooals die door zeeroovers ge bruikt werden. De producer dacht er anders over, hij wilde „effect" hebben en bestelde zwaarden, die in grootte wat op cavaleriesabels geleken en die de gehcele opname bedierven. Inder haast moesten toen wapens uit de voorraadkamers worden gefourneerd, die wat kleiner cn lichter waren en waarmee de opnamen beter gelukten. Toen de film eenmaal gereed en afge werkt was ontdekte men. dat het per soneel van de wapenkamer sabels had verstrekt, die in een periode thuis hoorden, ongeveer 200 jaar na die waar in Captain Blood dc zeeën bevoer Dezelfde expert Franklin heeft ook bij de opnamen voor „Treasure Island" geholpen. Met het resultaat, dal de apen met cocosnooten gooiden, die netjes afgepeld waren en zóó gereed om naar de markt Ie gaan. Tn diezelfde film kwam op hel geheimzinnige eiland een apensoort voor, die alleen in Indië leeft, terwijl er een casuaris in ver scheen. uit wiens aanwezigheid de iet wat met het vorige diersoort strijdige conclusie kon worden getrokken, dat het eiland een deel van Australië was. De producers hebben zich er geen zorgen om gemaakt en wie van de toe schouwers heeft het gemerkt?. Belevenissen van een journaalcameraman NAAR een telegram uit Hendaye meldt, zou John Dored, een der ca- mera-men, die voor Paramount opnamen maken van den Spaanschen burgeroorlog, gearresteerd zijn door de troepen der rechtschen. Ofschoon hij aanvankelijk met executie bedreigd werd, meent men aan de hand van nadere berichten te mogen aannemen, dat de operateur inmiddels weer in vrij heid is gesteld en op weg is naar Gibraltar. Dored (die voor Paramount o.a. de zeer exclusieve opnamen van het op blazen en de inneming van het Alcazar maakte) werd door de opstandelingen in de buurt van Naval Moral gevangen genomen. Met een lijf wachtje van drie man (van de regccringstroepen) was hij uit Madrid naar het front getrokken om opnamen te maken van de gevechtsac tie. Bij Naval Moral ontmoette het klei ne groepje voorposten van de Witten, cn na ondervraging werden Dored's lijf wachten onmiddellijk geëxecuteerd. Dored's lot was zeer onzeker, doch hij werd voorloopig slechts opgesloten, afwachting van den uitslag van liet on derzoek naar zijn persoonlijkheid. Onmiddellijk hebben Paramount's kantoren te Londen, Parijs en Washing ton stappen genomen om Dored's vrijheidsstelling te verkrijgen, wat thans gelukt schijnt te zijn. Dored begaf zich bij het uitbreken der Spaansche revolutie onmiddellijk per vliegtuig van zijn standplaats Wec- nen naar Barcelona. In allerlei deelen van Spanje heeft hij daarna de actie der regeeringstroepen verfilmd. De opdracht naar Spanje tc gaan kreeg hij nadat hij juist een maand thuis was van zijn zwerftochten in Abessynië, waar liij bijna een jaar lang gepoogd heeft den oorlog tusschen dat land en Italië op de film vast te leggen. Zijn gevangenneming in Spanje en de daarop volgende bedreiging met den dood, zijn al niet eens meer een nieuwe sensatie voor dezen operateur. Dored, een Wit-Rus, die eens verbon den was aan Czaar Nicolaas' persoon lijke staf, werd tien jaar geleden reeds door dc Sovjets gevangen genomen, toen hij in opdracht van Paramount naar Rusland was teruggekeerd. Hij werd ter dood veroordeeld, en de datum van zijn executie was reeds vastgesteld, toen het den Britschen ambassadeur ge lukte zijn invrijheidsstelling te bewer ken op voorwaarde dat hij nooit, meer Rusland zou binnenkomen. DE LOKDUIF US naar de meening van den hoofdinspecteur," zei inspecteur Dubois tot zijn collega Bataille zou die madame Licheneux een lokduif zijn. Niets anders dan een lokvogel, als een speelbal in de handen van dien Masurkin, alias professor Lebel, alias ritmeester De la Mériso. 't Is waar, je weet nooit waar je met dien meester dief eigenlijk aan toe bent. Ik hel ook wel eenigszins over naar de opinie van den chef, dat die vrouw onschuldig is aan de misdaden van Masurkin, die be weert, dat hij haar alleen maar als lok vogel gebruikte en dat zij van zijn wan daden absoluut onkundig is... Het is dan ook best te begrijpen, dat wanneer zoo'n mooie, elegante dame naast liem in een automobiel zit, niemand op het denkbeeld zal komen, dat die auto ge stolen is! Niemand zal ook maar het geringste vermoeden hebben, dat wan neer zoo'n keurige, vriendelijke heer als Masurkin in een autobus deze mooie vrouw diep in de oogen kijkt cn lieve woordjes tegen haar zegt, hij ondertus- schen den heer naast hem een porte feuille ontrolt... Ik ben werkelijk dc mccning toegedaan, dat Masurkin niet heeft gelogen toen hij zei, dat madame Licheneux volkomen onschuldig is, en van zijn vergrijpen beslist niets weet... Hij was tc voorzichtig en te geraffineerd om die vrouw ook maar iets te zeggen." „Werkelijk, collega, ik bewonder je scherpzinnigheid cn respecteer je in zicht in deze aangelegenheid, maar toch zou ik die dame wel eens willen zien en spreken. Maar wij kunnen haar in geen geval hier op het politiebureau laten komen. Laten wij dus samen naar het Atlantic-Hotel gaan, waar Masurkin gisteren werd gearresteerd en daar madame Licheneux eens laten spreken. Toen dc beide inspecteurs de hall van het grootc hotel betraden, was daar alles druk in de weer. Zij lieten den portier, dit? hen trouwens wel kende, hun ambtspenning zien en vroegen naar de kamer van Masurkin geleid te wor- 1en. Of zijn metgezellin nog hier was? Ja, madame was in haar kamer; zij zou vanavond naar Juan-los-Pms vertrek ken. „Dus hoog tijd", meende inspecteur Bataille. Toen de heeren op hun klop pen geen gehoor kregen, verschaften zij zich ongevraagd toegang tot het appar tement, een der meest luxueuse van het hotel. In het eerste vertrek stonden de groote koffers der dame, In het tweede haalde een bediende de klecren uit de kasten om ze in te pakken. In het salon zat de dame voor het raam. Het eerste wat de beide politiemannen opmerkten, was dat het venster uitzicht bood op den hotelingang. „Ze heeft ons zien binnenkomen," fluisterde Dubois. Op het dikke Perzi sche tapijt waren de voetstappen der heeren onhoorbaar. De dame, die aan het raam zat, was buitengewoon mooi. Nu draaide ze het hoofd om. Maar de oogen keken de beide mannen voorbij en staarden zon der te zien. De dame moest blind zijn. Bataille was de eerste, die iets wilde zeggen, maar de dame begon reeds: „Ben jij daar weer, lieveling?" vroeg zij. „Hebben ze je weer vrijgelaten? Is je onschuld bewezen? Het is immers niet waar, wat de politie van je zegt?... Zweer mij lieveling, dat het niet waar is!... Kom hier bij mij zitten en vertel mij alles., èlles..." De woorden der blinde maakten die pen indruk op de beide inspecteurs. Nu stond madame Licheneux op. Met zekere, sierlijke passen, gelijkmatig, als wou zij bewijzen, dat men haar in gezel schap van den booswicht voor ziende hield, kwam ze op de heeren toe. Haar smalle hand zocht langs de kleeren van een der beambten. Een zachte gil. „Wie bent u... wat wenscht u... waar om dringt u hier binnen... wat wilt u van mij?... Tranen vloeiden uit de licht- looze oogen, die in haar hulpeloosheid wijd geopend waren... „Houdt u kalm, madame," zei Dubois. „Masurkin is nog steeds verhinderd bij u te komen om u zijn opwachting tc maken." Minstens twee jaren in de eel, arm schepsel," dacht hij daarbij en voelde plotseling sympathie voor Masur kin, die de blinde tot iederen prijs wilde sparen. „Twee Jaar celstraf wacht liem," dacht Bataille en de beide mannen staarden tegelijkertijd naar het kostbare sieraad, dat om den mooien hals der vrouw lag. Dat was afkomstig van een inbraak in een der villa's buiten de stad... En waar dat snoer is, zou de rest van den buit waarschijnlijk ook wel zijn. Plotseling zei de dame, met een geheel andere stem: „Nu goed, heeren, ik heb het spel verloren. Ik heb vergeten den collier af tc doen toen ik u het hotel zag binnenkomen. Ik ben niet blind, het- ren! Overigens, erg bijdehand ziet u er op 't oogenblik niet uit. Ik weet al wat u zeggen wilt: Een voortreffelijke too- neelspeelster! Maar spaart uw compli menten! U kwam nog juist op tijd; Maar sta mij toe, voordat u mij arres teert, dat ik u uw dasspeld en uw hor loge teruggeef. Daar heb ik nu niets meer aan. Ik heb ze van dien eenen meneer genomen, toen ik over zijn costuum streek. Overigens een ond foefje van me, voor blinde te spelen. GROOT NEDERLAND Een Dichter van thans, aldus A. Ro land Holst Onder den voet geloopen dier gedrilde drommen van links of rechts, met in zijn ooren hun gehuil rauw koor van afgericht gejubel of gejammer bijt, meer dan zij, hij in het stof en in het vuil van deze wereld. In de rafels van zijn kleeren ziet hij zijn lange leden liggen, eens gewend aan andre gang dan dit bevolen opmarcheeren, dat hem zijn hart vertrapt, dat al wat het niet kent vertrapt, en zoo gekend, met honen zou verguizen. Onder den voet geloopen, in zijn linkerhand een schelp, breekbare waarborg van het eeuwig suizen, en in zijn rechter een glasscherf, die de open brand van ander licht weleer in een smal torenvenster doorliet, ligt hij verworpen, maar zijn trots volstaat met dit bewaarde i verre stem en ijle glinster die zullen zijn als wat nu is ten onder gaat. S. Vestdijk draagt een studie over Francis Jammes en zijn kwatrijnen op aan den dichter J. C. Bloem. .T. Gres- hoff opent het nummer met een artikel over Thomar, de boeiendste en overtui gendste samenvatting van wat de Por- tugeescho geest, in steen tot. stand bracht. Er zijn verzen van Binnendijk, Ha lbo C. Kool en Garmt Stuiveling. Een verhaal van J. Slauerhoff De Cognac- flesch en het bed van de Keizerin. Elisabeth Bergner en Mariene Dietrich zijn oude kennissen en Mariene heeft den laatsten tijd meermalen de opnamen voor de nieuwste film van haar Engelsche collega „Dreaming lips" bijgewoond. (Trafalgar).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1936 | | pagina 12