MOGELIJKHEDEN DER
LANDSVERDEDIGING
Minister Colijn
aan het woord
DE RAMP VAN
DE LIJSTER
Politiehond als
huldeblijk
De Christen en de defensie
LIT DE STAATSCOURANT
Luit. gen. J. L. ten
Bosch f
2e BLAD PAG. 2
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
WOENSDAG 16 DECEMBER 1936
TWEEDE KAMER
Nieuwe spanningen dwingen
ons, te doen wat in ons
bereik ligt
's-GRAVENHAGE. 15 December.
Hedenmiddag heeft de Tweede Kamer
de algemeene beschouwingen over de
defensie-begrooting en de defensie-uit
gaven voor Ned.-Indic voortgezet. In de
avondzitting zal minister-president Co-
lijn, a.i. minister van defensie einde
lijk aan het woord komen.
De heer van Dijk (A.R.), die debatten
van vanmiddag inleidde, bleek met
veel, wat de regeeririg voorstelde, te
vreden te zijn, omdat daardoor een ein
de kwam aan den toestand, waarin
onze weermacht na 1922 was geraakt.
Alleen betrourde hij het, dat de regee
ring in het twistpunt voor de Indische
vloot: vliegtuigen en kruisers nog geen
standpunt had gekozen. Geen enkele
buitenlandsche zeemacht zou terwille
van vliegtuigen het krachtelement der
kruisers geheel willen laten verdwij
nen. De heer van Dijk constateerde ten
slotte dat de soc.-democratcn terug
kwamen op vele in het verleden gemaak
te vergissingen, doch door tegen de de-,
fensiebegrooting te stemmen een nieuwe
vergissing maakten. Hun houding acht
te hij zeer inconsequent.
De heer K. ter Laan vestigde de aan
dacht op onrechtvaardigheden in de
pensioenregeling en een teveel aan ar
beidscontractanten onder de burger
werklieden van militaire bedrijven.
De heer Wijnkoop (Comm.) achtte het
fascisme een bron van voortdurend oor
logsgevaar en verklaarde de N S.B. te
beschouwen als de voorhoede van het
fascistische Duitschland. Daarom dien
de de democratie zich tegenover het
tot de tanden gewapende internationale
fascisme eveneens te wapenen. liet le
ger diende echter gedemocratiseerd te
zijn en de lasten ervan door de rijken
gedragen te worden.
In Indië moet de volkmassa zelf mi
litair weerbaar worden gemaakt.
Spr. oefende critiek op het optreden
der tegenwoordige regeering, doch ver
klaarde niet, hoe zijn fractie aanstonds
zal stemmen.
De heer van Poll (R.K.) verheugde
zich op de houding der vroegere ont-
wapenaans en waarschuwde tegen on
derschatting van onze defensie in In
dië. Men moet het Japansche gevaar
niet overdrijven. Alleen reeds do geo
grafische afstand zou een belemmering
voor doeltreffende Japansche aanvallen
kunnen zijn.
De heer Sneevliet (Rev. Soc.) ontken
de niet dat de buitenlandsche toestand
dreigend was doch wenschte de bour
geoisie geen credieten voor bewapening
toe te vertrouwen. Het drijven naar nog
grootcr bewapening dan thans wordt
voorgesteld noemde hij angst van som
mige partijen voor de fascistische con
currentie. De communisten hebben
thans reeds de leuze van een vrij en
onafhankelijk Nederland voor hun \er-
kiezingscampagne aangenomen en de
soc.-democraten capituleeren voor het
kapitalisme. Beiden groepen verwijt spr.
het loslaten van hun beginsel, waarte
genover hij zijn beginsel wenscht te
handhaven.
De heer van Kempen (Lib.) oefende
critiek op het thans voorgestelde vioot-
plan, dat hem niet ver genoeg ging om
dat het veeleer een beperking van de
verzwakking der vloot dan een verster
king was. Ook hij gaf voor Indië den
voorkeur aan vliegbooten boven land-
vliegtuigen.
De laatste spreker van vanmiddag
was de heer Arts (Kath Dem.), die hoe
wel hij op eenige uitlatingen van den
heer van Houten critiek oefende, diens
standpunt bleek te deelen en op prin
cipieel christelijke gronden, die naar
hij zeide ondanks veranderde Interna
tionale toestanden niet gewijzigd wa
ren, zijn steun aan de begrooting zou
onthouden.
AVONDVERGADERING
In de avondvergadering kwam de
heer Roe stam Effendi (Comm.)
op tegen de rede van den heer Snee
vliet.
Spr. vraagt zich af, welke belangen
door den Indonesiër zouden moeten
worden verdedigd. Dat verschillende
gebeurtenissen hun schaduw vooruit
werpen, blijft het Indionesische volk
niet verborgen. Japansche spionnen
dringen door tot m alle hoeken van
Indonesië. Bij sommige zwakke broe
deiv vinden ze gehoor. Aan Japan
worde inmiddels de lust tot elk expan
sie-avontuur in Indië ontnomen. De In-
doniesiërs wenschen een sterk, weer
baar democratisch Indië. om zich te
verzetten tegen elke overheersching.
Spr. wil meer belangrijke posten in
leger en vloot door Indonesiërs doen
bezetten. Onmiddellijke invoering van
een volksmilitie ie een levensbelang
voor Indonesië. De volksmilitie moet
een antwoord zijn op de leuze: Azië
voor de Aziaten. Spr. staat op het
standpunt dat Indonesië op den duur
een zelfstandig geheel moet worden, en
op voet van gelijkheid broederlijk met
Nederland samenwerken
De heer m e 1 i n k (A.R.) bestrijdt
de rede van den heer van Houten. Kan
deze zich niet indenken, dat er goede
ren van hoogere orde zijn, als het er
om gaat, ons volk weerbaar te maken?
De heer van Houten doet alsof hij en
de zijnen alleen de ware christenen
zijn. Spr. stelt daartegenover de begin
selen van Calvijn, die een verdedigings
oorlog plicht acht. Voorts beroept spr.
zich op Groen van Prinsterer en ver
wijst naar onze historie
Men kan niet tot de conclusie komen
dat elke oorlog zonde is. Het gaat
om de vraag of ons volk zich verdedi
gen moet. als het aangevallen wordt
En dan kan de heer van Houten op
grond \an de heilige schrift zijn stand
punt niet handhaven.
De lieer Weitkamp (C.H.) be
preekt de economische oorlogsvoorbe
reiding We kunnen voor tal van on
voorziene omstandigheden geplaatst
worden. Er wordt ten deze veel struis
vogel politiek begaan Er wordt niet ge
noeg gedaan voor de voedselvoorzie
ning. Ónze landbouwpolitiek moet daar
op gericht zijn.
De heer Krol (C.H.) bestrijdt even
eens de rede van den heer van Hou
ten Spr. kan kort zijn, na den lieer
Amelink. De heer van Houten krijge
echter niet den indruk, dat zijn norm
omtrent de heilige schrift dc eenig
juiste is.
Als de heer van Houten wel aan den
politiedienaar doch niet aan den sol
daat het recht toekent, van zijn wapen
gebruik te maken, ontgaat daarvan spr
de consequentie.
„Kerk en Vrede" is hel zelf niet ge
heel eens over het voorgestane begin
sel. En ook in de kringen der Chr.
Dem Unie beslaat niet algeheele een
stemmigheid o\er verschillende mili
taire problemen. Men is er nog zoe
kende naar een definitief standpunt.
De minister van Defensie a.i., de heer
Colijn, zegt. dat niet alle redevoerin
gen even nauw verhand hielden mot
dit begrotingshoofdstuk. Spr. zal zich
bepalen tot die, waarmede dat wel het
geval is.
Klachten over de geestelijke verzor
ging in onze weermacht zal spr. onder
zoeken.
Er is geen sprake van. dat de ver
bodsbepalingen \oor de S D.A.P. toepas
sing vinden voor de capitulanten. Dit
toch op slinksche wijze te doen, zou in
strijd zijn met het recht.
De regeling van liet opperbevel is
thans» niet bevredigend te noemen. De
chef van den generalen staf is van na
ture voor liet operbevelhebberschap
aangewezen, doch moet een paar jaren
commandant van het veldleger zijn ge
weest. De keuze moet dus gedaan wor
den uit de jongere divisie-commandan
ten.
De samenstelling der
begrooting
De samenstelling van -de begrooting
is onoverzichtelijk genoemd. Gemakke
lijk is deze materie niet. Spr. is volko
men bereid, deze materie nog eens na
te gaan, doch het is twijfelachtig of
dan reeds t.a.v. de begrooting vóór 1938
een gewijzigde inrichting zou kunnen
worden toegepast. Alles wat op defen
siewezen geschiedt, kan niet gepubli
ceerd worden. Anderzijds wordt aan
merking gemaakt als de Kamer niet
tevoren gekend was. De aanschaffing
der panserwagens was volkomen ver
antwoord. er stond een post voor artil
leriemateriaal op de begrooting. Op
overschrijding van een post met ver
mindering van een anderen is nooit
aanmerking gemaakt. Ook t.a.v. de
Dorniers was er een beginselpost. An
ders is het met de Glenn Martins,
maar had spr. er in plaats van 6 zestig
kunnen krijgen op dat oogcnblik. spr.
zou het hebben gedaan. Er was reden
voor.
Men moet rekening houden met het
feit, dat het volgend jaar de verkiezin
gen plaats bobben en dat dan hoogst
waarschijnlijk een ander voor het de
fensie-departement zal komen te staan.
Dus waren spr. s handen gebonden
t.a.v. de bcgrooting voor 1938
Onze militaire positie
I-Iet is onmogelijk, onder alle omstan
digheden op moeilijke vragen een ant
woord te geven. Zouden we genood
zaakt worden, in Indië de neutraliteit
te bewaren of het tegen een aantal te
verdedigen? De laatste zestig jaren gin
gen de oorlogen veelal langs ons heen
Dit is anders geworden begin twintig
ste eeuw. Toen namen de spanningen
in Europa zoo toe, dat er op gerekend
moest worden dat Nederland in uit
barstingen zou worden betrokken. En
men kwamen de maatregelen waarbij
de contingenten geleidelijk werden ver
hoogd. On den wereldoorlog brachten
we een leger van 400 000 man op de
been. Er volgde de periode waarin men
geloofde aan collectieve veiligheid. De
iaatste jaren zien we weer nieuwe span
ningen in en buiten Europa en bewa
peningen in razend tempo. De regee
ring moest daar rekening mede hou
den. Toen een radicale verandering
bleek in de internationale verhoudin
gen, moest worden ingegrepen.
Voor 193G is méér uitgetrokken
voor de defensie in ons land en
Indië 37 millioen, vergeleken hij het
voorgaande jaar. In 2 jaar zijn de
begrootingen met 83 millioen gesle
gen. Ons land is over drie wereld-
deelcn gelegen, en behalve Wes-t-
Indië ligt het in de zone van drei
gend gevaar.
Het is waarschijnlijk dat dit volgt uit
de ontwikkeling der internationale
verhoudingen. Daarom moeten we doen
wat we kunnen om te voorkomen, in
een calamiteit van ongekende hevig
heid te worden meegesleurd.
We moeten voldoende sterk zijn
om eerbied af te dwingen en ons
staande te houden tot er hulp is
gekomen. Zullen wc hulp krijgen
en er profijt van trekken, dan moe
ten we bereidwillig zijn, onszelven
te verdedigen.
Dit kan groote offers kosten, temeer
naarmate de collectiviteit van den Vol
kenbond zwakker en de positie van
landen die daarbuiten staan, sterker
wordt. De tijdsomstandigheden dwin
gen ons te doen, wat binnen ons hereik
igt.
Dit zegt niet dat de regcering iA
een waanzinnige angst alles achter
stelt bij dc defensie. Er zijn landen
waar de militaire uitgaven jaren
achtereen hooger zijn dan allo an-
Minister Colijn.
Iloogleeraarsbenoeming
ie Leiden
Benoemd tot gewoon hoofrleeiaar in
de faculteit der rechtsgeleerdheid aan
de rijksuniversiteit te Leiden, om
onderwijs tc geven in de volkenkunde
en de inleiding tot de rechtsweten
schap: mr. B. M. Telders, thans bui
tengewoon hoogleeraar.
Onderscheidingen
De zilveren eere-medaille. verbojiden
aan de orde van Oranje-Nassau, toege
kend aan A. Jonker, gemeenteveld
wachter. tevens gemeente-bode. te
Noordgouwe.
Luchtvaart af deeling
Benoemd bij het wapen der infante
rie. bij de Luchtvaartafdeeling, tot re
serve-tweede luitenant met bestem
ming voor den dienst van vlieger, de
reserve-sergeant B. W. baron Ben-
tinck, vlieger van voornoemde afdee-
ling
Reservetpersoneel der
landmacht
Benoemd bij het regiment genietroe
pen. tot rcserve-eerste-luitenant voor
speciale diensten, de heer H. de Lan
den. ingenieur der genie en J. C. D.
M. Oelmeijer, tijdelijk ingenieur der
genie, en bij het Vrijwillig Landstorm
korps Motordienst, tot reserve-tweede
luitenant voor speciale diensten, de
vrijwilligers van voormeld korps W, A.
van Bijlert en E. P. Nijland.
Rechterlijke macht
Benoemd tot officier van justitie bij
do arrondissements-rechtbank te Zwol
le: mr. A. H. Servatius. substituut-offi
cier van justitie bij dc arrondisse
ments-rechtbank te Breda.
Op zijn verzoek aan jhr. mr J. Lun-
singh Wichers eervol ontslag verleend
als kantonrechter te Delft, onder dank-
betuieing voor de in rechterlijke be
trekkingen bewezen diensten.
Op zijn verzoek aan Jhr. mr. F. X.
H. Verheven eervol ontslag verleend als
rechter-piaatsvervanger in de arrondis
sements-rechtbank te 's-Hcrtogen-
hosch, onder dankbetuiging voor de als
zoodanig bewezen diensten.
Op zijn verzoek aan C. J. A. Schmal
hauscn eervol ontslag verleend als kan-
tonrechler-plaatsvervanger in liet kan
ton Helmond, onder dankbetuiging voor
de als zoodanig bewezen diensten.
Directe belastingen
Benoemd tot (tweeden) secretaris van
den Raad van Beroep voor de directe
belastingen te Leeuwarden: mr. D,
Okma, advocaat en procureur te Leeu-
w arden.
Benoemd tot notaris binnen het ar
rondissement Leeuwarden, ter stand
plaats de gemeente Harlingen: K. Ok-
kinga, candidaat-notaris te Harlingen.
Op zijn verzoek aan G. W. A. jGrun
demann, met ingang van den dag van
indiensttreding van zijn opvolger, doch
uiterlijk met ingang van 14 April 1937,
eervol ontslag verleend als notaris te
Oude Wetering.
Gevangenissen enz.
Benoemd lot directeur van de gevan
genissen te 's-Hertogenbosch J. A. Glau-
demans, directeur van het Huis van Be
waring en de rijkswerkinrichting voor
vrouwen te Breda en benoemd tot di
recteur van het Huis van Bewaring en
de rijkswerkinrichting voor vrouwen te
Breda J. B. Bever, adjunct-directeur bij
de strafgevangenis aldaar.
P.T.T.sdienst
Aan den referendaris der posterijen
telegrafie en telefonie J. A. van Ham
met ingang van 1 Mei 1937 op zijn ver
zoek eervol ontslag verleend.
Benoemd lot referendaris der Poste
rijen. Telegrafie en Telefonie: a. G. C
van Burken, b. W. Steenbruggen, thans
referendaris 2e klasse der posterijen,
telegrafie en telefonie.
Werkloosheidsverzeke
ring
De minister van Sociale Zaken heeft
met ingang van 1 Januari 1937 aan den
heer mr. A. M. Joekes op zijn verzoek
eervol ontslag verleend als lid van de
Commissie van Advies voor de Werk
loosheidsverzekering, onder dankbetui
ging voor de in die functie bewezen
diensten.
derc. Een andere handelwijze dan
de hier te lande gevolgde i* van dit
kabinet niet te verwachten en, naar
spr. hoopt, ook niet \an het volgen
de.
Wat redelijk beschikbaar kan worden
gesteld voor de defensie moet beschik
baar worden gesteld. Het is de vraag,
hoeveel en waar vandaan. Deze vraag
geldt ook den minister van Koloniën.
Nu dc Indische en de moederlandsche
weermacht verbeterd moeten worden,
is het een voordeel dat de portefeuilles
van defensie en koloniën in een hand
zijn
In 1920 is aan de Kamer een plan
oorgelegd, bekend als het plan-Deckers.
Spr. wil de misvatting wegnemen als
zouden daarin ook pantserbooten voor
komen. Doch er kwamen wel onderzee-
booten voor Nederland in voor, terwijl
spr. daar voorloopig niet op rekent.
Want anders had moeten worden afge
zien van bemanning van een deel der
onderzeeboot en in Indië. Wat de Indi
sche zeemacht betreft, die moet toch
bemand zijn. De eisch van onderzeeboo
ten voor onze kust moest worden prijs
gegeven. Pantserbooten zijn noodig
voor de bescherming der raijnvelden.
Op de zeegaande vloot in Indie is de
nu vastgestelde personeelsorganisatie
berekend, d.w.z. op de vloot zoo als die
zijn zal. nadat het klein-materieel is
aangebouwd De vraag of dit genoeg is,
betreft de grenzen van het financieel
mogelijke.
Als- men ook let op wat hier nog
gebeuren moet, is het feit, dat de
jaarlijksche kosten met 22 a 23 mil
lioen stijgen, afdoend antwoord op
de vraag of het genoeg is. Spr.
hoopt dat Nederland en Indië de
kosten kunnen opbrengen.
Wat de motor-torpcdobooten betreft,
men beginne niet aan wat nieuws voor
dat datgene er is, dat er behoorde te
zijn doch er niet is, volgens het plan-
Deckers. Bovendien bedenke men dat
ze in ruwe zee niet te gebruiken zijn.
Vlootbouw en opleiding
Sneller bouwen dan geschiedt, is niet
mogelijk. En al kan het wat vlugger
pr. had kunnen voorstellen, nu te be
ginnen met den bouw van 2 flottielge-
leiders, 4 jagers en 7 onderzeebooten,
wat heeft spr. aan schepen die aan den
ketting liggen? Over het personeel-
vraagstuk denkc men niet gering. Een
modern oorlogsschip is een gecompli
ceerde machine. Daarom stelt spr. den
aanbouw voor, zooals nu geschiedt. Op
dit oogenblik kan niet sneller opgeleid
worden, dan geschiedt. Maar dit kan
spr. wel zeggen: als de schepen klaar
zijn, is de bemanning ook klaar Ook de
opleiding voor zee-officier is uitgebreid
en de eischen worden niet te hoog ge
teld. Met den stoomvaartdienst is het
evenzoo.
Kruisers of vliegtuigen
De vraag is gerezen: kruisers of vlieg
tuigen. Spr.'s inzichten worden ver
schillend uitgelegd. Over wat bestaat,
behoeft men niet (e twisten. Rekent
men met een 20-jarigen diensttijd van
een kruiser wat algemeen gedaan
wordt dan is het pas- in 1942 en 1943
dat er nieuwe op stapel moeten worden
gezet, mits die in 2 A 3 jaar worden af
gebouwd, wat zeer wel mogelijk is. De
Java en de Sumatra zijn geenszins on
bruikbaar, al zijn ze oude kruisers.
Maar elke vloot heeft een gedeelte oude
kruisers. Zulk een feit heeft men te
aanvaardem: oud naast nieuw* mate
riaal.
Wat 6pr.'s persoonlijke meening
is inzake een vloot in onzen Archi
pel. voor zooveel spr. nu licht heeft
verkregen door raadpleging van
alle officieele en niet-officieele ad
viezen en na persoonlijk zijn licht
in het buitenland le hebben opge
stoken, verklaart spr. dat zooals do
toestanden nu zijn, kruisers niet
kunnen worden gemist
Bommenwerpers acht spr. noodig.
Een tweede groep van 39 is onmisbaar.
Verkenners echter behooren bij de
vloot.
Bommenwerpers voor het leger zijn
noodzakelijk. Daarbij moeten er basis
vliegvelden zijn, cenigen afstand van de
kust in het binnenland. Er zijn reeds
63 groote of kleine vliegvelden in Indië,
en er komen er nog vier of vijf bij.
Spr. zet de moeilijkheden der oplei
ding uiteen, welke als regel in Neder
land behoort le geschieden. Dc oplei
ding van Europeaanr-ch en inlandsch
personeel behoort gescheiden te zijn.
Op den duur zal er een grooter per
centage inlandsch personeel op de
vloot in Indië kunnen zijn.
Het contingent
In Nederland hapert het door het
te kleine contigent, er moei reke
ning worden gehouden met nieuwe
wapens die bediend moeten wor
den, en met de grensbeveiliging.
Alleen voor de nieuwe wapens zijn
noodig 1500 man per jaar. Volgens
hetgeen er nu reilt en zeilt, is er in
totaal een vermeedering van het
contingent noodig tot 26.000 man,
om een behoorlijke mobilisatie
sterkte te krijgen.
Maar dan hebben we al 15 lich
tingen. Nu denk spr. ook aan een
behoorlijke luchtdoelartillerie en
andere, nieuwe vvapen6. Daarvoor
zijn weer 6000 man noodig. Zoo
komt spr. tot de 32000 man, en dan
zijn er toch nog 12 lichtingen noo
dig.
Het is soms een kwestie van uren, of
de mobilisatie mogelijk zal zijn en men
niet onder den voet wordt geloopen,
Daarvoor is een paraat leger noodig,
Inmiddels heeft spr. voor de grensbe
scherming maatregelen genomen, en
die kunnen zoo noodig morgen in wer
king treden. Ook door hei oproepen
van locaal georganiseerde eenheden.
Dit i6 noodig naast de kern die er
altijd zijn moet. De gemobiliseerde
Volgens verklaringen voor den
coroner zullen de slachtoffers
niet geleden hebben
grenstroepen zijn in totaal ongevee/r
25.000 man sterk. Kan spr. die troe
pen dan versterken met afdeelingen
uit het land, dan vertrouwt spr. dat
onder den voet loopen kan worden
voorkomen althans voor zoover
de mensch die dingen kan overzien.
Overigens gaat spr. op zijn plannen
niet in. Er zijn betere plannen, zooals
b.v. in Frankrijk, maar die zijn te
duur.
Materiaalsuitrusting
Wat de materiaal-uitrusting aangaat,
cr moet nog heel wat gebeuren. In
Indic b.v. een tweede groep van 39 bom-1 Toestand Valt het VÜeffVeld
memverpers. Ook de Nederlandsche
luchtmacht behoort dringend verbete- Croydon
ring. Met de uitgetrokken zes millioen
zijn we er nog niet. Vraagt men hier
in de eerste plaats snelheid, Indië ver
langt een groote actie-radius.
Zestig Dorniers, uitgetrokken in het
plan, zullen zestig leveringsmaanden
vorderen, zonder bijzondere maatrege
len
Voor concentratie voor vliegtuigbouw
in Nederland zijn een paar jaar noodig.
Daarbij hebben we te doen met de
gewichtige vraag wat financieel moge-
ïiik i6. Voor vlootbouw volgens het
schema-Deckers is 16 a 17 millioen per
laar meer dan nu noodig, daarbij komt
nog 6 a 7 millioen meer voor het per
soneel.
Spr. becijfert dat er voor de weer
macht in Indië en Nederland veel meer
noodig i6, behalve de kapitaals-uitga
ven, dan we beschikbaar kunnen stel
len. Spr. kan niet werken met begroo-
tings-tekorten. Evenmin mogen we re
deneeren: dan doen we maar niets.
Niemand kan trouwens zeggen, hoe het
over eenigen tijd in Indië zal gaan. Ge-
wcnscht is een program van urgentie,
voor waneer het militair-gew enschte
niet bereikbaar is. Spr. wil dit alles
zeggen voor de verkiezingen. Noch met
de financien noch met de defensie-be
langen mag kiekeboe worden gespeeld.
De plannen kunnen eer6t werken in
1938, en met geld kan met meer worden
verwerkt dan geschiedt. In hot buiten
land is bijna niets meer te verkrijgen.
Met geld is niet alles te dwingen.
De economische en industrieele oor
logsvoorbereiding vereischt een om
vangrijke organisatie.
Spr. wijst op de vele technische moei
lijkheden. Er wordt aan gewerkt. Er
wordt nagegaan, hoe de eene fabriek
de andere helpen kan.
De aarzeling van
Albarda
Spr. kan zich de aarzeling van
den heer Albarda begrijpen. Spr.
begrijpt niet, wat hem weerhouden
kan, zijn stem aan deze sobere be
grooting te onthouden.
Wat de heer Albarda zeide over de
organisatie der zeemacht, is niet juist.
In Engeland is 23 van het totaal aan
tal officieren hoofd- en vlagofficieren,
in Zweden 15 in Nederland 12 En
Zweden heeft alleen een home-vloot.
Wat de landmacht betreft, overal wordt
een divisie door een generaal gecom
mandeerd, in Nederland door een kolo
nel. De logica die dc heer Albarda zoo
dikwijls siert, heeft hem ditmaal in
den steek gelaten.
De heer van Houten is de eenige in
de Kamer die een absoluut afwijzend
standpunt inneemt.
De defensie geschiedt voor wettige
zelfverdediging. Dit brengt niet mede
dat Nederlandsche vliegtuigen bommen
brengen boven buitenlandsche steden.
Het 6tandpunt van de>n heer van Hou
ten verloochent, wat er in one land is
gedaan in historisch opzicht, in het
rampjaar 1672, wat er is gedaan bij
Waterloo. Consequent ia de heer van
Houten ook niet. Als men iemand wel
dooden mag met een geweerkogel, mag
men dan niet een kanon afschieten?
Het gaat er om of de overheid de be
schikbare wapenen rnag inzetten tegen
geweld van buiten af. En dan is de
overheid verplicht, het erf der vaderen
te beschermen, en dat moet. ze doen
met de wapenen die beschikbaar zijn,
Hidden tot Hem die ook het lot der vol
ken bestiert.
Er wordt niet gerepliceerd.
De begrooting der artillerie-inrichtin
gen wordt na eenige discussie z.h.st.
aangenomen (tegen de Comm. en
de heeren Sneevliet, Rev. Soc. en van
Houten (Chr. Dem.).
Bij art. 144 wordt de vestigingsbegroo-
ting voor 1937 op gelijke wijze aangeno
men.
Over de begrooting van het defcnsie-
forids en de defensiebegroting voor
1937 wordt Woensdag bij den aanvang
der vergadering gestemd, evenals over
de suppletoire defensie-begrooting voor
1936 (defensie uitgaven Ned.-Indië).
De vergadering wordt te 12.35 ver
daagd tot des middags één uur.
Een geschenk aan het Vorste»
lijk bruidspaar namens
de Kon. Ned. Politie»
hond Vereeniging
's-GRAVENHAGE, 15 December.
Op voorstel van het hoofdbestuur van
de Kon. Ned. Politiehondvereeniging,
werd in de algem. vergadering onder
daverend applaus besloten, aan het vor
stelijk bruidspaar, als eerbiedige hulde
der vereeniging, aan te bieden een vol
ledig afgerichtcn politiehond.
Daarvoor werd gekozen de bouvier
„Dona" van den heer J. Semler te Eind.
hoven, welke op de jaarlijksche keu
ring, dit jaar, het hoogst aantal punten
behaalde en daardoor verwierf de groo
te zilveren medaille, beschikbaar ge
steld door H.M. de Koningin, bescherm
vrouwe dezer vereeniging, vooc den
hond welke het hoogst geplaatst werd
bij de keuring van politiehonden in
1936 door de Kon. Ned. Politiehond
vereeniging gehouden.
Het hoofdbestuur heeft namens
H.K.H. Prinses Juliana bereids bericht
ontvangen, dat het geschenk gaarne
zal worden aanvaard.
Reuter A.N.P. seint one uit Londen
d.d. 15 Dec.:
Hedenmorgen om 10 uur is tc Ban
don Hill (Surrey) een onderzoek van
den coroner geopend naar de ramp van
de Lijster. Dc coroner verklaarde dat
hij zich voorstelde vandaag uitsluitend
formeele getuigenverklaringen te vra
gen. waarna het onderzoek verdaagd
zou worden inafwachting van het resul
taat van het door deskundigen onder
nomen onderzoek.
Dr. Lancaster die ooggetuigen
verklaringen aflegde, besfoot zijn
uiteenzettingen met te zeggen dat
een aantal van zijn medebewoners
op den heuvelrug aandrang op hem
hebben uitgeoefend te verklaren,
dat zoolang het vliegveld in zijn
huidige ligging blijft, er maatrege
len genomen moeten worden tot
dwingende beperking, afgescheiden
van de wenschen van passagiers en
piloten, waardoor voorkomen zou
kunnen worden, dat vliegtuigen
starten onder omstandigheden die
gekenmerkt worden door een on
miskenbaar slecht zicht.
De door dr. Lancaster genoemde
heuvelrug is de plaats waar de ramp
van de Lijster zich heeft voorgedaan.
De politiedokter Garner verklaarde
vervolgens, dat alle passagiert ernstige
brandwonden hadden bekomen aan
armen en beenen, maar rlat de lichamen
gedeeltelijk beschermd door de kleeren,
minder verbrand waren. De merkwaar
dige rose verkleuring der lijken doet
denken aan koolmonoxyde-gas, waar
mede het 'bloed der slachtoffers naar
getuige heeft geconstateerd, tot 70 pro
cent verzadigd wa6.
De bewusteloosheid tengevolge
van dit gas trad waarschijnlijk bin
nen enkele seconden op en in dit
verband is het opmerkelijk dat na
het ongeluk van niemand der inzit-
tonden eenige geluid vernomen is.
De coroner verklaarde, alvorens het
onderzoek te verdagen, tot 12 Januari
a.s., er zeker van te zijn, dat allen zich
bij hem zouden aansluiten, wanneer hij
uiting gaf aan zijn diepste en meest
oprechte sympathie mot de personen
en landen, die op zoo plotselinge en
droeve wijze een verlies hadden gele
den. Er ligt echter eenige troost in de
wetenschap, dat deze kostbare levens
verloren zijn gegaan zonder dat de
slachtoffers geleden hebben.
De aanwezige vertegenwoordiger van
de K.L.M., de heer I. Aler, sloot zich
aan bij de woorden van den coroner.
Bij de sluiting der zitting speelde
zich nog een ontroerende scène af, toen
aan de verwanten en vertegenwoordi
gers der slachtoffers de persoonlijke
eigendommen der omgekomenen welke
uit het wrak gered waren, overhandigd
werden.
Overleden aan de gevolgen
eener aanrijding
's-GRAVENHAGE, 15 December.
Aan de gevolgen van de aanrijding,
waarvan hij op Zaterdag 12 Decem
ber j.l. het slachtoffer is geworden,
is in het gemeente-ziekenhuis aan
den Zuidwal overleden de gepen-
sionneerde luit.-generaal J. L. ten
Bosch.
De thans ontslapene werd 18 Jan.
1867 te Hellevoelsluis geboren. Hij stu
deerde aan do Kon. Mil. Academie. Tot
2e luitenant werd hij benoemd in 1887,
tot le luitenant in 1890. Na onder meer
gedetacheerd te zijn geweest bij de
Hoogere Krijgsschool werd hij in 1903
benoemd tot kapitein bij de vesting
artillerie. In 1905 werd hij overgeplaatst
naar den Generalen Staf. Van 1906 tot
1913 vervulde hij de functie van leeraar
aan de Hoogere Krijgsschool. In laatst
genoemd jaar werd hij n.l. overge
plaatst hij het wapen der artillerie,
waar hij dienst deed bij het 2o regi
ment veld-artillerie. In 1914 vond zijn
benoeming plaats tot majoor. Hij voer
de in de mobilisatiejaren het bevel over
de houwitscrafdeeling. In 1916 werd hij
opnieuw overgeplaatst, thans naar den
Generalen Staf. In 1917 volgde zijn be
noeming tot luit.-kolonel, in welken
rang hij van 1918 af bekleedde de func
tie van directeur der Hoogere Krijgs
school. In 1920 werd overste ten Bosch
tot kolonel, inspecteur van den Vrij-
willigen Landstorm benoemd. Twee
jaar later volgde zijn benoeming tot
generaal-majoor der artillerie. In 1923
verkreeg hij eervol ontslag uit den mi
litairen dienst.
In 1926 werd den thans overleden op-
per-officier den titulairen rang toege
kend van luitenant-generaal.
Generaal ten Bosch, die oud-voorzit
ter en eere-lid was van de Vereeniging
ter beoefening van dc Krijgsweten
schap, was in het bezit van het eere-
teeken voor langdurigen dienst als offi
cier. Voorts was hij ridder in de orde
van den Nederlandschen Leeuw en rid
der in de orde -van Oranje-Nassau.
Van 1926 tot 1932 is generaal ten
Bosch hoofdcommissaris van het. Né*
derlandsche Roode Kruis geweest.