VOOR DE VROUW
DE GOEDE DAAD
WlmMn (Bo&hA
Vorst Cobra
GELATINE
VROUWENWERK EN
VROUWENWERK
CQ/METICn
%stitut éGsmetique
ONZE BIOLOC-HAAR-
CREME BEHANDELING
Schoonmaken van
rietwerk
„Wiegekind en Kleuter"
GEZONDE
NAGERECHTEN
van
Door MARK CHANNING
HET heeft ons groot genoegen ge
daan het volgende artikeltje van
Hendrika Kuvper van Oordt aan
te treffen in Timotheüs
In zekeren hoek van zekere Christe
lijke Pers zijn or over de padvinderij,
óók. en dit is iuist van belang, waar zij
Christelijk en zelfs Gereformeerd geor
ganiseerd is. allesbehalve sympathieke
stemmen opgegaan. Ik zal deze Bladen
maar als X. IJ Z. aanduiden.
Jan. Hendrik en Theodoor dingen
terzelfder tijd naar de eer en de vreug
de van het padvinderschap. liet zijn
jongens van de Christelijke school, en
't spreek' voor hen van zelf dat zij. bij
verkregen toestemming, zich bij een
Christelijke organisatie zullen aanslui
ten. Theodoor mèg, terstond. ,,lk vind
het heel aardig voor je, Theo," zeggen
vader en moeder hartelijk, „we hadden
't eigenlijk zei» al voor je bedacht."
Omdat Theo „mag," mag Jan ook. Het
gezin waartoe Theodoor behoort is voor
beeldig van Christelijke levenshouding,
en in de opvoeding: milo waar 't kan,
streng waar 't moet. En daar Jans vad^r
vertrouwen stelt in Tneodoors vader,
gaat het padvinderschap der beide ad-
spiranten er met vlag on wimpel door.
Doch de moeilijkheden beginnen bij
Hendrik Hendrikse.
Hendrikse Sr. leest de bladen X. IJ. Z.,
en gelooft onvoorwaardelijk wat daarin
gedrukt staat. Nu hebben de medewer
kers, die in deze bladen van voorlich
ting dienen, hem beduid, dat die heele
padvinderij een „humanistische" bedoe
ning is, want, zoo zeggen de 3 bladen:
de padvindersbeweeing wil het goéde in
don mensch ontwikkelen. En of nu de
vader van Theodoor en de vader van
Jan er al op wijzen, dat er ook nog zoo
iets als zelfopvoeding bestaat, dat met
zelfontwikkeling in zedelijken zin wel
eens nauw verhand kon houden, terwijl
men toch het aankweeken en onderhou
den van onderlinge vriendschap een
hoofdgedachte bij de padvinders al
evenmin kan laken als het verrichten
van goede daden, als daar zijn: hulp
vaardigheid, verzaken van het eigenbe
lang, enz. 't helpt allemaal niets
„H'm hum, humanistische beginselen,"
zegt Hendrikse Sr. ,,'t Is om den mènsch
begonnen, en met goeie daden moet je
bii mii niet an kom ine. Hier moet je es
lezen wat Blad X. daarover schrijft
Da's principieele taal. man."
't Is erg verdrietig voor Hendrik.
Nu zijn Jan en Theo padvinder gewor
den, met nog veel meer jongens uit
Christelijke gezinnen. En hij mócht
niet, omdat 't niet mócht voor de Bla
den. Maar 't treurigst is dit wel: er is in
zijn jonge ziel iets gekneusd en ge
scheurd. Hij heeft er natuurlijk met zijn
vader nog wat over nagepraat. En hij
heeft dingen, welke in elke Christelijke
samenleving als goéd worden erkend,
op gezag van de Bladen als „humanis
tisch" zien brandmerken
Of Hendrikse Sr. nu precies weet wat
humanistisch beteekent? Dat niet. Dat
weet trouwens twee derde van de men-
schen niet, die dit mode-woord op de
lippen nemen. Want een mode-woord
wordt het in zekere kringen. „Ik zie het
overal reeds opschieten," zou ik den
geèstigen Prof. Huizinga kunnen na
zeggen. En omdat men met een klak
keloos woord-gebruik, .dat wel terdege
een element inhoudt van smaad, zoo
ontzaggelijk veel kwaad kan doen, moet
ik er toch eens op wijzen.
„Dat is humanistisch" of: „dat zijn
humanistische beginselen' heeft zoo on
geveer de vracht gekregen van: „i k heb
gelijk, en als je me tegenspreekt, dan is
dat 't beste bewijs, dat j ij 'n humanist
bent. 't Is een stok waarmee men na
-jenoeg iederen hond kan slaan, en dat
is nu juist het gemak: niet alleen de
kwade en hijterise, maar ook de goed
aardige. Maar het zal tot een
reddeïooze, zedelijke verwording lelden,
wanneer men, gewapend met half-be-
grepen woorden, aldus voorgaat het be
grip goed eenvoudig te annuleeren.
Er zijn goede daden, tegenover ge
steld aan sléchte. Er bestaat een men-
schelijke eigenschap, welke met „goed
hartigheid" terecht wordt aangeduid.
Iemand kan een goéd. een edel karak-
ror bezitten. De „ware en trouwe broe
derschap", waarover Hare Majesteit
heeft gesproken, is eer. idecel goéd.
Waar gaan wij been, als een onzinnige
humanisme-vrees ons leert om onze Af
keuring aan het goéde te hechten Het
is waarlijk niet zoo moeilijk om met een
brëeden zwaai: deugd, eer, plicht en
trouw, naar den „humanistischen" hoek
te verwijzen. Als men er zich dan maar
rekenschap van geeft, dat de Booze er
mee gediend is.
MET weinig hulpmiddelen veel te
bereiken, is een kunst, die vele
huisvrouwen verstaan. Noemen
wij hij de bereiding van puddingen b.
v. het dikwijls onmisbare hulpmiddel,
de gelatine! Deze kleine, weinig preten-
tieuse witte of roode blaadjes, zijn meer
malen een ware hulp in nood, indien
een pudding te slap blijkt te zijn. Het
gemak van dit bindmiddel is, dat men
niet aan bepaalde jaargetijden gebon
den is, doch men het steeds kan ver
werken in een reeks van smakelijke
puddingen, voor- en nagerechten, aspic,
gelei en nog veel meer.
Wetenschap en techniek hebben in
onderlinge samenwerking een product
weten te verkrijgen, waarvan de huis
vrouw dankbaar gebruik maakt, zoo
wel in blad- als poedervorm.
In de oorlogsjaren heeft gelatine be
wezen onontbeerlijk te zijn in lazaret
ten en klinieken evenals bij operaties
werd het als bloedstelpend middel ge
bruikt.
De verschillende gerechten, die men
met dit hulpmiddel bereidt, zijn niet al
leen smakelijk, doch de voedingswaarde
wordt tevens verhoogd.
Gelatine is reeds tientallen jaren be
kend, doch veel te weinig huisvrouwen
brengen afwisseling in de toespijzen en
ebruiken als bindmiddel eieren,
bloem, maïzena, enz.
Weekt men de witte of roode blaad
jes vooraf 10 15 minuten in een kom
met koud water, dan laat men ze daar
na even uitdruppelen in een zeefje en
in minder dan geen tijd is ze in de
warme vloeistof opgelost. Om het
zakken te voorkomen zal men af en
toe moeten roeren, totdat de massa
drillerig begint te worden.
Lang voordat het gebruik van ge
latine in Europa bekend was, wisten
de Chineezen het reeds te waardeeren
en oude Chinepsche en Japansche ge
schriften roemden de bloedstelpende,
en geneeskrachtige waarde, reeds 2000
jaar geleden.
geeft ziek- en dor haar opnieuw
levenskracht en glans
ff
Stationsstraat 30
Telefoon 1728
Bewaart Uw cassations Bij f 10.— bons een gratis behandeling.
Bediening uitsluitend door geschoold vakkundig personeel
Een tweetal snapshots der nieuwste snufjes op het gebied der hoedenmode
waren te zien bij een society-huweliik dat dezer dagen te Chelsea werd
gehouden
ff
II
DAAR is, zoo schrijft De Vrouwen-
post der H.P., vrouwenwerk zon
der en vrouwenwerk m t aan-
halingsteekens. Dan is er ook nog
„géén vrouwenwerk", ook met aanha-
lingsteekens en het eerste woord be
klemtoond. Daaronder valt elke presta
tie, die een man graag voor zich zou
hebben opgeëischt, benevens den lof,
daaraan verbonden. Eventueele blaam
bij mislukking laat hij graag aan de
andere partij met de dédaigneuze ver
zekering, dat het ook géén vrouwen
werk is.
Van de beide andere categorieën is
de eerste de eenvoudigste te definiee-
ren. Daaronder valt iedere arbeid, die
van de oudste tijden af altijd als spe
ciaal voor vrouwen geschikt heeft ge
golden. En het gedeeltelijk dan ook is.
Voor een ander deel zou er misschien
aan de goede opvattingen van anno
dazumal te tornen vallen. Speciaal
vrouwenwerk kinderen opvoeden,
zieken verplegen, weven, sninnen, ko
ken, bakken en braden, wasschen en
strijken, bloemen en planten verzor
gen... enfin. Schiller heeft het in zijn
Lied van de Klok al zoo goed gezegd,
dat het dwaasheid zou zijn om het nog
eens even goed of beter te villen doen.
Maar de man heeft op dit voor de
vrouw zoo bijzonder geschikte en aan
gewezen terrein in den loop der eeuwen
niet onbelangrijke strooptochten gehou
den, zonder dat daar ooit zoo fel ge
protesteerd is als in het andere kamp
werd gedaan, toen de vrouw dit goede
voorbeeld begon te volgen. Is de vrouw
wellicht edelmoediger, ruimer van op
vattingen?
Over vrouwenwerk zonder aanha-
lingsteekens valt eindeloos te discus
sieeren, juist nu weer, nu de grenzen
voor haar werkterrein steeds enger
worden getrokken. In het algemeen
moppert de vrouw, dat het werk haar
niet bevredigt, dat zij zich geroepen
voelt, zoo niet lot belangrijker en hoo-
ger arbeid, dan toch zeer stellig tot
althans iets anders en de man ant
woordt daarop, dat zij dat toch hcusch
niet juist inziet en dat het werk is. f'
juist wèl groote bevrediging schenkt,
als je het maar onder den go-den
hoek weet te zien. Dan zegt dc vrouw
weer
Het vrouwenwerk mèt aanhalings-
teekens zit vol stekels aan alle kanten.
Eigenlijk zou iemand, die den vrede
lief heeft, daar maar in het geheel niet
over moeten spreken. Want cr is kans,
dat hij zich begeeft in Niemandsland
en tusschen twee vuren geraakt.
In de eerste plaats kan men wel zeg
gen, dat vrouwenwerk mèt aanhalings-
teekens alle werk is, waarvan een rnan
denkt, dat hij het ook, even goed en
waarschijn ijk heter zon doen, als het
hem was opgedragen. Verder komt de
kwalificatie te pas, daar waar mannen
en vrouwen samen werken en waar
ook wel eens fouten gemaakt worden
Overal waar gewerkt wordt, is dit het
geval. Ook daar waar alleen mannen
werken en daar waar alleen vrouwen
zijn. Als een man een fout maakt
het lijkt onbestaanbaar, maar bet is
toch werkelijk waar, het gebeurt wel
eens in het gewone, werkelijke leven
welnu, dan is het gebeurd en hij zegt
„sorry" en hij tracht de fout te herstel
len of de gevolgen er van zoo gering
mogelijk te maken en er kraait verder
geen haan naar. Niemand verwijt het
hem en zeer zeker zijn vrouwelijke me
de-arbeidenden niet. Maakt echter een
van haar een fout, dan wordt onmid
dellijk haar heele prestatie gekwalifi
ceerd met een vernietigend: „vrouwen
werk". Soms zelfs: „echt vrouwen
werk", met aanhalingsteekens en klem
tonen en alles. Daarmee wordt geïnsi
nueerd iets onvolwaardigs, iets dat je
nauwelijks au sérieux zoudt ne
men, als de gevolgen maar niet zóó
funest waren, iets als het „meedoen
voor spek-en-boonen", dat in de jaren
vóór de coëducatio soms grootmoedig-
lijk werd toegestaan aan wildebrassen
en robbedoezen van meisjes, die met
hun broers wilden meespelen.
Over de onbillijkheid er van zullen
we ons niet druk maken. Te lange ja
ren is er op allerlei gebied door vrou
wen in zeer uiteenloopende posities
goed werk gedaan. Alleen komt do
vraag wel eens op: is het niet wat
klein? En niet-seheel-wéórdig?
EVENALS alle meubels en huishou
delijke dingen, moeten rieten meu
bels en andere gebruiksartikelen
regelmatig onderhouden worden. Bieten
tuinmeubels, die öteeds in tuin of op
bailcon staan, zijn aan steeds viseclen-
de temperaturen en regen blootg-steld
en gaan er vaak myi of meer verwaar
loosd uitzien. Zeer gevoelig zijn b.v, die
rieten meubels, welke niet gevernist,
geverfd of gelakt zijn.
Men reinigt rietwerk het best door
het met zeepsop af te borstelen, men
kan er tevens een scheut amoniak aan
toevoegen. Wil men de meubels blee-
ken, dan neemt men 2 deelcn water en
1 deel wateirstof-superoxyde cn neemt
ringzout kan men eveneens tot dit doel
aanwenden.
het rietwerk hiermede af. Verdund zu-
Het drogen moet nimmer in de zon
gebeuren, aangezien het dan te vlug
gaat en de tuinmeubelen bij de minste
beweging als men gaat zitten onaange
naam kraken. Pitriet maakt rnen even
eens met een sopje schoon en als de
kleur minder frisch wordt kan men
zeer veel op door vernissen. Kleine re-
het met gekleurde beits behandelen en
daarna vernissen.
Rottan-rneubels knappen eveneens
paraties, b.v. indien het rietwerk aan
de pooten der stoelen loslaat, kan men
zelf uitvoeren. Het is echter verkeerde
zuinigheid om werkelijk noodige repa-
raties uit te stellen, daar het tijdig en
vakkundig in orde, brengen de lexens-
duur aanmerkelijk verlengt..
Met veel genoegen kondigen wij hier
de verschijning van een maandblad
aan, dat zeker èn door den opzet èn
door de uitvoering de aandacht zal gaan
trekken. Het wil een maandblad voor
moeders zijn, noemt zich „Wiegekind
cn Kleuter" en staat, onder redactie van
de bekende schrijfster mevr. J. Riemens-
Reurslag.
Het tijdschrift zal vele vragen onder
do oogen zien, die zich aan de jonge
moeders plegen voor te doen, elk num
mer bevat een kort verhaal óver kinde
ren en een vertelling voor kinderen,
terwijl de amateur-fotograaf A Carré
een en ander uitstekend verlucht.
Uit Indie worden brieven opgeno
men, mpdisclie bijdragen zijn er van
vrouwelijke artsen, paedagogische van
H. G. Cannegieter en de redactrice zelf,
literaire van Eva Raedt—de Cantor,
Rein Valkhoff, Ank Servaes e.a. Ver
der de onmisbare handwerkrubriek, een
vragen rubriek voor moeders en voor
beelden voor kinderhandenarbeid.
Wij hopen nog meermalen op den
inhoud van deze jongste onzer periodie
ken terug te kunnen komen.
Martine Wittop Koning schrijft ons:
WE hadden het onlangs over do
groote beteekenis, die een eenvou
dig nagerecht kan hebben, als het
de in het hoofdgerecht nog ontbrekende
voedingsstoffen aanvult. Ën ik haalde
toen vooral de „Melkspijzen" aan, die
cn ten opzichte van het eiwit, èn ten
opzichte van vet en koolhydraten uit
stekend die taak kunnen vervullen.
Ook sprak ik van dc „pappen" als wel
de allereenvoudigste voorbeelden van
zulke nagerechten. En omdat ik bij er
varing weet, hoe tegenwoordig in heel
veel gezinnen dc pap niet meer met de
zelfde waardeering wordt begroet als
in vorige generaties, lijkt 't me wel ge
schikt om nog even op dat onderwerp
terug te komen.
Ja als een pap dag-in dag-uit pre
cies op dezelfde wijze wordt voorge-
diend, dèn gaat de fleur er wel wat af.
Maar dat is niet noodig.
Bepalen we ons vandaag eens alleen
tot. de bekende rijstebrij: op allerlei ma
nieren kan die gepresenteerd worden,
hetzij als gerecht op zichzelf, hetzij in
combinatie met andere toavoegsels
(vruchten b.v.).
„Op zichzelf" kunnen we ze warm of
koud geven, dik of dun, met een smaak
je van vanille, van citroenschil of van
kaneel; in combinatie met vruchten
kunnen we die cr rauw of gekookt
in een afzonderlijk schaaltje bij preson-
teeren wat b.v. in dezen tijd, nu do
aardbeien en de bessen weer tot 't
verleden behooren, zich uitstekend laai
doen met bramen (rauw), met gestoof
de peren, gestoofde kwetsen of appel
moes.
Maar we kunnen ook de rijst en de
vruchten als één geheel opdoen. We
koken de rijstebrij dan vooral niet to
dun (150 G. of l1/» klein theekopje rijst
per Liter melk), we laten ze koud
worden en roeren er gedurende het af
koelen van tijd tot tijd in, om het vor
men van een vlies te voorkomen. Dan
maken we van de koude rijstebrij in 't
midden van den schotel een bergje en
leggen er do koude gestoofde vruchten
met het bijbehoorende eenigszins ge-
honden sap omheen. Of wel, we schik
ken de kouclo, stijve rijstebrij juist
langs den rand van den 6cholel en
houden het middenvak open. óm het la
ter te vullen met de gestoofde vruchten.
In beide gevallen kunnen we uitst)
kond gebruik maken van een restH
gestoofde vruchten uit een vorig mie.)
dagmaal, zoodat alleen voor het kokeit
van de rijstebrij behoeft te worden góf
zorgd. Gewoonlijk zal do bij de vruchte»,
behoorende saus voldoende zoet ziji/
oin dc rijstebrij zonder suiker te kuu
non opdienen; mocht dat niet 't gov
zijn, dan kunnen we of wat suiker dc,
de nog warme rijstebrij roeren of
.slotte de koude rijstebrij even voor lnf
opdienen met wat suiker bestrooien.
Had ik geen gelijk, toen ik U verteld»)
rlat een pap niet eentonig behoeft
En bent U 't ook niet met mij eei
dat het bereiden van zoo'n werkclij^
voedzaam nagerecht heel weinig tij<
geld cn moeite vraagt?
Trouwens, dat heeft niet alleen be
trekking op de v ij s t p a p, die we van-
daag een beurt geven; er zijn nog veel
méér eenvoudige, smakelijke, voedzame
..loetjes", die van een pap zijn afgeleid:
die bespreken we later wel eens.
GEBRUIND OF BLANK
Het eerste waar we in den zomer
mee beginnen, is alle pogingen in het
werk stellen om bruin te worden
Zongebruind is nog steeds mode en
deze grillige koningin volgen wij
maar al te graag. Maar helaas, nu het
herfst is, loopen wij nog met ons don
ker tintje rond en nu schrijft onze ge
biedster een mat-blanke tint voor.
Met de donkere dagen, als het zon
netje maar niet door het dilike wol
kendek te voorschijn wil komen, zien
wij cr inderdaad met onze vacantie-
huis niet florissant uit. We hebben nu
min of meer het voorkomen van een
treurende bloem, die niet meer tot
bloei kan komen, omdat de Hid voor
bij is. En dan... oh schrik.' Hoe zul
len wij er uitzien bij het avondlicht in
schouwburg of concertzaal! Alleen een
speciale manier van een make-up op
leggen, het z.g. emaiileeren, kan even
tueele onregelmatigheden (donkere
plekken) tijdelijk bedekken of een
zongebruinde huid lichter van tint
doen schijnen. Desondanks is het doel
matiger zoo spoedig mogelijk aan een
bleekproces te beginnen.
Dc eenvoudigste manier is 's avonds
na reiniging van de huid het gelaat
een paar minuten met zoo warm mo-
gcliik water af te spoelen. Dit is be
doeld om de poriën te openen. Daar
na droog betten en voor den nacht
een bleekende crème inkloppen. Bü
regelmatige toepassing zal spoedig de
normale kleur weer te voorschijn ko
men.
Hierbij zij vermeld, dat het voor
komt. dat een teere huid de inwerking
van een dergelijke crème eiken avond
niet verdraagt. Daarom is het goed zoo
nu en dan af te wisselen met een an
dere. zachte voedingscrème.
Wil men het proces verhaasten, dan
wrijve men het gezicht bovendien nog
enkele malen daags in met mieriks-
wortelsap, uiensap of citroensap. Na
dat één dezer sappen ingetrokken zijn.
bedekke men de huid met een niet te
dun laagje goede dagcrême.
DIANA
MET
boven haar eexe-genooten staat de vrouw, die een goed
verzorgde huid bezit.
Onvakkundige behandeling kan echter meer kwaad dan
goed verrichten. Laat daarom Uw teint verfraaien* door
GEDIPLOMEERD SPECIAUSTE DIPL. BERLIE.
P. BUIJSIMN12 Telefoon 1607
FEUILLETON
Ned. bewerking door
MARIE DE BELMONTE
82)
„Weet u, waarom ik gekomen ben?"
vroeg ze, want ze gisie zijn geestesge
steldheid en trachtte hem op het goe
de spoor te brengen.
„Orn samen Ie praten, denk ik" ant
woordde hij, verbazing voorwendend
Wat was ze moo
Onwillekeurig dwaalden baar ver
schrikte oogen door het vertrek, zoe
kende om de opening van de pijp
waardoor ze wist, dat de oogen vin
den Cobra tot haar doordrongen; Maar
in de hooge gebeeldhouwde kroonlijst
was niets te ontdekken
„Ik ben gekomen, omdat- ik
vragen wou, of u me iets zoudt wil
len geven. iets. zei ze en stokte bij elk
woord. „Om u le vragen mij te hel
pen.
„Ik?. Ik u iets geven? Wat zon
ik kunnen geven Ik hen gevangene
evenals u."
„Ja juist, cn dat is een raden te
meer om me te helpen Vindt u ook
niet?"
„Ja natuurlijk Wat is de wensch?"
,JIet hoek mat het cijferschrift, dat
u voor de Sirkar had samengesteld?"
Hij fronste de wenk brouwen en deed
alsof hij misnoegd was.
„Was 't doel daarmee uw vrijheid te
koopan?" (Hij zou haar, het koste wat
het wil uit deze heJ verlossen).
Zij knikte toestemmend.
,,'t ls geen kleinigheid, wat u vraagt.
Daarvan hebt u zich zeker wel reken
schap gegeven? (Alsof zij ooit te veel
zou kunnen vragen).
„Ja, dat heb ik,1 antwoordde ze op
ijzigen toon, maar in de oogen, die zij
naar Gray opsloeg, las hij teederheid.
„En indien ik weigerde?" (Hij wist
dat zij zijn glimlach begrijpen zou).
„U zoudt het me' geweigerd hebben
aan die. vrouw, met vie u gister
avond iiier was" (Ze verfoeide in
haar hart deze schijnbare beleediging
aan zijn liefde voor haar.)
Boven hun hoofden hoorden ze iets,
wat op hoonzelach leek
„Mogelijk wel en mogelijk niet. L)at
is rnijn zaak." antwoordde hij, (Zijn
oogen zeiden: ik houd van je. ik houd
van je).
„Ik had u dozp gunst gevraagd, om
dat u de vriend was van mijn., va
der."
Thans was dp aandoening in haar
slem niet langer voorgewend.
„Wilt u me dezen dienst niet bewij
zen?"
..Iloe kunt u een Engelfiche mij
een dergelijke vraag doen?"
„Omdat de zaak voor mij van het
hoogste belang is" hernam ze. „U
vroeg of ik de bedoeling had door dat
bewuste boek mijn vrijheid te herkrij
gen? .Ta En mogelijk is 't tevens de prijs
voor uw eigen leven."
Voorovergebogen liet Gray zijn han
den tusschen zijn knieën hangen. Zijn
leven? Even te voren kon zijn lot hem
weinig schelen, als zij maar veilig was.
En het eenige middel om haar dierbaar
lichaam tegen folteren te vrijwaren was
den sleutel van het cijferschrift te ge
ven., Zou ze het weten? I-Iij hoopte van
niet.
„De sirdar Alam Khan had het me
ook al gevraagd en ik had geweigerd.
zei hij den nadruk leggend op eJk
woord.
„Misschien was zijn prijs niet hoog
genoeg?" opperde zij, terwijl ze den
klank van haar stem verafschuwde.
„En de uwe?" (In stilte dacht hij
wat een hel voor 'lat arme kind).
„Dat heb ik al gezegd: ons beider vrij
heid."
Een karavaan den volgenden
avond... De woorden van Chirine ha
merden in Grav's slapen.
„Welke waarborg hebt u?" (Haar va
der is dood Ze heeft niemand).
„Het woord van den sirdar Alam
Khan."
„Zou hierop te vertrouwen zijn? (SM
je voor dat ze weer van me wegge haal i
werd).
„Hij heeft het beloofd U moei hem
vertrouwen, evenals ik."
Een klein stukje kalk. losgelaten van
het plafond viel op den rug van haar
hand Onwillekeurig keek ze naar no-
ven. En daar ontdekte ze nu, bijna on
zichtbaar in het halve licht van h"t
hooge plafond een nog duisterder vier
kant: dat was het kijkgat.
Haar hart verstijfde van schrik en
zij meende dp vuriore blikken van den
Cobra op hen te voelen
„Om 's hemels wil", hijgde ze bleek
en bevend „neem liet voorstel, dat ik
leed. aan."
Gray was thans oprecht verbaasd
door den wanhopigpn ernst in haar
stern, maar tevens had hij een gevoel
van opluchting: zij wenschte dus wer
kelijk, dat hij het Byzantijnsch geheim
schrift zou verraden? Dit vergemakke
lijkte den toestand.
„Ik neem het aan," zei hij plechtig.
„Maar ik zal de code op schrift moeten
stellen. Ze. is lang cn ingewikkeld. In
dien ik 't uitlegde, zou u het toch niet
onthouden Ik zal vragen om 6chrijfbe-
noodigdhoden. Morgenochtend kan ik
er mee klaar zijn."
„Is dit uw vast besluit?"
„Dit is mijn besluit. Alam Khan heeft
rnij in zijn macht en het was dom van
me dit niet eerder begrepen te hebben.
We zijn zijn gevangenen en waar ook
uw vrijheid ervan afhangt, zal ik aan
zijn verlangen voldoen."
Ze deed hem een stomme vraag. Hij
boog zijn hoofd als teoken van instem
ming
„Wat gebeuren moet, gebeure. Kis
met."
„Geve de Kemel, dat de karavaan
komt voor je k^aar bent," zei Diana im
pulsief. Ze had het bevel van den Cobra
even vergeten en Engelsch gesprokpn
Nauwelijks had ze de woorden geuit
of Jaffir kwam binnen
„De Khan heeft last gegeven, dat zoo
dra u onze taal niet meer gelieft te
spreken, u den sahib moet verlaten.'
zei hij aanmatigend „Volg me."
Zij en Gray gaven er zich reken
schap van, dat deze ontmoeting hun
laatste 7.011 kunnen wezen. Zij drukte
kram nacht ig de handen, die hit haar
toestak en zonder terughouding hief 7.11
haar geziekt je naar hem op, opdat hij
er een kus op kon drukken.
„Waf er ook gebeure Diana, wij we
ien althans, dat we van elkaar bonden,
zei hij. en zich bukkend kuste hij haar
larie en feeder.
Op den drempel van de deur keerde
zij zich nog eens om en wilde zeggen
„Ik houd van je," maar tranen verstik
ten haar stem.
HOOFDSTUK XXII
Chirino smeedt voor do tweede maal
een complot, en de „Man met
den Sluier" spreekt met
Simla
Toen Jaffir, de eunuch, Diana kwam
halen, om haar naar Colin Gray te ge
leiden. was de zon nauwelijks op. Zoet
vogelgekwcel vervulde de boomen van
den tuin, en een zwak briesje speelde
door de frissche morgenlucht.
Diana hart Chirine. die nog rustig
sliep, niet willen wekken, maar terug
komende vond zij de Perzische wakker
en vol ongeduld om te hooren, wat de
ander te vertellen zou hebben.
,,'t Verwondert me niets, Chirine, dat
ie er down van bent', merkte Diana op.
na verslag van haar onderhoud met
Gray te hebben gedaan. „Ik voor mij
heb oneindig vertrouwen in de vinding
rijkheid van mijn sahib."
„Liefde is de oudste zuster van hoop,
Dina. Tk heb ook hoop, omdat ik lief-
heb, Ik ben blij, dal die Galcha me op
dp boogie heeft gebracht van het com
plot van Jaffir en van Khoon. Want
die ellendige bond. die een vijand is
van het sahib-log. heeft me in verden
king
„in verdenking, van wat?" vroeg Dia
na angstig.
„Van jou te helpen. Luister: gister
avond toen ik majoor Gray in zijn ge
vangenis ging opzoeken, hen ik Jaffir
tegengekomen, 't Was al laaf en ik las
de achterdocht in zijn oog,en.. Ik ver
lang vurig naar den dag. waarop ik
hem op het marktplein door woeste
stieren uit elkaar zal zien scheuren. F.n
die dag zal kornen, want ik bid er
eiken avond voor."
„Heeft Collinmajoor Gray je ook
een boodschap voor mij gegeven? Heeft
hij je ook gesproken over een hulp-ex
peditie?" vroeg Diana, die te veel ver
vuld van haar zelf was om te letten
op de toespeling op Jaffir en de samen
zweerders.
„Je zult alles hooren, Dina. De eunuch
zcide, dat mijn Heer door alles heen
woedend was en naar mij gevraagd had
Dezen keer sprak dat vette varken de
waarheid. Toen ik kwam luchtte de
Khan zijn hart met allerlei vervloekin
gen, cn beloften van wraak op den
Man-met-den-Sluler." De uitdrukking
van haar oogen werd som her. „Ik heb
getracht hem te stuiten: het is gevaar
lijk iets van hem te zeggen, want al is
hij op mijlen afstand, hij gist ieders
gedachten en vooral indien het hem
vijandige personen betreft. Maar ik
praatte voor doove ooren."
„Waarom was Alam Khan zoo woe
dend?" vroeg Diana, die weer gekweld
werd door een nieuw voorgevoelen en
lie meende, dat in werkelijkheid een
cobra zich om haar lichaam slingerde,
..Dp „Man-mof-den-Sluier' is vannacht
gekomen." vervolgde Chirine. „een half
uurtje voor ik bij Khan kwam F.n hij
heeft beve.l gegeven om jouw sahib
vanmiddag te doen verschijnen
Diana verbleekte
„Wat zullen ze met hem doen°"
•unmelde 7.e. ..Oh hemel, zou ik hem
nief op de een of andftre manier hun
nen helpen.
.Wal ze met |n>m doen zullen, weet
ik ni01anlwoordrle Chirine ontwijkend.
Indien hij doet wat 70 van hem vra-
■ren komt alles terecht."
..Maar hfi schrijft het Bvzan'iinsche
••eheimsehriff al op voor den Khan"
protesteerde Diana Meer kan hij toch
niet doen?"
(Wordt Vrevolgd).