KINDER COURANT DE BELONING Wat de herder ons vertelde RUBRIEK VAN OOM BOB' EZELTJE RIJDEN ,UIT EIGEN PEN 199M Een reuzenforel BRIEFWISSELING KNIKKERTIJD door L. W. Het was prachtig weer en we maak ten een lange wandeling over de hei. We voelden het voorjaar in de lucht en aan de blauwe hemel re ven een paar witte schapenwolkjes. We hadden al een heel eind gelopen, maar het leek alsof we niet moe werden en we wilden nog een stuk verder. Heel in de verte zagen we een grijzige plek op de hei. We raadden ernaar, wat dat kon zijn maar we begrepen het niet. We dachten eerst, dat het misschien een kale plek was, maar toen we dichterbij kwamen, zagen we, dat die kale plek zich lang zaam bewoog en toen we nog een eindje verder waren, zagen we. dat het een kudde schapen was. „Zullen we erheen gaan?" vroeg mijn vriend, „of wil je liever de andere kant uitlopen?" Maar ik voelde er wel voor om die kudde van dichtbij te bekijken en misschien eens met den herder te spreken. Het was al vrij lang geleden, dat ik een kudde had gezien want ik woon in de stad en kwam niet dikwijls buiten. Ik had er dikwijls over gedacht, (hoe dat toch zou zijn om de hele dag buiten te lopen met je schapen en je hond en te zorgen, dat de dieren veilig bij elkaar bleven. We besloten daarom maar eens naar de kudde toe te gaan en te kijken of we den herder eens kon den spreken. En zo stonden we een kwartier later bij den herder. De man groette ons vriendelijk en zei: „G'ndag!" „Goeden dag, groetten wij nu ook. „Mooi weer, vindt u niét? „Ja, ja, dat gaat best. 't Wordt weer lente!" En zo waren we al gauw in een druk gesprek gewikkeld. Hij vertelde, dat het hem nooit verveelde om met zijn scha pen van de eene plaats naar de andere te trekken. „En de dieren houden me bezig", zei hij. „Maar vèrtelt u nu eens, hoe houdt u al die dieren uit elkaar. U hebt zeker schapen van veel verschillende boeren bij u?" „Ja, alle boeren geven mij hun dieren mee en ik breng ze altijd weer bij hen terug. Natuurlijk kan ik ze uit elkaar houden. Ze zijn allemaal anders. Dat daar bijvoorbeeld," hij wees op een groot schaap, dat er precies als alle anderen uitzag, „dat is van boer Jo- chem. Hij heeft hier 14 schapen in de kudde, zal ik ze eens bij elkaar ha len". We kelten hem ongelovig aan, want we konden oi-i niet indenken, dat hij werkelijk uit al die witte, wol len dieren de schapen van boer Jo- chem zou kunnen halen. „Zou u dat werkelijk kunnen?" „Makkelijk, in een paar minuten!" zei de herder kalm. „Wolf, mijn hond, en ik, we kennen ze allemaal uit el kaar en zij kennen ons ook. Ze heb ben een andere kop. een ander vacht en andere ogen. Ze lopen allemaal an ders en ze hebben allemaal een be paalde manier van eten. Als u een troep honden bij elkaar ziet, kent u ze toch ook uit elkaar? Bij mij is het net zo Natuurlijk niet in het begin, toen vergiste ik me wel eens, maar als je jaar in, jaar uit elke dag met de die ren samen bent en ze de hele dag kunt bestuderen, dan weet je heus wel, wie je voor hebt" Zijn stem klonk nu vol trots en hij keek eens over de kudde. „Maar weet u, het vervelende is, dat de mensen je zo dikwijls tegenwerken De schoolkinderen bijvoorbeeld, komen wel eens bij de hutten en dan slaan zo tegen de deur zodat de dieren bang en onrustig worden. Dat is niet goed. De kinderen bedoelen daar niets mee, maar het is toch slecht voor de dieren. Ze moeten ze met rust laten, dan blij ven ze ook overdag kalm bij de kud de. Ja meneer, het is nog zo kwaad niet herder te zijn, tenminste, als je hart voor de dieren hebt!" En dat had hij, dat merkten we wel. We praatten nog even door, groetten hem toen vriendelijk en stapten op. Toen ze al een eind verder waren, hoorden we de herder vrolijk fluiten. .J Beste nichten en neven. JULLIE hadden Woensdagmiddag niet te klagen over het weer, want er scheen een uitbundig zonnetje. Dat de wind nog wat koud was, daar trok ken mijn gezonde Hollandse nichten en neven zich niets van aan. Hebben jullie wel goed om je heen gekeken naar de prachtige "bloesem overal, houdt je ogen maar goed open, want dan is er heel wat te genieten. Binnenkort heb ik jullie een nieuwtje te vertellen, ik hoop dat jullie het leuk vinden, \frant het betreft onze hele fami- lieschaar. Heb ik jullie nu nieuwsgierig gemaakt? Onze geleerde nicht Leergraag vertelt nu een geschiedenis, ik denk dat zij het zelf heeft, beleefd. De bedorven jurk ANNEMIE was twaalf jaar. Er zou gauw feest komen. Oma en Opa waren de volgende week 50 jaar getrouwd. De naaister zou voor Annemie een mooie, zijden jurk maken. Opa en Oma woonden in Arnhem en An nemie in Zwolle, 's Was dus nog een heel eind reizen. Eindelijk was de dag van vertrek aangebroken. Moeder had Anncmie's haar gewassen en daarna had ze er krullen in gemaakt. Dat stond wat leuk. Ze zag er dan ook keurig uit, met haar rose jurk. Om tien uur vertrok de trein. Zij gingen met z'n vieren: Va der, Moeder, Wim en Annemie. Toen ze in Arnhem kwamen, was de familie er al. Opa en Oma hadden een zaaltje gehuurd, omdat hun huis te klein was voor zoveel gasten. Zo begon het feest. Er werd voorge dragen en gezongen en van alles getrak teerd. Annemie en de anderen vermaak ten zich best. Maar wat er toen gebeur de! Annemie, die tussen de nichtjes in zat, wilde juist haar glaasje limona de opdrinken, toen Mimi. die opstond om iets voor te dragen, haar bij onge luk een stoot. gaf. De limonade stroomde over Annemie's jurk. Die was nu bedor ven. Gauw ging Annemie naar Moeder ■IMgniyaMM '7 Elk jaar worden er weer nieuwe wed strijden uitgedacht, het lijkt wel of er niet genoeg spellen bedacht kunnen worden. Polospelen te paard werd al heel lange tijd gedaan, maar op een ezel is het toch weer heel iets anders. Daarbij kwam dat de ezels, die met deze wedstrijd, die in Australië werd gehou den, meededen niet de meest makke ezels waren. Iedere speler vist dus van te voren, dat ei wel een flinke kans be stond, dat hij op de grond zou vallen. Maar als je er op bent voorbereid is het niet zo erg. Dat is ook heel goed aan het gezicht van dezen ruiter te zien, die vrolijk lachend van zijn ezel aftuimelt! Hertog Eberhard Ludwig von Würt- temberg, die in 1733 gestorven is, ver loor een keer op jacht zijn geweer. Een hele troep jagers en boeren moesten het hele jachtgebied doorzoeken om het lievelingsgöweer van den vorst terug te vinden, maar alles was tevergeefs. Toen loofde de hertog een som van 100 gul den uit of iets anders, naar keuze, voor dengene, die het geweer zou vinden en terugbrengen. Op een morgen kwam een boer bij den schildwacht van het kasteel. Hij zei, dat hij het geweer van den hertog gevon den had. De schildwacht, die juist erg in geldnood zat, zei, dat hij hem alleen maar door kon laten, als hij hem een vierde van de beloning gaf. „Het hangt helemaal alleen van mij af," zei hij, „of je toegelaten wordt bij den hertog of dat je opgepakt wordt en in de gevan genis wordt gestopt, want je hebt het geweer natuurlijk gestolen! Het boertje, dat lang niet zo dom was als de soldaat dacht, deed net alsof hij eerst na moest denken. Na een paar minuten gaf hij toe en toen deed de soldaat de poort open. Even later, op de trap naar het kasteel kwam on ze boer den schrijver van den hertog tegen, die hem vroeg waar hij heen ging. De boer vertelde hem waarom hij gekomen was en zei, dat hij nu naar den hertog moest. „Wil jij naar den hertog?" vroeg do schrijver. „Daar wordt je heus niet zo maar toe gelaten!" „Maar meneer", antwoordde het boer tje, „ik heb het geweer van do hertog toch gevonden en krijg daarvoor 100 gulden of een andere beloning!" „Al had -je het hele hertogdom ge vonden, dan kreeg je nog niet zomaar toegang! Maar ik zal je iets voorstellen, want ik alleen kan zorgen, dat je wordt toegelaten. Geeft mij een vierde deel van je beloning, dan zal ik ervoor zor gen, dat je direct bij den hertog mag komen!" „Dan moet ik wel toestemmen." zei de boer. Nu ging de schrijver met hem mee naar boven naar de wachtkamer van den hertog. Maar hier stond een kamer dienaar, die zei, dat ze eerst moesten vertellen, waarom ze kwamen, omdat ze anders geen toegang kregen. Toen vertelde de boer voor de derde maal, wat hij kwam doen. De kamerdienaar trok een heel ernstig gezicht en zei, dat hij hem alleen bij den hertog kon toe laten, als hij minstens de helft van de beloning kreeg. Deze keer stemde de boer onmiddellijk toe en nu werd hij werkelijk bij den hertog toegelaten. Deze was heel blij, dat hij zijn geweer weer terug had en zei, dat de boer nu maar moest zeggen, wat hij voor belo ning wilde hebben. De boer scheen een beetje verlegen te worden, maar toen de vorst hem nog eens verzocht het toch te zeggen, vroeg hij, of hij honderd stok slagen mocht hebben! Toen de hofherén, die aanwezig wa ren. dat hoorden, begonnen ze luid to lachen. Maar de hertog was stomver baasd en keek het boertje van het hoofd tot de voeten aan. Toen vroeg hij of hij zijn wonderlijk verzoek nog eens wilde herhalen. Dat deed de boer direct.. „Teder zijn smaak", zei de hertog nu en liet iemand roepen om den boer met een zijn beloning te geven! „Mag ik nog iets zeggen, doorluchtig© hoogheid", zei de boer nu. „Ik krijR namelijk helemaal niets van de Belo ning. De soldaat, die beneden voor de poort staat moest een kwart gedeelte hebben, Uw schrijver wilde ook een kwart hebben en Uw kamerdienaar in de wachtkamer wilde minstens de helft hebben, anders wilden ze me niet voor bij laten gaan!" Nu barstte de hertog in lachen uit, liet de drie zondaren bij zich komen en liet hen de „beloning" helemaal uitbe talen! De arme mensen, die dachten, dat ze zo slim waren geweest, wisten niet wat hen overkwam. De soldaat en de schrijver kregen ieder 25 stokslagen en de kamerdienaar kreeg er 50. Daar na liet de hertog nog 100 gulden uit de schatkist halen en gaf die aan den boer. Het hoeft niet gezegd te worden, dat deze stralend van plezier weer ver trok 1 toe, om haar hulp te vragen. Moeder was eigenlijk wel een beetje boos, maar ze dacht: ,,'t is feest hoor, laat maar, 'k zal wel zien hoe die vlek eruit komt." Annemie moest zolang een andere jurk aantrekken. Zo werd het feest weer verder gevierd. Maar toen ze weer thuis waren, had moeder de jurk meteen gewassen en ge schuurd zodat zij haast helemaal bedor ven was. LEERGRAAG. Elke jongen heeft wel eens gevist Misschien niet met een hengel maar dan toch wel met een schepnetje. Het is ook een prettig werk om met een schepnet langs een beek te lopen en glinsterende kleine vissen op te halen. Meestal zijn het maar heel kleine baars jes. En wat is het dan leuk, als je eens een grotere vis erin krijgt, wat toch ook wel eens gebeurt. Natuurlijk vissen jongens niet om vissen voor het eten te vangen. Meestal gaan de baarsjes in een aquarium of worden zelfs in de beek teruggeworpen na een tijdje. Het is toch ook alleen om het vissen zelf te doen. Dat. is bij groote mensen en eigenlijk is vissen met een hengel een heel ge mene sport. Het is nog niet zo heel erg om vissen te vangen, maar als de hengel dan uit hun keel is getrokken, moet je ze ook meteen doodmaken. Op dit plaatje zien jullie nu een vis, die wel een beetje groter is dan de baarsjes, die jullie met je schepnet vangen! Het is een forel, die 90 c.m. lang is! Hij is gevangen in de Schwarza flusz in Stiermaken. Het beestje weegt 11 kilo en is nu naar Wenen gebracht waar hij door den hekenden preparateur Piller verder behandeld zal worden. Korenbloem. Gelukkig heb ik mij vergist, toen ik dacht, dat je mij vergeten had. Heb je het zo druk ge had? Je vader zal wel veel pijn gehad hebben, is dat al wat minder. Heb je er een babv-nicht bij gekregen, wat leuk. Foto's van het Koninklijk Huis heb ik wel uit de krant, maar jij bedoelt na tuurlijk de originele foto's en daar kan ik je niet aan helpen. Jammer Koren bloem, ik hoop dat je weer trouw gaat schrijven. Old Death. Wat heb je een prachtig wapen ontworpen neef, ik heb het naar behoren bewonderd. Waarmee heb je het zo druk? Met het vangen van je rode broeders? Ik hoop dat je je woord houdt, en mij weer geregeld blij.ft schrijven. Michael Strogoff. Hoe was het rapport neef, is het meegevallen? Wat werd er voor een voorstelling gege ven in Zeist? Het is toch maar fijn zo'n verjaardag van het Koninklijk Huis, we vieren dan allemaal feest. Jammer, dat je de vorige yveek de raadsels hebt vergeten, je moet maar trouw meedoen, dan win je vast wel eens een prijs, Kippestaartje. De ruilhandel is voor degenen, die een bepaald soort bonnen sparen juist erg gemakkelijk, want dan gaat het wat vlugger. Je hebt mij een gezellige lange brief geschreven Kippestaart. Wat leuk dat al je vrien dinnen nu niet ons pieedoen. Ik ben er blij mee, dat mijn familiekring zo groot wordt. Die kopjes, zoals jij er een gekre gen hebt, heb ik nog niet gezien. Het zal wel mooi zijn. Duikelaartje. Dan zal er zo onder de les wel eens gebabbeld worden met Kippestaart denk ik. Ik word bijna jaloers als ik je hoor opnoemen wat jul lie allemaal voor fijne vruchten in de tuin hebben. Het is zo mooi, dat je nu van de prachtige bloesem kunt genieten en later kan je er nog heerlijk van eten. Bij ons zingt er altijd een merel in de tuin, hij zit dan op de hoogste punt van het dak. Hij begint al heel vroeg 's mor gens. Blondje. Ik geloof, dat jij onze hele familie kent, gezellig hé, kleine blonde nicht? Wat zal jij tróts als een pauw rondstappen, als je een uniform aan hebt. Je houdt mij er wel van op de hoogte, wanneer die heugelijke ge beurtenis plaats vindt. Portret tentreks.tertje. Dat zusje van jou heeft een moeilijke naam voor je uitgezocht hoor, maar hij is in ieder geval niet algemeen. Je schrijft al keurige briefjes nichtje, maar je zit dan ook al in de tweede klas, dat is vlug als je pas 7 jaar bent. Oranje vlinder. De fout zat niet in het raadsel nicht, maar in jouw oplossing zoals je ziet. Nu heb ik het toch maar goed gerekend, omdat, je het ér ook van maken kunt, hoewel het woord een beetje onzin is. Volgende keer even langer nadenken Oranje vlin der. Je bent precies twee jaar ouder en zit twee klassen hoger dan je zusje, dat komt mooi uit. J u f f r 0 u w S n i p. Natuurlijk verhevigde het mij, te horen, dat je naar de H.B.S. gaat, hoewel het niet zo leuk is, dat je dan weinig tijd meer voor mij zult hebben. Gelukkig duurt het nog even voor het September is. Wat wil je worden Snip? Of heb je nog geen bepaald doel. Je hebt zeker wel plezier gemaakt met je nichtje. Hoe was het cijfer voor Frans? Viooltje. Het is eigenlijk wel een beetje laat om je nog te feliciteren, ik doe het toch maar, want ik wist het niet eerder. Of had je het al eens ge schreven? Je begrijpt dat ik wel eens iets vergeet want ik heb tegenwoordig zoveel familieleden. Wat heb je mooie cadeaux gekregen, hoewel twee hand- werkdozen wel wat te veel van het goe de zijn. Handwerk je veel? Fijn dat je grootouders ook van de partij waren. Tarzan - Het was maar goed, dat je briefje bij dat van Huismus was in gesloten, anders zou ik niet eens ge weten hebben van wie het was. Je had er je naam niet onder gezet, Tarzan. In ieder geval houd ik je aan je belofte dat je me weer trouw zult schrijven. Je hoort toch ook hij de. familie? Telkens als er een familielid vergeet te schrij ven. is er een leeg plekje in de kring, dus opgepast! Huismus. Ik denk dat je toch een keer vergat de raadsels in te stu ren, anders zou ik dat niet geschreven hebben. Als je de oplossingen nu eens een paar maal achter elkaar instuurt, denk ik dat je wel eens een kansje hebt op een prijs. Dus moed houden, Huis mus. Ja. dat zou niet kwaad zijn, nicht, als je ieder week-einde zo weinig huis werk had. Op dit ogenblik schijnt dc zon heerlijk, maar de. wind is koud enfin, je kunt niet alles hebben, wel Huismus? Wipneusje. Je hebt het jezelf veel moeilijker gemaakt dan nodig was kleine nicht. Je hebt in het tweede raad sel een letter er bij gemaakt, jammer zeg het was bijna goed. Een volgende keei goed kijken. Wipneus. Gelukkig heb ik een heleboel geduld, dus vind ik hel niet erg, een paar maanden op je ver haal te moeten wachten. Kangeroe Daar je natuurlijk met Wipneus samen de raadsels hebt opgelost, maakte je dezelfde fout. Het zou ook wel heel erg zijn, als je altijd zoveel pech zou hebben, jammer van de schoen. Woensdagmiddag heb je je toch niet verveeld, denk ik, want toen was het prachtig weer. Bruinoogje Jij hebt je vrije middag dus goed en prettig besteed, nicht. Deden zij moeilijke toeren? Gaat het goed op school? Anne Bruinoog, moest je Woensdagmiddag huiswerk maken Ik hoop dat je mij de volgende week wat meer te vertellen hebt. Babbeltje Het was een hele ver rassing, dat ik weer een brief van je kreeg, ik denk dat ik dat aan je ziekte te wijten heb. Hoe gaat. het er nu mee? Ik zal je maar vast feliciteren met de heugelijke dag. die je Maandag viert. Je bent nu met recht de kinderschoenen ontwassen. Het is voor mij moeilijk te zeggen welke richting je moet kiezen. Het lijkt mij dat de huishoudelijke kant bij jou nogal ontwikkeld is en voor een meisje is die richting altijd aan te bevelen. Of wil je doorstuderen? Fijn om nu al vast de plannen voor de vacantie te kunnen uitspinnen. Bruinvis. Was de man van het grasveld werkelijk vreselij.k streng, of mocht je er toch op? Wat heb je alzo gedaan Woensdagmiddag? Ik denk niet dat je je verveeld hebt, want het was prachtig weer. Speelgraag. Een boerderij is vooral in het voorjaar een ideaal oord. Zelfs kleine biggetjes zijn leuk, als ze groot zijn vinJen we ze niet zo aardig of jij wel Speelgraag? Een hooiberg is ook veel te gevaarlijk om in te spelen. Bovendien is het er stoffig en stekelig, dus heb je er heus niet veel aan gemist P i n g u i n. Heb je viooltjes gekre gen om in je tuin te planten, of om in een vaasje te zetten? Je hebt een eigen tuintje als ik mij goed herinner, of ben ik in de war met een ander familielid? Jij hebt een prettige middag gehad met de verjaardag van de Prinses. Leergraag. Zondagmorgen toen jij mij schreef, regende het inderdaad heel onpleizierig, maar op het ogenblik schijnt de zon weer. Je oom trof het ze ker niet, en dan zo'n grote fietstocht, het zou mij niet lijken. Alzo is m'n nicht Leergraag weer in het nieuw ge stoken, zal je niet te ijdel worden? Och, och wat was je druk de vorige week. Zoals je ziet, heb ik deze week jouw verhaal uitgezocht om er onze familie leden van te laten genieten. Ik denk dat onze neven het wel een echt. „meisjes- verhaal" zullen vinden. Maar daar sto ren we ons niet aan, wat jij Leergraag? Opschep pert] e. Je hebt er ge lukkig nog juist op tijd aan gedacht, nichtje, ik ben blij dat ik toch nog iets van je hoorde. Wat heb jij toch leuk postpapier, deze week stond er een mooi prinsesje op met een wijde, wapperende cape. Volgende week heb je misschien wel meer te vertellen Opscheppertje. Babbel kousje. Dat is al een heel goed voornemen want met geduld bereik je heel veel kleine, wijze nicht. Jong geleerd is oud gedaan, dat spreek woord is heel waar. Als ze ook eenmaal bloeit, zal je er pleizier van hebben, want dan is ze prachtig. Vroeger deed ik het veel, maar ik denk dat jij me nu wel de haas zult zijn in dammen, want ik heb het heel lang niet gedaan. Tot volgende week babbelkous. Houtvester In Voorthuizen kunnen ze nog al eens op je rekenen. Het zal Maandag niet meegevallen zijn. het heeft hier tenminste de hele dag door geregend. Toch is het ook wel eens leuk om met zulk weer te fietsen, de natuur is dan weer heel anders, dan met zonneschijn en het ruikt dan zo heerlijk naar het jonge groen. Zoals je ziet klopt het tweede raadsel niet, jam mer. Aan Droste-bonnen kan ik je nog niet helpen, maar over Patria-bonnen heb je niet ie klagen, Houtvester. Storm vogeltje Ben jij Viool- tje's vriendinnetje? Zij heeft, geen broer tjes en zusjes, dus zal zij bet. wel prettig vinden een gezellig klassegenootje te hebben. Ik voel mij absoluut niet een zaam, klein nichtje, hoe zou dat kunnen met zo'n grote familie, waarvan ik iede re week weer brieven krijg. Ik eet lieus heel erg lekker, dacht je van niet, Stormvogel? Toch is het prettig, dat je er zoveel belang in stelt. Verder heb ik het heel erg druk en ik houd van alle mooie en goede dingen, nu weet je het een en ander van mij. N' u f j e. Het weerbericht was nog niet zo mis geraden. De zon scheen iii ieder geval en daarom heb jij natuurlijk fijn buiten gespeeld. Wat heb je alle maal gedaan, dat zou je mij de volgen de week eens mooi kunnen vertellen, want je klaagt er over, dat je zo weinig weet te schrijven. Jij hebt het tweede raadsel ook al verkeerd geraden, nu, je hebt ze meestal wel goed. dus je mag toch niet mopperen. Jan Fluit Postzegels zijn altijd welkom, dat. is dan het antwoord op je vraag. Ik kom er deze week wel heel erg zuinig af, Jan Fluit, hebben de avonturen je in de steek gelaten? Ik denk toch heus, dat er nog wel eens iets gebeurd, wat het schrijven waard is. Peins eens goed, neef. Hoe staat het met de raadsels? Molleboon Dit antwoord is eigenlijk bestemd voor je zusje, dat was buitengewoon fideel van haar om jouw raadsels nog vlug even in te zenden. Houdt haar in ere neef. Ze schreef mij het een en ander over je drukke bezig heden. Voor haar is het een geheim, waaraan jij bezig bent met figuurzagen, maar ik weet het nog wel, wij mannen vertrouwen elkaar, wat zeg jij daarop Molleboon. Groet zusje molleboon harte lijk van mij. Zonnekind. Bijna al mijn neven en nichten zijn op dat Oranje feest ge weest. 't was geloof ik erg leuk. Hoe die goochelaars al die kunstjes klaar spelen begrijp je niet, ze zijn geweldig vlug. Dat snortfondsenbad is voor m'n familieleden die graag zwemmen een ware uitkomst Het. zal nu niet lang meer duren, of we zwemmen in de bui tenlucht. Boefje. Wat je mij daar schreef over je onderwater zwemprestatie deed mij verstijven van schrik Dat is toch niet goed Boef, alle overdrijving is scha- „Zullen we gauw nog even een potje knikkeren?" delijk, dus in het vervolg wat voorzich tiger zijn, anders leef ik doorlopend in angst over je. Nu zal je misschien twij felachtig je bol schudden, maar geloof me nicht. Heel erg leuke dingen ge beuren altijd onverwacht, dus als je iedere morgen denkt, vandaag kon het wel eens zijn, heb je de hele dag een verwachtingsvol gevoel. Je mag jezelf heus wel een beetje voor de gek houden. Alvata. Je maakt mij werkelijk nieuwsgierig naar het verhaak maar je moet er wel rekening mee houden, dat het merendeel van onze familieleden nog heel jong is. Je hebt mij geen bon nen terug gestuurd. .Te moet mij nu én dan maar even een seintje geven, dan kan ik wat voor je klaar leggen, ont houden kan ik dat niet allemaal, daar voor heb ik te veel aan m'n hoofd. Dus afgesproken neef. DE OPLOSSINGEN I. Het eerste raadsel luidt „Lang leve onze familie" met de woorden: laf, el, vlo, zeil, lief, lam, log, Lien, en. II. De bomen pronken in „Lente* tooi" met de woorden: en, nok, tent, Evert, toon, ons, os. Vrouwe Fortuna keek voorzichtig naar Opscheppertje en knikte toen ten teken, dat zij Maandagmiddag de prijs mag komen halen. DE RAADSELS xxxxxxxxxxx Op de kruislijnen komt de naam van een familielid. 1 de naam. 2 een soort étalage. 3 is elke nicht van onze stad. 4 een lekker koekje. 5 het blad van een loofboomsoort. 6 de naam van een Fransen koning. 7 rivier in Noord-Holland. 8 ander woord voor immer. 9 eenchocolade. 10 een jongensnaam. 11 toestemmend woord. 12 een medeklinker. II. In de eerste vakjes komt onder elkaar iets te staan, dat elk mens heeft, zon der dat kan hij niet leven. 1 Zo vlug als een 2 was de eerste mens. 3 een jongensnaam. 4 een plaats in Gelderland. RUILHANDEL Een onbekende danken wij voor de gezonden bonnen en postzegels. Mevrouw K. danken wij eveneens. Johann Strauss. Sunlight- -on Boekenbonnen liggen klaar. Korenblo em vraagt Ar lisbonnen. Michael Strogoff waarschijn lijk heb ik voor jou. wat Korenbloem ook vraagt. M e v r. P. ik denk dat ik U nog wel aan Verkade- en Droste-bonnen zal kun nen helpen. Kangeroe kan op postzegels van Nederland en Koloniën rekenen. Bruinoogje vraagt Drostebonnen. Bruinvis voor jou zijn er Paula- bonnen. Speelgraag en voor jou oude- cn nieuwe boekenbonnen. P i n g u i n kan op postzegels rekenen Leergraag spaart Radionbon- nen. Houtvester help ik aan Patria- bonnen. Nufje vraagt van Nelle-merken. Jan Fluit houdt zich aan Ariis- bonnen. Boefje krijgt Boeken- of Droste- bonnen. Alvata haalt boekenbonnen. Maandagmiddag na 3 uur zijn Jullie welkom. Hartelijk gegroet. OOM BOB.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1939 | | pagina 11