Uw strijd in Spanje was een strijd voor Duitschland II FREYMBORG Schaduwen aan de kust Dank der Duitsche natie voor neutraliteit in wereldoorlog WAARBORG Pam's wonderlijke avonturen Neus van de Thetis schoot plotseling omlaag Overeenstemming met Italië Er was geen paniek Paleis Maharadja van Patiala door brand bedreigd J. Jefferson Farjeon. Ie BLAD PAG. 2 AMERSFOORTSCH DAGBLAD WOENSDAG 7 JUNI 1939 Hitier tot het Condor-legioen: HITLER heeft bij de plechtigheid ter eere van den terugkeer van het Condor-legioen een toespraak gehouden, waarin hij o.rrr. zeide: In den zomer van 1936 hadden internationale krachten in Spanje het vuur van een revolutie opgepookt, die er toe bestemd was niet alleen Spanje, doch Europa in puin en asch te leggen. Ook de Christelijke democratieën hadden zich niet ontzien tot dat doel wapens, brandstof en z.g. vrijwilligers te leveren. Een vreeselijk drei gend lot verhief zich boven het Europeesche continent. De oudste cultuurlanden in Europa schenen in gevaar- Uit Spanje zelf hadden tienduizenden Duitschers moeten vluchten. Hun have en goed is een prooi der vernietiging geworden. Velen zijn vermoord. Wat de Duitschers zich daar in een moeizamen, langen, redelijken levens strijd als basis van hun bestaan hadden opgebouwd, werd in enkele weken verstoord en vernietigd. Duitsche oorlogsschepen, die ik op het hulpgeroep onzer volks- genooten direct naar Spanje zond. probeerden te helpen door al thans, zoo goed als het ging, de bescherming van lijf en leven op zich te nemen cn het transport van onze volksgenooten naar het vaderland mogelijk te maken. Toen verhief zich in dal land steeds duidelijker een man Franco die er toe geroepen scheen, naar het bevel van het eigen geweten, te handelen voor zijn volk. In Juni 1936 heb ik besloten de bede om hulp, welke die man tot mij richtte, in te willigen en hem zoo lang en in zoodanige mate te helpen als de overige wereld den binnen- landschen vijanden van Spanje haar steun zou geven. ternationaal georganiseerde ver nietiging van zijn land Italiaansche hulp te verleenen- DAARMEDE begon het natio- naal-socialistische Duitsch land aan den strijd voor de weder oprichting van een nationaal en onafhankelijk Spanje, onder lei ding van dezen man, actief deel te nemen. Ik heb. dat'bevolen in de erkenning daarmede niet alleen Europa, doch ook ons eigen va derland voor een latere dergelijke catastrophe te kunnen bewaren. Ik deed dat echter ook uit diep medegevoel voor het lijden van een land, dat eens in den wereld oorlog, ondanks alle dringende po gingen van de zijde van Engeland, neutraal bevriend was gebleven. Ik heb daarmede den dank der Duitsche natie betuigd. Dit ge schiedde verder in volledige over eenstemming met Italië. Want Mussolini had, door de zelfde overwegingen geleid, eveneens het besluit genomen den redder van Spanje in zijn strijd tegen de in- Daarmede ontstond voor den eersten keer een gemeenschappelijke feitelijke demonstratie van de verbondenheid naar de wereldbeschouwing onzer beide landen. Deze ideale motieven hêeft men in de internationale pluotocratién noch kunnen begrijpen, noch willen toegeven. Jarenlang logen Britsche en FranscHe bladen hun lezers voor, dat Duitschland en Italië de bedoeling hadden Spanje te veroveren, het te verdeelen en het vooral van ,zijn koloniën te berooven. Gedachtengangen die zeer zeker bij de vertegenwoordigers dezer landen minder onnatuurlijk schij nen dan bij ons, daar de roof van vreemde koloniën immers van oudsher reeds behoorde tot de geoorloofde en beproefde methoden dezer democra tieën Aldus herinneren wij ons allen nog de infame beweringen, die op zekeren dag werden verspreid dat Duitschland 20.000 man in Marokko aan land had gezet om het te bezetten en daarmede van Spanje weg te nemen. Met dezen laster hebben de politici en journalis ten der democratieën bij hun volken ge ageerd en steeds opnieuw geprobeerd van Spanje uit de catastrophe te laten uitgaan, welke die omsingelingspolitici, oorlogsstokers en oorlogswinstmakers, zeer hartstochtelijk hopen: den nieuwen grooten oorlog der Europeesche volken. Waarom is WAARBORG-KIEEDING Iets aparts? Omdat «lol. coupe en bewerking In geen andere kleeding zoo chic It te zamen gebracht Thans zijt gij. mijn kameraden, uit Spanje teruggekeerd, als de dappere ten uitvoerleggers van mijn opdracht. Ik zou het dit oogenblik aan de geheele Duitsche natie willen mededeelen hoe veel reden zij heeft u dankbaar te zijn De hooge lof. welke de Spaansche vrij heidsheld tegenover u heeft geuit, kan het Duitsche volk thans bijzonder trotsch op u maken. Het was voor ons allen smartelijk jaren lang over uw .strijd te moeten zwijgen. Ik heb toen echter de ge dachte gehad u na het einde van den oorlog in het vaderland de ont vangst te bereiden, die dappere ze gevierende soldaten verdienen Het geheéle Duitsche volk groet u in trotsche vreugde en hartelijke verbon denheid. Het dankt f.chter ook diegenen die als soldaten lijf. leven en gezond heid in den dienst van deze opdracht hebben moeten geven en het dankt ten slotte de achtergeblevenen, die hun zoo dappere mannen en zonen thans als slachtoffer beklagen. Uw voorbeeld, mijn kameraden, zal de band van kameraadschap met onze vrienden versterken en de we reld er geen twijfel over laten, dat indien de internationale oorlogs stokers ooit hun bedoelingen het Duitsche rijk aan te vallen wil len verwezenlijken, hun poging van het Duitsche volk en de Duitsche weermacht een verweer zullen on dervinden, waarvan de propagandis ten der omsingeling zich thans nog niet de juiste voorstelling schijnen te kunnen maken. Ook in dezen zin was uw strijd in Spanje als leer voor onze tegenstanders een strijd voor Duitschland. Wij willen echter ook degenen gedenken aan wier zijde gij hebt. gestreden. Wij gedenken de Italiaans' e kameraden die dapper en trouw hun bloed en leven op het spel zetten voor dezen strijd der beschaving tegen de vernietiging. En wij gedenken vooral het land zelf, van waar gij zoo juist zijt gekomen. Spanje heeft ontzet tend lot moeten verdragen. Gij hebt, sol daten van het legioen, met eigen oogen de vernietiging gezien. Gij hebt echter vooral het geluk ge had in Spanje te staan onder het bevel van een veldheer, die uit eigen kracht onwrikbaar aan de overwinning geloo- vend, tot redder van zijn volk werd. Wij hebben in dit oogenblik allen slechts den oprechten en hartelijken wensch, dat het thans het edele Spaansche volk vergund moge zijn, onder de geniale leiding van dezen man een nieuwe trotsche opstanding te voltrekken. Parade BERLIJN, 6 Juni (A.N-P.). Op de paradeplaats voor de Tech nische Hoogeschool heeft Hitier vanochtend om tien uur de pa rade afgenomen van de Duitsche vrijwilligers van het Condor-le gioen, die in Spanje hebben ge vochten. Een groote menigte was reeds vroeg op de been. De tri bunes waren dicht bezet. Op de eeretribunes hadden plaats geno men de leden der Rijksregeering, van het diplomatieke corps, hoo ge autoriteiten van leger, vloot en luchtwapen en tal van genoodig- den. In de buurt van het 'voor Hitier opgestelde podium, bevon den zich tal van Spaansche offi- Onder de diplomaten werden opge merkt de ambassadeurs van Spanje, KINDERHOEKJE 132. Punt kurtti lot bewustzijn en weet niet waar hij zich bevindt Hij is op het land terecht gekomen en weet niet hoelans hü hier al buiten kennis heeft gelegen Van het schip en de bemanning is geen spoor meer te ontdekken. 133. Hij gaat op zoek. in de hoop. nog iets of iemand van het verloren gegane vaartuig te ontdekken, doch tevergeefs. „Een vreemd land," denkt Pam. „Geen merisch of dier te bespeuren." Een stoker vertelt: LONDEN. 6 Juni. (Reuter). Een van de vier overlevenden van de Thetis, de stoker Arnold, heeft hedenavond te zijnen huize het relaas gegeven van zijn ont snapping. Wij doken zoo vertelde hij om ongeveer half twee. en er gebeurde iets om ongeveer drie uur. Dc neus van den onderzeeër schoot omlaag, er ontstond een luchtstroom van voren, van den torpedobuis, af. Uit de controlekamer schreeuwden menschen, dat we moes ten opstijgen. Mannen, die in het voor schip bij den torpedobuis waren, kwa men ijlings naar de logiesruimte. Italië en Japan en tal van militaire at tachés. Bijzondere plaatsen waren ge reserveerd voor de gewone legioensol daten en de nagelaten betrekkingen der in Spanje gevallen Duitsche vrijwilli gers. Hitier verscheen in gezelschap van generaal-majoor von Richthofen, den laatsten commandant van het Condor legioen. Hij begaf zich naar zijn podium Achter hem stonden generaal-veldmaar- 6chalk Goering, groot admiraal Racder, generaal-kolonel von Brauchitsch en g8neraal-kolonel Keitel. Hierna begon onder leiding van gene raal von Richthofen de parade. Aan het hf ofd der troepen marcheerde het lucht wapen, gevolgd door het personeel dar afdeelingen voor luchtafweer, de be richtendienst, de opleidingsgroep Im ker, welke tal van Spaansche soldaten heeft afgericht, de pantsergroep Drohne en de verbindingstroepen. Tenslotte de opleidingsgroep voor de marine. Anker. Daarachter kwamen nog de vroegere leden van het Condor-legioen, die reeds eerder naar Duitschland waren terug gekeerd. Geheel achteraan kwamen afdeelin gen der oorlogsmarine, die in de Spaan sche havens gestationneerd waren eu daar sedert het uitbreken van den oor log de Duitsche belangen hebben behar tigd. Het waren afdeelingen van de pantserschepen admiraal Scheer en Deutschland, van de torpedobooten Leo pard, Albatros, Lux en Seeadler en de duikbooten U 33 en U 44. Tegen elf uur was het defile ten ein de. Hitier keerde naar de Rijkskansela rij terug. Generaal-veldmaarschalk Goering be gaf zich naar het Rijksministerie van Luchtvaart, waar hij bij het. monument voor het luchtwapen een krans legde. Wij slaagden er in de deur naar de twefede kamer te sluiten. Er drong geen water door in de derde kamer, maar wij wisten toen, dat wij op den bodem zaten. Er was geen paniek, we waren allemaal rustig en er werd niet gedacht aan een ramp. Iedereen had vertrou wen en wij voelden ons zeker, dat wij er in een paar uur in zouden slagen naar boven te komen. We maakten grappen. Iedere zeeman kreeg de gelegenheid zijn meening uit te spreken en alles werd overwogen. F.r werd niet geredetwist tusschen des kundigen en minder personeel, en alle voorslellen werden bestudeerd. Eerste luitenant Chapman begaf zich naar de voorste uitlaatkamer in de hoop óm in de ondergeloopen afdeeling te kunnen komen en de pompinstalla- lie daar in werking te' kunnen stellen. Hij slaagde daarin echter niet. De druk was te groot voor zijn kracht, anderen begaven zich eveneens derwaarts om hulp te bieden, doch het lukte niet en er werd besloten deze pogingen te la ten varen. We gingen toen.naar boven, naar het achterslhip. Toen we daar waren, werd besloten, dat kapt. Oram en luit. Woods hun best zouden doen om uit den duikboot te komen. Zii gin gen de uitlaatkamer in en weg waren zij. Toen Arnold met zijn verhaal zoo ver gekomen was, kon hij eenige minuten lang door ontroering niet verder spre ken. Toen hij zijn verhaal kon vervol- gen, zeide hij: Shaw en ik besloten toen een kans te wagen. We kwamen boven en, zooals u ziet, zijn' wij ontsnapt. Ik ben niet van plan iets te vertel len over hetgeen des nachts ge beurd is. Wij kwamen er uit en wij waren er zeker van. dat alle ande ren ons zouden volgen met veel vuldige tusschenpoozen. Ik kan u niet zeggen, wat ik voelde, toen dat niet gebeurde. Op de vraag, hoe het met de lucht was gesteld, toen hij uit de Thetis wegging, op Vrijdagmor gen, antwoorde Arnold: „Onbe schrijfelijk". Op de vraag of deze toestand van de lucht de anderen verhinderd zou kunnen hebben hem te volgen zeide Arnold: „Dat zal niemand ooit weten". Ten slotte deelde hij nog mede, dat er lichten brandden, toen hij nog in den duikboot was. DE AANSLAG OP DE HERTOGIN VAN KENT LONDEN, 6 Juni (Reutér). Een 45- jarige lasscher is vandaag voor den po litierechter van Westminster geleid in verband met het incident dat zich gis teren bij het verblijf van den Hertog en de Hertogin van Kent heeft voorgedaan. De man wa6 in het bezit van een vuur wapen en munitie geweest. De politie werd in de gelegenheid gesteld met ge tuigen te komen. Toen de zitting werd hervat ver klaarde de politiebeambte die dienst deed op Belgrave Square, dat hij juist toen de auto van de Hertogin uitreed, een schot hoorde. Hij zag beklaagde den weg oversnellen naar een fiets. Hij arresteerde hem, terwijl de man dacht te ontvluchten. Dé preventieve hechtenis, van den be klaagde, Lawior, werd met een week verlengd. De man heeft zelf geen enke le verklaring afgelegd. SIMLA, 6 Juni (Reuter). Nabij Chail in de nabijheid van Simla woedt een hevige boschbrand, waardoor het paleis van den Maharadja van Patiala wordt bedreigd. De Maharadja heeft zich to paard naar zijn paleis begeven om het blusscliingswerk. te leiden. Ook de .onderkoning, die in de nabijheid aan het visschen was, heeft zich naar het tooneel van den brand begeven. De brand heeft een groote oppervlakte bosch vernield, doch het paleis is ge spaard gebleven. NIEUWE BESTEMMING VOOR DE AYA SOFIA ISTANBOEL, 6 Juni (Reuter). De Aya Sofia, eerst een Christelijke kerk, daarna een. Mohamedaansche moskee en vervolgens een museum voor Ooster- sche kunst, zal thans een cultureel cen trum worden, waar de voornaamste cul tuurvoortbrengselen van Byzantijnsche en Turksche kunst bijeengebracht zul len worden. v. ROSSUM KORTE BERGSTR. 3 TEL. 407 Kleeding naar maat FEUILLETON Naar het Engelsch van 23. „Waarschijnlijk niet", merkte Napo leon op. „We zijn allemaal dieven." „In elk geval bracht de zeeman het lijk hier en om een of andere reden, die wc niet kennen, verstopte hij hot achter die deur. Vraag vier: „Wie is die zeeman?" Blanco. Vraag vijf: „Wal deed die zeeman na het lichaam daar neergflegd te hebben in dc kamer, waar we aannamen, dat die dwaas was? Hebben zij elkaar ontmoet?" Hii frons te cn schudde het hoofd. „Het is 'n ver warde boel. Vraag zes: „Hoe kwam die zot aan boord?" „Misschien bracht de zeeman hem." „Dat is best mogelijk. Maar waarom bracht hii hem aan hoord? 't Doet er niet toe. hoe? En waarom werd die dwaas hier gevangen gehouden ..En waar is hij nu. nu hij niet langer gevangene is?" bracht Napoleon in het midden. „Ik moet bekennen, dat die vraag me geweldig bezighoudtl" „Waarom zeg jo dat?" „Wel", zei Napoleon, daarbij strak haar boven starend. „Onze dwaas kan lerug komen. En hij kan iemand mee brengen." „Dc zeeman!'' „Iloerahl" „Nu ik ben nog niet zeker of ik het er wel mee eens ben" merkte Leo nard langzaam op. „Ik ben blij, dat ik dien vent zal ontmoeten, omdat hij de sleutel van de heele puzzle is. Maar we zijn nog niet aan het einde. Laten we het wrak een oogenblik vergeten. Er zijn geheimzinnigheden genoeg in hotel ..De Zeemeermin". „Juist", beaamde Napoleon. „Vraag zeven honderd twee en tachtig: „Wat heeft Luigi met dit alles te maken?" „Ja, Luigi is een duister punt", merkte Leonard ernstig op. „Ik ben niet erg gerust over Luigi. Hii jokte over zijn voorganger Anderson. Hij trachtte sporen te verbergen, die een anderen kijk konden geven op het on geluk van Anderson. Om een of andere roden wilde Luigi de betrekking van Anderson hebben als kellner in hotel de Zeemeermin het scheen zelfs ab soluut noodig te zijn na do verdwij ning van mijnheer Fyne. Ik geloof niet, dat Luigi Anderson's ongeluk zoo ern stig bedoeld heeft. Maar ik ben er van overtuigd, dat Luigi het ongeval ver oorzaakt heeft. En daarvoor moet hij een goede reden gehad hebben." Napoleon beet op zijn tanden. „Je zult wel denken, dat ik gek bén", zei hij. „cn ik weet wel. dat ik dat een beetje ben. Maar dit is een smerig zaakje, Scfton. en je kunt nu eenmaal niet op mijn volle verstand rekenen. Die Anderson was een fatsoenlijke kerel. Als, zooals je zegt, Luigi hem ge dood heeft... maar zeg eens. kun je moordenaar zijn, als de persoon in kwestie niet dadelijk is doodgedaan?" „Technisch ben je dan een moorde naar, als de man binnen een jaar en een dag ste.rft," antwoordde Leonard. „Anderson overleed binnen een week". „En dan verwacht je, dat ik tegen Luigi zal glimlachen als hij mij mor genochtend gebakken eieren brengt!" riep Napoleon uit. „Lieve deugd! zou hij ook de hand gehad hebben in den dood van dien man hier beneden?" Leonard schudde zijn hoofd. „Dat denk ik niet ofschoon Luigi zijn uiterste best deed om te verbergen, dat zij samen hadden gesproken. Na Luigi komen we bij mijnheer Griddle. Vraag duizend acht: „Waarom gaf mijnheer Griddle voor, dat hij naar bed ging, terwijl hij in- werkelijkheid niet ging? Waarom probeerde hij af te luisteren, wat wij in mijn slaapkamer bespra ken?" „En waarom achtervolgde hij ons later naar het strand?" voegde Napo leon er aan toe. „Ik geloof niet, dat hij ons is nage gaan naar het strand", antwoordde Leonard langzaam. „O. zeker. Dat vergat ik. Je meende, dat het misschien iemand anders kon zijn. Zou je niet denken, nu we elkaar zooveel béter kennen, dat Je het me zou kunnen vertellen?" „Later misschien". „Geen uitvluchten! Je vergeet, dat ik gewapend ben." Napoleon trok zijn revolver met een grimas. „Maar ik ook", antwoordde Leonard, eveneens een grimas makend; en hij trok ook een revolver. „Daar sta ik versteld van", mompel de Napoleon ontmoedigd. „En nu dacht ik nog wel, dat ik sterker was dan jijl Jij hebt er dus ook een?" „Dat is zoo. Je bent niet de eenige, wier» zij soms een beetje gemak kun nen brengen." „Dan is het niet goed, dat je mij laat dreigen om te schieten, als je mij niet vertelt wie z'n neus om den hoek van de spelonk heeft gestoken?" „Dat is het zeker niet", antwoordde Leonard na een kleine pauze. „Maar sinds we werkelijk goede vrienden zijn misschien zal ik je alles wel vertellen tenslotte." „Uitstekend!" riep Napoleon. „Wie?" „Ik ben er niet zeker van, dat het zoo uitstekend is", antwoordde Leonard. „Ik durf er mijn laatsten stuiver om te verwedden, dat het juffrouw Haines' broer Guy was." HOOFDSTUK XVII Nog meer nachtelijke bezoekers „Pardon", zei Napoleon, beleefd. „Wil je dat eens herhalen?" „Het was Guy Haines, dien ik noem de", antwoordde Leonard. „Ik heb zijn profiel duidelijk gezien". „Hé, Sefton. Stop. Meen je, dat Be ryl's broer op onze zwarte lijst moet staan?" „Ik bedoelde alleen, dal Beryl's broer ons in de spelonk gevolgd is, en dat hij er een bepaalde reden voor had om dat te doen. Maar tenzij we hem op de zwarte lijst plaatsen, is het een punt van bespreking." „Het is nonsens, en dat weet je best! weerlegde Napoleon. „Als Guy ons volg de, staat hij beslist op de zwarte lijst, en dat behoef je niet te verbloemen. Ik twijfel er alleen aan, dat het Guy was, zie je? Dat neem je mij toch niet kwalijk?" „Niet in 't minst." „Ik geloof niet., dat Beryl Haines een broer kan hebben, die niet deugt. Dat is de eenige eenvoudige reden. In elk geval zullen we morgen de proef op de som nerrien met die voetafdrukken. In- tusschen zullen we er niet over twisten. En wat nu? Zullen we probeeren van dit schip af te komen of wachten we tot we gehaald worden?" „Het ziet cr naar uit alsof we hier nog wat zullen moeten blijven. Morgen ochtend. als cr tenminste voor dien tijd niets gebeurt kunnen we gemakkelijk de aandacht trekken. Ik kan niet zeg gen, dat ik er spijt van heb, dat ik nu do kans heb om het schip nu eens heelcmaal te kunnen doorzoeken. We hebben nog niet alles gezien, weet je". „Mc dunkt dat we genoeg gehad heb ben" antwoordde Napoleon. „Hoe dan ook, begin maar kerel. Waar jij gaat zal ook ilc gaan." Een half uur lang onderzochten zij het wrak van begin tot eind en toen zij ophielden, kenden zij het vrijwel nauwkeurig. Zij deden geen nieuwe ontdekkingen en vonden zelfs geen pa pieren op het lichaam van den man. Dit was een teleurstelling, ofschoon Leonard er niet verwonderd over was, aannemende dat do zeeman waarschijn lijk de zakken had doorzocht, voordat hij het deed. „Maar zijn horloge heeft hij laten zit ten", maakte Napoleon uit, terwijl zij keken naar de rustige, zwijgende gestal te „Hetgeen bewijst dat berooving niet het motief was." zei Leonard. „Laten we eens in dit water kijken. Zie je wel, dat het niet zoo hoog meer is, als toen we er voor 't. eerst langs kwamen?" Hij doelde op het water in de don kere. vochtige ruimte, waarnaast de (Joode man lag. Het gaf de plek het aan schijn van een zwembad, dat door een aardbeving verwoest en geledigd was, maar hoewel het geleek op een zwembad lokte het toch niét tot zwemmen. Leonard stond aan den kant en liet zijn lantaarn schijnen over de oppervlak te tot de railing aan den overkant. Iets daaronder was het gat, waar het water doorheen was gestroomd. Hij vroeg zich af of bij eb het bovenste gedeelte van die opening bereikt zou worden; als dat ge beurde zou de oppervlakte van het wa ter gelijk zijn met de zee. „Het schijnt, dat je erg veel interesse hebt voor dat vuile poeltje", kwam Na- poleon's stem. „Waardoor ben je zoo ge boeid?" „Ik ben nieuwsgierig naar dat gat," antwoordde Leonard. „Zou je willen dui ken en mij rapport uitbrengen?" „Nee, dank je," grinnikte Napoleon. „Er is zelfs een grens aan mijn goedig heid. Laten we weer naar het dek gaan. Dit bol bezorgt me kippenvel." „Wacht eens. Kijk eens daarginds naar de oppervlakte van het water. Aan den overkant, een beetje naar links Merk je daar iets op?" „Nee. Ja. Het is daar een beetje lichter „Juist! Ik hoopte,, dat Je dat zou zeg gen! Want ik geloof dat het daar inder daad lichter is!" „Maar waarom brene je dat zoo in verrukking? Ik voor mij zou wenschen, dat je van deze ellendige plek zou weg gaan!" „Het interesseert me zoo. omdat ik ge loof, dat dit licht het maanlicht is.A „Wat! Is de maan dan gevallen?" „Ik zie maanlicht, amice, niet de maan En als het maanlicht is, dan kan het alleen maar komen door het gat. Ik wil wedden, dat als we hier nog een paar minuten blijven wachten, de, eb vol doende is gevallen om ons de bovenste punt van dat gat te laten zien. De scheur zal precies te voorschijn komen op de plaats waar het wateroppervlak het lichtst is." (Wordt vervolgd)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1939 | | pagina 2