Uw strijd in Spanje was een strijd
voor Duitschland
II
FREYMBORG
Schaduwen aan
de kust
Dank der Duitsche natie
voor neutraliteit
in wereldoorlog
WAARBORG
Pam's wonderlijke avonturen
Neus van de Thetis schoot
plotseling omlaag
Overeenstemming
met Italië
Er was geen
paniek
Paleis Maharadja van
Patiala door brand
bedreigd
J. Jefferson Farjeon.
Ie BLAD PAG. 2
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
WOENSDAG 7 JUNI 1939
Hitier tot het Condor-legioen:
HITLER heeft bij de plechtigheid ter eere van den terugkeer van
het Condor-legioen een toespraak gehouden, waarin hij o.rrr.
zeide: In den zomer van 1936 hadden internationale krachten in
Spanje het vuur van een revolutie opgepookt, die er toe bestemd
was niet alleen Spanje, doch Europa in puin en asch te leggen. Ook
de Christelijke democratieën hadden zich niet ontzien tot dat doel
wapens, brandstof en z.g. vrijwilligers te leveren. Een vreeselijk drei
gend lot verhief zich boven het Europeesche continent. De oudste
cultuurlanden in Europa schenen in gevaar- Uit Spanje zelf hadden
tienduizenden Duitschers moeten vluchten. Hun have en goed is
een prooi der vernietiging geworden. Velen zijn vermoord. Wat
de Duitschers zich daar in een moeizamen, langen, redelijken levens
strijd als basis van hun bestaan hadden opgebouwd, werd in enkele
weken verstoord en vernietigd.
Duitsche oorlogsschepen, die ik op het hulpgeroep onzer volks-
genooten direct naar Spanje zond. probeerden te helpen door al
thans, zoo goed als het ging, de bescherming van lijf en leven op
zich te nemen cn het transport van onze volksgenooten naar het
vaderland mogelijk te maken.
Toen verhief zich in dal land steeds duidelijker een man Franco
die er toe geroepen scheen, naar het bevel van het eigen geweten,
te handelen voor zijn volk. In Juni 1936 heb ik besloten de bede om
hulp, welke die man tot mij richtte, in te willigen en hem zoo lang
en in zoodanige mate te helpen als de overige wereld den binnen-
landschen vijanden van Spanje haar steun zou geven.
ternationaal georganiseerde ver
nietiging van zijn land Italiaansche
hulp te verleenen-
DAARMEDE begon het natio-
naal-socialistische Duitsch
land aan den strijd voor de weder
oprichting van een nationaal en
onafhankelijk Spanje, onder lei
ding van dezen man, actief deel te
nemen. Ik heb. dat'bevolen in de
erkenning daarmede niet alleen
Europa, doch ook ons eigen va
derland voor een latere dergelijke
catastrophe te kunnen bewaren.
Ik deed dat echter ook uit diep
medegevoel voor het lijden van
een land, dat eens in den wereld
oorlog, ondanks alle dringende po
gingen van de zijde van Engeland,
neutraal bevriend was gebleven.
Ik heb daarmede den dank der
Duitsche natie betuigd. Dit ge
schiedde verder in volledige over
eenstemming met Italië. Want
Mussolini had, door de zelfde
overwegingen geleid, eveneens het
besluit genomen den redder van
Spanje in zijn strijd tegen de in-
Daarmede ontstond voor den eersten
keer een gemeenschappelijke feitelijke
demonstratie van de verbondenheid
naar de wereldbeschouwing onzer beide
landen. Deze ideale motieven hêeft men
in de internationale pluotocratién noch
kunnen begrijpen, noch willen toegeven.
Jarenlang logen Britsche en FranscHe
bladen hun lezers voor, dat Duitschland
en Italië de bedoeling hadden Spanje
te veroveren, het te verdeelen en het
vooral van ,zijn koloniën te berooven.
Gedachtengangen die zeer zeker
bij de vertegenwoordigers dezer
landen minder onnatuurlijk schij
nen dan bij ons, daar de roof van
vreemde koloniën immers van oudsher
reeds behoorde tot de geoorloofde en
beproefde methoden dezer democra
tieën
Aldus herinneren wij ons allen nog
de infame beweringen, die op zekeren
dag werden verspreid dat Duitschland
20.000 man in Marokko aan land had
gezet om het te bezetten en daarmede
van Spanje weg te nemen. Met dezen
laster hebben de politici en journalis
ten der democratieën bij hun volken ge
ageerd en steeds opnieuw geprobeerd
van Spanje uit de catastrophe te laten
uitgaan, welke die omsingelingspolitici,
oorlogsstokers en oorlogswinstmakers,
zeer hartstochtelijk hopen: den nieuwen
grooten oorlog der Europeesche volken.
Waarom is WAARBORG-KIEEDING Iets aparts?
Omdat «lol. coupe en bewerking In geen
andere kleeding zoo chic It te zamen gebracht
Thans zijt gij. mijn kameraden, uit
Spanje teruggekeerd, als de dappere ten
uitvoerleggers van mijn opdracht. Ik
zou het dit oogenblik aan de geheele
Duitsche natie willen mededeelen hoe
veel reden zij heeft u dankbaar te zijn
De hooge lof. welke de Spaansche vrij
heidsheld tegenover u heeft geuit, kan
het Duitsche volk thans bijzonder
trotsch op u maken.
Het was voor ons allen smartelijk
jaren lang over uw .strijd te moeten
zwijgen. Ik heb toen echter de ge
dachte gehad u na het einde van
den oorlog in het vaderland de ont
vangst te bereiden, die dappere ze
gevierende soldaten verdienen
Het geheéle Duitsche volk groet u in
trotsche vreugde en hartelijke verbon
denheid. Het dankt f.chter ook diegenen
die als soldaten lijf. leven en gezond
heid in den dienst van deze opdracht
hebben moeten geven en het dankt ten
slotte de achtergeblevenen, die hun
zoo dappere mannen en zonen thans
als slachtoffer beklagen.
Uw voorbeeld, mijn kameraden,
zal de band van kameraadschap met
onze vrienden versterken en de we
reld er geen twijfel over laten, dat
indien de internationale oorlogs
stokers ooit hun bedoelingen het
Duitsche rijk aan te vallen wil
len verwezenlijken, hun poging van
het Duitsche volk en de Duitsche
weermacht een verweer zullen on
dervinden, waarvan de propagandis
ten der omsingeling zich thans nog
niet de juiste voorstelling schijnen
te kunnen maken.
Ook in dezen zin was uw strijd in
Spanje als leer voor onze tegenstanders
een strijd voor Duitschland. Wij willen
echter ook degenen gedenken aan wier
zijde gij hebt. gestreden. Wij gedenken
de Italiaans' e kameraden die dapper
en trouw hun bloed en leven op het spel
zetten voor dezen strijd der beschaving
tegen de vernietiging. En wij gedenken
vooral het land zelf, van waar gij zoo
juist zijt gekomen. Spanje heeft ontzet
tend lot moeten verdragen. Gij hebt, sol
daten van het legioen, met eigen oogen
de vernietiging gezien.
Gij hebt echter vooral het geluk ge
had in Spanje te staan onder het bevel
van een veldheer, die uit eigen kracht
onwrikbaar aan de overwinning geloo-
vend, tot redder van zijn volk werd. Wij
hebben in dit oogenblik allen slechts
den oprechten en hartelijken wensch,
dat het thans het edele Spaansche volk
vergund moge zijn, onder de geniale
leiding van dezen man een nieuwe
trotsche opstanding te voltrekken.
Parade
BERLIJN, 6 Juni (A.N-P.).
Op de paradeplaats voor de Tech
nische Hoogeschool heeft Hitier
vanochtend om tien uur de pa
rade afgenomen van de Duitsche
vrijwilligers van het Condor-le
gioen, die in Spanje hebben ge
vochten. Een groote menigte was
reeds vroeg op de been. De tri
bunes waren dicht bezet. Op de
eeretribunes hadden plaats geno
men de leden der Rijksregeering,
van het diplomatieke corps, hoo
ge autoriteiten van leger, vloot en
luchtwapen en tal van genoodig-
den. In de buurt van het 'voor
Hitier opgestelde podium, bevon
den zich tal van Spaansche offi-
Onder de diplomaten werden opge
merkt de ambassadeurs van Spanje,
KINDERHOEKJE
132. Punt kurtti lot bewustzijn en weet niet waar hij zich
bevindt Hij is op het land terecht gekomen en weet niet
hoelans hü hier al buiten kennis heeft gelegen Van het
schip en de bemanning is geen spoor meer te ontdekken.
133. Hij gaat op zoek. in de hoop. nog iets of iemand van
het verloren gegane vaartuig te ontdekken, doch tevergeefs.
„Een vreemd land," denkt Pam. „Geen merisch of dier te
bespeuren."
Een stoker vertelt:
LONDEN. 6 Juni. (Reuter).
Een van de vier overlevenden
van de Thetis, de stoker Arnold,
heeft hedenavond te zijnen huize
het relaas gegeven van zijn ont
snapping.
Wij doken zoo vertelde hij om
ongeveer half twee. en er gebeurde iets
om ongeveer drie uur. Dc neus van den
onderzeeër schoot omlaag, er ontstond
een luchtstroom van voren, van den
torpedobuis, af. Uit de controlekamer
schreeuwden menschen, dat we moes
ten opstijgen. Mannen, die in het voor
schip bij den torpedobuis waren, kwa
men ijlings naar de logiesruimte.
Italië en Japan en tal van militaire at
tachés. Bijzondere plaatsen waren ge
reserveerd voor de gewone legioensol
daten en de nagelaten betrekkingen der
in Spanje gevallen Duitsche vrijwilli
gers.
Hitier verscheen in gezelschap van
generaal-majoor von Richthofen, den
laatsten commandant van het Condor
legioen. Hij begaf zich naar zijn podium
Achter hem stonden generaal-veldmaar-
6chalk Goering, groot admiraal Racder,
generaal-kolonel von Brauchitsch en
g8neraal-kolonel Keitel.
Hierna begon onder leiding van gene
raal von Richthofen de parade. Aan het
hf ofd der troepen marcheerde het lucht
wapen, gevolgd door het personeel dar
afdeelingen voor luchtafweer, de be
richtendienst, de opleidingsgroep Im
ker, welke tal van Spaansche soldaten
heeft afgericht, de pantsergroep Drohne
en de verbindingstroepen. Tenslotte de
opleidingsgroep voor de marine. Anker.
Daarachter kwamen nog de vroegere
leden van het Condor-legioen, die reeds
eerder naar Duitschland waren terug
gekeerd.
Geheel achteraan kwamen afdeelin
gen der oorlogsmarine, die in de Spaan
sche havens gestationneerd waren eu
daar sedert het uitbreken van den oor
log de Duitsche belangen hebben behar
tigd. Het waren afdeelingen van de
pantserschepen admiraal Scheer en
Deutschland, van de torpedobooten Leo
pard, Albatros, Lux en Seeadler en de
duikbooten U 33 en U 44.
Tegen elf uur was het defile ten ein
de. Hitier keerde naar de Rijkskansela
rij terug.
Generaal-veldmaarschalk Goering be
gaf zich naar het Rijksministerie van
Luchtvaart, waar hij bij het. monument
voor het luchtwapen een krans legde.
Wij slaagden er in de deur naar
de twefede kamer te sluiten. Er
drong geen water door in de derde
kamer, maar wij wisten toen, dat
wij op den bodem zaten. Er was
geen paniek, we waren allemaal
rustig en er werd niet gedacht aan
een ramp. Iedereen had vertrou
wen en wij voelden ons zeker, dat
wij er in een paar uur in zouden
slagen naar boven te komen.
We maakten grappen. Iedere zeeman
kreeg de gelegenheid zijn meening uit
te spreken en alles werd overwogen.
F.r werd niet geredetwist tusschen des
kundigen en minder personeel, en alle
voorslellen werden bestudeerd.
Eerste luitenant Chapman begaf zich
naar de voorste uitlaatkamer in de
hoop óm in de ondergeloopen afdeeling
te kunnen komen en de pompinstalla-
lie daar in werking te' kunnen stellen.
Hij slaagde daarin echter niet. De druk
was te groot voor zijn kracht, anderen
begaven zich eveneens derwaarts om
hulp te bieden, doch het lukte niet en
er werd besloten deze pogingen te la
ten varen. We gingen toen.naar boven,
naar het achterslhip. Toen we daar
waren, werd besloten, dat kapt. Oram
en luit. Woods hun best zouden doen
om uit den duikboot te komen. Zii gin
gen de uitlaatkamer in en weg waren
zij.
Toen Arnold met zijn verhaal zoo ver
gekomen was, kon hij eenige minuten
lang door ontroering niet verder spre
ken. Toen hij zijn verhaal kon vervol-
gen, zeide hij:
Shaw en ik besloten toen een
kans te wagen. We kwamen boven
en, zooals u ziet, zijn' wij ontsnapt.
Ik ben niet van plan iets te vertel
len over hetgeen des nachts ge
beurd is. Wij kwamen er uit en wij
waren er zeker van. dat alle ande
ren ons zouden volgen met veel
vuldige tusschenpoozen. Ik kan u
niet zeggen, wat ik voelde, toen dat
niet gebeurde.
Op de vraag, hoe het met de
lucht was gesteld, toen hij uit de
Thetis wegging, op Vrijdagmor
gen, antwoorde Arnold: „Onbe
schrijfelijk". Op de vraag of deze
toestand van de lucht de anderen
verhinderd zou kunnen hebben
hem te volgen zeide Arnold: „Dat
zal niemand ooit weten". Ten
slotte deelde hij nog mede, dat er
lichten brandden, toen hij nog in
den duikboot was.
DE AANSLAG OP DE
HERTOGIN VAN
KENT
LONDEN, 6 Juni (Reutér). Een 45-
jarige lasscher is vandaag voor den po
litierechter van Westminster geleid in
verband met het incident dat zich gis
teren bij het verblijf van den Hertog en
de Hertogin van Kent heeft voorgedaan.
De man wa6 in het bezit van een vuur
wapen en munitie geweest. De politie
werd in de gelegenheid gesteld met ge
tuigen te komen.
Toen de zitting werd hervat ver
klaarde de politiebeambte die dienst
deed op Belgrave Square, dat hij juist
toen de auto van de Hertogin uitreed,
een schot hoorde. Hij zag beklaagde
den weg oversnellen naar een fiets. Hij
arresteerde hem, terwijl de man dacht
te ontvluchten.
Dé preventieve hechtenis, van den be
klaagde, Lawior, werd met een week
verlengd. De man heeft zelf geen enke
le verklaring afgelegd.
SIMLA, 6 Juni (Reuter). Nabij
Chail in de nabijheid van Simla woedt
een hevige boschbrand, waardoor het
paleis van den Maharadja van Patiala
wordt bedreigd. De Maharadja heeft
zich to paard naar zijn paleis begeven
om het blusscliingswerk. te leiden. Ook
de .onderkoning, die in de nabijheid aan
het visschen was, heeft zich naar het
tooneel van den brand begeven.
De brand heeft een groote oppervlakte
bosch vernield, doch het paleis is ge
spaard gebleven.
NIEUWE BESTEMMING VOOR DE
AYA SOFIA
ISTANBOEL, 6 Juni (Reuter). De
Aya Sofia, eerst een Christelijke kerk,
daarna een. Mohamedaansche moskee
en vervolgens een museum voor Ooster-
sche kunst, zal thans een cultureel cen
trum worden, waar de voornaamste cul
tuurvoortbrengselen van Byzantijnsche
en Turksche kunst bijeengebracht zul
len worden.
v. ROSSUM
KORTE BERGSTR. 3
TEL. 407
Kleeding
naar maat
FEUILLETON
Naar het Engelsch
van
23.
„Waarschijnlijk niet", merkte Napo
leon op. „We zijn allemaal dieven."
„In elk geval bracht de zeeman het
lijk hier en om een of andere reden,
die wc niet kennen, verstopte hij hot
achter die deur. Vraag vier: „Wie is
die zeeman?" Blanco. Vraag vijf: „Wal
deed die zeeman na het lichaam daar
neergflegd te hebben in dc kamer, waar
we aannamen, dat die dwaas was?
Hebben zij elkaar ontmoet?" Hii frons
te cn schudde het hoofd. „Het is 'n ver
warde boel. Vraag zes: „Hoe kwam die
zot aan boord?"
„Misschien bracht de zeeman hem."
„Dat is best mogelijk. Maar waarom
bracht hii hem aan hoord? 't Doet er
niet toe. hoe? En waarom werd die
dwaas hier gevangen gehouden
..En waar is hij nu. nu hij niet langer
gevangene is?" bracht Napoleon in het
midden. „Ik moet bekennen, dat die
vraag me geweldig bezighoudtl"
„Waarom zeg jo dat?"
„Wel", zei Napoleon, daarbij strak
haar boven starend. „Onze dwaas kan
lerug komen. En hij kan iemand mee
brengen."
„Dc zeeman!''
„Iloerahl"
„Nu ik ben nog niet zeker of ik
het er wel mee eens ben" merkte Leo
nard langzaam op. „Ik ben blij, dat ik
dien vent zal ontmoeten, omdat hij de
sleutel van de heele puzzle is. Maar we
zijn nog niet aan het einde. Laten we
het wrak een oogenblik vergeten. Er
zijn geheimzinnigheden genoeg in hotel
..De Zeemeermin".
„Juist", beaamde Napoleon. „Vraag
zeven honderd twee en tachtig: „Wat
heeft Luigi met dit alles te maken?"
„Ja, Luigi is een duister punt",
merkte Leonard ernstig op. „Ik ben
niet erg gerust over Luigi. Hii jokte
over zijn voorganger Anderson. Hij
trachtte sporen te verbergen, die een
anderen kijk konden geven op het on
geluk van Anderson. Om een of andere
roden wilde Luigi de betrekking van
Anderson hebben als kellner in hotel
de Zeemeermin het scheen zelfs ab
soluut noodig te zijn na do verdwij
ning van mijnheer Fyne. Ik geloof niet,
dat Luigi Anderson's ongeluk zoo ern
stig bedoeld heeft. Maar ik ben er van
overtuigd, dat Luigi het ongeval ver
oorzaakt heeft. En daarvoor moet hij
een goede reden gehad hebben."
Napoleon beet op zijn tanden.
„Je zult wel denken, dat ik gek bén",
zei hij. „cn ik weet wel. dat ik dat een
beetje ben. Maar dit is een smerig
zaakje, Scfton. en je kunt nu eenmaal
niet op mijn volle verstand rekenen.
Die Anderson was een fatsoenlijke
kerel. Als, zooals je zegt, Luigi hem ge
dood heeft... maar zeg eens. kun je
moordenaar zijn, als de persoon in
kwestie niet dadelijk is doodgedaan?"
„Technisch ben je dan een moorde
naar, als de man binnen een jaar en
een dag ste.rft," antwoordde Leonard.
„Anderson overleed binnen een week".
„En dan verwacht je, dat ik tegen
Luigi zal glimlachen als hij mij mor
genochtend gebakken eieren brengt!"
riep Napoleon uit. „Lieve deugd! zou
hij ook de hand gehad hebben in den
dood van dien man hier beneden?"
Leonard schudde zijn hoofd. „Dat
denk ik niet ofschoon Luigi zijn
uiterste best deed om te verbergen, dat
zij samen hadden gesproken. Na Luigi
komen we bij mijnheer Griddle. Vraag
duizend acht: „Waarom gaf mijnheer
Griddle voor, dat hij naar bed ging,
terwijl hij in- werkelijkheid niet ging?
Waarom probeerde hij af te luisteren,
wat wij in mijn slaapkamer bespra
ken?"
„En waarom achtervolgde hij ons
later naar het strand?" voegde Napo
leon er aan toe.
„Ik geloof niet, dat hij ons is nage
gaan naar het strand", antwoordde
Leonard langzaam.
„O. zeker. Dat vergat ik. Je meende,
dat het misschien iemand anders kon
zijn. Zou je niet denken, nu we elkaar
zooveel béter kennen, dat Je het me
zou kunnen vertellen?"
„Later misschien".
„Geen uitvluchten! Je vergeet, dat ik
gewapend ben."
Napoleon trok zijn revolver met een
grimas.
„Maar ik ook", antwoordde Leonard,
eveneens een grimas makend; en hij
trok ook een revolver.
„Daar sta ik versteld van", mompel
de Napoleon ontmoedigd. „En nu dacht
ik nog wel, dat ik sterker was dan jijl
Jij hebt er dus ook een?"
„Dat is zoo. Je bent niet de eenige,
wier» zij soms een beetje gemak kun
nen brengen."
„Dan is het niet goed, dat je mij laat
dreigen om te schieten, als je mij niet
vertelt wie z'n neus om den hoek van
de spelonk heeft gestoken?"
„Dat is het zeker niet", antwoordde
Leonard na een kleine pauze. „Maar
sinds we werkelijk goede vrienden
zijn misschien zal ik je alles wel
vertellen tenslotte."
„Uitstekend!" riep Napoleon. „Wie?"
„Ik ben er niet zeker van, dat het zoo
uitstekend is", antwoordde Leonard.
„Ik durf er mijn laatsten stuiver om
te verwedden, dat het juffrouw Haines'
broer Guy was."
HOOFDSTUK XVII
Nog meer nachtelijke bezoekers
„Pardon", zei Napoleon, beleefd. „Wil
je dat eens herhalen?"
„Het was Guy Haines, dien ik noem
de", antwoordde Leonard. „Ik heb zijn
profiel duidelijk gezien".
„Hé, Sefton. Stop. Meen je, dat Be
ryl's broer op onze zwarte lijst moet
staan?"
„Ik bedoelde alleen, dal Beryl's broer
ons in de spelonk gevolgd is, en dat
hij er een bepaalde reden voor had om
dat te doen. Maar tenzij we hem op
de zwarte lijst plaatsen, is het een punt
van bespreking."
„Het is nonsens, en dat weet je best!
weerlegde Napoleon. „Als Guy ons volg
de, staat hij beslist op de zwarte lijst,
en dat behoef je niet te verbloemen.
Ik twijfel er alleen aan, dat het Guy
was, zie je? Dat neem je mij toch niet
kwalijk?"
„Niet in 't minst."
„Ik geloof niet., dat Beryl Haines een
broer kan hebben, die niet deugt. Dat
is de eenige eenvoudige reden. In elk
geval zullen we morgen de proef op de
som nerrien met die voetafdrukken. In-
tusschen zullen we er niet over twisten.
En wat nu? Zullen we probeeren van
dit schip af te komen of wachten we
tot we gehaald worden?"
„Het ziet cr naar uit alsof we hier
nog wat zullen moeten blijven. Morgen
ochtend. als cr tenminste voor dien tijd
niets gebeurt kunnen we gemakkelijk
de aandacht trekken. Ik kan niet zeg
gen, dat ik er spijt van heb, dat ik
nu do kans heb om het schip nu eens
heelcmaal te kunnen doorzoeken. We
hebben nog niet alles gezien, weet je".
„Mc dunkt dat we genoeg gehad heb
ben" antwoordde Napoleon. „Hoe dan
ook, begin maar kerel. Waar jij gaat
zal ook ilc gaan."
Een half uur lang onderzochten zij
het wrak van begin tot eind en toen
zij ophielden, kenden zij het vrijwel
nauwkeurig. Zij deden geen nieuwe
ontdekkingen en vonden zelfs geen pa
pieren op het lichaam van den man.
Dit was een teleurstelling, ofschoon
Leonard er niet verwonderd over was,
aannemende dat do zeeman waarschijn
lijk de zakken had doorzocht, voordat
hij het deed.
„Maar zijn horloge heeft hij laten zit
ten", maakte Napoleon uit, terwijl zij
keken naar de rustige, zwijgende gestal
te
„Hetgeen bewijst dat berooving niet
het motief was." zei Leonard. „Laten we
eens in dit water kijken. Zie je wel, dat
het niet zoo hoog meer is, als toen we
er voor 't. eerst langs kwamen?"
Hij doelde op het water in de don
kere. vochtige ruimte, waarnaast de
(Joode man lag. Het gaf de plek het aan
schijn van een zwembad, dat door een
aardbeving verwoest en geledigd was,
maar hoewel het geleek op een zwembad
lokte het toch niét tot zwemmen.
Leonard stond aan den kant en liet
zijn lantaarn schijnen over de oppervlak
te tot de railing aan den overkant. Iets
daaronder was het gat, waar het water
doorheen was gestroomd. Hij vroeg zich
af of bij eb het bovenste gedeelte van die
opening bereikt zou worden; als dat ge
beurde zou de oppervlakte van het wa
ter gelijk zijn met de zee.
„Het schijnt, dat je erg veel interesse
hebt voor dat vuile poeltje", kwam Na-
poleon's stem. „Waardoor ben je zoo ge
boeid?"
„Ik ben nieuwsgierig naar dat gat,"
antwoordde Leonard. „Zou je willen dui
ken en mij rapport uitbrengen?"
„Nee, dank je," grinnikte Napoleon.
„Er is zelfs een grens aan mijn goedig
heid. Laten we weer naar het dek gaan.
Dit bol bezorgt me kippenvel."
„Wacht eens. Kijk eens daarginds
naar de oppervlakte van het water. Aan
den overkant, een beetje naar links
Merk je daar iets op?"
„Nee. Ja. Het is daar een beetje
lichter
„Juist! Ik hoopte,, dat Je dat zou zeg
gen! Want ik geloof dat het daar inder
daad lichter is!"
„Maar waarom brene je dat zoo in
verrukking? Ik voor mij zou wenschen,
dat je van deze ellendige plek zou weg
gaan!"
„Het interesseert me zoo. omdat ik ge
loof, dat dit licht het maanlicht is.A
„Wat! Is de maan dan gevallen?"
„Ik zie maanlicht, amice, niet de maan
En als het maanlicht is, dan kan het
alleen maar komen door het gat. Ik wil
wedden, dat als we hier nog een paar
minuten blijven wachten, de, eb vol
doende is gevallen om ons de bovenste
punt van dat gat te laten zien. De
scheur zal precies te voorschijn komen
op de plaats waar het wateroppervlak
het lichtst is."
(Wordt vervolgd)