Verdragen tusschen Duitschland
Estland en Letland
Schaduwen aan
de kust
Gisteren in Wilhelmstrasse
onderteekend
Tegenvoorstellen van de
Sovjet-Unie
De tekst der
verdragen
Was de „Thetis"gedoemd
massagraf te worden?
FELLE CRITIEK
VAN
J. Jefferson Farjeon
Ie BLAD PAG. 2
AMfcKSFUORTSCH DAGBLAD
DONDERDAG 8 JUNI 1939
BERLIJN, 7 Juni (Havas)- Vanochtend half elf is in de Wilhelm
strasse het niet-aanvalsverdrag tusschen Duitschland en Letland on
derteekend door Munters en von Ribbentrop, de miisters van buiten-
landsche zaken van beide landen.
Korten tijd later is door von Ribbentrop en Selters, den minister
van buitenlandsche zaken van Estland, een gelijk verdrag ondertee
kend tusschen Duitschland en Estland. De redactie van beide ver
dragen is gelijkluidend.
Na de onderteekening is op het ministerie van buitenlandsche
zaken, tusschen den rijksminister van buitenlandsche zaken, den
Letlandschen en den Estlandschen minister van buitenlandsche
zaken een openhartige gedachtenwisseling gehouden.
Daarbij kwam algemeen de wensch tot uitdrukking de Duitsch-
Letlandsche en de Duitsch-Estlandsche betrekkingen op vriendschap
pelijke wijze verder te verdiepen.
Van Duitsche zijde werd er daarbij de nadruk op gelegd, dat de
rijksregeering in de handhaving van de politieke onafhankelijkheid
van Letland en Estland een belangrijk element ziet voor de verzeke
ring van den vrede in Oost-Europa, en dat zij daarom bereid is deze
politieke onafhankelijkheid steeds te respecteeren.
In denzelfden geest werd van Letlandsche en Estlandsche zijde
ook bij deze gelegenheid op het reeds vroeger tot uitdrukking ge
brachte standpunt gewezen, dat de Letlandsche en Estlandsche
regeering vastbesloten zijn voor de handhaving der politieke onaf
hankelijkheid van hun landen zelfstandig zorg te dragen en vast te
houden aan een politiek van strikte neutraliteit.
Protocol der onder
teekening
De niet-aanvalsverdragen, heb
ben een gelijkluidenden tekst.
In de praeambule wordt vastge
steld. dat de Duitsche rijkskanse
lier en de president van de repu
bliek Letland (Estland), vastbe
sloten den vrede tusschen hun
landen onder alle omstandigheden
te handhaven, zijn overeengeko
men dit besluit te bekrachtigen
door een verdrag.
De artikelen van dit verdrag luide:
Artikel 1; Het Duitsche rijk sn de
republiek Letland (Estland) zullen in
geen geval tot den oorlog of t'U een
andere wijze van geweldpleging jegens
elkander overgaan. In geval het van
de zijde van een derde mogendheid *ot
een actie van de in artikel 1 genoemde
wijze tegen een der verdragsluitende
deelen zou komen, zal de andere ver
dragsluitende partij een dergelijke actie
op gepn enkele wijze steunen.
Artikel 2: Dit verdrag zal worlen ge
ratificeerd en de ratificatieoorkonden
zullen zoo spoedig mogelijk te Eerlijn
worden uitgewisseld. Het verdrag tr'edt
met de uitwisseling d^r ratificu'.icocr-
konden van kracht en geldt van dan af
voor een tijd van tien jaren. Indien het
vprdrag niet ten laatste een jaar voor
den afloop van dezen termijn door een
der verdragsluitende partijen wordt op
gezegd. wordt zijn geldigheidsduur op
nieuw voor den tijd van tien jaren ver
lengd. Hetzelfde geldt voor de volgen
de perioden.
Het verdrag blijft echter niet langer
van kracht dan het vandaag ondertee-
kende overeenkomstige verdrag tus
schen Duitschland en Estland (Letland).
Mocht het verdrag om deze reden voor
den uit artikel 2 volgenden datum bui
ten kracht treden dan zullen de Duit
sche regeering.en de Letlandsche (Est
landsche^ regeering op wenseh van een
der partijen onverwijld in onderhande
ling treden over de vernieuwing van het
verdrag.
Bij de onderteekening van 't verdrag is de
overeenstemming vastgesteld van beide
partijen met betrekking tot het volgen
de: Êen ondersteuning door de niet bij
het conflict hofrokken verdragsluitend
partij in den zin van art. 1 lid 2, van
het verdrag is niet aanwezig, wanneer
het optreden van deze partij in over
eenstemming is met de algemeene re
gelen der neutraliteit Daarom moet het
niet als ontoelaatbare steun worden be
schouwd. wanneer tusschen de niet bij
het conflict betrokken verdragsluitende
partij en de derde mogendheid het nor
male ruilverkeer en transitoverkeer
wordt voortgezet.
Na de onderteekening heeft Hitier
in bijzijn van den rijksminister van
buitenlandsche zaken, von Ribben
trop. den Letlandschen minister
Munters en den Estlandschen mi
nister Selter in de nieuwe rijkskan
selarij ontvangen voor een langdu
rige bespreking.
De rijksminister van buitenlandsche
zaken, hooft den Letlandschen minister
van buitenlandsche zaken. Munters, het
grootkruis der orde van den Duitschen
adelaar overhandigd.
De reis van het Britsche
Koningspaar
LONDEN' (Ontario), 7 Juni (Reuter).
Bij Windsor heeft hot Britsche konings
paar den eersten blik geworpen op het
grondgebied van de Vereenigde Staten,
dat zij vandaag zullen betreden. Men
verwacht dat een half millioen men-
schen de eerste Britsche vorsten, die
een bezoek brengen aan de Vereenigde
Staten, zullen begroeten te Niagara.
De koninklijke trein is ongeveer een
uur te laat bij het programma. Deze
vertraging is ontstaan door de talrijke
malen, dat de trein huiten het program
ma om heeft gestopt om de Canadeezen
in de gelegenheid te stellen den Ko
ning en de Koningin toe te juichen.
HSOE SJITSJANG OVERLEDEN
TIEN TSIN", 7 Juni (Domei). Hsoe
Sjitsjang. de vroegere president van
China, is op 85-jarigen leeftijd in de
Britsche concessie overleden.
ROERENDE MOMENTEN
BOVEN HET WRAK
VAN DE „THETIS"
De slachtoffers op
indrukwekkende
wijze herdacht
LONDEN. 7 Juni (Reuter). En
geland heeft vandaag de slachtof
fers van de „Thetis" herdacht. Aan
boord van den Mijnenveger „Hebe"
werden de vaders, moeders," e'chtge-
nooten en andere nagelaten betrek
kingen van de 99 slachtoffers naar
de plek waar het vaartuig is gezon
ken gebracht, terwijl anderen, die
zich niet sterk genoeg achtten dezen
dienst aan boord mee te maken, de
herdenkingsdienst aan den wal bij
woonden.
Boven de plaats waar het wrak ligt
werd de herdenkingsdienst gehouden,
welke bestond uit het zingen van een
kerkelijk cezang. het lossen van saluut
schoten. het blazen van de „Laatste
post" en de reveille, en het zingen van
het volkslied. Aan boord van de oor
logsschepen in do omgeving werd even
eens een herdenkingsdienst "chouden.
Gedurende den dienst werden talrijke
kransen over boord geworpen.
Een duizendtal employees van tie
Cainmel Laird werf woonden een dienst
bij voor het gemeentehuis van Birken
head. Op vele openbare gebouwen was
vandaasr de vlag halfstok geheschen.
DESKUNDIGE ZIJDE
Het Britsche volk wacht
af en rouwt.
(Van onzen correspondent)
LONDEN, 7 Juni
fJ^EN ramp, zoo ontzettend als die
L/ van de Engelsche duikboot „The
tis", welke een schok door de geheele
wereld deed gaan een ramp, wel
ker phasen door honderdtallen millioe-
nen menschen werden gevolgd met een
angst en deernis, welke het hart be
klemt een dergelijke catastrophe
lokt natuurlijk een sform van critiek
uit. Wij hebben voor onze Nederland-
sche lezers het oor te luisteren gelegd,
bij beproefde, hooggeplaatste Engel-
sche deskundigen op het gebied van
onderzeeërs, doch daarbij ook het
woord gelaten aan de verdediging.
Hoe begrijpelijk het ook is, van men-
scheiijk standpunt beoordeeld, dat de
nabestaanden der op zoo tragische wijze
omgekomenen zich overgeven aan de
bitterste en heftigste critiek toch kan
daaraan weinig werkelijke waarde wor
den toegekend. Hier moet het woord
worden gelaten aan de mannen van de
practijk; en dezen zijn het er in hoofd
zaak over eens, dat er alie aanleiding
bestaat tot zeer gerechtvaardigde cri
tiek, welke niemand spaart. Een van de
feiten, welke verwondering moet baren,
is, dat men de boot heeft laten duiken
op een deel van den Oceaan, waar de
bodem is bezaaid met wrakken, welke,
met het oog op de betrekkelijk geringe
diepte, onvoorziene gevaren kunnen op
leveren voor een onderzeeër.
Een tweede, ernstige beschuldiging,
ditmaal aan het adres van de Engelsche
admiraliteit is deze, dat een duikboot,
welke een proeftocht onderneemt, ver
gezeld dient te worden door vaartuigen,
die bij ernstige ongevallen werkelijk
hulp kunnen verleenen. Tot dusverre
schijnt het gewoonte te zijn, dat er al
leen eensleepboot meegaat. Deze
nonchalance heeft rich in het geval van
do „Thetis" droevig gewroken. De kost
baarste uren zijn verloren gegaan voor
en aleer er schepen aanwezig waren,
die reddingspogingen in het werk kon
den stellen.
En toen deze hulp eenmaal ter
plaatse was, waarom heeft men niet ge
tracht méér dan één kabel tegelijk aan
de duikboot te bevestigen? Dat de
eenige kabel, welke men telkens aan
bracht, aan de enorme spanning geen
weerstand zou kunnen bieden, was te
voorzien. En toch was het van het aller
grootste belang, dat het voorschip in
horizontalen stand werd gebracht, daar
dit waarschijnlijk de gevangen beman
ning in staat zou hebben gesteld, pogin
gen te doen om zich in veiligheid te
stellen door het voorste noodluik, het
welk vermoedelijk toegeklemd zat door
den schuinen stand van het vaartuig.
Voorts lijkt het onverantwoordelijk,
waar het vraagstuk dér beschikbare
lucht een zoo overwegende rol speelt in
een duikboot, dat men de „Thetis" heeft
laten'vertrekken met niet minder dan
103 man aan boord, terwijl de gewone
bemanning uit niet meer dan 53 kop
pen zou bestaan. De bemanning was
dus voor dezen proeftocht practisch ver
dubbeld. Men heeft op waarlijk lichtzin
nige wijze, zonder rekening te houden
met een eventueel ongeluk, omgespron
gen met den voorraad zuurstof. En dat.
terwijl in dit geval de voorzichtigheid
in nog grootere mate moest worden be
tracht, daar vorige proeven met het
vaartuig reeds de aanwezigheid van be
paalde gebreken had aangetoond.
Men heeft blijkbaar, aldus onze zegs
man, een te blind vertrouwen gesteld in
de goede hoedanigheid van de boot en
in de Davistoestellen, welke laatste bij ver
schillende andere gezonken duikbooten in
derdaad goede diensten hebben bewezen.
Dat dit redmiddel in het onderhavige ge
val zoo weinig nut heeft opgeleverd is een
gevolg het moet worden erkend van
de abnormale omstandigheid, waarin het
vaartuig zich bevond; doch daardoor is,
helaas ten koste van zooveel menschenlc-
vens, gebleken, dat er lang niet onvoor
waardelijk op kan worden vertrouwd.
Voorts moet er de regecring een verwijt
van worden gemaakt, dat een lichaam als
de Engelsche marine niet beschikt over een
of meer duikerklokken, welke zoojuist in
Amerika een zoo machtig hulpmiddel zijn
gebleken, al moet worden toegegeven, dat
in dit speciale geval ook de duikerklok
vermoedelijk geen baat zou hebben ge
bracht. Wat de reddingspontons betreft,
deze zijn bij een dergelijke gelegenheid
van weinig nut; zij zijn zoo log, dat zij
met een snelheid van nauwelijks 5 knoopen
per uur kunnen worden gesleept.
„De reddingskansen van de bemanning
van een gezonken duikboot," besloot onze
zegsman, „zijn afhankelijk van zooveel
onberekenbare factoren, dat men moet er
kennen, dat zij ongeveer even weinig kans
hebben, het léven er af te brengen, als een
rat in de val."
De verdediging
HET is billijk, dat wij hier eveneens
het woord laten aan de tegenpartij,
waarbij evenwel dient te worden
opgemerkt, dat de hier aangevoerde ar
gumenten in hoofdzaak afkomstig zijn
van een sterk bij het geval geïnteres
seerde partij, n.l. de firma, op welker
werf de „Thetis" werd gebouwd. Van
deze zijde wordt aangevoerd, dat do
duikboot, hoewel nog niet officieel over
genomen door het Department van
Marine, geheel in den toestand veiv
keerde, waarin zij zou worden afgele
verd en dan ook reeds de equipage aan
boord had, welke het vaartuig zou be
mannen. Ook de aanwezigheid van tal
van marine-officieren en technici van
de werf was volkomen verantwoord;
de eersten maakten den tocht mede,
deels als vertegenwoordigers der Admi
raliteit, deels om zich vertrouwd te
maken met het schip, daar zij later
het bevel zouden voeren over .duikboo
ten van hetzelfde type, terwijl de tech
nici aan boord waren om zich van de
goede werking van machines en andere
MOSKOU, 7 Juni (Reuter). De „Pravda" heeft vanochtend de
tegenvoorstellen van de Sovjet Unie op de Fransch-Britsche voor
stellen onthuld. Het officieele blad noemt deze tegenvoorstellen de
minimum-eischen van de Sovjet Unie voor de organisatie van een
defensief front in Europa. Deze voorstellen werden na de rede van
Molotof overhandigd aan de ambassadeurs van Engeland en Frank
rijk te Moskou.
Volgens de Pravda vraagt de Sovjet Unie:
Ten. eerste: het sluiten van een doeltreffend verdrag van weder-
keerigen bijstand tusschen Frankrijk, Groot Brittannië en de Sovjet
Unie, tegen een aanval.
Ten tweede: het sluiten van een overeenkomst, waarbij de Sovjet
Unie steun zal verleenen aan de vijf landen, welke reeds door Frank
rijk en Engeland zijn gegarandeerd, n.L België, Polen, Roemenië,
Griekenland en Turkije.
Ten derde: het verleenen van hulp aan de Oostzeelanden, door
Engeland, Frankrijk en de Sovjet Unie, indien hun neutraliteit door
een aanval worden geschonden.
Ten vierde: het sluiten van een concreet verdrag inzake de metho
de, vorm en afmeting van de te verleenen hulp.
LONDEN, 7 Juni (Reuter).
De diplomatieke medewerker van
Reuter verneemt, dat William
Strang, het hoofd van de afdee-
ling midden-Europa van het Fo
reign, Office, naar Moskou zal
gaan.
In diplomatieke kringen wordt ver
nomen, dat de algemeene grondslagen
van een formule, die zoowel de Brit
sche, de Fransche als de Russische re
geering bevredigt, reeds zijn vastgesteld.
Het zou hierop neerkomen, dat weder-
kcerig elkanders levensbelangen gega
randeerd v\ orden, voor het geval deze
door agressie bedreigd mochten worden.
In een afzonderlijke verklaring zou dan
verduidelijkt worden, wat ieder land
onder zijn levensbelangen verstaat.
Zoo derhalve de Sovjet-regeering mocht
verklaren, dat zij de territoriale on
schendbaarheid en de politieke onafhan
kelijkheid van de Oostzeestaten als een
levensbelang beschouwt, zou de kwes
tie van een garantie aan die staten ver
meden worden en. zouden..hun...bezwa
ren tegen het opgedrongen krijgen van
een garantie omzeild worden. In elk ge
val kan de kwestie van het vinden van
een formule, die alle tegenstrijdige ge
zichtspunten met elkaar in overeen
stemming brengt, naar het oordeel van
officieele kringen thans geen groote
moeilijkheden meer opleveren, nu vol
daan is aan den Russchen eisch inzake
volledige wederkeerigheid.
Strang, die waarschijnlijk Vrijdag
per vliegtuig uit Londen zal ver
trekken, zal dus Zaterdag of Zon
dag te Moskou zijn. Er is dan ook,
naar men gelooft, een redelijke kans,
dat in den loop der volgende week
volledige overeenstemming wordt
bereikt. Strang zal als téchnisch ad
viseur van den Brifschen ambassa
deur Seeds optreden en een even-
tueele overeenkomst zou natuurlijk
door Seeds onderteekend worden.
Intusschen wordt te Londen ver
nomen. dat Seeds griep heeft.
In het Lagerhuis zeidé Chamberlain
dat bij de laatste gedachtenwisselingen
met de Sovjetregeering gebleken was,
dat er algeheele overeenstemming
heerscht. ten aanzien van de voornaam
ste doeleinden, die moeten worden na
gestreefd.
De Britsche regeering, aldus
Chamberlain, heeft naar ik meen,
de Sovjet regeering tevreden kun
nen stellen, de Britsche regeering
is bereid, een accoord te sluiten
op den grondslag van volledige
wederkeerigheid.
Het is niet de bedoeling dat de
militaire steun die de drie mogend,
heden zich bereid zullen verkla
ren te verleenen, beperkt wordt
tot gevallen van een daadwerke
lijken aanval op het eigen grond
gebied- Voor andere gevallen
hoopt de premier dat het thans
mogelijk zal zijn een formule voor
te stellen, die voor de drie regee
ringen aanvaardbaar is. Het was
echter onmogelijk, staten, die dit
niet wenschten, een garantie op
te dringen.
installaties te overtuigen. Van overbe
lasting zou daarbij evenwel geen spra
ke geweest zijn, daar vaartuigen van
deze klasse ongeveer 500 ton waterbal-
last innemen voor het duiken en de
extra-bemanning nauwelijks 1% van
dit gewicht uitmaakte, tragische bij
zonderheid: een zestal van de opvaren
den had den tocht kunnen medemaken
aan boord van de begeleidende sleep
boot, doch het gaf er de voorkeur aan,
af tp dalen in de onderzeeër. Wat be
treft. de geruchten over gebreken, die
reeds bij vorige gelegenheden aan den
dag zouden zijn gekomen, beweerde een
der ingenieurs der werf, dat deze „niets
te beteekenen hadden gehad en zonder
eenige moeite waren hersteld".
In het algemeen heeft het groote pu
bliek in Engeland zich verontwaardigd uit
gelaten over het feit. dat men niet snel is
overgegaan tot het branden van een gat
in he achterschip, toen dit boven water uit
stak. Deze critiek is echter ten eenenmale
ongegrond en kan alleen worden geuit door
lieden, die niet het flauwste begrip heb
ben van de onmogelijkheid, om iets derge
lijks te ondernemen met eenige hoop op
succes. Zelfs indien men een gat had kun
nen branden in den achtersteven in den
korten beschikbaren tijd, zouden de opva
renden deze opening van binnenuit nooit
hebben kunnen bereiken, afgesloten als zij
daarvan waren door schotten; en om deze
laatste van buitenaf te kunnen bereiken zou
men den achtersteven nog bijna 7 meter
verder boven water hebben moeten bren
gen. Eerst daarna zou men eventueel over
levenden uit de gezonken boot aan de 'op
pervlakte hebben kunnen brengen. Zelfs
indien al het beschikbare reddingsmate
riaal Vrijdagmorgen onmiddellijk ter plaat
se was geweest, moet het nog betwijfeld
worden, of men daarin zou zijn geslaagd.
Over het van overheidswege in te stel
len onderzoek doen hier zeer uiteenloo-
pende geruchte de ronde. De openbare
meening eischt echter met den grootsten
aandrang, dat het onderzoek in open
baren vorm geschiedt en dat de uit
slag Volledig zal worden gepubliceerd,
waarmede onze eerstgenoemde zegs
man volkomen instemde. „Een volk, dat
zijn beste zonen toevertrouwt aan een
toestel, dat maar al te gemakkelijk in
een afschuwelijk massagraf kan veran
deren", zeide hij, „heeft er recht op om
te vernemen of misdadige achteloos
heid. lichtzinnigheid of gebrek aan ver
antwoordelijkheidsgevoel schuld zijn
aan deze ontzettende ramp, dan wel of
zij moet worden toegeschreven a'an om
standigheden. welke niet waren te voor
zien." Ook in het Parlement gaan ta'
van stemmen op in dezen zin. Het En
gelsche volk wacht af en rouwt.
FEUILLETON
Naar hel Engelsch
van
24)
„Maar kerel, waarom moeten we dan
per se die scheur zien? We weten dat
daar het gat is. Is dat niet mooi ge
noog?"
„Nee, niet heclemaal mooi genoeg,"
antwoordde Leonard kalm. „Jij kunt
naar het dek gaan, als je daar lust in
licht, maar ik blijf hier."
„Nu, ieder z'n meug," gromde Napo
leon. „Ja, Ik denk, dat ik een luchtje ga
acheppen, nis jc er niets tegen hebt. Ik
•tik hier bijna. Als je in moeilijkheden
komt, geef dan oen schreeuw en als
ik in moeilijkheden kom, zal ik een gil
geven. Pa-da!"
Hij koerde zich om en vertrok, Leo
nard hoorde hem zijn weg vervolgen
door de gang en daarna op het dek
klimmen.
Leonard ging zitton om do verdere ge
dragingen van het water af te wachten.
Het was eerst een vreemde, gespannen
wacht, want de omgeving was geheel
duister, behalve wanneer hij zijn lan
taarn aanknipte; maar spoedig kwam
hij tot de conclusie, dat hij het zvyakke
licht op het wateroppervlak beter kon
waarnemen met zijn lantaarn uit en hij
stak hem in zijn zak.
De lichte plek werd langzaam en ge
stadig grooter. Het water in de omge
ving begon tc schemeren en scheen tot
leven te komen. Tenslotte werd een
dunne straal schitterend zilver zicht
baar. Deze straal kwam, verdween,
kwam en verdween opnieuw. Daarna
kwam hij nogmaals en thans voor goed.
F.r kwam een plotselinge beweging in
het water aan Leonards voeten en het
onlwaakte uit zijn stilte. De oppervlakte
had contact gekregm met die van den
Oceaan daarbuiten.
Het gat was geen scheur. Spoedig zou
de onregelmatige punt van het groote
kunstmatige gat in de zijde van het
schip geheel zichtbaar zijn. terwijl het
water verder en verder zakte. Hoe yer
zou het wel zakken, vroeg Leonard zich
af. F.n zou het ver genoeg zakken?
Iemand stond achter hem, nauwkeurig
op hem lettend. Bij een beweging draai
de Leonard zich snel om.
„Neem me niet kwalijk", mompplde
Napoleon. „Waar kijk je toch zoo
naar?"
„Truelove." antwoordde Leonard ver
wijtend. „je moest meer consideratie
hebben!"
„Het spijt me. De omgeving maak»
iemand stil en geniepig. Als ik wat luid
spreek of mijn voet wat hard neer zet
wanneer ik loop. krijg ik al een lichten
schok. Ik wilde je iets komen vertellen.
Maar vertel nie asjeblieft eerst eens. wat
je er voor goeds aan denkt te doen door
naar dat nare gezicht te kijken."
„Het Is werkelijk een interessant ge
zicht." zei Leonard. „Het is een gezicht,
dat de meeste menschen in hun heele
leven niet te zien krijgen een gat,
dat voldoende was voor een schip en dat
geleidelijk grooter wordt in het maan
licht. Het is een beeld, dat furore zou
maken in de Koninklijke Academie,
wanneer iemand het zou hebben geschil
derd."
„Doe je dan aan kunstbeoefening?"
„Nee, ik beoefen de geschiedenis. Ik
och, 't komt er niet op aan. Wat had
je me te vertellen?"
„O, niets van belang." antwoordde Na
poleon luchtig. „Ik weet niet eens, of het
wel de moeite waard is het te vertellen."
„Nee?"
„Er is iets zwarts op het water."
„Wat is dat?" riep Leonard uit, op
springend.
„Alleen iets zwarts, een klein ding.
Moet je je daarom zoo opwinden? Nu
ja, ik geef toe, het wordt steeds grooter.
Het was een vlieg, toen ik het 't eerst
zag. Toen werd het een hommel. Als wc
aan dek zijn, denk ik dat het veranderd
zal zijn in een hoof."
„F.n komt liet naar ons toe?"
„Ja. ik denk werkelijk, dat we in het
middelpunt van dc belangstelling
staan."
Zonder nog een woord te zeggen, ver
liet Leonard de plaats van het water en
rende door de gang. Maar toen hij aan
don voet van de trap was gekomen,
vroeg hij over zijn schouder:
„Hoe lang lieb je naar me staan kij
ken, zoo pas, terwijl de boot dichterbij
kwam?"
„Maar vijf seconden." antwoordde Na
poieon. „De wereld is vol van interes-
snnte dingen."
Ze kwamen op het dek en wendden
hun oogen naar een zwarte stip, die
eerst een vlieg en toen een hommel was
geweest en nu zonder twijfel een boot
was .Het was een kleine boot, gelijk aan
die, waarin Leonard en Napoleon zelf
liun tochtje naar het wrak hadden ge
maakt. Bovendien kwam zij naar hen
toe van hetzelfde punt van het kompas
uit. Een plotselinge onplezierige gedach
te kwam bij Leonard op. Was het dezelf
de hoot?
„Is liet leven niet heerlijk?" zeurde
Napoleon.
„Houd je revolver klaar." antwoordde
Leonard. „Maar schiet niet, voordat ik
het je heb gezegd."
„Ik heb mijn revolver al klaar," was
het antwoord van Napoleon, en ik zal
vooral niet schieten, voordat je
het me hebt gezegd. En ook om der
wille van mijzelf. Ben je bezig, je je
kinderjaren te herinneren?"
„En nog wat anders bok. Blijf hier, in
de schaduw staan. Zoo hebben we ten
minste het voordeel om te kunnen zien,
zonder gezien te worden."
„In orde. Ik herinner me een appel
boom. Ik klom daar vaak in. Het was
zoo rustig en kalm, zoo heerlijk
„Zou je nu zelf niet rustig en kalm
willen zijn?" vroeg Leonard.
„Binnen een paar minuten zullen wc
het allebei kalm en rustig hebben,"
mompelde Napoleon. „Ofschoon jc
hebt gelijk-. De tijd om te keuvelen is
voorbij."
De boot werd grooter en grooter. Zc
hoorden het slaan van de riemen, maar
konden de personen nog niet onderschei
den. Ondanks het feit, dat de tijd om te
keuvelen voorhij was. fluisterde Napo
leon plotseling:
„Goede help! Hef is een heele troep!"
„Een aardig groote bende," fluisterde
Leonard terug.
„Kun je ze tellen?"
„Nog niet. Er schijnen twee menschen
te roeien."
„Ja, en ik denk, dat er één, twee,
drie, vier, vijf, zes, zeven, acht, negen
„Och, schiet op," zei Leonard, hem een
stoot in de ribben gevend.
De groote bende bleek niet zoo groot
te zijn, toen de boot nader kwam. Zij
verminderde tot. vier personen. Leonard
en Napoleon waren juist in staat het
aantal te tellen, voordat de boot tijdelijk
in dortkcr kwam naast een groote rots,
waarachter zij verdween voordat ze op
de zandbank kwam.
De verdwijning van de boot ontze
nuwde Napoleon haast nog meer dan
haar verschijning. Met zijn oogen vast
gericht op de plaats, waar hij verwacht
te, dat zij weer in het gezicht zou ko
men, vroeg hij plotseling:
„Wat gaan we doen? Hebben we een
plan?"
„Dat zal afhangen van het hunne,"
antwoordde Leonard. „Het is wel onge
lukkig, dat je geen plan de campagne
kunt opmaken, als ie niet weet tegen
wie ie moet vechten of. óf ze wel gaan
vechten."
..Ik denk. dat die gekke vent er wel bij
is."
„Weet ik niet. Het is mogeliik. Onze
zeeman kan er ook wel bii zijn."
„Nou, je wilde hem immers hebben?"
„Ja. en dat wil ik nog. Alles wat we
kunnen doen, is w aakzaam te zijn en op
alles voorbereid tc wezen. En vergeet
niet, Truelove. dat er niet verondersteld
wordt, dat ik dit uitstapje bedacht heb.
Je deed het voor een weddenschap en
toen je nie iets over een boot vroeg, be
sloot ik met je mee te gaan om te zor
gen, dat je niet in moeilijkheden kwam."
„In orde, hoor. Dat herinner ik me."
„En verder, toen we hier waren, von
den we het lichaam van den dooden
man en werd onze boot gestolen. We
kunnen hun de naakte feiten geven, al
hoewel niet onze motieven."
„Ja, het zijn de motieven, waar ik
steeds geen weg mee weet," mompelde
Napoleon, ter zijde naar zijn metgezel
kijkende. „Ik wou. dat je
„St! Daar is de boot weer," onderbrak
Leonard hem. toen de kleine boot op
nieuw binnen hun gezichtskring kwam.
„Ja, het zijn er vier. Twee man aan de
riemen en
Hij hield plotseling op. Zij keken bei
den bewegingloos naar de boot en de
inzittenden.
Goede help twee ervan zijn meis
jes!" riep Napoleon.
„Ja. 'en een van de twee anderen."
voegde Leonard eraan toe, „is de oude
heer Griddle."
HOOFDSTUK XVIII
In het hotel Intusschen
Een oogenblik later leunden Leonard
en Napoleon over den kant van het
wrak, de inzittenden in de boot toeroe
pend.
„Hallo, jullie!" schreeuwde Leonard:
„Hallo!" zong mijnheer Griddle terug.
„Zijn jullie gezond en wel?"
„Uitstekend. We hebben het reuze
leuk gehad." antwoordde Napoleon.
„Maar wat komen jullie hier doen?"
„We hoorden een schot." klonk Jessi
ca Fyne's stem angstig. „Is het heusch
waar. dat niemand gewond is?"
,:Zie je wel!" riep Napoleon triomfan
telijk tot, Leonard. „Instinctmatig heb ik
gedaan, wat ik doen moest!" Toen, zich
weer naar de boot wendend, zei hij:
„Neen. er is niemand gewond."
„Wat jammer!" Het was Beryl's stem.
„En we hebben nog wel zoo'n uitsteken
de eerste hulp kist meegebracht!"
(Wordt vervolgd).
-*■£