VOOR DE VROUW Kleederdrachten zeden en De zomermante DE „HAMMAM", Het kind bij Hildebrand Speelgoed— om te spelen! het natte dameskransje „Schijnbaar' kleine dingen wijd of getailleerd, licht of donker Bezoek aan een Oostersch bad IA/ AT is een zomermantel toch een ondankbaar bezit! In het voor- en najaar is hij vaak te koud en dragen veel vrouwen liever over dag een mantelpak en 's avonds is de winterjas dan nog heel behage- lijk. Midden in den zomer, op war me dagen, loopen we liefst zonder mantel of met een wollen, linnen of zijden jasje en met regenweer komt de regenjas of cape aan de beurt. Wat blijft er over? Koude zomerda gen en -avonden, en die wenschen we ons zelf zoo min mogelijk toe. Dus bij 't aanschaffen van een zo mermantel moesten we eigenlijk be denken: 'k Hoop maar. dat ik hem zoo weinig mogelijk aan zal hebben. Maar zoolang de koude dagen nog een ruime plaats in ons Hollandsche klimaat innemen, hebben we de lange jas noodig en de mode-ontwerpers doen hun best om de jasjes zoo ver leidelijk mogelijk te maken, want wat een keuze in modellen en kleuren! Wijde swaggers en nog -wijder swingcoats met heel ruime rug gen, en voor wie deze sportieve dracht niet staat, zijn er slank ge tailleerde modelletjes. Want corpu lente en iets oudere dames moeten zich vooral niet wagen aan zoo'n zwierige swagger, die zooveel mo gelijk open moet zwaaien. Modetijdschriften en etalages staan vol met wijde jassen, en toch ziet men in de stad de werke lijk elegante en goed gekleede da mes meer van boven nauwsluitende en naar onder toe wijd-uitloopende man tels dragen, misschien wel omdat deze modellen veel meer bij de mannen in den smaak vallen dan die „wijde slob* berjassen". Dus geven wij u ook maar een paar afbeeldingen van getailleerde mantels: van links naar rechts allereerst een ge kleede mantel van crêpe georgette of matte zijde, wijde geplooide mouwen en een uitspringende rok. Deze mantels hebben vaak een gebloemde voering en vormen dan een complet met het jurkje, dat er onder gedragen wordt In 't midden een meer sportieve man tel met breede revers, dubbele rij knoo- pen en groote manchetten. Men begint nl. bij sommige modellen weer wat meer aandacht te besteden aan de on dermouw. Tenslotte de open mantel, het meest geliefde model van dit seizoen. De ceintuur is alö tusschen6tuk verwerkt en de mantel sluit tegen elkaar met een strikje. In heel lichte kleuren worden deze mantels veelal gekozen om dan op een donker zijden jurkje gedragen te worden. Wanneer men er even aan ge wend is, een smaakvolle en veel min der afgezaagde combinatie dan de don kere mantels met de gebloemde japon netjes. MADELEINE In een opstel over het kjnd in een honderdjarig boek, wat de Camera Obs- cura van Beets in het kind van zijn tijd prijst en in diens opvoeder afkeurt, geschreven door A. Hnllema en opgeno men in Het Kind, lezen wij o.m.: „Wat Hildebrand ons in zijn schets „Kinderrampen" biedt als een klassieke bijdrage tot de literaire schoolgeschiede nis, is tevens niet minder dan een stuk je psychologie van het kind, dat den geboren opvoeder en onderwijsman al tijd weer opnieuw*wijst op de blijkbaar niet te verhelpen fouten van de school. Want immers ook hij is, verbetering van de methode, lokaliteiten, enz. enz. ten spijt, als Hildebrand in gemoede over tuigd, „dat de school eigenlijk de plaats niet is om het kinderlijk gemoed te doen overstrooinen van het besef van geluk en genot!", wel dat de school in wezen is „een kanker, een dagelijks weerkee- rend verdriet met verlof van Pesta- lozzi en Prinsen", gelijk Hildebrand in dezelfde bijdrage constateerde ondanks de ook toen al aangebrachte groote ver beteringen „Neen, neen! de school ER zijn kinderen, die mooi en kost baar speelgoed hebben, dat hun ech ter niets zegt. „Marietje heeft een prachtige pop gekregen", zoo vertelde ons haar moeder. „Ik heb hem onmid dellijk in een kast geborgen, want hij is veel te duur om mee te spelen en het zou jammer zijn, als zij hem liet val len!" Hooren wij dergelijke opvattingen niet heel dikwijls door moeders verkon digen. Zeker, kinderen maken hun speel goed meermalen kapot, doch met. dit feit zullen volwassenen bij het koopen rekening moeten houden. Speelgoed heeft voor kinderen een geheel andere beteekenis dan voor volwassenen en be- teekent voor hen geen pronkstuk waar voor men angstvallig moet oppassen bij het hanteeren. Het kind heeft evenmin begrip van de waarde in geld omgezet en vraagt slechts iets, waarmede hij zich bezig kan houden, dat hem genoegen doet en waarmede hij zich in zijn spel innig ver bonden voelt. Het stuk maken van speel goed kan om bepaalde redenen geschie den en behoeft volstrekt niet gelijk te staan met vernielzucht. Menigmaal neemt een kind iets uit elkander om het schen mag worden, dit alles is speelgoed zonder inhoud. Het zijn pronkstukken, die hun doel voorbij schieten, echt speel goed leeft eerst in de kinderhand. Ma ken ouders er een gewetenskwestie van de kinderen met het dure speelgoed te laten spelen, dan zullen zij hun veel liever waarrlelooze dingen geven, want het kind stelt deze laatste menigmaal boven kostbare pronkstukken. Wij we ten allen uit ervaring hoe dierbaar een pop met slappe armen of beenen is, of een Teddy, die werkelijk voor hen leeft, hoe oud hij ook moge zijn. Laat het kind dan ook in de wereld van zijn spel, zonder met voor hem vreemde begrippen in te grijpen. Slaat hem gade en leert zijn gedachtengang te volgen, niet alleen omdat hij de be toonde belangstelling zal waardeeren, doch meer nog omdat men een blik in het wezen van het kind leert slaan. Door het spel leert men menigmaal karaktertrekken kennen, in góeden of minder goeden zin, die men tot dusver re niet waargenomen had en geeft hem daarom speelgoed om mee te spelen! is zoo goed als zij zijn kan. De school wordt, naar de nieuwste verordening, zoo aangenaam en dragelijk mogelijk gemaakt. Maar hare genoegens zijn ten hoogste negatie;. De school blijft altijd iets van het gevangenisachtige en de meester, met en benevens al de onder meesters iets van het vogelverschrik- kende behouden. Dat gezegde van Van Alphen: „Mijn leeren is spelen, wil er bij niet één kind in, zelfs niet bij de vlijtigste". Dus ook bij Hildebrand zelf niet, die anders nog wel tot de vlijtigste, leergierigste en begaafdste behoorde, ge tuige zijn groote literaire talenten, zijn schitterende carrière, zijn hoogen amb ten. welke hem tot leeraar priester en profeet, maakten! Was het dan weer de school, die het deed en nog steeds doet? Och, neen, lo zers, gij weet het zelf evenzeer als hij; het. eeuwige contrast tusschen de 'vrij heidlievende, zelf zoekende en tot eigen spel neigende» jmgd, één stuk natuur, en de dwang opleggende, vrijheidroo- vende en tot leeren dwingende school, het kunstmatige stelsel, dat nimmer dat des kinds is en kan worden. Hildebrand gebruikte er dit mooie beeld voor: „Een man met schuldeischers geplaagd, on dervindt iets van het leed van een kind met meesters aangehaald. Daarom wilde ik U verzoeken: heb deernis met het lot uwer telgen. Ontziet als iets heiligs het levensgenot uwer kindoren. Zij moeten allen schoolgaan; dat is een natuurwet, zoo zeker als die volgens welke zij allen ingeënt, wij allen sterven moeten; maar even gelijk wij, naar den gewonen loop der dingen niet sterven moeten op ons achttiende jaar, wilde ik ook niet dat hun de school overviel "vóór hun achtste." Is dat sentimenteel geredeneerd door Hildebrand? Neen, allerminst! Immers hier bleek hij met profetischen blik de paedagogen en schoolmannen te kunnen terecht «ijzen en te hebben terechtge wezen. Hij, die de wel spntimenteele mevrouw en moeders destijds durfde zeggen: „Ten derde heeft UEd. ge loof ik, te veel boeken over de opvoeding gelezen, om een enkel kind goed op te voeden" en haar daareniegcn den raad gaf: „Och lieve mevrouw, geef den jongen een andere pet, een broek met diepe zakken, en ferme rijglaarzen, en laat hij mij nooit onder de oogen komen zonder opp buil of een schram, hij zal oen groot man worden!"' zulk een pae- dagogische adviseur, die zoo iets schreef, omdat hij vol was van de ware belangen des kinds, kon zelf zijn taak onmoge lijk sentimenteel opvatten". AN NEER men in Rabat ronddwaalt door de warme straten en de be dompte. nauwe steegjes komt men talrijke Marokkaansche vrouwen tegen, wier kleeding onderling vaak sterk ver schilt Is deze ook aan mode onderhevig of wellicht afhankelijk van bepaalde plaatsen waar deze vrouwen wonen? Het laatste is inderdaad het geval, want in Casablanca ziet men de in witte gewaden gekleede vrouwen met dubbele hoofd- sluicrs terwijl deze laatste in Rabat de oogen althans vrü laten. In Mozador daarentegen wordt het hoofd nagenoeg geheel ingewikkeld en de vrouwen in Ma- rakesj dragen ondanks de groote hitte wollen gewaden. In den aanvang van ons verblijf viel het ons op, dat zoovele vrouwen op den rug boven de heupen een min of meer grooten uitwas hadden. Al spoe dig bleek ons. dat zij in een doek, die strak over de borst gespannen is. haar kinderen met zich mee dragen, op den rug. Aangezien de moeder gesluierd is, ziet de kleine niets en zal zijn tijd sla pende of droomende moeten doorbren gen. alhoewel hij zijn ontevredenheid ook meermalen door een klagelijk hui len uit. Vrouwen uit de hoogere stan den worden steeds begeleid door haar vrouwelijke bediende, die. evenals zij. gesluierd is. Aan de zwarte, met ringen versierde handen voeren zij de aan haar zorgen toevertrouwde kinderen mede. HET meerendeel der Marokkaan sche vrouwen brengt dagelijks uren door in het had, de Hammam, deels uit het oogpunt van hygiene, deels ook omdat dit een groote afwisseling brengt in haar eentonig bestaan. De toe gangsprijs is zeer laag gesteld, terwijl men tevens een geldstukje offert aan de vrouwen, die de baadsters onophou delijk koud en heet water moeten brengen, 's Morgens is het bad toegan kelijk voor manqen en in den namid dag baden de vrouwen; de gegoeden huren een eigen afdeeling en de rijken hebben een „Hammam thuis. Wij waren in de gelegenheid, dit Oos- tersche bad te bezichtigen en bevonden ons in een groote, donkere ruimte, na dat wij eerst vijftig treden waren afge daald. Van de hoogó muren steeg een mist van damp op en we moesten ons eerst ecnige oogenhlikken gewennen aan de atmosfeer, het gekrijsch van stemmen en het gewirwar van blanke en 'vuine gestalten. Een deel der vrouwen loopt af en aan met do kope ren water-emmers, die blinken in het schemerige licht Anderen liggen op den grond en worden afwisselend met koud en warm water begoten. Vóór het. bad gaan de vrouwen op plankjes zitten om uitglijden te voor komen. dan worden zij door haar be dienden gemasseerd met een stuk kurk, dat in een doek gewikkeld is en de zeep vervangt. Als reinigingsmethode niet bepaald aan te hevelen, doch uitstekend om den bloedsomloop te stimuleeren, terwij] massage het lichaam soepel en lenig houdt. Tie vrouwen, die geen be diende hebben, worden door haar doch ters bijgestaan: zóo zagen we een klein meisje van een jaar of zes, dat bezig was haar moeder heel handig te mas* seeren. Meermalen 'helpen de vrouwen elkander bij deze massage, want in dien deze niet aan het zweetbad voor afgaat, trekt men van dit laatste niet ten volle profijt. Onder het maseeeren wordt druk ge converseerd; en niets schijnt zoo bevor derlijk te zün aan het opheffen van het standsverschil, als „een Marokkaansch stoombad". Men ziet althans, dat de meesteres op haar beurt haar vrouwe lijke bediende* masseert! N\ het masseeren en baden, dat ge- ruimen tijd in beslag neemt, wordt toilet gemaakt. Men begint het ge- heele lichaam met een vette leemsoort 'Rassoel) in te wrijven. Men- maakt le»m in den regel aan met gewoon wa ter ile elegante vrouwen geven echter de voorkeur aan rozen- of oranjebloe semwater. „Rassoel" houdt de huid soe pel en zacht en verleent aan die der donker getinte vrouwen een fluweel achtig aanzien. Langzaam en zorgvuldig worden de haren met dezelfde vette substantie in gewreven en daarna maakt men het kapsel op, om vervolgens de hooge tiap- pen te bestijgen en zich naar de groote hal te begeven. Het lichaam moet langzaam aan den overgang van het warme bad naar de buitenlucht i!P"vnnen; en wanneer de bedienden haar meesteressen de behulp zame "hand hebben geboden bij het klee- den. wordt eerst nog een warme drank gedronken en wat gebak gegeten. Eerst als zij zich van het hoofd tot de voeten onherkenbaar hebben ge maakt voor vreemde mannen, verlaten de vrouwen het badhuis en nemen af scheid van elkander met een: „geze gend zij Uw had". R. VAN DIJK—DAMSTRA VOILE DE GROOTE MODE Een aparte manier van een voile te dragen is zeker ook de half lange, tot iets boven den mond. en van ach ter met een groote strik DE moderne kleeding maakt het mo gelijk. dat iedere vrouw er een per soonlijk element in kan brengen, in dien zij de mode-dictators althans niet slaafs volgt. De moderne kleeding heeft echter meermalen iets in zich. dat aan bepaalde kleederdrachten herinnert. On der dracht verstaan wü alles, wat aan de kleeding van een gemeenschap een zelfde aanzien geeft en aan bepaalde zeden ge bonden is. Bij de stadsklccding is het verband tusschen deze beide zeer los geworden doch meermalen zijn er nog resten van waar te nemen. liet is b.v. een onge schreven wet, dat de jeugd zich in lich te en levendige kleuren kleedt, doch de vrouw op rijperen leeftijd zal de voor keur geven aan meer stemmige kleu ren. Naast dit gebonden zijn aan leeftijd heeft men tevens bepaalde kleeding, die bij bijzondere gelegenheden gedragen wordt en hoogtijdagen des levens tot uitdrukking doet komen. Wij noemen slechts het doopkleed, de weduwenklee- ding met kap en sluier en krans. De verschillende volksdrachten zijn eveneens gebonden aan bepaalde zeden en gewoonten doch brengen deze meer tot uitdrukking. In Duitschland hecht men nog groote waarde aan de volksdrachten, die be paalde groepen van menschen op bijzon dere wijze kenmerken. Noemen wij slechts de dracht der Tyrolers, wier kleedij weer geheel anders is dan b.v. de Hessische drachten, waarin jonge meisjes tot haar twintigste jaar een hel der sprekend rood dragen. In sommige dezer drachten geeft een smal rood bandje langs den zoom van den rok aan, dat het betreffende jonge meisje nog niet verloofd is. Na haar huwelijks dag zal de jonge vrouw niet meer deel- Een „actueel'' interieur In het ook ten onzent wel gelezen Engelsche spotblad „Punch" zagen wij eenigen tijd geleden, aldus schrijft het tijdschrift Interieur, een zeer vermake lijke teekening gereproduceerd met het onderschrift: ik begin te den ken dat. ik mij den laatsten tijd te veel door allerlei dingen heb laten hinde ren Altlus schrijft een man met fantasie, zittend aan zijn bureau op een stoel, waarvan het onderstel rust op een mitrailleur. Er staat een lamp naast hem, van een granaat gemaakt, een andere lamp draagt een kap in den vorm van een stalen helm. Als een zwaard van Damocles hangt, als kroon in het midden der kamer een torpedo* vliegtuig-bom van de zoldering af, ter wijl in een vogelkooi een kleine bom menwerper-tweedekker op het stokje zit. Portretten van Mussolini, Hitler en Chamberlain sieren den wand, overal hangen dictatoriale spreuken, welke ook als behangsel fries zijn gebezigd. De meid, die de thee binnenbrengt heeft zoowaar een tandenborstel-snorretje, terwijl van alle kanten, ook van een deel van het behang, uit den rook van het houtvuur, het patroon der meubel- bekleedingsstof, het vloerkleed enz. het beeld van den in heel de wereld beken den drager van dit mannelijk „sieraad" opdoemt! Ons komt het voor dat de teekening, grappig bedoeld, toch een les inhoudt, waarmede een ieder dezer zijn nut kan doen! Laat de oorlogspsychose ons niet te pakken nemen en onze woning bij uitstek de plek blijven, waar wij ons rustig en goed gevoelen als in een versterkt kasteel. Oost-West, thuis best, Noord-Zuid, vrees eruit! LEVENSWOORDEN Ongebruikte bekwaamheden zijn even nutteloos voor den eigenaar, als het goud voor den gierigaard. De menschheid te dienen is een gebod der natuur. De liefde en toewijding van de vrouw zijn den man de grootste hulp. Zij maken 'hem den gang door het leven zoo licht, omdat zij zijn de veerkracht van zijn leden. nemen aan de genoegens der danslus- tige jeugd en het fris6che rood maakt plaats voor een sappig groen, dat don kerder gekozen wordt naarmate zij ouder wordt. Tenslotte wordt ook dit groen ver drongen en maakt plaats voor paars, dat weer voor het zwart der oude vrou wen zal moeten wijken. Ongehuwde Vrouwen dragen geruimen tijd lichte kleuren, omdat zij nog steeds onder de jeugd gerangschikt worden. Bij rouw wordt de gansche kleurenpracht ver vangen door dof zwart: jonge meisjes dragen na afloop van den rouwtijd lang zamerhand weer kleuren, doch doen zich in de familie vele sterfgevallen voor, dan blijven de meeste vrouwen zwarte kleeding dragen. Hoeveel beteekenis aan het karakter der drachten gehecht wordt blijkt wel uit het volgende. Een jong meisje uit de Schwalm had één ongelukkige hand, waardoor zij het boerenwerk niet goed kon verrichten en meende, dat zij nim mer een goede boerin zou kunnen wor den. Zij trad uit de gemeenschap der huwbare meisjes, door de dracht der jeugd om te wisselen a voor donkerder kleeding. In iedere dracht komen de feesten des levens en die van het jaar tot bijzonde re uitdrukking. Soms heeft de kleedij zelfs een geheel andere samenstelling van kleuren, om tot uitdrukking te doen komen hoe hoog zij geschat wor den. Avondmaalt- inzegenings- huwelijks- en andere kleedij zijn meestal bijzonder oude en feestelijk werkende drachten, die door de toegepaste versiering aan den ingewijde op zinvolle wijze de be teekenis doen zien. Een dracht is meer dan slechts een mooi of doelmatig omhulsel van het li chaam. omdat zij gegroeid is uit de wet ten der natuur en des levens evenals de volksgemeenschap zelve. Tegen het gasgevaar De maatregelen te nemen tegen het gasgevaar zijn eenvoudig, maar doel treffend. Men zorge er in de eerste plaats voor, dat vensters en deuren goed sluiten. Met tochtband sluit men alle sponningen af. Men kan het best gebruik maken van gummiband, dat sterk samengeperst kan worden Ook ko peren strips kunnen zeer goed dienst doen. Daarna moeten alle openingen wor den afgesloten. Ook brievenbussen. Met behulp van lassoband, een soort leuco- plast, kan men alle kieren dichten. Wenscht men de gas vrijheid te beper ken tot een enkel vertrek, dan dient men na te gaan of per persoon drie i unieke nieter ruimte aanwezig is l)e onderkant van de deuren kan men np het laatste moment afsluiten met in sodawater gedrenkte doeken of dwei len. inwendige van zijn speelgoed te leeren kennen of om de samenstelling van een mechanisme te zien. Teddybeer wordt in het water gelegd en krijgt een waschbeurt, terwijl het poppekind overal mee naar toe wordt gesjouwd, totdat tenslotte armen en beenen er slap bij hangen. De booze wolf wordt uit het prentenboek geknipt, opdat hij de lammetjes geen kwaad zal doen, terwijl een aardig klein meisje van een stuk chocolade mee mag proe ven met het gevolg, dat haar gezicht heeiemaal besmeurd wordt. Arm pren tenboek, dat er zoo uit ziet. maar niet tengevolge van vernielzucht, doch uit medegevoel. Zeker, men moet hier en daar kleine aanwijzingen geven, zal moeten ingrij pen. indien een stuk speelgoed moedwil lig vernield wordt, doch moet niet ver geten, dat het kind door zijn spel in een andere wereld leeft, waarin wij, volwas senen hem menigmaal niet kunnen vol gen. Zelfs zijn drang tot onderzoeken moet hij kunnen bevredigen; deze moet nie' tegengegaan worden. Poppen, die achter kastdeuren zijn opgesloten en af en toe even bekeken mogen worden, treinen, die vader alleen mag opwinden, Teddy, die niet gewas- WANNEER twee menschen met el kander verloofd zijn zullen zij zich steeds van hun heste zijde tegen over elkander doen kennpn. In het hu welijk komt het echter meermalen voor, dat men alle dingen gemoedelijker op neemt en niet meer zooveel plichtple gingen tegenover elkander maakt als in den verlovingstijd. Zulk een zich laten gaan moe! echter voor heide huwelijks partners niet steeds even aangenaam zijn en is daarom misplaatst. Dp jonge huisvrouw, die vóór haar hu welijk haar a.s. man steeds onberispe lijk gekleed tegemoet trarl en alles in liet werk stelde om hem te behagen ziet zich plotseling vele plichten opge-'egd. waarvan zij als jong meisje den omvang niet kende. Was zij een werkende vrouw, die op kamers woonde, dan stond steeds alles voor haar klaar, het geen ook het geval was. als zij de doch ter van. welgestelde ouders en bij hen in huis was. Zij kon als werkende vrouw haar salaris naar goeddunken besteden en vele barer wenschen in vervulling zien gaan. F.en aangename ontspanning voor 's avonds kon zij zich veroorloven even als pen reisje in de vacantieweken. Nie mand vroeg |ief jonge meisje op welke wijze zij haar geld hestpedde. Na het huwelijk wordt echter alles anders en moet zij met haaf- huishoudgeld uitko men, terwijl haar handen, die voordien goed verzorgd waren, thans alle teeke nen dragen, dat zii velerlei werkjes moet verrichten. Haar uiterlijke verschijning is lang zoo verzorgd niet meer, omdat zij 's avonds na afloop van haar dagtaak, vaak te moe is om zich te verkleeden. Langzamerhand wordt er door vele jonge huisvrouwen niet veel gewicht aan gehecht hoe zij er in huis uitzien en ook wat haar humeur betreft laten zij zich vaak gaan. Geen enkele jonge vrouw mag vergeten, dat haar echtgenoot zeer gevoelig is voor uiter lijke indrukken en tevens gaarne na zijn langen werkdag door een opgewekte vrouw ontvangen word», die met haar kookkunst rekening mot zijn wenschen houdt. liet is een verschijnsel, dat zich meer malen voordoet, dat jonge vrouwen meenen, dat het haar man niets kan schelen hoe zij er uit ziet. Wanneer zij een weinig gemakzuchtig van aard zijn, zullen zij van kwaad lot erger vervallen en dan zal de man zich eveneens onver schillig gaan tonnen, het begin menig maal van een langzame verwijdering, die voorkomen kan worden door zorg te besteden aan de schijnbaar kleine din gen des levens. MODESHOW IN HET ZONNIGE C MJFORNIE Vijf lachende jongedames, die volop genieten van zon. zee en sport

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1939 | | pagina 10