Troost te putten uit
spreekwoorden
DE „IBIS" TE HELSINKI
AANGEKOMEN
Fortmann Hehenkamp
Schaduwen aan
de kust
„Engeland tegen
het recht van
den sterkste"
Auto vloog van den
dijk
PRINS BERNHARD
BIJ DE H.L.O.
Onverwachte gevolgen
Baby-raadslid
KINDERHUtKJE
Nieuwe K.L.M. lijn
feestelijk geopend
Bekend pension door
brand verwoest
Markiezen
Zonschermen
Baltexgordijnen
GAAT DE K.L.M. OP
SCHOTLAND
VLIEGEN?
WI,!
Schip bij Vlissingen
omhooggevaren
J. Jefferson Farjeon
Ie BLAD PAG. 2
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
MAANDAG 3 JULI 1939
Wereldgebeuren
SOEP, zegt een goed oud-Hollandsch
spreekwoord, pleegt niet zoo heet ge
geten te worden als zij wordt opge
diend. Het zal goed zijn in de komende
maanden dit op levenservaring berus
tend spreekwoord voor oogen te houden.
Dat wij spannende maanden tegemoet
gaan is buiten kijf, en eveneens dat wij
ons hebben voor te bereiden op menig
alarmeercnd berichi. Maar men dient
evenzeer zich voor te bereiden od een
stortvloed van onjuiste geruchten, op
tendentieuze en stemming-makende be
schouwingen, op een politiek pokerspel
waarbij menige blufbieding zal worden
gedaan.
Vanzelfsprekend dient men de oogen
niet te sluiten voor den ernst van den
huldigen toestand, men dient anderzijds
ook een koel hoofd te bewaren en
zich niet te laten alarmeeren door cam
pagnes in de pers van de mogendhe
den, welke in eerste instantie betrokken
zijn bij de thans aan de orde zijnde pro
blemen. Wanneer men zijn „stemming"
door deze campagnes laat beïnvloeden,
bewijst men zichzelf noch zijn land een
dienst: dat geldt evenzeer voor Neder
land als voor de bevolking der groote
mogendheden, tot wie door leidende
staatslieden reeds menigmaal vermanen
de woerden in dezen zin werden ge
richt. Het hierboven aangehaalde kern
achtige oud-Hollandsche spreekwoord
kan daarbij ongetwijfeld van pas ko
men!
Aan Duitsche en Italiaansche zijde be
schuldigt men thans de wereldpers van
een „matelooze opruiïngs- en intimida
tie-veldtocht". Het behoeft overigens niet
te verwonderen, dat men zich aan „de
mocratische" zijde in het vooruitzicht
van een crisis in Europa uitermate
waakzaam toont, om het zóó uit te druk
ken. Daarvoor geven de verrassende ge
beurtenissen van 't laatste jaar immers
wel een begrijpelijke aanleiding, men
denke slechts aan Oostenrijk, Tsjecho-
LONDEN, 3 Juli (Reuter). - De lei
der van de oppositioneele Labourparty,
Arthur Greenwood, heeft in een ver
klaring aan Reuter over den interna
tionalen toestand gezegd, dat de hinder
paal tot het vestigen van den vrede is,
dat Hit Ier niet gelooft in de oprechtheid
van de verklaringen vhii Engeland. En
geland vorlang! geen oorlog en zal al
leen liet zwaard trekken in de verdedi
ging van de beginselen, welke deel uit
maken van de onafhankelijkheid en
vrijheid. Het is vast besloten het hoofd
te bieden aan verdere aanvallen, welke
in het verleden .hebben geleid tot den
huldigen loestand van onzekerheid en
de grondslagen van de beschaving in
gevaar hebbon gebracht door de supre
matie van het recht te vernielen en to
vervangen door het recht an de sterk
ste.
Het vraagstuk van oorlog of vrede
ligt hierdoor geheel in handen van een
kraclitigeu aanvalller. Greenwood
hoopt, dat hel Duitsche volk zal be
grijpen dal er geen twist bestaat niet
het Duitsche volk. Er is een conflict tus-
schen de politiek van aanval en de be
ginselen van vrije onderhandeling om
te komen tot rep regeling van de
eischen van twistmtnlen. Het samen
gaan van mogendheden tot het tegen
gaan van een aanval is het onvermij
delijk gevolg van de bedreiging van
kleinere staten.
Slowakije, Memel en Albanië. Het is de
politiek van het voldongen feit, welke
Londen en Parijs zoo dwars zit; zij wil
len praten over wijzigingen in situa
ties en verhoudingen, waarmede zij
naar Duitsch standpunt echter geen
enkele bemoeienis hebben.
Wederzijds spaart men elkaar niet bij
de polemiek, welke de twee assen, Lon
denParijs eenerzijds. RomeBerlijn
anderzijds, thans met elkaar voeren. En
aangezien het eene woord het andere
uitlokt, en inmiddels te Danzig en el
ders zich feitelijke veranderingen van
vérstrekkende beteekenis voltrekken, zal
deze polemiek nog wel in scherpte win
nen. En dit brengt, gelukkig nog een an
der goed oud-Hollandsch spreekwoord in
herinnering: „Blaffende honden bijten
niet"
BINNENLAND
AMSTERDAM, 3 Juli. De afdeeling
Amsterdam van de Nationale Vereeni-
giug tot bevordering van Harmonische
Lichaamsontwikkeling heeft in het
Ajaxstadion aan talrijke Amsterdam
mers, die daarvoor in aanmerking
wenschten te komen, de door de vcreeni-
ging gestelde proeven afgenomen voor
liet diploma athlctiek en gymnastiek.
Circa honderdvijftig personen hadden
zich voor dit examen opgegeven en het
meerendeel bleek met goed gevolg de
verschillende proeven te kunnen afleg
gen.
lm even over twee uur, voordat de
examens aanvingen, welke naar gelang
van den leeftijd van den candirlaat ver
schillend waren, arriveerde Z. K. H.
Prins Bernhnrd, vergezeld van zijn ad
judant, kapitein J. K. 11. de Roo van
Alderwerelt, in het Stadion. De Prins,
die beschermheer van de vereeniging is,
werd ontvangen door den voorzitter,
prof. dr. G. A. van Poelje, mr. dr. J. A.
van Thiel, vice-voorzitter, dr. S. Stur-
kop, secretaris en den heer M. J. Kool
haas. bestuurslid van de afdeeling Am
sterdam. Spoedig daarna begaf het ge
zelschap zich naar het terrein en nam
het afleggen van de propven een aan
vang. Vol interesse volgde Z.K.H. de ver
richtingen van de verschillende candi-
daten en pas om ongeveer drie uur. ver
trok Prins Bernhard, die gekleed was
in het uniform van ritmeester van de
blauwe huzaren, om zich te begeven
naar het internationaal concours hip-
pique in het Olympif-ch Stadion.
Op het terrein merkten wij tevens nog
op den hoofdrommi-saaris van politie,
den heer H. J. Versteeg, die in zijn func
tie van vice-voorzitter van zijn belang
stelling blijk gaf.
Vergif tegen den Colorado
kever doodde tallooze
visschen
GIESEN-NIEI "WKERK Tn de laat
ste dagpn worden in de Gipsen veel vis
schen drijvende aangetroffen, waarbij
soms snoeken van 7 en 8 pond, Men
dacht aanvanke,:"'. dnt de oorzaak
daarvan gezocht moet worden in het
puien van rioleeringwafer door de gc-
neente Gorcum. Bemcpsvisschers ver
klaren echter, dat hetzelfde verschijnsel,
dat in de Gipsen wordt waargenomen
n.l. dat vele visschen dood aan de op
pervlakte drijven, zich ook in de polders
voordoet. Zij wijten dit aan hot besproei
en van aardappelvelden met lood en
arsenaal in verhand met de bestrijding
van den coloradokever. Waar dit vocht
Iri het water terecht komt, sterven alle
isschen. Een van de sproeiers moet n.l.
zijn sprneifnstallatie in de Giesen heb
ben schoongemaakt, tengevolge waar
van daar thans vele visschen sterven.
Twee personen gewond door
ongeluk bij Gelder-
malsen
WADENOIJEN. 2 Juli. - Op den
weg naar Geldermalsen, welke het
vorige jaar werd verbeterd, is van
middag een personenauto, waarin
drie Amsterdammers waren geze
ten, in een S-bocht tegen een ver-
keerspaal gereden, welke uit den
grond werd gerukt. De auto reed
vervolgens een perenboom omver,
sloeg over den kop den Hoogen-
dijk af en kwam in een sloot te
recht. De 65-jarige heer Blikslager,
die achterin den wagen zat, werd
uit de auto geslingerd en kwam in
een suikerbietenveld terecht. Hij
liep een sleutelbeenfractuur op en
werd bloedend aan het hoofd ge
wond. De bestuurder geraakte in
de auto bekneld. Hij brak een arm
cn werd aan het gelaat gewond.
Een naast hem zittende dame bleef
ongedeerd. De heer Blikslager werd,
na ter plaatse Ie zijn verbonden,
naar het ziekenhuis te Tiel ver
voerd. De andere gewonde kon naar
zijn woning worden overgebracht.
De vernielde auto is dour de poli
tie in beslag genomen.
Den Haag heeft een vroeden
vader van 23 jaar
Wij lezen in de Haagsche Post: De
„Democratie" zet ons soms voor zonder
linge dingen. Vooral de uiterste „demo
cratie"'. die zich althans zoo noemt. Bij
do jongste Raadsverkiezing tct "s-Gra-
vcniiage hebben de communisten een
zetel gewonnen: de heer Lou de issor
zal dus voortaan een „kameraad" krij
gen in den Haagschen Raad. De twee
de gekozen communist luistert naar
den naam A. van Dijk. Deze tot vroeden
vader gebombardeerde communistische
knaap is... 23 jaar oud. Wij waren er
getuige van, dat men hem, aarzelend,
vroeg: „Bent U raadslid geworden?"—
„Ja. ik ben raadslid!" „Maar hoe
oud bent u dan?" „23". zei dc jonge
ling, parelend van trots op zijn leef
tijd. Nu moet men weten: 23 is de mi
nimum-leeftijd om tot raadslid geko
zen te kunnen worden. En de minimum
leeftijd voor kiezer is 25. Wij wor
den dus in dc Koninklijke residentie in
den vervolge mede-„bestuurd" door
iemand, dien de wet nog niet gerech
tigd verklaard en nog niet bevoegd acht
om door zijn stem te kennen te geven
wie er in openbare colleges dienen fe
worden gekozen. Daartoe mist. hij nog
de noodige zeggenschap. Maar om de
stad te helpen besturen, is hij goed ge
noeg. het is de wet zelf. die zulke
dwaasheden mogelijk maakt, die ons
met dergelijke volksvertegenwoordi
gers opscheept. Men kan deze zaak van
de humoristische kant beschouwen, na
tuurlijk. En misschien is dit inderdaad
pog het verstandigst. Gelukkig wordt
de „man" ierleren da? een dag ouder.
Als hij moet aftreden is hij „al" 27. Een
troost.
JOHANNITER ORDE
ARNHEM, 3 Juli. Ter gelegenheid
van den Zaterdag gehouden ridderdag
in kasteel „Doorwerlh" werden de na
volgende eereridders tot rechtsridders
bevorderd;
Jhr. mr. E. V. E. Teixeira de Mattos
(Florence). D. M. M. d'Hangest baron
d'Yvov (Roozendaal). jhr. R. J. Bod-
daert fScheveningen), jhr. G. H. A. van
Kinschot (Den Haag), jhr. dr. F. H. van
Kinschot (Alkmaar), jhr. C. II. C. Flugi
van Aspermont (Den Ilaag). jhr. F. E.
P. Sandbcrg 'Baarn), jhr. dr. J. J. E.
van den Brandcler (Velp). jhr. ir. A. C.
von Weiier (Wassenaar), jhr. A. P. A.
Elias van Stabrouck (Hamburg), jhr.
W. van I.oon (Wassenaar), jhr. J. II.
Strick van I,.inschoten (Den Haag).
176. HU bevindt zich thans tusschen de bulken en tracht
een uitweg te vinden om het kasteel te doorzoeken. Het is
wel wat eenzaam maar daar geeft hij niet om als hij zijn
doel maar bereikt
177. Het valt niet mee.-om in deze lange-stangen een opening
te vinden. Toch gaat hii verder. Als hü een hoek omslaat,
loopt hij bijna tegen een groote muis. Het dier kijkt hem aan
en tilt een poot op- De muis schijnt gewond te zijn.
Hartelijke toespraken na de
aankomst in de Finsche
hoofdstad
HELSINKI. 2 Juli. Zaterdag
namiddag te ruim zeven uur is te
Helsinki het K.L.M.-vliegtuig „Ibis",
bestuurd door gezagvoerder Par-
rnentier aangekopiPn. waarmede de
eerste vlucht van de K.L.M.-lijn. Am
sterdam— Helsinki voltooid was
Er bestond op het fraai gelegen vlieg
veld der Finsche hoofdstad groote be
langstelling voor deze annknmst. niet
alleen omdat men deze uitbreiding van
de luchtverbindingcn niet het overige
Europa zeer op prijs stelde, maar teven6
omdat het de eerste keer was, dat een
Douglas D C. 3-vliegtuig. hier kwam lan
den. Aanwezig waren vertegenwoordi
gers van hot Finsche ministerie van ver
keerswezen en van de Finsche lucht
vaartmaatschappij Aero O.Y., -alsmede
vertegenwoordigers van de pers en be
langstellenden.
Des avonds bood de K.L.M. eéri aantal
Finsche autoriteiten en vooraanstaande
personen op luchtvaartgebied een ban
ket aan. waarbij tévens aanzaten de Ke-
deflandse-he gezant té Stockholm,' mr. J.
H. Baron van Nagell, die met de
„Ibis" was meegekomen en - de Neder-
landsche zaakgelastigde te Helsinki, mr.
L. A. Gastmann.
Tijdens den maaltijd heeft de heer
D. J. de Vries, chef van de afdeeling
handel der K.L.M.een rede gehouden,
waarin' hij zijn bljzondcren dank uit
sprak voor de bemoeiingen van de Fin
sche regeering, die na jarenlange sa
menwerking met de Finsche luchtvaart
maatschappij het thans mogelijk had
gemaakt, dat de K.L.M.-lïjn naar Stock
holm verlengd kon worden tot Helsinki
De resultaten, die door de internationa
le luchtvaart bereikt konden worden
waren het gevolg van een - intertse sa
menwerking in de afgeloopen twintig
jaar. Spreker achtte het verheugend,
dat. het jongste verkeersmiddel, het
vliegtuig, juist dit goede voorbeeld van.
samenwerking mocht geven.
Hij dronk tenslotte op de verdere ont
wikkeling van het luchtverkeer 'tus
schen Nederland en Finland cn ver
klaarde dat, wanneer de Finnen naar
Nederland zouden gaan vliegen, zi.i even
hartelijk verwelkomd zouden worden in
ons land als de Nederlanders in Fin
land.
Deze rede werd beantwoord door
den directeur-generaal van het Fin
sche ministerie van verkeerswezen,
den heer Salovius.. die zijn vreugde
er over uitsprak, dat de K.L.M. thans
ook naar Finland kwam. omdat de
K.L.M. niet alleen binnen Europa
was gebleven, maar haar vleugels
nog verder had uitgestrekt naar ver
re werelddeelen. Vooral de kleine
landen zijn op samenwerking met
elkandér aangewezen. waardoor zij
resultaten kunnen bereiken, die
'gróofer zijn dan hii individueel op
treden mogelijk zouden zijn
Ook hij dronk tenslotte op de vriend
schap tusschen heide landen en de goe
de samenwerking tusschen de Finsche
en de'Nederlandsche luchtvaartmaat
schappij
Zondagmiddag werd den Nederland-
schch gasten een lunch aangeboden na
mens de Finsche regering door den di
recteur van den, onder het ministerie
van verkeerswezen ressorteerenden.
luchtvaartdienst, den' hoer Koskenkylae.
Oo-k aan deze luncii werden vriendelijke
woorden gewisseld, waarna de Neder
landers den verderen dag de gasten wa-
ren van den directeur der Finsche lucht
vaartmaatschappij Aero O.Y.. den heer
S tob le.
DOMBURG, 3 Juli. Een felle
brand heeft in den,afgeloppep nacht
liet bekende pension „Zeerust", eige
naar G. de Pagter, alhier, in de asch
gelegd.
Het gebouw, dat op de duinen was ge
legen, stond reeds in lichter laaie toen
de bewoners den brand ontdekten. In
hun overhaaste vlucht konden zij al
leen wat lijfgoed redden. Het pension
was niet bezet. Deze week zouden de
eerstp gasten komen.
De brandweer, die het vuur krachtig
bestreed, kon mede door den vrij ster
ken wind, niet verhinderen, dat het
pension een prooi der vlammen werd,
alleen het sousterrain bleef gespaard.
Woninginrichters sedert 1899
LAN G EST RAAI 63 TELEF. 88
Toekomstdroom van den heer
Plesman bij de opening v.an
het vliegveld Grange
mouth
11 v vo
zullen de mogelijkheden
voor een luchtlijn Amster
dam— Edinbureh—Glasgow ernstig
onderzoeken pn wanneer de vooruit
zichten gunstig zijn- oppnen wij den
volgenden zomer een directe lucht-
verbinding tusschen Schotland en
Nederland
Met deze woorden besloot de direc
teur der K.L.M.de heer A. Plesman,
de rede welke hij uitsprak ter gele
genheid van de officieele opening
van Grangemouth aerodrome, welke
Zaterdag plaats vond.
In het Noorden van Engeland, waar
liet met her luchtverkeer niet al te best
wilde vlotten, koestert men ten aanzien
van Grangemouth, de centrale luchtha
ven van Schotland, groote verwachtin
gen. De nieuwe luchthaven, welke voor
zien is van starthanen en een zeer mo
derne technische uitrusting, ligt cen
traal ten opzichte van de steden Edin
burgh en Glasgow, de samenvoeging van
het luchtverkeer op één plaats zal de
opneming van Schotland in het Euro-
neesche luchtnet kunnen vergemakkelij
ken.
Tijdens de lunch, die de talrijke gas-
tén vereenigdo. getuigde de heer Ples
man van zijn groote waardeering
over een initiatief; dat men in Schot
land heeft getoond bij dén aanleg van
Grangemouth. Vooral het feit. dat de
beide groote steden. Glasgow en Edin
burgh hebben samengewerkt, om tot een
gemeenschappelijke luchthaven, te ko
men achtte hii van veel beteekenis.
In Nederland, meende spreker, be
staat een overeenkomstig vliegveldvraag-
stuk: twee groote steden op betrekkelijk
korten afstand van elkaar. Ook daar zal
het probleem kunnen worden opgelost,
temeer daar tusschen deze beide steden
nog een derde groote stad ligt. Den Haag.
met een inwonersaantal van 500.000.
VLISSINGEN. 3 Juli. Het Italiaan
sche stoomschip „Fortunati". gebouwd in
1905. metende bruto 2715 en netto 1708
reg. ton. behoorende aan de reederij
Mattea Scuderi in Catania en komende
van Sfax. met bestemming Antwerpen
of Gent. is hedennacht hij hoog water
nabij en tegen de z.g. roeiershoofd te
Vlissingen. omhoog gevaren.
De sleepboot „Goliath" is ter assisten
tie uitgevaren. Het zal echter wel te
gen den middag loopen eer men er in
slagen kan wederom bij hoog water het
schip vlot te krijgen.
3.-J-U
FEUILLETON
Naai het Engelsch
van
„Je hebt ze verloren. Mironneau", zei
Napoleon, naar (Ion Fransrhman kij
kend. „Het gebeurde zoo. mijnheer
Griddle. Toen hei geluid van de lerug-
keerende motorboot voor 't eerst in
onze nnren klonk, dachten wij beiden.
Mironneau buiten en ik binnen
dat oen zekere kapitein Smith en een
of andere leelijke kerel Joe geiiannul, er
op uit waren om ons te overvallen. Mi
ronneau ging naar het overdekte voor
portaal. waar hij goed verborgen kon
staan met zijn bijl. Maar wel. ik
houd evenmin van ruw gedoe als u,
mijnheer Griddle, en dus probeerde ik
dat tegen te gaan. Buitendien dacht ik.
dat het het beste was om met Miron
neau ie beginnen on dan daarna met
dc anderen. Ja. ik wilde die bijl graag
hebben. Dat geeft iemand een groot
voordeel, hè?"
„Dat schijnt zoo", gaf mijnheer Gridd
le lee „Of<chnon het gebruik ervan
twijfelachtig is hij menschen met con
goed hart, zooals u en ik, mijnheer
Truclove,"
„Wees voorzichtig, mijnheer Griddle",
waarschuwde Napoleon, „of u zult mij
uet als u maken en dat zou rampspoe
dig zijn voor mijn plicht. En ik ben
volkomen bedorven ten opzichte van
mijn plicht. In elk geval, om mijn taak
te volbrengen als ik er de kracht
toe had opende ik de deur, boem!
sprong eruit, gaf Mironneau den derden
schrik in zijn jonge leven en sloot de
deur weer. Mironneau zou gewonnen
hebben, als ik niet valsch gespeeld had
tegenover hem. Maar 't was geen
cricket. Vooral niet. nu de anpe kerel
vol vergift zat. Maar liet is nu een
maal zoo. Ik won. Het paarlsnoer viel
uit zijn zak tijdens de worsteling en ik
stak het in den zak."
„Wou je zeggen. Mironneau", riep
mijnheer Griddle uit. „dat je de doos in
ie zak had. toen je naar dit huis toe
kwant?"
„U vergeet zijn toestand", antwoordde
Nupoloon voor hem. „Iemands conditie
medisch zoowel als emotioneel
maakt een groot verschil. Maar nu
heeft hij het in elk geval niet meer in
den zak. dus waarom daarover twisten?
Want van veel meer belang is, wat hij
ons juist ging vertellen, toen ik uit
mijn bosehje te voorschijn kwam. Over
dien kapitein, weet u wel. Vertel ons
wat hij toch aan 't zoeken was?"
Mironneau keek naar Griddle, maar
deze haalde de schouders op.
„Ga je gang maar, Mironneau", zei
Griddle. „Waarom eigenlijk niet?"
Hij ging een eindje op zij. keek overal
rond naar het huis, naar de schuur
bij het huis. en naar het bosehje, waar
uit Napoleon was te voorschijn geko
men. En toen hij steeds verder weg-
tuurde. maar toch binnen gehoorsaf-
stand bleef, vervolgde Mironneau zijn
afgebroken verhaal.
„Hij zocht naar een groot gat", zei
do Franschman. „Een gat. zoo groot, dat
het water er door kon stroomen. Het
gat ja, ik weet het, omdat het bij die
plek was, waar ik mijn paarlen had
verborgen het gat was aan den bin
nenkant gemaakt van het schip cn de
kapitein had het zelf gemaakt
„De kapitein maakte een gat in zijn
eigen schip!" riep Napoleon uit. „Waar-
oni 'zou dié idioot dut -gedaan hebben?"
„O, dat vroeg ik oök. Het gat was
dichtgestopt,' toen ik de paarlen weg
borg. maar nu was het niet meer dicht.
De prop was er door de rotsen uitgesla
gen cn het water kwam er met kracht
door."
„U bedoelt, dat dit de oorzaak van
de schipbreuk was?" vroeg Napoleon
verbaasd.
„Neen, het was niet de oorzaak van
de schipbreuk", antwoordde de Franseh
man. terwijl een ironisch lachje plotse
ling zijn bleek gezicht verhelderde.
„Maar het was bedoeld als dc oorzaak
van de schipbreuk."
„Ik begrijp it niet. ook maar in 't ge
ringste", zei Napoleon.
„Maar i k begreep het, o zeker, toen
ik den kapitein zag en z'n bedoeling
ried. De storm veroorzaakte de schip
breuk. De storm, die te vlug kwam cn
de höot uit het diepe water naar do
rotsen dreef. Als de storm niet geko
men was. zou het schip vandaag of
morgen toch gezonken zijn tot den
bodem, ja. en te diep voor de duikers
om.de oorzaak te kunnen vinden. Maar
nu zou dc oorzaak aan 't licht kunnen
komen en de kapitein voelde zich lang
niet op zijn gemak."
„Ik wou. dat je het uitlegde", klaag
de Napoleon. „Waarom ter wereld
„Ma foü Wat hebt u een hard hoofd",
stootte Mironneau uit. ..Een heel dik
hoofd. De boot was verzekerd, zou het
niet? De boot was niet goed. Het geld
van de verzekeringsmaatschappij des te
beter. Maar als dat gat ontdekt wordt,
dan ziet het er slecht uit vopr den ka
pitein cn den eigenaar."
r.Wat een ezel ben ik", mompelde Na
poleon. „Wat een smerig zaakje! En
bedoel jc. dat hij je dit alles verteld
heeft. Mironneau?"
„Wat een idee! Wij vergaten óns zelf.
Wij vonden elkaar cn hij daagde mij
(lit en ik lieni. De boot slingerde, de
storm raasde, pats. boem, wij waren
ons hoofd kwijt. Alles zal uitkomen.
We waren hang, wc waren slecht; alles
tegelijk. En de kapitein zei: „We zullen
de paarlen doelen, of ik zal alles ver
tellen", cn ik zei: „Nee. nee! Jij zult
je geld krijgen van de verzekering en
hou je nou maar stil of ik zal alles van
jóu vertellen!"
„Dat zal wel een gezellige ruzie zijn
geweest", mompelde Napoleon, toen hij
zich de sccne trachtte voor te stellen.
„Wat was het eind van dit alles?"
.„Voor mij, duisternis. Iets sloeg me,
dé hoot of de kapitein, dat zal ik nooit
weten. Waarschijnlijk de kapitein.
Toen ik bijkwam, was ik niet op het
schip, maar in een klein slaapkamer
tje, en ik was opgesloten. Daar is het
vcnsier van het slaapkamertje" zei hij
cn wees naar het huisje.
„Zij hielden je gevangen?"' vroeg Na
poleon ongeloovig. „Dan veriieast het
mij niet, dat je op zoek ging naar een
bijl! De kapitein was waarschijnlijk
bang, dat jc hem "erraden zou?"
„Dat was hij. En hij wilde, dat ik
naar het wrak terug zou gaan om hei
collier te zoeken. Maar toen zij weer
hij me kwamen, zei ik weer: „Nee!"
En toen verdoofden zij mij en hielden
mij daar gevangen."
„Wat een honden! Maar hoe kwam
je dan toch op het wrak? Wij vonden
je op hei wrak, weet je wel?"
Mironneau zocht in zijn herinnering
en'opeens wist hij het.
„ik ontsnapte", mompelde hij. „Mijn
geheugen was ik kwijt. Maar één ding
staat mij hij. „Hel wrak U-t wrak
het wrak". Daar moest Ik heen. Maar ik
'hen zwak. En ik had geen-boot Di-s
wénd ik mij lot iemand, dien ik teaen-
kwam het was mijnheer Fvne en
.ik vertel hem alles van den kapitein en
vraag, hein mij daarheen te willen
'brongen—"
„Dus jij was de koopman, die mijn
heer Fyne heimelijk wegvoerde!" riep
Napoleon uit. „Ik sta er versteld van!
Fn heb je hem ook over het halssnoer
gesproken?"
Mironneau lachte zwakjes en schudde
zijn hoofd.
„O, nee. Nog niet. Misschien kon ik de
paarlen pakken, terwijl hij naar het gat
keek. Daarom wachtte ik met het hem
te vertellen. Maar op het wrak vonden
we den kapitein en zijn vriend
„Natuurlijk dat had je wel op je
vijf vingers kunnen narekenen", riet
Napoleon hem in de rede, „Waar zou
den zij anders zijn? Zij "wachtten waar
schijnlijk öp U?"
„Misschien. Of misschien waren zij e:
heen gegaan om te trachten het gat te
maken, zoodat niemand zou vermoeden,
wat de kapitein had gedaan. Hij ging
dikwijls, de kapitein. En de gigenaar
werd ongeduldig en hij schreef daar
over hoorde ik ze spreken „Blaas dat
beroerde ding op."
„Waarom liet hij het niot in de lucht
vliegen?"
„Dan zouden de paarlen ook in de
lucht gevlogen zijn. En de kapitein wil
de eerat de paarlen hebben En toen
sloot hij me op in het schip pn kwant
eiken dag terug om me te dwingen de
plaats te wijzen, waar ze verborgen wa
ren en toen ik weigerde, ging hij zelf
op zoek en gaf me weer van dat spul
in."
„Wat gebeurde er met mijnheer
Fyne?"
„Zij namen hem mee naar het huisje."
„Zoo. Fyne wist te veel en moeöt stil
gehouden worden tot de vogels waren
gevlogen. Wat een gemeene kerels.
Twee gevangenen één op het schip
en één opgesloten in dat huisje. Mag
ik ook weten, waar do paarlen verbor
gen waren?"
„Dat heb ik al gezegd", antwoordde
Mironneau „In den wand van het schip
dicht hij het gat. Het water kwam en
verborg ze loeide.. Maar toen ik alleen
op het wrak was. dook ik bij laag wa
ter en vond de paarlen
„En luister, ik zal je vertellen,
wat je pr toen mee deed!" riep Napo
leon. „Je liet 7.p in een anderen poel
met water vallen, waar je ze gemakke
lijker uit kon halen, en waar de kapitein
er niet naar zou zoeken. Ja, ik zie aan
je gezicht, daf ik het bij 'f rechte eind
heb, maar verwonder ie daarover niet
ik ben niet helderziend. Ik zag je in
dien tweeden poel staren, kort voordat
ie het schip verliet in onze boot. weet
ie nog wel on ik veronderstel, dat
dat om en bij den tijd was. dat je erin
gesprongen was pn de paarlen eruit
opeevischt had."
„Zoo is het." antwoordde Mironneau
ernstig. „En dat is alles."'
(Wordt vervolgd)