VREDESOPROEP T0r DOOR DE STAATSH DER OSLO-GROEP Frankrijk roept reservisten op COMMUNIQUE der Oslo-staten Moderne lijstenmakerij HET RAADSEL VAN RIVERSIDE DRIVE Radio-programma's Ie BLAD PALL 2 AMERSFOORT5CH DAGBLAD DONDERDAG 24 AUGUSTUS 1939 Koning Leopold voor de mie ONING LEOPOLD van België heeft gisteravond een rede uitgesproken voor den Belgischen omroepzender N.I.R., welke rede tevens werd uitgezonden door de Neder- landsche zenders, waarin de Koning der Bel gen mede namens den Koning van Denemar ken, den president van Finland, de Groother togin van Luxemburg, de Koningin der Nederlanden, den Koning van Noorwegen en den Koning van Zwedent een vredesoproep richtte tot de wereld en in het bijzonder tot Europa. De tijd dringt! „Dat het geweten der wereld wakker wor de", zoo zeide Koning Leopold. „Het ergste kan nog verineden worden. Maar de tijd dringt. De evolutie der gebeur tenissen kan weldra elk rechtstreeksch contact nog moeilijker maken." Fransche burgers in Duitschland krijgen van ambassade te Berlijn den raad om dit land te verlaten Daladier presideert een vergadering van den verdedigingsraad PARIJS, 23 Aug. (Havas). De Fransche minister-president deelt mede: „In verband met den inter nationalen toestand, heeft de Fran sche regeering besloten de reeds genomen militaire maatregelen te voltooien door nog meer reservis ten onder de wapenen te roepen." Na een bespreking te hebben ge had met den Poolschen ambassa deur te Parijs heeft minister-presi dent Daladier een bijeenkomst van den permanenten nationalen verde digingsraad gepresideerd, welke te zes uur in den avond bijeen is geko men. De vergadering werd bijge woond door den minister van bui- tenlandsche zaken Bonnet», den mi nister van marine Campinchi, en minister van luchtvaart Guy la Chambre, de generaals Gamelin en Colson, admiraal Darlan en den controleur-generaal Jacomei Na de vergadering heeft Daladier nog een bespreking met Bonnet gehad. Fransche burgers in Duitschland hebben zich tot de Fransche am bassade te Berlijn gericht met de vraag of het geraden was langer in Duitschland te blijven. De am bassade heeft hierop aan Fran- schen, die niet door dringende ver plichtingen weerhouden worden, aangeraden Duitschland te ver laten. VERHOOGING VAN PREMIE DER VERZEKERING TEGEN OORLOGS RISICO NEW YORK. 23 Aug. (Reuter). Met ingang van morgen zullen de pre mies voor verzekering tegen oorlogs risico's van zendingen uit de Vereenig- de Staten naar Duitschland en Italië tot het twintigvoudige worden ver hoogd. De premies voor verscheping naar de Britsche eilanden blijven onge wijzigd. 266. Bil den berg aangekomen zet hij zijn voertuig stop en stapt uit. Hij is wat stijf van het lange zitten, doch dat zal weldra wel overgaan 267. Nu begint hij den berg te beklimmen. Dat gaat niet erg makkelijk, want het zware harnas zit, hem in den weg. „Bereid mede te werken aan elke verzoeningspoging AI,VORENS Koning Leopold van België zijn radiorede uitsprak, had het Belgische ministerie van bui- tenlandsche zaken een communiqué uit gegeven over de conferentie der Oslo- staten, waarvan hier de officieele tekst volgt: „In Juni 1938 zijn Zweden, Noorwe gen, Finland, Denemarken, Neder land, Luxemburg en België, te Kopen hagen door hun ministers van Buiten- landscho Zaken vertegenwoordigd, „overeengekomen om het onderlinge contact door onderzoek van de vraag stukken van gemeenschappelijk belang te handhaven. Bovendien hebben .zij bevestigd, dat zij, wat hen betreft, be reid zijn metterdaad mede te werken aan elke Internationale verzoèningspo- ging in een geest van onpartijdigheid en onafhankelijkheid ten aanzien van de verschillende groepen van mogendhe den". Aldus zijn de moreele banden, welke tusschen deze natiën bestaan, en welker buiten landsche politiek doordrongen is van dezelfde beginselen: leven voor den vrede en de wil om in een conflict slechts ter verdediging van de eigen be dreigde onafhankelijkheid tusschenbei- de te komen, bevestigd. Uit een derge lijke gelijksoortige houding tegenover het internationale vraagstuk en uit de eensgezindheid, welke uit hun gehecht heid aan dezelfde beginselen is geboren, is tusschen deze landen een gemeen schap van belangen ontstaan in de cri- tieke- omstandigheden, welke wij thans beleven. Dit is de reden, waarom deze staten in gemeenschappelijk overleg besloten hebben een samenkomst te houden te Brussel, waarop zij vertegenwoordigd zijn door hun ministers van Buitenland- sche zaken. Deze zelfde mogendheden hebben bij monde van hun vertegen woordigers hun insteemming betuigd met de bewoordingen van de verklaring, die Zijne Majesteit de Koning der Bel gen vandaag zal afleggen in naam van de hoofden der betrokken staten. De beraadslagingen, die zooeven hebben plaats gehad, hebben den wil bevestigd van de vertegenwoordigde staten mei elkander contact te houden voor de vrij waring hunner gemeenschappelijke be langen". GERARD BLOM KROMMESTR. 66a b.h. HAVIK TEL. 3062 KINDERHOEKJE Hieronder laten wij den officieelen Ncderlandschen tekst volgen van deze radiorede, welke de Koning der Bel gen te 8.20 uur Nederlandschen tijd voor den Belgischen omroepzender NJ.R. heeft gehouden: DE verklaring, waarvan ik voorlezing ga doen, wordt afgelegd in het paleis te Brussel in tegenwoordigheid van de minis ters van buitenlandsche zaken en uit naam der staatshoofden van de Oslogroep. De wereld beleeft een tijdperk van zoo danige spanning, dat elke normale sa menwerking onder de staten onmogelijk dreigt to worden. Gro'ote mogendheden treffen maatregelen, die bijna gelijk staan met de mobilisatie hunner gewa pende macht Moeten de kleine mo gendheden niet vreezen het slachtoffer te worden van een eventueel conflict waarin zij, tegen hun eigen wil in, zou den worden medegeslecpt, niettegen staande hun politiek van onbetwistbare onafhankelijkheid en hun vasten wil onzijdig te blijven? Zijn ze ei* niet aan blootgesteld het voorwerp te worden van buiten hen om getroffen schikkin gen? Zelfs zonder dat er vijandelijkheden geopend worden, wordt de wereld door een economische instorting bedreigd. Alom heerschen wantrouwen en arg waan. Onder onze oogen vormen zich de strijdkampen, stellen de legers zich op, wordt een afschuwelijke strijd in Euro pa voorbereid. Gaat ons werelddeel zelfmoord plegen door zich te storten in een ontzettenden oorlóg, waarin er noch overwinnaar noch overwonnene zou zijn, maar waarin alle geestelijke en stoffelijke waarden door de be schaving van eeuwen geschapen ten onder zouden gaan? De oorlogspsychose dringt alle huizen binnen» en alhoewel de openbare mee ning er zich zeer goed van bewust is welk een ondenkbare ramp een volken- strijd voor de gansche menschheid zou bcteekenen, laat zij zich meer en meer over aan de gedachte dat wij er onver mijdelijk in medegesleurd zullen wor den.'Het is van belang legen een zoo noodlottige gelatenheid op te komen. FEUILLETON Naar hef Engelsch van STANLEY HART PAGE 43) In Portland kocht ik proviand en een tent. 's Avonds laat huurde ik een mo torboot en liet met naar Thumcak eiland brengen, waar ik met een roei bootje achterbleef. Daar woon ik nu al drie dagen. Eiken avond ben ik hier naar het eiland komen roeien. Ik heb reeds enkele merkwaardige dingen ontdekt. Gisteravond hel» ik bijvoor beeld uw 6pook voor het raam zien 6taan. Ik zat achter het huis verscho len. Het was levend genoeg om te struikelen en te vallen, toen het weer weg liep. En het kan vloeken ook, maar dan in een vreemde taal." „Maar dat gezicht voor het raam?" riep ik uit. „Och. hij zal een masker of zoo voor gehad hebben. Ik kon zijn gezicht trou wens niet onderscheiden. Maar hij was het eenige spook niet. Er is' nog een tweede. Hij komt in een roeibootje van een schip, dat voor anker gaat op de plek. waar het wrak ligt. Hij roeit naar het strand, klimt boven op de rotsen en schreeuwt dan met hólle stem door een grooten scheepsroeper heen. Hij doet dat om de menschen daar uit de huurt te houden. Omdat er van dat schip een duiker in zee af ER is geen volk wij leggen hier sterk den nadruk op dat zijn kinderen den dood wil inzenden om aan andere natiën dat recht op het bestaan te ontnemen dat het voor zich zelf opeischt. Stellig zijn de belangen van alle staten niet allen dezelfde. Maar zijn er wel belangen, die niet op vrede lievende wijze tot overeenstemming kunnen gebracht worden, en kan dat niet oneindig veel beter voor dan na een oorlog? Dat het geweten der wereld wakker worde. Het ergste kan nog vermeden worden. Maar de tijd dringt. De evolu tie der gebeurtenissen kan weldra elk rechtstreeksch contact nog moeilijker maken. Dat men zich niet vergisse. Wij weten dat het recht om te kunnen leven op een hechten grondslag moet steunen, en do vrede dien wij wenschen is de vrede, welke berust op den eerbied van alle staten. Een duurzame vrede kan niet gevestigd zijn op de macht, maar enkel op een zedglijke orde. Gebiedt niet de wijsheid op dit oogenblik een eind te stellen aan den strijd met woorden, aan ophit singen en bedreigingen, ten einde te besluiten om over de gestelde vraagstukken te beraadslagen. Wij vormen plechtig den wensch. dat de mannen, waarvan den loop der ge beurtenissen afhangt, bereid zullen zijn hun geschillen en eischen te onderwerpen aan een onderhande ling ingezet in een geest van broe derlijke samenwerking. Het is uit deze overwegingen dat ik in naam van Z.M. den Koning van Denemarken, den president der Finsche Republiek, H.K.H. de Groothertogin van Luxemburg, H.M. dc Koningin der Nederlanden, Z.M. den Koning van Noorwegen, Z.M. den Koning van Zweden, en in mijn eigen naam. ieder onzer in overeenstemming handelend met zijn re geering. deze oproep doe. Wij drukken de hoop uit dat andere staatshoofden hun stem bij den onze zullen voegen, bezield door dezelfde zorg voor den vrede en de veiligheid van hun volkeren. Straks zullen hon- daalt, als hij staat te schreeuwen." We zaten als verstomd te kijken. „Een duiker, zegt u?" vroeg Garri son. „Juist, een diepzeeduiker." „Maar waar duikt hij dan naar? vroeg Garrison verbluft. „In die oude visschersschuit zitten toch zeker geen schatten verborgen. Bovendien zijn wij er droogvoets naar toe kunnen komen. Daar is geen duiker voor noodig!" „Ik weet net zoomin als u, waarnaar hij duikt," zei Hand. „Maar dat er gedo ken wordt i6 zeker. Ik heb zelf de pom pen hooren gaan, waarmee ze hem lucht toevoeren." „De pompen van dien schoener!" riep ik uit. „Dan hebben Mapcs en dc rest, die dus gehoord de pompen van een duikerschip." „Maar ik zou voor den drommel dan toch wel eens willen weten, wat hij daar zocht", zei Garrison. „Dat kunt u binnenkort te weten ko men," zei Hani op zijn horloge kijkend. „Vanmorgen vroeg ben ik naar Thum- cab geroeid. Ongeveer een half uur ge leden heb ik drie postduiven losgelaten, met eenzelfde boodschap. Ze moeten nu wel weer op hun hok terug zijn. Als ge volg moet er binnenkort eon kustwacht- kotter hierheen komen. En als zo aan mijn verzoek voldoen, dan heeft die een duiker installatie aan boord." „Verdraaid, wat jammer, dat we hier niemand hebben, die verstand van dui ken heeft. De heele uitrusting heb ik op het jacht voorradig." „Wat?" vroeg Hand opgetogen. „Wel, we hebben dc „Dorothy" nog maar voor een paar weken juist ge bruikt om te duiken. We waren op zoek naar een oud kaperschip, jaren geleden bij de Bahama eilanden vergaan. We hebben er veel plezier gehad. Ik had derden millioenen menschen van harte met ons zijn om den wedloop naar den oorlog te stuiten. Mogen degenen, in wier handen het lot der wereld berust, deze gevoelens beantwoorden en den door hen menigmaal uitgedrukten wensch verwezenlijken, de moei lijkheden, die hen scheiden op vredelievende wijze te regelen. En dat de ramp, die de menschheid bedreigt, vermeden worde. een duiker gehuurd en de heele instal latie ervoor gekocht. Maar we hebben geen schat gevonden." „Maar dan zijn we klaar!" riep Hand uit. „We hebben een geroutineerd dui ker in ons midden!" Daarmee bedoelde hij mfj. Ik had meermalen gedoken om een door mijzelf uitgevonden duiker helm te beproeven. Hand hemelde mijn werk erg op en men wensdhte mij van alle kanten geluk. Ik had er niet veel mee op. „Maar zou het water niet ver schrikkelijk koud zijn?" zei ik. „Als het nu nog zomer was! En dan voor praktische doeleinden heb ik nooit ge doken." „Clark is weer al te bescheiden," zei Hand. „Niemand misgunt je de gelegen heid, jezelf een held te toonen. En over de kou behoef je niet bezorgd te zijn. Bovendien behoef je niet lang onder te blijven. Je hebt alleen maar te kijken, waar die kerels naar duiken en dan trekken we je dadelijk weer op." Na veel beraadslagen werd besloten, dat Flount, Innes, Riley en Mapes het huis zouden blijven bewaken en-dat twee matrozen, die de luchtpomp kon den bedienen, mee zouden gaan. Maar Hand wilde nog eerst een dienst aan dr. Innes vragen. Ilij moest hem ergens inee helpen, voordat we aan boord gin gen. „Het duurt maar een minuutje," zei hij. „Ik heb aan den anderen kant Van de kreek iets gevonden. Ik vermoed, dat dit verklaring kan geven van de heele spookgeschiedenis op dit eiland." Hand bracht ons midden in het bosch. Daar vonden we het geraamte van een man onder een dikke laag dennenaalden half verborgen. Hand knielde ernaast neer. Hij wees op een door roest half vergaan mes. „Dit vond ik naast het geraamte. Het heft is vrij goed bewaard gebleven. Er staan de letters H. J. in gesneden. Dat moet wel het mes van schipper John son zijn, niet waar?'" „Natuurlijk... en dan is dit zijn ge raamte!" riep ik uit. „Ongetwijfeld. En, kijk nu eens dok ter, de schedel is gebarsten. Ik ver moed, dat bij de schipbreuk de schip per overboord tegen de rotsen is gesla gen. Die barst ziet er niet naar uit, dat hij doodelijk gewond was. Maar ver moedelijk is hij daardoor krankzinnig geworden. Wat denkt u ervan, dok ter?" Dr. Innes onderzocht den schedel nauwkeurig. „Er zit hier wel een deuk, maar splinters zie ik nergens. Ja, die deuk kan genoeg druk op de hersenen heb ben uitgeoefend om krankzinnigheid te veroorzaken." „Maar was die niet doodelijk?" „Neen, vermoedelijk niet. Lastig te zeggen. Blijkbaar is hij er niet aan ge storven." „Dan denk ik, dat deze man later tot het bewustzijn is teruggekeerd, maar krankzinnig was geworden. Dat klopt met het verhaal van de visschcrs hier. Hij heeft toen zijn broer en de ande ren, die hem dood waanden, verjaagd en is ongetwijfeld van uitputting ge storven." We lieten het geraamte liggen en verwijderden ons zwijgend. HOOFDSTUK XXI Een vreemde ontdekking Toen we aan boord van het jacht kwamen, trad de kapitein ons tege moet. GIBRALTAR IN STAAT VAN VERDEDIGING GIBRALTAR, 23 Aug. (Havas). Sedert Dinsdag is een groote activi teit in het garnizoen merkbaar. De soldaten mogen de kazernes niet meer verlaten en alle posten van het verdedigingssysteem, zooals de zwa re batterijen en de luchtdoel-artille rie op de rotsen zijn bemand, ter wijl de detachementen aan de grens versterkt zijn en de Noordelijke toe gang tot de haven is versperd. De verdedigingscommissie van Gibral tar heeft vergaderd. Binnenkort wordt een aantal oorlogsschepen verwacht. VERBOD TOT VLIEGEN BOVEN DE DUITSCHE OOSTGRENS BERLIJN, 23 Aug. (Reuter). Van Woensdagochtend zes uur tot Zaterdag avond acht uur is bet vliegen boven de Oostgrens van Duitschland aan beide zijden van de Poolsche corridor ver boden door de Duitsche autoriteiten. VRIJDAG 25 AUGUSTUS HILVERSUM I, 1875 en 414.4 M. 8 00 VARA, 10.00 VPRO, 10.20 VARA, 12.00 AV RO, 4.00 VARA, 7.30 VPRO, 9 00 VARA, 10.40 VPRO, 11.00—12.00 VARA. 8.00 Grara.muziek (Om 8.16 Berichten); 10.00 Morgenwijding; 10.20 Esmeralda; 1100 Declamatie; 11.20 VARA-orkest; 12.00 Staf- muziek 6de Regiment Infanterie (Óm 12.15 Berichten en 12.45—1.15 Gram.muziek); 1.45 Sylvestre-Trio; 2.30 Declamatie; 2.50 AVRO Kinderkoor met pianobegeleiding; 3.35 Va riété (gr.pl.); 4.00 Gram.muziek met toe lichting; 4.30 Gram.muziek; 5.00 Voor de kinderen; 5.30 VARA-orkest; 6.30 Literaire voordracht; 6.506.55 Gram.muziek; 7.00 VARA-Kalender7.05 Causerie „Een wan deling langs het Nederlandsche Strand"; 7.23 Berichten ANP; 7.30 Berichten en me- dedeelingen; 7.35 Cursus „Kracht"; 8.00 Viool en piano; 8.30 Cursus „Levensaanvaar ding" (II); 9.00 Esmeralda; 9.30 Radiotoo neel; 9.45 VARA-orkest; 10.30 Berichten ANP; 10.40 Avondwijding; 11.00 Orgelspel en zang; 11.30 Jazzmuziek (gr.pl.); 11.55 12.00 Gram.muziek. HILVERSUM II, 301.5 M. Algemeen Programma verzorgd door dé NCRV. 8.00 Schriftlezing, meditatie; 8,15 Berich ten, gram.muziek; (9.30—9.45 Gelukwen- schen); 10.30 Morgendienst; 11,00 Gram.mu ziek; 11.15 Vioolvoordracht met pianobege leiding en gram.muziek; 12.00 Berichten; 12.15-Christ. Mannenkoor „Onder ons"; (Ca 12.30 Een woord voor U); 1.00 Gram.mu ziek; 1.15 Marcando-Ensemble en gram.mu ziek; 2.30 Christ. Lectuur; 3.00 Orgelspel: 4.00 De Consonanten en gram.muziek; 5.45 Declamatie -en gram.muziek; (Ca. 6.30 Be richten); 6.30 Causerie „Bloembollen in huis"; 7.00 Berichten; 7.157.55 Gram.mu ziek; 8.00 Berichten ANP, herhaling SOS- berichten; 8,15 NCRV-orkest en soliste; 9.00 Medische causerie; 9.30 Vervolg concert; 10.00 Berichten ANP, actueel halfuur; 10.30 Pianovoordracht; 10.45 De Vedelaars: 11.25 Gram.muziek; Ca. 11,5012.00 Schriftle zing, DROITWICH, 1500 M, 11.05 Gram.mu- „Hebben Stevens en Garthwait u al over die duikerinstallatie gesprokén?" vroeg Garrison. „Zeker, mijnheer. Ze zijn er beneden mee bezig. Ze beweerden, dat ze het gauw in orde zouden maken." „Best. Mijnheer Hand zal u wel zeg gen, waar we voor anker gaan. ïn elk geval moeten we naar den Oostkant." Ik ging naar beneden om het duiker pak te bekijken. Het was meer dan uitstekend. De pomp stond in het voor onder opgesteld. De slangen gingen door een luikje in het dek naar boven. We beproefden de pomp. Alles bleek goed in orde. Stevens voorzag me van een ouden broek en trui en gaf me cr nog een dik vest bij. Toen we het dui kerpak naar boven brachten, was de „Dorothv'' reeds onderweg naar de kreek. Hand en Arnold bestudeerden een zeekaart. „Maar daar vlak voor ons ligt een rif,'* zei de kapitein. „Hierdit Bij laag water is het duidelijk te zien en we hebben nu eb." „Ja, dat rif ken ik," zei Hand. „Die schuit lag aan de zuidzijde bij laag water gemeerd." „Als u de kaart bekijkt", zei Arnold. „Dan ziet u, dat er op den zeebodem een soort plateau is, dat aan den zuid kant van dat rif begint. Het loopt af tot vierhonderd voet diepte. Uw schip moet dus aan de landzijde voor anker hebben gelegen, anders had het niet kunnen ankeren." „Het schip lag vlak aan de zuidpunt van het rif geankerd," hield Hand vol. „Het scheen er vlakbij te liegen." „We kunnen er ook vlakbij komen, want daar staat water genoeg. Onze motoren draaien nii allebei, dus kun nen we goed manoeuvreeren." ziek; 11.35 Het Emilio Colombo octet; 12.05 Orgelconcert; 12.35 Brian Lawrance en zijn sextet en „The Three Ginx"; 1.20 „Empire Exchange7', causerieën; 1.35 Het BBC-Nor- thern Irelandorkest en solist; 2,35 Het As ton Hippodrome orkest; 3.20 Het Plrani-trio 3.50 Militair orkest; 4.50 Dansmuziek (gr- pl.) en causerie; 5.20 Pianovoordracht; 5.50 „High DayB and Holidays", voordracht; 6.20 Berichten; 6.50 Causerie Tomorrow in the country; 7.00 Cembalovoordracht; 7.20 Va riété-programma; 8.20 Het BBC-Symphopie- orkest en solist; 9.20 Berichten; 9.45 De clamatie; 10.05 Venlog concert; 10.50 Harry Leader en zyn Band, „The Four Swingsters" en solisten; 11.50 Gram.muziek; 12,1512.20 Berichten. RADIO-PARIS, 1648 M. 9.00 en 9 30 Gram.muziek; 12.30 Zang; 1.10 en 2.35 Gram.muziek; 3.35 Zang; 3.50 Pianovoor dracht; 4.05 en 4.35 Gram.muziek; 5.25 Om- roepstrvjkkwartet 6.35 Vocaal concert; 7.20 Gram.muziek; 8.35 Vioolvoordracht; 8.50 Radiotooneel; 10.50 Hoorbe'richt; 11.05 Gram.muziek; 11.2012,50 Het Rhené Ba ton-orkest. KEULEN, 456 M. 6.50 Gram.muziek; 7.358.20 en 8.509.50 Hermann Hagestedt's orkest; 12.20 Mijnwerkers-orkest; 1.35 Het Omroepkléjnorkest; 2.3O-r3.20 Populair con cert; 4.20 Het Omroepamusementsorkest en reportage; 6,50 Zang en piano; 7.35 Gram. muziek; 8.35 Leo Eysoldt's orkest; 9.35.Vo caal concert; 11.0012.20 Het Omroeporkest en solisten, BRUSSEL, 322 en 484 M. 322 M.: 12.20 Gram.muziek; 12.50 Omroeporkest; 1.5Ö 2.20 Gram.muziek; 5,20 Cembalo-voordracht; 5.50, 6.40, 7.20 en 7.45 Gram.muziek; 8.20 Omroeporkest; 9.35 Gram.muziek; 9.50 Het Omroeporkest; 10.3011.20 Gram.muziek. 484 M.: 12.20 Gram.muziek; 12.50 Radio orkest; 1.502.20 5.20 en 6.38 Gram.muziek 8.20 De Stafmuziek van het 1ste Regiment Gidsen en soliste; 10.3011,20 Gram.mu ziek. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 8.85 Radiotooneel; 9.05 Gram.muziek; 10.20 Be richten; 10.40 Blazers-octet; 11.05 Berich ten; 11.2012.20 Het Omroepkleinorkest en reportage. FAILLISSEMENTEN Uitgesproken Gerard us Deegens, koopman, wonen de te Utrecht, Mariaplaats 9. Curator mr. Ed. Spanjaard te Utrecht. Rechter commissaris mr. A. D. van Regteren Altena te Utrecht., A. J. Wenteler, wonende te Amers foort, aan de Aldegondastraat no. 98. Curator mr. H. E. Beunke te Amers foort. Rechter-Commissaris mr. A. D. van Regteren Altena. te Utrecht De Naamlooze Vennootschap H. Rijn bergen en Zn. N.V. gevestigd en kan- toorhoudende te Culemborg. Curator mr. J. van Nes te Tiel. Rechter-Commis saris mr. A. D. van Regteren Altena, te Utrecht. Leendert Antoon Klein Sprokkelhorst» wonende te Zeist, tusschen de Dennen 6. Curator mr. H. L. L. van Hoogenhuyze te Zeist. Rechter-Commissaris mr. A. D. van Regteren Altena te Utrecht. P. Zuidam, wonende te Jutphaas, aan den Ouden Kerkweg no. 13 A. Curator mr. A. Murman te Utrecht. Rechter- Commissaris mr. A. D. van Regteren Altena, te Utrecht. Geëindigd Wegens gebrek aan actief: Pieter de Gram. landbouwer, wonende te Geldermalsen A 407. Curator mr. jhr. E. J. .J. van Lidt de Jeude te Tiel, Rech- ter-commissaris mr. D. Visser te Utrecht „Ik maak me ergens ongerust over." zei ik even later tegen Hand. „Je hebt gezegd, dat er een van die- bende aan boord moet zijn. Weet je nu, wie dat is?" „Daar ben je laat mee, Clark. fiat hebben de anderen me allang ge vraagd." „Als hij op het jacht was, dan moet hij er nu ook op zijn. Ik daal liever niet naar den bodem met de kans, dat ïij iets aan de luchtbuis doet. 'Hij'heeft Garrison ook overboord geduwd en het jacht in brand gestoken. Hij is ook in staat, mijn luchtbuis door te snijden." „Ik heb tegen de anderen gezegd, dat ik niet wist, wie het was. Maar dat wil ik tegen jou niet beweren. Toch zal ik het je niet vertellen. Ik heb lie ver dat hij zichzelf blootgeeft. Ik houd hem heusch wel in het oog. Hij krijgt van mij geen kans, bij die luchtbuis te komen. Kom, maak je klaar!" We naderden het rif zoo dicht, dat ik het zeewier in het water zag heen en weer wuiven. Het jacht werd aan twee ankers gelegd. Ik trok het dui kerpak aan cn Hand zelf schroefde den helm dicht. Ik hoorde de lucht door den helm blazen. Geholpen door Garthwait en Hand klauterde ik over de reeling en liet me overboord glijden aan het touw. Ze lieten me zakken. Toen ik in het water kwam, voelde ik het duikerpak tegen mijn lichaam aankleven. Ik daalde snel. Mijn lon gen hijgden naar adem. Een paar maal draaien aan de controlekraan deed mijn pak wat meer opzwellen, zoodal de druk op mijn borst minder werd. Eindelijk raakten mijn voeten don bo dem. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1939 | | pagina 2