levenslang voor
spïonnage
Het stroopersdrama te
Waddinxveen
Tel. 5.9.0.4.
Burgers voor
militaire
gerechten?
OPGEPAST MET FOTO
TOESTELLEN!
Tal van maatregelen ter
bescherming van de
veiligheid van ons land
KROON-TAX
In trein e.d. geen
geladen
toestellen meer
ROODE STER
Twee Polen in
arrest
Verdediger verzoekt onmiddellijke
invrijheidstelling
OOK VOOR GROOTERE AFSIANDER
Ouders onthielden hun
kind geneeskundige
hulp
Nieuwe verordening op het fotografeeren
van militaire onderwerpen
De late tulpen in bloei
Roofoverval op een
landbouwer
Meisje verdronken
2e BLAD PAG. 1
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ZATERDAG 4 MEI 1940
's-GRAVENHAGE. 3 Mei. De
ij overwegingen ten aanzien van het
I wetsontwerp, houdende nadere
I voorzieningen tegen het bekend
worden van staatsgeheimen en hou-
I dende verhoogingen van de maxi-
I mum-straf op een aantal misdrij-
ven tegen de veiligheid van den
I staat, welke overwegingen zijn
weergegeven in het voorloopig ver-
I slag van de vaste commissie voor
privaat- en strafrecht, hebben den
9 minister van Justitie aanleiding ge-
I geven tot de navolgende beantwoor-
I ding.
0 Met erkentelijkheid heeft de minister
er van kennis genomen, dat de com
missie met de regeering van oordeel
is, dat. de maximum-straf in art. 9S
1 van het W. v. S., gesteld op het open
baar maken of aan een buitenlandsche
Bnogendheid bekend maken van gege-
i.'yens, die met het oog op 's lands vei
ligheid geheim moeten blijven, ver
hoogd moet worden en dat tevens een
aantal andere wijzigingen en aanvul
lingen van het W. v. S., Ier bestrijding
van de spionnage ten nadeele van ons
land, noodzakelijk zijn. Ook de minister
ziet de voorzieningen, opgenomen in
bet thans aanhangige wetsontwerp.
Slechts als een onderdeel van hetgeen
voor een doeltreffende bestrijding van
het gevaarlijke euvel is vereischt. Bij
voortduring houdt hij zijn aandacht ge
richt op al wat een daadwerkelijke be
strijding en een doeltreffende vervol
ging kan bevorderen.
In dit verband wijst hij er op, dat
top het gebied van de voorkoming, op
sporing en vervolging van 'de hierbe-
fdoelde feiten in ons land den laatsten
'ftijd reeds veel meer is bereikt dan
haar buiten kan blijken.
Van het meeste belang schijnt het op
het, oogenblik dat op korten termijn de
{voorzieningen tot stand komen, waaro
mtrent tusschen regeering en Staten-
Generaal overeenstemming van gevoe
lens aanwezig is. Dit zijn voor alles:
en aanmerkelijke verzwaring van
Straffen, gesteld op spionnage en op
'een aantal andere vormen van land-
erraad, en een technische verbetering
en aanvulling van de omschrijving van
het misdrijf der spionnage in ons W.
y. r
Levenslang
In een nota van wijzigingen
wordt voor spionnage, althans voor
wat feiten betreft gepleegd in tijd
van oorlog, overeenkomstig het
voorstel van de commissie, de mo
gelijkheid geopend van levenslange
gevangenisstraf of tijdelijke gevan
genisstraf van ten hoogste twintig
jaren. Dezelfde straffen zijn, even
eens overeenkomstig een voorstel
van de commissie, welk voorstel
de minister gaarne als een verbete
ring aanvaardt, in de nota van wij
zigingen voorgesteld voor het mis
drijf van artikel 97.
Beide wijzigingen hebben tot gevolg,
'dat bij deze delicten, evenals thans
reeds het. geval is bij de andere delic
ten van titel 1 en titel 2 van het t.wee-
rde boek, waarop levenslange gevange-
j nisstraf is gesteld, „ingeval van oor-
j, log", dat is dus indien de oorlog wer-
^.keliik is uitgebroken, de doodstraf zal
kunnen worden opgelegd, indien zij
althans gepleegd worden in een in
staat van beleg verkeerend gedeelte
an het grondgebied des rijks. Even
eens is in de nota van wijzigingen
voorgesteld, overeenkomstig een siig-
estie vermeld in het verslag van de
commissie, om ook de voorbereidings
handelingen van het misdrijf van art.
$302 strafbaar te stellen.
Geen doodstraf
Verder zou de minister voor het
oogenblik echter niet willen gaan. In
het, bijzonder bestaat bij hem bezwaar
voor het tegenwoordige mede te gaan
met de verderstrekkende voorstellen
van de meerderheid der commissie, ra
kende de strafmaat van art. 9S. Deze
voorstellen houden in overbrenging
i van de misdrijven van de eerste beide
1 titels van het tweede hoek van het
-W. v. S., ook wat de burgers betreft.
Wreeds ónder den staat Aan beleg, dus
nog voordat de oorlog werkelijk is uit-
gebroken, naar den militairen rechter,
en het openen, in verband met de bij-
j. zon de re bepalingen voor de militaire
[rechtspraak geldende, in aansluiting
I hieraan reeds onder dien staat van de
mogelijkheid van doodstraf voor die
delicten, waarop in het W. v. S. levens
lange gevangenisstraf is gesteld.
De minister heeft deze materie her
haaldelijk overwogen. Hij is hierbij
tot: de conclusie gekomen, dat het Ie
dezen om zeer verstrekkende voorzie
ningen gaat, waartoe naar zijn over
tuiging alleen zeer beraden en in vol
komen rust kan worden besloten. Voor
zieningen bovendien, waartegen ook
verschillende bedenkingen bestaan, ge
lijk uit de onderstaande voorloopige
overwegingen moge blijken. De minis
ter bedoelt met deze overwegingen ove
rigens niet. dit zij uitdrukkelijk aange-
teekènd, de geprojecteerde oplossing
definitief af te wijzen.
Voorgesteld wordt de zeer belang
rijke delicten, vervat in de titels 1 en 2
van bet tweede boek van het wetboek
van strafrecht, ook indien deze door
burgers worden begaan, reeds onder
den staat van beleg over te brengen
van de normale burgerlijke naar de
militaire gerechten. Deze laatste ge
rechten zijn echter deels eerst onlangs
ingesteld, deels moeten zij nog op kor
ten termijn worden gevormd, terwijl
zij krachtens opzet en samenstelling
ook allereerst zijn gericht op berech
ting van militairen en de beoordeeling
van specifiek-militaire verhoudingen.
De voorstellen houden verder in aan
artikel 78 van de Invoeringswet militair
straf- en tuchtrecht een verdere uit
breiding te geven, terwijl toch tegen
dit artikel, voor wat de burgers aan
gaat, principieele bezwaren bestaan, in
zooverre als het de doodstraf mogelijk
maakt voor een aantal politieke en
militaire delicten doch niet voor hot
misdrijf, waarop die doodstraf in de
eerste plaats behoort, te staan: moord
Daarnaast worde nog herinnerd aan
de bekende, in de hanboeken vermelde
bezwaren tegen de doodstraf, o.m. het
bezwaar van onherstelbaarheid.
Bii de voorstaande overwegingen
voegt zich voor den minister nog
de volgende omstandigheid. Bii de
regeering zijn voorzieningen in be
raad. welke de strekking hebben
de mogelijkheid uit te sluiten dat
gevangenisstraffen van langeren
duur door een vijandelijken inval
zouden kunnen worden onderbro
ken.
Zouden deze voorzieningen na on
derzoek der regeering aanvaardbaar
voorkomen, zoo zou een belangrijke
aanleiding om overeenkomstig de voor
stellen te'gaan in de richting van de
doodstraf wegvallen.
Mocht de Kamer dezen gedachten-
gang kunnen aanvaarden, zo wil hij
zijnerzijds gaarne toezeggen op korten
termijn de indiening te zullen bevorde
ren van een tweede ontwerp, rakende
deze materie, inhoudende om. een wij
ziging van het Wetboek van Militair
Strafrecht. Waar hij omtrent deze laat
ste wijziging overleg moet plegen met
zijn ambtgenoot -van Defensie, zou in
voeging in het aanhangig wetsvoorstel
tot vertraging aanleiding geven. Bij de
behandeling van dit nieuwe ontwerp
zullen de bovenbedoelde voorstellen op
nieuw onder het oog kunnen worden
gezien.
Verovering zonder oorlog
De commissie vroeg of niet de straf
bepaling van artikeul 102, lid 1, van het
Wetboek van Strafrecht, dient te wor
den verruimd. De practijk heeft aange
toond. dat er landen zijn, die door on
dermijning van het wettelijke gezag in
een ander land trachten, dat andere
land juist zonder oorlog zijn zelfstan
digheid te doen verliezen. De nadruk
moet hier vallen op de woorden: „zon
der oorlog". Immers voor het geval van
oorlog is artikel 102, lid 1. reeds van
toepassing. De laatste omstandigheid
heeft ten gevolge, dat de door de com
missie bedoelde uitbreiding ten onzent
voorshands slechts theoretische betee-
kenis zou bezitten.
Er is toch geen sprake van. dat
ons land, zooals de omstandigheden
in het huidige wereldconflict liggen,
zonder oorlog zijn zelfstandigheid
zou kunnen verliezen. Iedere even-
tueele vijand kan er op rekenen,
dat wij met man en macht voor
onze onafhankelijkheid tegen iedere
aanranding zullen opkomen. In dit
verband zijn trouwens ook de arti
kelen 97 en 97a van belang.
In de nota van wijzigingen wordt in
een nieuw artikel 4 voorgesteld, over
eenkomstig de suggestie, gedaan in het
voorloopig verslag, de strafbaarheid uil
het bestaande artikel 102 en ook die
van artikel 97 uit te breiden tot voor
bereidingshandelingen. Gelijktijdig be
vat deze nota, in aansluiting aan de
strafverhooging in de artikelen 9S en 97,
een verhooging van de maximum-straf,
bedreigd in het eerste lid, tot levens
lange gevangenisstraf of tijdelijke van
ten hoogste twintig jaren.
Het. in verstandhouding treden met
een buitenlandsche mogendheid met het
oogmerk om haar tot het plegen van
vijandelijkheden te bewegen, enz om-
vat het in verstandhouding treden met
tusschenpersonen met gelijk oogmerk.
Dit laatste zal trouwens het normale
geval zijn. daar men voor handelingen
als hier bedoeld in den regel niet
rechtstreeks in verstandhouding zal tre
den met de centrale organen van een
toekomsfigen vijand. De situatie ligt in
artikel 97 anders dan in artikel 98. Het
laatste artikel beoogt ook ieder gevaai
van bekend worden van geheimen te
voorkomen, treft dus ook handelingen,
welke op zich zelf niet als spinnnaee
kunnen worden beschouwd: artikel 97
eischt een bepaalde bedoeling, een be
paald oogmerk bij den dader.
De nieuwe tekst van het tweede lid
van artikel 102, voorgesteld in artikel 3
van het gewijzigd wetsontwerp, omvat
ook het teweegbrengen of bevorderen
door burgers van oproer, of muiterij of
desertie onder het krijgsvolk in tijd van
oorlog, zonder dat hulp aan „den vij
and" zal behoeven te worden bewezen
AMSTERDAM, 3 Mei. Vanmiddag
zette de verdediger van den landbou
wersknecht R. uit Waddinxveen, mr. B.
F. J. Simon uit Utrecht., zijn uitvoerig
pleidooi voor het gerechtshof, dat deze
zaak in cassatie behandelde, voort. Zoo
als men weet wordt R. er van verdacht,
in den nacht van 4 op 5 October 1938,
terwijl hij aan het stroopen was. opzet
telijk'te hebben geschoten op den rijks
veldwachter van den Hoef. Deze laatste
werd op korten afstand in de rechter
arm getroffen en zeer ernstig gewond.
Verdachte en zijn verdediger stellen
zich op het standpunt, dat hier geen
sprake van opzet was, doch slechts van
een betreurenswaardig ongeluk.
Mr. Simon voerde o.a. aan, dat men
over het schot en de plaats, waar ver
dachte, zijn baas. en de veldwachter
stonden, niet minder dan vier lezingen
heeft gehoord.
Telkens krijgt men van dezelfde
getuigen verklaringen welke in
strijd zijn met hetgeen zij vroeger
gezegd hebben. Men weet niet pre
cies wat er heeft plaats gehad. Een
verklaring, die aanvaardbaar is en
die niet in strijd is met andere ver
klaringen, is niet gegeven. Uitvoerig
bespreekt pl. de geringe waarde der
diverse reconstructies. Niemand im
mers is in staat de schrik te recon-
strueeren, onder invloed waarvan
verdachte de onwillekeurige bewe
ging maakte met als gevolg- het
schot. Alles is razend snel gegaan,
zoodat het niet te verwonderen is,
dat men nooit precies zal weten wat
er voorviel.
Natuurlijk heeft ook R. fouten ge
maakt. Maar welke verdachte, hoe on
schuldig hij ook is, doet dat niet? Ver
dachte heeft aanvankelijk ontkend, hij
heeft gezegd, dat hij de lichtbak droeg.
Hij betreurt deze onjuiste verklaring,
maar een verwijt mag men hem, gezien
de omstandigheden, hiervan niet ma
ken.
Tot in bijzonderheden besprak mr
Simon de verklaringen van den getrof
fen rijksveldwachter, die zi. op zeer
veel punten onjuiste verklaringen heeft
afgelegd, zoowel tijdens het vooronder
zoek als tijdens de zitting.
Vervolgens viel pl. het rapport van
deskundige Kool aan.
Pl. kwam tenslotte tot de conclusie,
dat de opzet ontbrak, zoodat verdachte
niet wegens poging tot doodslag of po
ging tot zware mishandeling veroor
deeld kan worden.
Met klem bepleitte mr. Simon nog
maals verdachte's onschuld. „Ik zie met
groot vertrouwen uw arrest tegemoet,
ik ben er van overtuigd, dat uw college
dezen verdachte zal vrijspreken. Meneer
de procureur-generaal heeft een reken
sommetje gemaakt: een officier van jus
titie. een advocaat-generaal, een rech-
ter-commissaris, minstens twee rechters
en drie raadsheeren hebben R. al schul
dig bevonden, wat wilt u nog meer".
Maar... aldus mr. Simon, dat
sommetje klopt niet, want pas door
dit Hof, door het college, waarvoor
ik thans .pleit, is de zaak goed on
derzocht. Het Hof te Amsterdam
heeft er evenveel zittingdagen aan
besteed, als het Hof te Den Haag en
de rechtbank te Rotterdam uren.
Het Hof, onder uw presidium, me
neer de president, zal zijn roem en
faam in strafzaken hoog hquden.
Daar ben ik tot in mijn ziel van
overtuigd.
„Moge het Hof het verdrietige lijden
van dezen man, die reeds achttien
maanden preventief in het Huis van Bei
waring heeft doorgebracht, doen eindi
gen en verdachte onmiddellijk in vrij
heid stellen."
In verband met dit verzoek besprak
pleiter nog den persoon van verdachte
en het over hem uitgebrachte reclassee-
ringsrapport.
Na re. en dupliek, waarbij de procu
reur-generaal, mr A. A. L. F. van Dulle-
men. zich verzette tegen de onmiddel
lijke invrijheidstelling, ging het Hof in
raadkamer.
Na heropening der zitting deplde de
president mede, dat het Hof geen aan
leiding vond om verdachte in vrijheid
te stellen!
Het arrest zal op 16 Mei worden uit
gesproken.
PRINSES JULIANA EIJ HET
ALG. STEUNCOMITÉ 1939
's-GRAVENHAGE, 3 Mei. H.K.H
Prinses Juliana heeft heden de vergade
ring van bet dagelijksch bestuur van
het Algemeen Steuncomité. 1939 bijge
woond. ,.i
Het komt dus reeds vopr een deel aan
het hier gestelde desideratum tegemoet
De tekst
De tekst van de nieuwvoorgestelde
redactie van art. 98 luidt als volgt:
„Hij dié opzettelijk bescheiden, be
richten of inlichtingen omtrent
eenige zaak waarvan hij weet of
redelijkerwijs moet vermoeden dat
de geheimhouding door het belang
van den Staat wordt geboden, het
zij openbaar maakt, hetzij verschaft
aan een buitenlandsche mogendheid
of aan zoodanige personen, dat ge
vaar ontstaat dat de inhoud aan
een buitenlandsche mogendheid be
kend wordt, wordt gestraft, indien
het feit gepleegd wordt buiten tijd
van oorlog, met gevangenisstraf van
ten hoogste vijftien jaren, indien
het gepleegd wordt in tijd van oor
log, met levenslange gevangenis
straf of tijdelijke van ten hoogste
twintig jaren.
Handelingen gepleegd ter voorberei
ding van een misdrijf als omschreven ip
het voorgaande lid, worden gestraft met
gevangenisstraf van ten hoogste tien
jaren.
Tegen elk van hen een gevan
genisstraf van twee maan
den geëischt
ASSEN, 3 Mei. Een echtpaar
uit Zwartemeer is vandaag door de
rechtbank alhier veroordeeld tot
twee maanden gevangenisstraf we
gens schuld aan den dood van hun
dochtertje, doordat zij op grond van
godsdienstige overtuiging genees
kundige hulp aan het kind hadden
onthouden.
Het meisje was in Januari j.l. ziek
geworden en in den nacht van 3 op 4
Februari j.l. stierf het. Aanvankelijk
werd er door de justitie geen aandacht
aan geschonken, doch op 23 Februari
verrichtte dr. J. P. L. Hulst uit Leiden
sectie op het lijkje, waarbij h*J tot de
conclusie kwam. dat het kind hoogst
waarschijnlijk niet gestorven zou zijn
indien tijdig geneeskundige hulp was
geboden.
De oudere hadden zich op het stand
punt gesteld, dat het gansche leven in
de handen van God rust. Zoo Hij gewild
had was het kind beter geworden.
De officier hield in zijn requisitoir re-
keninc met het feit, dat de dood van
't meisje niet te wijten is aan verzuim of
verwaarloozing. De godsdienstige over
tuiging moet evenwel binnen de perken
van de geldende moraal blijven. Hij
eischte derhalve tegen elk der ouders
een gevangenisstraf voor den tijd van
twee maanden.
's-GRAVENHAGE, 3 Mei. De
volgende politieverordening is opge
nomen in de Ned. Staatscourant als
algemeene bekendmaking no. 33 van
den opperbevelhebber van Land- en
Zeemacht.
De verordening luidt:
Artikel 1
In deze verordening worden ver
staan:
Onder Nederlandsche zeeschepen en
onder binnenschepen, welke in Neder
land thuisibehooren. datgene, wat. daar
onder wordt verstaan in de wet Behoud-
scheepsruimte 1939:
Onder binnenwateren:
Alle wateren in Nederland, vallende
binnen de lijn, aangegeven in artikel 1,
lid 1, van de Schepenwet, welke voor
het openbaar verkeer openstaan;
onder motorrijtuigen:
motorrijtuigen in den zin van artikel
1 der Motor- en Rijvvielwet;
onder vreemde motorrijtuigen:
motorrijtuigen, welke niet of niet op
rechtmatige wijze voorzien zijn van een
nummer met letter, als bedoeld in ar
tikel 9, lid 1, sub 1, van de Motor- en
Rijvvielwet;;
onder fototoestellen: alle toestellen,
geschikt voor het maken van fotogra
fische en cinematografische opnamen.
Een fototoestel wordt voor de toepas
sing van deze verordening geacht voor
onmiddellijk gebruik voorhanden of ge
reed te zijn, indien het een film of
plaat(platen) bevat.
Onder fotografeeren wordt verstaan:
elk gebruik van een fototoestel als zoo
danig;
onder militaire onderwerpen: mili
taire onderwerpen, niet zijnde militaire
werken in den zin van artikel 430 van
het Wetboek van Strafrecht.
Onder militaire onderwerpen in den
zin van deze verordening zijn mede be
grepen: militairen bij de uitoefening
van hun dienst; militair materieel; ge
bouwen, waarin militairen zijn onder
gebracht of waarin zich militaire
bureelen, staf-kwartieren of commanrlo-
doposten bevinden; gebouwen, waarin
militaire paarden, militair materieel of
munitie zijn ondergebracht; militaire
vliegvelden, vliegparken of landingster
reinen; bivaks, militaire autoparken en
militaire wagenparken.
Artikel 2.
Het fotografeeren van militaire on
derwerpen is verboden.
Artikel 3.
Het is in de. binnenwateren verboden
aan boord van andere dan Nederland
sche zeeschepen en aan boord van bin
nenschepen, die niet in Nederland thuis
behooren. fototoestellen te vervoeren, in
vooraad te hebben of voorhanden te
hebben, anders dan in een op last van
bet militair gezag verzegelde bewaar
plaats.
Artikel 4.
Het is op voor het openbaar verkeer
openstaande rijwegen verboden in
vreemde motorrijtuigen fototoestellen te
vervoern. in voorraad te hebben of voor
handen te hebben.
Artikel 5.
Het is verboden in een trein of in
eenig ander openbaar middel van ver
voer fototoestellen voor onmiddellijk ge
bruik voorhanden te hebben.
Artikel 6.
Onverminderd het bepaald© in de
vorige artikelen ie het verboden voor
onmiddellijk gebruik gereed zijnde foto
toestellen in het openbaar te vervoeren
of op of aan den openbaren weg of op
voor het publiek toegankelijke plaatsen
voor onmiddellijk gebruik voorhanden
te hebben, in die gebieden, waarvoor
dit verbod door of vanwege het militair
gezag door middel van aanplakking
nader ter algemeene kennis is gebracht.
Artikel 7.
Van het bepaalde in de artikelen 2,
3, 4, 5 en 6 kan door of vanwege den op
perbevelhebber van Land- en Zeemacht
al dan niet voorwaardelijk schriftelijk
ontheffing worden verleend.
Deze ontheffingen kunnen ten allen
tijde en zonder opgaaf van redenen wor
den ingetrokken. Zij zijn slechts van
kracht .voorzoover zij op eerste aan
vraag worden vertoond aan de perso
nen, genoemd in artikel 8.
Bij misbruik of op vermoeden van
misbruik kunnen laatstgenoemde per
sonen bedoelde ontheffingen voorloopig
intrekken en daartoe innemen. Zii moe
ten alsdan de ingenomen ontheffingen
onvewijld inzenden bij de betrokken
autoriteiten, bekleed met militair ge
zag, die terzake nader zullen beslissen.
Artikel 8.
Met de zorg voor de naleving en met
de handhaving van deze verordening
zijn belast:
1. De personen, bedoeld in artikel 141
van het Wetboek van Strafvordering:
2. het personeel der Koninklijke
Marechaussee;
3. de militaire politie;
4. de militairen, belast met wacht-,
patrouille- of onderzoekingsdienst;
5. de ambtenaar van den Rijkswater
staat.;
6. de ambtenaren van de Scheepvaart
inspectie;
7. de ambtenaren van de Rijksver
keersinspectie;
8. de ambtenaren der Invoerrechten
en Accijnzen.
Met r]p zorg voor de naleving en met
de handhaving van het verbod om in
treinen fototoestellen voor onmiddellijk
gebruik voorhanden te hebben zijn
mede belast, de beambten en bedienden
van den spoorweg.
Artikel 9.
Deze verordening kan worden aange
haald als „verordening fotografie
OL.Z.".
Artikel 10
Deze verordening treedt in werking
op den dag na dien van hare verschij
ning in het Staatsblad, waarin zij on
verwijld zal worden afgekondigd
TSCHAIKOWSKY-TENTOON-
STELLING
's-GRAVENHAGE. 3 Mei. Nu het
Dinsdag 7 Mei honderd jaar geleden zal
zijn, dat Peter Iljitsch Tschaikowsky
werd geboren, zal in het gemeentemu
seum te 's-Gravenhage op dien dag een
tentoonstelling te zijner nagedachtenis
worden geopend.
Het grootste gedeelte van het mate
riaal, afkomstig van het Tschaikowsky-
museum te Klin, is ter beschikking ge
steld door den heer Hugo van Dalen,
die tevens de openingsrede zal uitspre
ken.
De tentoonstelling zal van 8 Mei tot
2 Juni te bezichtigen zijn.
Er was eens een vaandrig In Veere,
Die zichzelf op iets fijns wou tracteerco»
Roode Ster was zijn keus
En nu gaat hij zijn neus
Op dit heerlijk aroom nbonneerert!
Zeldzaam zapht en
licht in de pijp!
AMSTERDAM. 3 Mei. Vandaag
heeft de justitie een huiszoeking gedaan
ten huize van de heide Poolschc koop
lieden A. en J. S. in de Eu terpestraat
alhier. De beide mannen werden Zater
dag j.l. reeds gearresteerd en thans
wordt vermoed, dat zij zich aan valsch-
heid in geschrifte hebben schuldig ge
maakt, Zij worden pr van verdacht ef
fecten naar Duitschland te hebben ge
stuurd als zoogenaamd ..oud bezit" en
hierbij, om dit voorwendsel oud bezit
te bewijzen. valscV. tiïL 'ificaten bij do
zending fe hebben
De rechter-comm%5^, Jt mr. G. A.
Schroeder en de subsJIofficier van
justitie, mr. P. s' Jac.
gezelschap
van commissaris L. Hor."7 iom. hebben
de huiszoeking verricht én eenige be
scheiden in beslag genomen.
Na de huiszoeking zijn dn heide Po
len, die in den vorigen wereldoorlog in
ons land zijn komen wönen/'Voor den
rechter-commissaris geleid, die over
hun opsluiting in hef Huis van Bewa
ring zal moeten heslissen.
Zij gaan nu openbreken en zijn
de belangstelling meer
dan waard
's-GRAVENHAGE, 3 Mei. De bloe-
menfeestdag, zooals die van Donderdag er
een geweest is, heeft ons Holland op z'n
allerkleurlgst laten zien-
Hoewel er in een der bladen werd ge
meld, dat het hierna met deze lentepracht
snel in dalende lijn zou gaan, moet er na
drukkelijk on worden gewezen, aldus
meldt de A.N.W.B., dat zulks geenszins
het geval zal zijn omdat de late- en Mei
bloeiende tulpen, die nu gaan openbreken,
de belangstelling meer dan waard zijn.
Van deze zeer uitgebreide familie zijn
het vooral de Darwin- en hare nakome
lingen de Mendel- en de Triumph tul
pen, die uitmunten door bijzondere
kleurschakeeringen en die in niet min
dere mate dan de andere den roem van
onze nationale bloem, de tulp alom ver
kondigen.
Voegt men daarbij, dat mede aller
wegen groote velden witte narcissen,
het poeticus geslacht, dat bovendien
heerlijk geurt -— in bloei staan, dan le
vert het bolleland nog aantrekkelijkhe»
den te over.
Daders waren twee 16 en 17-jarige
jongens
BAKEL, 3 Mei. Gisteravond is
een roofoverval gepleegd op den
landbouwer van Staveren in het ge
hucht Scheepstap. gemeente Bakel.
Omstreeks tien uur kwamen twee jon
gens aan de boerderij. De vrouw van
den boer deed open. Onder bedreiging
met een revolver liepen zij het huis in,
naar den boer, van wien zij, eveneens
onder bedreiging met de revolver, twee
honderd gulden eischten. De boer gaf
een rijksdaalder, doch daar nam het
tweetal geen genoegen mee. Hierop ont
stond een worsteling, waarna de, indrin
gers met den rijksdaalder op de vlucht
gingen.
De marechaussée werd gewaarschuwd,
waarop een onderzoek werd ingesteld,
dat. tot resultaat had.' dat de jongens
werden gearresteerd. Het zijn de lO-ja-
rige P. van V. en de 17-jarige J. W.. bei
den uit Helmond. Bij het onderzoek
kwam vast te slaan dat de knapen tot
den overval waren aangezet door den
dertigjarigen van S. uit Helmond, die
ook de revolver had verstrekt.
Het drietal is op transport gesteld
naar Roermond.
's-GRAVENHAGE. 3 Mei. Een vijf
jarig meisje G. van P.. wonende aan
het Mecklenburgolein in Loosduinen,
was vanmiddag met vier andere kin
deren aan het spelen aan den kant. van
de vaart nabij de Coöneratieve Groen
ten veiling aan den Houtweg te Loos
duinen. Zij viel in het water en werd
door een agent o,-> het droge gebracht.
Twee uur larg heeft men getracht haar
levensgeesten op te wekken door het
toepassen van kunstmat.ee ademhaling
en het toedinen van zuurstof. Alle po
gingen waren echter vergeefsch.