levenslang voor spïonnage Het stroopersdrama te Waddinxveen Tel. 5.9.0.4. Burgers voor militaire gerechten? OPGEPAST MET FOTO TOESTELLEN! Tal van maatregelen ter bescherming van de veiligheid van ons land KROON-TAX In trein e.d. geen geladen toestellen meer ROODE STER Twee Polen in arrest Verdediger verzoekt onmiddellijke invrijheidstelling OOK VOOR GROOTERE AFSIANDER Ouders onthielden hun kind geneeskundige hulp Nieuwe verordening op het fotografeeren van militaire onderwerpen De late tulpen in bloei Roofoverval op een landbouwer Meisje verdronken 2e BLAD PAG. 1 AMERSFOORTSCH DAGBLAD ZATERDAG 4 MEI 1940 's-GRAVENHAGE. 3 Mei. De ij overwegingen ten aanzien van het I wetsontwerp, houdende nadere I voorzieningen tegen het bekend worden van staatsgeheimen en hou- I dende verhoogingen van de maxi- I mum-straf op een aantal misdrij- ven tegen de veiligheid van den I staat, welke overwegingen zijn weergegeven in het voorloopig ver- I slag van de vaste commissie voor privaat- en strafrecht, hebben den 9 minister van Justitie aanleiding ge- I geven tot de navolgende beantwoor- I ding. 0 Met erkentelijkheid heeft de minister er van kennis genomen, dat de com missie met de regeering van oordeel is, dat. de maximum-straf in art. 9S 1 van het W. v. S., gesteld op het open baar maken of aan een buitenlandsche Bnogendheid bekend maken van gege- i.'yens, die met het oog op 's lands vei ligheid geheim moeten blijven, ver hoogd moet worden en dat tevens een aantal andere wijzigingen en aanvul lingen van het W. v. S., Ier bestrijding van de spionnage ten nadeele van ons land, noodzakelijk zijn. Ook de minister ziet de voorzieningen, opgenomen in bet thans aanhangige wetsontwerp. Slechts als een onderdeel van hetgeen voor een doeltreffende bestrijding van het gevaarlijke euvel is vereischt. Bij voortduring houdt hij zijn aandacht ge richt op al wat een daadwerkelijke be strijding en een doeltreffende vervol ging kan bevorderen. In dit verband wijst hij er op, dat top het gebied van de voorkoming, op sporing en vervolging van 'de hierbe- fdoelde feiten in ons land den laatsten 'ftijd reeds veel meer is bereikt dan haar buiten kan blijken. Van het meeste belang schijnt het op het, oogenblik dat op korten termijn de {voorzieningen tot stand komen, waaro mtrent tusschen regeering en Staten- Generaal overeenstemming van gevoe lens aanwezig is. Dit zijn voor alles: en aanmerkelijke verzwaring van Straffen, gesteld op spionnage en op 'een aantal andere vormen van land- erraad, en een technische verbetering en aanvulling van de omschrijving van het misdrijf der spionnage in ons W. y. r Levenslang In een nota van wijzigingen wordt voor spionnage, althans voor wat feiten betreft gepleegd in tijd van oorlog, overeenkomstig het voorstel van de commissie, de mo gelijkheid geopend van levenslange gevangenisstraf of tijdelijke gevan genisstraf van ten hoogste twintig jaren. Dezelfde straffen zijn, even eens overeenkomstig een voorstel van de commissie, welk voorstel de minister gaarne als een verbete ring aanvaardt, in de nota van wij zigingen voorgesteld voor het mis drijf van artikel 97. Beide wijzigingen hebben tot gevolg, 'dat bij deze delicten, evenals thans reeds het. geval is bij de andere delic ten van titel 1 en titel 2 van het t.wee- rde boek, waarop levenslange gevange- j nisstraf is gesteld, „ingeval van oor- j, log", dat is dus indien de oorlog wer- ^.keliik is uitgebroken, de doodstraf zal kunnen worden opgelegd, indien zij althans gepleegd worden in een in staat van beleg verkeerend gedeelte an het grondgebied des rijks. Even eens is in de nota van wijzigingen voorgesteld, overeenkomstig een siig- estie vermeld in het verslag van de commissie, om ook de voorbereidings handelingen van het misdrijf van art. $302 strafbaar te stellen. Geen doodstraf Verder zou de minister voor het oogenblik echter niet willen gaan. In het, bijzonder bestaat bij hem bezwaar voor het tegenwoordige mede te gaan met de verderstrekkende voorstellen van de meerderheid der commissie, ra kende de strafmaat van art. 9S. Deze voorstellen houden in overbrenging i van de misdrijven van de eerste beide 1 titels van het tweede hoek van het -W. v. S., ook wat de burgers betreft. Wreeds ónder den staat Aan beleg, dus nog voordat de oorlog werkelijk is uit- gebroken, naar den militairen rechter, en het openen, in verband met de bij- j. zon de re bepalingen voor de militaire [rechtspraak geldende, in aansluiting I hieraan reeds onder dien staat van de mogelijkheid van doodstraf voor die delicten, waarop in het W. v. S. levens lange gevangenisstraf is gesteld. De minister heeft deze materie her haaldelijk overwogen. Hij is hierbij tot: de conclusie gekomen, dat het Ie dezen om zeer verstrekkende voorzie ningen gaat, waartoe naar zijn over tuiging alleen zeer beraden en in vol komen rust kan worden besloten. Voor zieningen bovendien, waartegen ook verschillende bedenkingen bestaan, ge lijk uit de onderstaande voorloopige overwegingen moge blijken. De minis ter bedoelt met deze overwegingen ove rigens niet. dit zij uitdrukkelijk aange- teekènd, de geprojecteerde oplossing definitief af te wijzen. Voorgesteld wordt de zeer belang rijke delicten, vervat in de titels 1 en 2 van bet tweede boek van het wetboek van strafrecht, ook indien deze door burgers worden begaan, reeds onder den staat van beleg over te brengen van de normale burgerlijke naar de militaire gerechten. Deze laatste ge rechten zijn echter deels eerst onlangs ingesteld, deels moeten zij nog op kor ten termijn worden gevormd, terwijl zij krachtens opzet en samenstelling ook allereerst zijn gericht op berech ting van militairen en de beoordeeling van specifiek-militaire verhoudingen. De voorstellen houden verder in aan artikel 78 van de Invoeringswet militair straf- en tuchtrecht een verdere uit breiding te geven, terwijl toch tegen dit artikel, voor wat de burgers aan gaat, principieele bezwaren bestaan, in zooverre als het de doodstraf mogelijk maakt voor een aantal politieke en militaire delicten doch niet voor hot misdrijf, waarop die doodstraf in de eerste plaats behoort, te staan: moord Daarnaast worde nog herinnerd aan de bekende, in de hanboeken vermelde bezwaren tegen de doodstraf, o.m. het bezwaar van onherstelbaarheid. Bii de voorstaande overwegingen voegt zich voor den minister nog de volgende omstandigheid. Bii de regeering zijn voorzieningen in be raad. welke de strekking hebben de mogelijkheid uit te sluiten dat gevangenisstraffen van langeren duur door een vijandelijken inval zouden kunnen worden onderbro ken. Zouden deze voorzieningen na on derzoek der regeering aanvaardbaar voorkomen, zoo zou een belangrijke aanleiding om overeenkomstig de voor stellen te'gaan in de richting van de doodstraf wegvallen. Mocht de Kamer dezen gedachten- gang kunnen aanvaarden, zo wil hij zijnerzijds gaarne toezeggen op korten termijn de indiening te zullen bevorde ren van een tweede ontwerp, rakende deze materie, inhoudende om. een wij ziging van het Wetboek van Militair Strafrecht. Waar hij omtrent deze laat ste wijziging overleg moet plegen met zijn ambtgenoot -van Defensie, zou in voeging in het aanhangig wetsvoorstel tot vertraging aanleiding geven. Bij de behandeling van dit nieuwe ontwerp zullen de bovenbedoelde voorstellen op nieuw onder het oog kunnen worden gezien. Verovering zonder oorlog De commissie vroeg of niet de straf bepaling van artikeul 102, lid 1, van het Wetboek van Strafrecht, dient te wor den verruimd. De practijk heeft aange toond. dat er landen zijn, die door on dermijning van het wettelijke gezag in een ander land trachten, dat andere land juist zonder oorlog zijn zelfstan digheid te doen verliezen. De nadruk moet hier vallen op de woorden: „zon der oorlog". Immers voor het geval van oorlog is artikel 102, lid 1. reeds van toepassing. De laatste omstandigheid heeft ten gevolge, dat de door de com missie bedoelde uitbreiding ten onzent voorshands slechts theoretische betee- kenis zou bezitten. Er is toch geen sprake van. dat ons land, zooals de omstandigheden in het huidige wereldconflict liggen, zonder oorlog zijn zelfstandigheid zou kunnen verliezen. Iedere even- tueele vijand kan er op rekenen, dat wij met man en macht voor onze onafhankelijkheid tegen iedere aanranding zullen opkomen. In dit verband zijn trouwens ook de arti kelen 97 en 97a van belang. In de nota van wijzigingen wordt in een nieuw artikel 4 voorgesteld, over eenkomstig de suggestie, gedaan in het voorloopig verslag, de strafbaarheid uil het bestaande artikel 102 en ook die van artikel 97 uit te breiden tot voor bereidingshandelingen. Gelijktijdig be vat deze nota, in aansluiting aan de strafverhooging in de artikelen 9S en 97, een verhooging van de maximum-straf, bedreigd in het eerste lid, tot levens lange gevangenisstraf of tijdelijke van ten hoogste twintig jaren. Het. in verstandhouding treden met een buitenlandsche mogendheid met het oogmerk om haar tot het plegen van vijandelijkheden te bewegen, enz om- vat het in verstandhouding treden met tusschenpersonen met gelijk oogmerk. Dit laatste zal trouwens het normale geval zijn. daar men voor handelingen als hier bedoeld in den regel niet rechtstreeks in verstandhouding zal tre den met de centrale organen van een toekomsfigen vijand. De situatie ligt in artikel 97 anders dan in artikel 98. Het laatste artikel beoogt ook ieder gevaai van bekend worden van geheimen te voorkomen, treft dus ook handelingen, welke op zich zelf niet als spinnnaee kunnen worden beschouwd: artikel 97 eischt een bepaalde bedoeling, een be paald oogmerk bij den dader. De nieuwe tekst van het tweede lid van artikel 102, voorgesteld in artikel 3 van het gewijzigd wetsontwerp, omvat ook het teweegbrengen of bevorderen door burgers van oproer, of muiterij of desertie onder het krijgsvolk in tijd van oorlog, zonder dat hulp aan „den vij and" zal behoeven te worden bewezen AMSTERDAM, 3 Mei. Vanmiddag zette de verdediger van den landbou wersknecht R. uit Waddinxveen, mr. B. F. J. Simon uit Utrecht., zijn uitvoerig pleidooi voor het gerechtshof, dat deze zaak in cassatie behandelde, voort. Zoo als men weet wordt R. er van verdacht, in den nacht van 4 op 5 October 1938, terwijl hij aan het stroopen was. opzet telijk'te hebben geschoten op den rijks veldwachter van den Hoef. Deze laatste werd op korten afstand in de rechter arm getroffen en zeer ernstig gewond. Verdachte en zijn verdediger stellen zich op het standpunt, dat hier geen sprake van opzet was, doch slechts van een betreurenswaardig ongeluk. Mr. Simon voerde o.a. aan, dat men over het schot en de plaats, waar ver dachte, zijn baas. en de veldwachter stonden, niet minder dan vier lezingen heeft gehoord. Telkens krijgt men van dezelfde getuigen verklaringen welke in strijd zijn met hetgeen zij vroeger gezegd hebben. Men weet niet pre cies wat er heeft plaats gehad. Een verklaring, die aanvaardbaar is en die niet in strijd is met andere ver klaringen, is niet gegeven. Uitvoerig bespreekt pl. de geringe waarde der diverse reconstructies. Niemand im mers is in staat de schrik te recon- strueeren, onder invloed waarvan verdachte de onwillekeurige bewe ging maakte met als gevolg- het schot. Alles is razend snel gegaan, zoodat het niet te verwonderen is, dat men nooit precies zal weten wat er voorviel. Natuurlijk heeft ook R. fouten ge maakt. Maar welke verdachte, hoe on schuldig hij ook is, doet dat niet? Ver dachte heeft aanvankelijk ontkend, hij heeft gezegd, dat hij de lichtbak droeg. Hij betreurt deze onjuiste verklaring, maar een verwijt mag men hem, gezien de omstandigheden, hiervan niet ma ken. Tot in bijzonderheden besprak mr Simon de verklaringen van den getrof fen rijksveldwachter, die zi. op zeer veel punten onjuiste verklaringen heeft afgelegd, zoowel tijdens het vooronder zoek als tijdens de zitting. Vervolgens viel pl. het rapport van deskundige Kool aan. Pl. kwam tenslotte tot de conclusie, dat de opzet ontbrak, zoodat verdachte niet wegens poging tot doodslag of po ging tot zware mishandeling veroor deeld kan worden. Met klem bepleitte mr. Simon nog maals verdachte's onschuld. „Ik zie met groot vertrouwen uw arrest tegemoet, ik ben er van overtuigd, dat uw college dezen verdachte zal vrijspreken. Meneer de procureur-generaal heeft een reken sommetje gemaakt: een officier van jus titie. een advocaat-generaal, een rech- ter-commissaris, minstens twee rechters en drie raadsheeren hebben R. al schul dig bevonden, wat wilt u nog meer". Maar... aldus mr. Simon, dat sommetje klopt niet, want pas door dit Hof, door het college, waarvoor ik thans .pleit, is de zaak goed on derzocht. Het Hof te Amsterdam heeft er evenveel zittingdagen aan besteed, als het Hof te Den Haag en de rechtbank te Rotterdam uren. Het Hof, onder uw presidium, me neer de president, zal zijn roem en faam in strafzaken hoog hquden. Daar ben ik tot in mijn ziel van overtuigd. „Moge het Hof het verdrietige lijden van dezen man, die reeds achttien maanden preventief in het Huis van Bei waring heeft doorgebracht, doen eindi gen en verdachte onmiddellijk in vrij heid stellen." In verband met dit verzoek besprak pleiter nog den persoon van verdachte en het over hem uitgebrachte reclassee- ringsrapport. Na re. en dupliek, waarbij de procu reur-generaal, mr A. A. L. F. van Dulle- men. zich verzette tegen de onmiddel lijke invrijheidstelling, ging het Hof in raadkamer. Na heropening der zitting deplde de president mede, dat het Hof geen aan leiding vond om verdachte in vrijheid te stellen! Het arrest zal op 16 Mei worden uit gesproken. PRINSES JULIANA EIJ HET ALG. STEUNCOMITÉ 1939 's-GRAVENHAGE, 3 Mei. H.K.H Prinses Juliana heeft heden de vergade ring van bet dagelijksch bestuur van het Algemeen Steuncomité. 1939 bijge woond. ,.i Het komt dus reeds vopr een deel aan het hier gestelde desideratum tegemoet De tekst De tekst van de nieuwvoorgestelde redactie van art. 98 luidt als volgt: „Hij dié opzettelijk bescheiden, be richten of inlichtingen omtrent eenige zaak waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de geheimhouding door het belang van den Staat wordt geboden, het zij openbaar maakt, hetzij verschaft aan een buitenlandsche mogendheid of aan zoodanige personen, dat ge vaar ontstaat dat de inhoud aan een buitenlandsche mogendheid be kend wordt, wordt gestraft, indien het feit gepleegd wordt buiten tijd van oorlog, met gevangenisstraf van ten hoogste vijftien jaren, indien het gepleegd wordt in tijd van oor log, met levenslange gevangenis straf of tijdelijke van ten hoogste twintig jaren. Handelingen gepleegd ter voorberei ding van een misdrijf als omschreven ip het voorgaande lid, worden gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste tien jaren. Tegen elk van hen een gevan genisstraf van twee maan den geëischt ASSEN, 3 Mei. Een echtpaar uit Zwartemeer is vandaag door de rechtbank alhier veroordeeld tot twee maanden gevangenisstraf we gens schuld aan den dood van hun dochtertje, doordat zij op grond van godsdienstige overtuiging genees kundige hulp aan het kind hadden onthouden. Het meisje was in Januari j.l. ziek geworden en in den nacht van 3 op 4 Februari j.l. stierf het. Aanvankelijk werd er door de justitie geen aandacht aan geschonken, doch op 23 Februari verrichtte dr. J. P. L. Hulst uit Leiden sectie op het lijkje, waarbij h*J tot de conclusie kwam. dat het kind hoogst waarschijnlijk niet gestorven zou zijn indien tijdig geneeskundige hulp was geboden. De oudere hadden zich op het stand punt gesteld, dat het gansche leven in de handen van God rust. Zoo Hij gewild had was het kind beter geworden. De officier hield in zijn requisitoir re- keninc met het feit, dat de dood van 't meisje niet te wijten is aan verzuim of verwaarloozing. De godsdienstige over tuiging moet evenwel binnen de perken van de geldende moraal blijven. Hij eischte derhalve tegen elk der ouders een gevangenisstraf voor den tijd van twee maanden. 's-GRAVENHAGE, 3 Mei. De volgende politieverordening is opge nomen in de Ned. Staatscourant als algemeene bekendmaking no. 33 van den opperbevelhebber van Land- en Zeemacht. De verordening luidt: Artikel 1 In deze verordening worden ver staan: Onder Nederlandsche zeeschepen en onder binnenschepen, welke in Neder land thuisibehooren. datgene, wat. daar onder wordt verstaan in de wet Behoud- scheepsruimte 1939: Onder binnenwateren: Alle wateren in Nederland, vallende binnen de lijn, aangegeven in artikel 1, lid 1, van de Schepenwet, welke voor het openbaar verkeer openstaan; onder motorrijtuigen: motorrijtuigen in den zin van artikel 1 der Motor- en Rijvvielwet; onder vreemde motorrijtuigen: motorrijtuigen, welke niet of niet op rechtmatige wijze voorzien zijn van een nummer met letter, als bedoeld in ar tikel 9, lid 1, sub 1, van de Motor- en Rijvvielwet;; onder fototoestellen: alle toestellen, geschikt voor het maken van fotogra fische en cinematografische opnamen. Een fototoestel wordt voor de toepas sing van deze verordening geacht voor onmiddellijk gebruik voorhanden of ge reed te zijn, indien het een film of plaat(platen) bevat. Onder fotografeeren wordt verstaan: elk gebruik van een fototoestel als zoo danig; onder militaire onderwerpen: mili taire onderwerpen, niet zijnde militaire werken in den zin van artikel 430 van het Wetboek van Strafrecht. Onder militaire onderwerpen in den zin van deze verordening zijn mede be grepen: militairen bij de uitoefening van hun dienst; militair materieel; ge bouwen, waarin militairen zijn onder gebracht of waarin zich militaire bureelen, staf-kwartieren of commanrlo- doposten bevinden; gebouwen, waarin militaire paarden, militair materieel of munitie zijn ondergebracht; militaire vliegvelden, vliegparken of landingster reinen; bivaks, militaire autoparken en militaire wagenparken. Artikel 2. Het fotografeeren van militaire on derwerpen is verboden. Artikel 3. Het is in de. binnenwateren verboden aan boord van andere dan Nederland sche zeeschepen en aan boord van bin nenschepen, die niet in Nederland thuis behooren. fototoestellen te vervoeren, in vooraad te hebben of voorhanden te hebben, anders dan in een op last van bet militair gezag verzegelde bewaar plaats. Artikel 4. Het is op voor het openbaar verkeer openstaande rijwegen verboden in vreemde motorrijtuigen fototoestellen te vervoern. in voorraad te hebben of voor handen te hebben. Artikel 5. Het is verboden in een trein of in eenig ander openbaar middel van ver voer fototoestellen voor onmiddellijk ge bruik voorhanden te hebben. Artikel 6. Onverminderd het bepaald© in de vorige artikelen ie het verboden voor onmiddellijk gebruik gereed zijnde foto toestellen in het openbaar te vervoeren of op of aan den openbaren weg of op voor het publiek toegankelijke plaatsen voor onmiddellijk gebruik voorhanden te hebben, in die gebieden, waarvoor dit verbod door of vanwege het militair gezag door middel van aanplakking nader ter algemeene kennis is gebracht. Artikel 7. Van het bepaalde in de artikelen 2, 3, 4, 5 en 6 kan door of vanwege den op perbevelhebber van Land- en Zeemacht al dan niet voorwaardelijk schriftelijk ontheffing worden verleend. Deze ontheffingen kunnen ten allen tijde en zonder opgaaf van redenen wor den ingetrokken. Zij zijn slechts van kracht .voorzoover zij op eerste aan vraag worden vertoond aan de perso nen, genoemd in artikel 8. Bij misbruik of op vermoeden van misbruik kunnen laatstgenoemde per sonen bedoelde ontheffingen voorloopig intrekken en daartoe innemen. Zii moe ten alsdan de ingenomen ontheffingen onvewijld inzenden bij de betrokken autoriteiten, bekleed met militair ge zag, die terzake nader zullen beslissen. Artikel 8. Met de zorg voor de naleving en met de handhaving van deze verordening zijn belast: 1. De personen, bedoeld in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering: 2. het personeel der Koninklijke Marechaussee; 3. de militaire politie; 4. de militairen, belast met wacht-, patrouille- of onderzoekingsdienst; 5. de ambtenaar van den Rijkswater staat.; 6. de ambtenaren van de Scheepvaart inspectie; 7. de ambtenaren van de Rijksver keersinspectie; 8. de ambtenaren der Invoerrechten en Accijnzen. Met r]p zorg voor de naleving en met de handhaving van het verbod om in treinen fototoestellen voor onmiddellijk gebruik voorhanden te hebben zijn mede belast, de beambten en bedienden van den spoorweg. Artikel 9. Deze verordening kan worden aange haald als „verordening fotografie OL.Z.". Artikel 10 Deze verordening treedt in werking op den dag na dien van hare verschij ning in het Staatsblad, waarin zij on verwijld zal worden afgekondigd TSCHAIKOWSKY-TENTOON- STELLING 's-GRAVENHAGE. 3 Mei. Nu het Dinsdag 7 Mei honderd jaar geleden zal zijn, dat Peter Iljitsch Tschaikowsky werd geboren, zal in het gemeentemu seum te 's-Gravenhage op dien dag een tentoonstelling te zijner nagedachtenis worden geopend. Het grootste gedeelte van het mate riaal, afkomstig van het Tschaikowsky- museum te Klin, is ter beschikking ge steld door den heer Hugo van Dalen, die tevens de openingsrede zal uitspre ken. De tentoonstelling zal van 8 Mei tot 2 Juni te bezichtigen zijn. Er was eens een vaandrig In Veere, Die zichzelf op iets fijns wou tracteerco» Roode Ster was zijn keus En nu gaat hij zijn neus Op dit heerlijk aroom nbonneerert! Zeldzaam zapht en licht in de pijp! AMSTERDAM. 3 Mei. Vandaag heeft de justitie een huiszoeking gedaan ten huize van de heide Poolschc koop lieden A. en J. S. in de Eu terpestraat alhier. De beide mannen werden Zater dag j.l. reeds gearresteerd en thans wordt vermoed, dat zij zich aan valsch- heid in geschrifte hebben schuldig ge maakt, Zij worden pr van verdacht ef fecten naar Duitschland te hebben ge stuurd als zoogenaamd ..oud bezit" en hierbij, om dit voorwendsel oud bezit te bewijzen. valscV. tiïL 'ificaten bij do zending fe hebben De rechter-comm%5^, Jt mr. G. A. Schroeder en de subsJIofficier van justitie, mr. P. s' Jac. gezelschap van commissaris L. Hor."7 iom. hebben de huiszoeking verricht én eenige be scheiden in beslag genomen. Na de huiszoeking zijn dn heide Po len, die in den vorigen wereldoorlog in ons land zijn komen wönen/'Voor den rechter-commissaris geleid, die over hun opsluiting in hef Huis van Bewa ring zal moeten heslissen. Zij gaan nu openbreken en zijn de belangstelling meer dan waard 's-GRAVENHAGE, 3 Mei. De bloe- menfeestdag, zooals die van Donderdag er een geweest is, heeft ons Holland op z'n allerkleurlgst laten zien- Hoewel er in een der bladen werd ge meld, dat het hierna met deze lentepracht snel in dalende lijn zou gaan, moet er na drukkelijk on worden gewezen, aldus meldt de A.N.W.B., dat zulks geenszins het geval zal zijn omdat de late- en Mei bloeiende tulpen, die nu gaan openbreken, de belangstelling meer dan waard zijn. Van deze zeer uitgebreide familie zijn het vooral de Darwin- en hare nakome lingen de Mendel- en de Triumph tul pen, die uitmunten door bijzondere kleurschakeeringen en die in niet min dere mate dan de andere den roem van onze nationale bloem, de tulp alom ver kondigen. Voegt men daarbij, dat mede aller wegen groote velden witte narcissen, het poeticus geslacht, dat bovendien heerlijk geurt -— in bloei staan, dan le vert het bolleland nog aantrekkelijkhe» den te over. Daders waren twee 16 en 17-jarige jongens BAKEL, 3 Mei. Gisteravond is een roofoverval gepleegd op den landbouwer van Staveren in het ge hucht Scheepstap. gemeente Bakel. Omstreeks tien uur kwamen twee jon gens aan de boerderij. De vrouw van den boer deed open. Onder bedreiging met een revolver liepen zij het huis in, naar den boer, van wien zij, eveneens onder bedreiging met de revolver, twee honderd gulden eischten. De boer gaf een rijksdaalder, doch daar nam het tweetal geen genoegen mee. Hierop ont stond een worsteling, waarna de, indrin gers met den rijksdaalder op de vlucht gingen. De marechaussée werd gewaarschuwd, waarop een onderzoek werd ingesteld, dat. tot resultaat had.' dat de jongens werden gearresteerd. Het zijn de lO-ja- rige P. van V. en de 17-jarige J. W.. bei den uit Helmond. Bij het onderzoek kwam vast te slaan dat de knapen tot den overval waren aangezet door den dertigjarigen van S. uit Helmond, die ook de revolver had verstrekt. Het drietal is op transport gesteld naar Roermond. 's-GRAVENHAGE. 3 Mei. Een vijf jarig meisje G. van P.. wonende aan het Mecklenburgolein in Loosduinen, was vanmiddag met vier andere kin deren aan het spelen aan den kant. van de vaart nabij de Coöneratieve Groen ten veiling aan den Houtweg te Loos duinen. Zij viel in het water en werd door een agent o,-> het droge gebracht. Twee uur larg heeft men getracht haar levensgeesten op te wekken door het toepassen van kunstmat.ee ademhaling en het toedinen van zuurstof. Alle po gingen waren echter vergeefsch.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1940 | | pagina 5