natuurbad „de b1ltsche duineefi
is weer geopend
Veiligheid, welvaart
ARCHITECTEN BUREAU Johs. H. BLOM
Voor deze f
dagen
Julius Caesar toog
naar Engeland
en bevolkingstoename
Het „Porseleinhuis"
BOUWPLANNEN
NIEUWBOUW en
VERBOUWINGEN
Oorzaken der
verbluffende
toename
Advertentiën
DEN 25sten MEI WORDT ONS BAD GEOPEND!
TE BëLTHOVEN
S. D. POLAK
PRAKTIJK HERVAT
BUITENRUST
HETTEMA
PRAKTIJK HERVAT
H.Hoffmann-Kamm
HERVAT
VereenÉging Vreemdelingen
verkeer Amersfoort.
Langestraat 2-4-5
met zijn grote sortering en bekende
lage prijzen
Grafwerk
Fa.WIJK&Co.
DRUKKERIJ VAN AMERONGEN CO
heeft de werkzaamheden hervat
AMERSFOORT'S
MANNENKOOR
KORTEGRACHT 22 TELEFOON 3972
Vraagt onze adviezen voor:
Als de zaak rust werkt de Advertentie
S&Lyehy.
niet het vele is qoecl
V- manr het qoede is veel/J
Gedurende de laatste honderd jaar
is de wereldbevolking verdubbeld
tot bijna twee milliard
Van Itium (Calais) uit voeren
Romeinsche schepen naar
het huidige Kent
EEN ALIBI
De Directie van de N.V.
Drukkerij v/h G. J. VAN
A MEKONG EN Co.
geeft met groot leedwe
zen kennis van het plot
seling overlijden van
den Chef harer drukke
rij Joannes van Biest
straat. den Héér
A. PLOEG
Zij zal de nagedachtenis
van dézen tróuwen me
dewerker in dankbare
herinnering bewaren.
Met diepe ontroering
geven wij hiermede
kennis, dat onze geach
te en gewaardeerde
Vöorzitter en Collega
J. A. SCHOUTEN
Apotheker
op 11 Mei gevallen is
voor zijn Vaderland,
Namens de Amers-
foortsche Apothekers
Vereeniging
R. J. DE WEI!EK
Leusderwég 212.
Op 10 Mei sneuvelde
nabij Loosduinen onze
lieve Zoon, Broer en
Zwager
Mr. P. J. A. BOOT
Res. Kapt. der Inf.
Breda,
G. S. BOOT-
BAGGERMAN.
Amersfoort,
S. W. S. BANGE-BOOT
A. F. BANGE.
Pascalstraat 20.
U KUNT DAN WEER GEREGELD VAN ONZE MOOIE INRICHTING GENIETEN.
U KOMT TOCH? WANT HET IS GOED VOOR U.
Door het verbindend wor
den dér eenige uitdéélings-
liist is het. faillissement van
de N.V. Electr Metaalwaren-
fabriek „AMSVORDE" te
Amersfoort geëindigd.
Dc Curator:
Mr. R. P. VAN DER
MARK.
22 Mei 1940.
Ivortegracht 19.
Tandart:
Snouckaertlaan 20
Tandarts
Prinses Marielaan 8
Mevrouw
Utrechtscheweg 112
Mensendieck leerares
Ned. Mensendieck Bond
Maandag, 27 Mei
haar prakti|k
Zij, die door eigen ervaring of op andere wyze
in staat zijn om juiste inlichtingen te verschaf-
feni omtrent het binnenlandsche verkeer (ri
vierovergangen, busdiensten, tramwegen enz.)
worden in het algemeen belang verzocht daar
van ten spoedigste mededeelinig te doen aan
het Bureau van de V.V.V., Stationsplein 8a te
Amersfoort.
Steenhouweri|
R. VAN DIJK
Arnhemscheweg 6
Te!. 5132
TEGEN TRANSPIREEREN
ODOREX, AR RID, ODORONO
Drogisterij
Arnh.straat 5
Opticien
Tel. 3181
VAN PERSEIJNSTRAAT
SPOEDWERK KAN VLUG
WORDEN GELEVERD
De repetities worden
Vrijdag 24 Mei hervat.
De voorzitter
G. BENDERS
Westerstraat 82.
L
wc
de
r i
De sorti voor Don-
derdoq, Vri|dog en
Zaterdag bestaót
uit geperst kalfs
vlees, Sachsische
Smeerworst en Gel
derse gekookte, sa
men 1% ons voor
25 ct. met 10% kor
ting op de Sorti-
kaart.
stelt U bij voorkeur een he
en toch voedzaam menu q
Vergast U deze week daaic lie
op sla of jonge groent; be
met Van Ommen's spécialité sh
Duitse biefstuk Igehakte biel f
stuk). i
Voor de boterham gêko;; - J
procureur, met de zach
pikante rooksmaak- naak
Tot en met a.s. Dinsdag:
■anci
r.otoi
lag
n dc
V/2 pond Duitse biefstuk voor f 1 Gei
per pond 75 ct., per stuk 15 ct.
1VL ons gekookt procureur voor 25 ct,
tante
jen i
'an
coop*
mor
Ter
en
nger
De
naalf
\r c
noet
noge
>pgei
Arnhemsestraat 19
Telefoon 308!
De
aak
/oon
ïetzi;
rave
FEILIGHEID. welvaart en bevolkingstoename zijn nauw met elkaar verbonden. Ter
wijl gedurende dc negentiende eeuw de mcnschheid zich nagenoeg heeft verdub
beld, viel sedert den Wereldoorlog 19141918 in vele landen een vermindering der
bevolkingstoename te bespeuren, en in enkele landen met name Frankrijk zelfs
een sterke achteruitgang. Het gevoel van onzekerheid over hetgeen de dag van mor
gen brengen zou, zoowel economisch ais politiek, anderzijds ook een steeds sterker
neiging naar luxe en comfort deden de cijfers der bevolkingsvermeerdering afnemen,
of negatief worden. Veler hoop in de huidige periode van Europeesche moeilijkheden
is dan ook. dat hierna een tijdvak komen zal van langdurigen vrede, waarin gearbeid
zal kunnen worden aan den opbouw van ons continent, en waarin het goed zal zijn
te leven. Zeker zou dit terstond zijn invloed hebben op de bevolkingstoename. Men
behoeft daarbij niet bevreesd te zijn voor overbevolking. Deze aarde is ruim en rijk
genoeg om een nog veel talrijker mcnschheid levensmogelijkheden te kunnen bieden.
\7 ROEGER moest men het aantal
menschelijke aardbewoners ruw
weg schatten. Thans kan men tellen en
yrij nauwkeurige statistische gegevens
samenstellen. De jongste bevolkings
statistieken voor het uitbreken van
den huidigen Europeeschen oorlog
becijferden de bevolking der aarde op
19S5 millioen menschen en wezen als
de dichtstbevolkte landen aan: Groot
Brittanië, België, Nederland, Malta
Italië, Britsch-Indië, Malakka, China,
Japan en het eiland Mauritius. Bijkans
twee milliard menschen leven dus op
onze planeet, die Anatole France eens
een „zandkorrel in het heelal" noem
de. Met andere woorden: de mensch-
heid heeft zich inderdaad in de laatste
honderd jaar nagenoeg verdubbeld.
In het jaar 1839 bedroeg de tota
le bevolking der aarde 920 millioen.
Vijftig jaar later was die bevolking
reeds tot 1450 millioen toégenomen.
In Europa alleen, wélks bevolking
honderd jaar geleden 220 millioen
bedroeg, leven tegenwoordig 470
millioen menschen. Terwijl de ge
middelde toename der bevolking
in de voorgaande achttien eeuwen
het getal 50 millioen per eeuw niet
overschreed, bedraagt die toename
in de laatste honderd jaar een mil
liard.
De oorzaken, die wij Bij een derge
lijke snelle groei der hevolking in de
eerste plaats voor oogen moeten hou
den, zijn talrijk: ontsluiting en exploi
tatie van reusachtige gebieden in de
Vereenigde Staten, Zuid-Amerika en
Afrika; uitbreiding der civilisatie over
landstreken die vroeger nauwelijks
met de beschaving in aanraking kwa
men; verbetering der levensvoorwaar
den en verheffing van den levensstan
daard; het bijkans totaal verdwijnen
van vroeger zoo dikwijls voorkomende
hongersnooden; teruggang yan epide-
miën en ziektebronnen; vermindering
van het sterftecijfer en verhooging van
den gemiddelden leeftijd der men
schen door belangrijke sociaal-hygiëni
sche maatregelen in bijna alle landen
ter wereld.
In weerwil van dit alles dient er
kend, dat deze concrete oorzaken nog
gfenszins de toename der bevolking
van 1 milliard verklaren. Voor een der
gelijke verbluffende groei moeten na
tuurlijk nog andere, dieper liggende
oorzaken aan te wijzen zijn. De wezen
lijke oorzaken moeten in de eerste
plaats worden gezocht in de voort
schrijdende industrialiseering en de
wetenschappelijke exploitatie en explo
ratie van de „schatten onzer aarde".
P) E technische vorderingen der laat-
ste honderd jaar hebben de levens
voorwaarden niet alleen in Europa
maar in nagenoeg elk werelddeel aan
zienlijk verbeterd. Merkwaardig ge
noeg bewijzen de statistieken, dat de
geboorte-overschotten het sterkst optre
den in die streken, waar de bewoners
de zekerheid hebben volkomen te kun
nen leven van de producten van hun
arbeid. Dat de continuïteit daarbij be
langrijker is dan de rentabiliteit van
het oogenblik bewijst het interessante
feit, dat de gebieden waar zich kolen
mijnen bevinden, aan de spits staan,
terwrjl bijvoorbeeld de streken, waar
goud gewonnen wordt, tamelijk lage ge
boortecijfers hebben.
Waar steenkool gevonden en geprodu
ceerd wordt ontwikkelen zich bij voort
during nieuwe ondernemingen. Er ont
staan tal van maatschappijen en chemi
sche fabrieken, terwijl bovendien vele
dozijnen nevenproducten nieuwe in
dustrieën in het leven roepen. De eene
industrie leidt tot tien andere: de ste
den en plaatsen van het geheele gebied
verdubbelen in aantal; de bevolkings
cijfers verdrievoudigen.
De steenkool is geen eindproduct,
maar veeleer het uitgangspunt van een
zich voortdurend vernieuwend en ver
menigvuldigend productieproces Daar-
waar de steenkool gewonnen wordt,
heerscht aldus doorgaans een zekere
welvaart, die op zichzelf de voornaam
ste psychologische voorwaarde voor een
regelmatige, snelle bevolkingstoename
is. De kolendistricten leveren voor het
oogenblik de streken, waar de hoogste
geboortecijfers voorkomen.
T N weerwil van dit alles bestaat er al-
A lerminst aanleiding een overbevol
king der aarde binnen afzienbaren tijd.
Ie vreézen. Niét alleen dat er nog reus
achtige uitgestrekte gebieden bestaan in
Afrika, Azië en Amerika, waar nog
honderden millioenen menschen een
levensmogelijkheid kunnen vinden,
maar bovendien ziet hét er naar uit,
dat de snelle bevolkingstoename der
laatste honderd jaar haar hoogtepunt
overschreden hééft, waardoor eén tijde
lijke stilstand in deze toename is in
getreden.
In de laatste twaalf jaar, dat is dus
ongeveer het tijdperk van de wereldcri
sis, is de bevolkingstoename in vele
landen van Europa teruggcloopen. Maar
komt er weer een nieuw tijdperk van
langdurigen vrede en welvaart, dan
mag men weèr eén verdere stijging der
bevolkingscijfers verwachten.
/UL1US CAESAR, Romeinsch
imperatorwas eert veldheer
van ongemeene qualiteiten. Zijn
naam en faam leven in de Euro
peesche historie voort. De Brit-
sche eilanden waren in Caesar s
dagen de leveranciers van het
kostbare metaal tin. Eeuwen wa
ren zij zulks reeds geweest, ook
langen tijd nadien zouden zij zulks
blijven. In het Romeinsche Rijk
was weinig omtrent Brittannië be
kend, doch Julius Caesar s belang
stelling ging uit naar die verre
eilanden en hij besloot om een ex
peditie tegen dat gebied thans
Engeland geheeten te onderne
men.
HET was in het jaar 55 v. C., dat. het
plan daartoe rijpte en tót uitvoe
ring kwam. De zomer was reeds ver
gevorderd aldus heet het ongeveer in
Caesars .Gallische oorlogen' toen
Caesar het besluit nrm om over te ste
ken naar Brittannië, het land, van
waaruit de Galliërs in hun oorlogen te
gen de Romeinen vaak nieuwe hulp
troepen hadden betrokken. Hoewel het
seizoen een eigenlijke oorlogsvoering
nauwelijks meer mogelijk deed zijn,
meende Caesar toch, dat het zijn nut
zou hebben om op de Britsche eilanden
te zijn geweest, de daar levende volks
stammen en hun methoden van oorlogs
voering te hehb°r. leeren kennen, kort
om een onderzoekingsexpeditie naar de
Britsche eilanden te hebben uitgestuurd.
Dus ontbood Caesar vele Gallische han
delaren bii zich, doch hij kon niet vol
doende informaties verkrijgen. Niette
min wilde hij een en ander van het ge
bied weten, ondermeer hoe groot de
eilanden waren, »velke havens er be
stonden en hoe deze geoutilleerd waren.
Derhalve werd den officier Volusenus
bevolen met een oorlogsschip naar En
geland te gaan. Zelf verplaatste Cae«ar
zijn leger naar die streken, van waaruit
een snelle overtoeht. naar Brittannië
mogelijk was. Volusenus verrichtte zijn
verkenningstocht zoo goed mogelijk,
doch hij waagrle niet om zijn schip te
verlaten. Na vijf dagen keerde hij weer
en bracht Caesar rapport uit. Eenigen
tijd nadien gaf Caesar zijn ruiterij het
bevel om zich in te schepen. Caesar
zelf was aan böord van eén der sche
pen, die het eerst in Brittannië arri
veerden. De ruiterij volgde later. Zwaar
weer en andere tegenspoed teisterden
de Romeinsche vloot, doch niettemin
besloot Caesar na zijn terugkeer op het
vasteland om later een tweede poging
te wagen. Te Itium (het huidige
Calais) concentreerde de Romeinsche
veldheer vele schepen en troepen. Nabij
Calais, want Julius Caesar had erva
ren, dat van deze haven uit de beste
mogelijkheid bestond voor een landings
poging in Br'ttanndë. De afstand van de
Z.O.-punt van Engeland tot het vaste
land 'bedroeg volgens Caesar niet
meer dan 130.000 pas.
Toen Caesar na een verblijf in
Italië terugkeerde naar Calais,
vernam hij. dat eenige tientallen
schepen waren uitgevallen, doch
dat de overige vloot bereid en in
staat was om over te steken. Na
eenige weken gewacht te hebben op
gunstig weer. koos de Romeinsche
vloot zee. De overtocht viel niet
mee, doch ten slotte kwam de vloot
voor een in den loop van den vo-
rigen zomer ontdekte landingsplaats.
Geen tegenstand werd bij de lan
ding geboden. Caesar bezette Kent
en rukte met zijn troepen op tot
over de Theems. De beroemde veld
tocht tegen Cassivellaunus vond
plaats. Caesar overwon en trok met
vele gijzelaars en gevangenen te
rug naar het vasteland. Zijn eerste
poging om Brittannië in een oorlog
te verslaan was mislukt; de twee
de poging was met succes bekroond.^
Het is aan Caesar's koene en strate
gisch goed voorbereide expedities te
danken, dat de Britsche eilanden gin
gen behooren tot de toenmaals
bekende wereld. Hoewel de handel van
Calais op Zuid-Oost-Engeland ook vóór
Caesar's optreden tamelijk levendig en
zeer zeker lucratief was. deden de Gal
lische kooplieden, alsof ze niets van het
land Brittannië wisten. Een koopman
is nu eenmaal niet geneigd om bijzon
derheden nopens klanten of leveran
ciers prijs te geven, zelfs niet. als hij.
die er om vraagt. Romeinsch imperator
is. Het feit, dat Caesar's eerste expeditie
naar Britt .nmë mislukte, mac dan ook
voor een deel worden toegeschreven aan
de .bewuste onwetendheid' der Galli
sche kooplieden. Hadden niét. welhaast
een eeuw tevoren de kooplieden van
Massilia aan Scipio en Polybius even
zéér informaties over hun bë'trëkkineen
met hét .tinland' (Engeland) onthou
den? Hadden zii zich niet evenzeèr ver
schanst achter hun onkunde als later
de West-Gallische handèlaren deden te-
cènovèr Julius Caesar's vêrzöèk om in-
lichtingèn?
AESAR'S eerste tocht naar Brittan-
nië vond plaats in de eerste helft van
de maand September van het jaar 55 v.
C. Deze expeditie was geen succes. Wcl-
iéwhór geeft Caèkar dit in zijn geschriften
niét tóe, maar Cassius Dio aarzelt niet
/an
iems
leeli
Art
EN dit," zei de commissaris,
werkelijk een mystèrieus ge1
„is
geval,
Bibber."
„Fijn." zuchtte Ulysses P. Bibber, die
'n bedeesd klein heertje en tevens een
groot detective was.
Dat je 't hem niet &an zag, was z'n
grootste plezier. En inderdaad hij was
een vreemd soort detective. Hij speelde
geen viool, droeg geen kamerjas, en
hield zelfs heelemaal niet van onder-
huidsche inspuitingen met morphine.
Hij trok nooit veelbeteekenend met. de
wenkbrauwen, nóch toonde hij door
eenig ander karakteristiek dat hij een
belangrijke ontdekking bad gedaan
behalve misschien, dat hij den knop van
zijn oude( zwarte paraplu 'n beetje be
knabbelde. Dit-alleen had hij met detec-
tives-uit-een-boekje gemeen: hij loste de
misdaden op...
Bibber zat dus op 't puntje van zijn
stoel en wat hij gezegd had, was
„Fijn
De commissaris bladerde in een paar
dossiers en ging. bijna verontschuldi
gend, door: ,,'t Zal u wel zoo langza
merhand vervelen: dit is alwéér 'n erfe
niskwestie... Maar" hij lachte om
de glinsterende oogjes, die hem van
achter de brilleglazen aanzagen „u
bent er 'n specialiteit in geworden."
„Ja, hè?" knikte de oude heer verge
noegd. Hij diepte een klein beduimeld
notitie-boekje uit z'n zak en legde 't op
z'n knie gereed. De commissaris glim
lachte even. Dat zakboekje nam bij Bib
ber de plaats in van de handboeien, dc
vergrootglazen en de envelopjes-met-
sigarenasch van andere speurders.
Daarin teekende hij alle misdaden van
de wereld èn hun oplossingen aan.
't Stond vol met statistieken van de
gekste dingen. Want Bibber's theorie
was 't dat er niets nieuws onder de
zon is
„Er zijn." legde Bibber zacht-glim-
lachend uit. want hij zóg, dat de com
missaris naar 't boekje keek. „er zijn
al zóó veel misdaden op zóó veel manie
ren begaan, dat er niemand is. die nog
een nieuwe manier kan ontdekken..."
Hij bekeek z'n boekje liefdevol en be
klopte 't met een wijsvinger. „Alle mis
daden, die ooit begaan zullen worden,
staan hierin en alle oplossingen óók.
De zaak is alleen maar uit te vinden,
welke bij elkaar hooren, zie je," voegde
hij er bedeesd aan toe.
„Nu hoor dan maar 's," zei de com
missaris. „Een oude man met een boel
geld is gisteren in z'n eigen huis ver
moord. Hij woonde alleen met 'n neef.
die hem zoo'n beetje verpleegde. De
eenige, die verder in huis kwam, was
de dokter, en die kwam dan ook eiken
dag. Niet omdat de oude Corliss beet
le hij zoo héél erg ziek was, maar
omdat-ie 't toch betalen kon. Wel, gis
leren kwam de dokter weer en vond
't huis gesloten. De neef, die hem an
ders altijd open deed, kwam niet te
voorschijn en alles in huis was stil. Hij
kwam 's middags terug en liet de deur
openbreken. In bed vond hij den ouden
Corliss vergiftigd. Hij constateerde
dat de dood als 's nachts moest zijn in-
eretreden. Van den neef geen spoor...
En. Bibber", de commissaris zwaai
de indrukwekkend met z'n vinger
het ronduit te erkennen. De tweede .Brit
sche' expeditie van Caesar herstelde den
roem der Romeinsche wapenen, doch Brit
tannië werd niet aan Rome onderworpen.
Déze tweede tocht vond plaats in den zo
mer van het jaar 54 v. C. Hoewel er daar
omtrent geen absolute zekerheid bestaat,
kan men aannemen, dat Caesar de
tweede maal landde ten Noorden van
Dover, in de nabjiheid van het huidige
Sandwich of Richboröugh.
De feitelijke gegevens, in deze beschou
wing verwerkt, zijn ontleend aan: H e n n i g
Terrae incognitae, deel I, Uitg. Brill, Lei
den 1936,
„die neef was eenig erfgenaam!"
De oude heer keek op, bepaald L'In
schrikt door ,'s commissaris heftigfrljf
„Verdraaid", zei hij, „heelemaal :jevj
zusters of broers of zoo?"
„Hij had een tweeling-broer, maar*rin
is al sinds jaren en jaren verchventfll
Naar Amerika, of weet-ik-waar
ieder geval heeft niemand ooit weer xjJ
van hem gehoord. En de hoofdzaail Yj
dus: dat 't hierop neerkomt, dal lujs
jonge Corliss, als eenig aanwezig bh-
verwant, universeel erfgenaam i.:ieb
Het motief, m'n beste Bibber, is zocï
klaar! Want we hebben geinformrlen
en 't blijkt dat die neef, die Alexan:.
Corliss, in schulden zat. Geld gek 'en
op z'n erfenis en zoo meer, zie jeh)0]
„En verder?"
„Verder staat 't vast, dat hij de eet '1
was, die 't heeft kunnen doen! Hij
de eenige huisgenoot, hij was de een: jw
die met den ouden man in aanraki]
kwam, behalve dan natuurlijk de
ter maar die, dat zul je met med -U
zijn, had niet 't minste motief. Nee, - H
les wijst op Corliss' schuld: de <H
van zijn oom was de oplossing
alle financieele moeilijkheden 1
niemand was beter in de gelegen iurc
dan hij. Hij had 't motief èn do kJnd
Bibber."
„Ja, dat dacht ik ook," zei Ub-;rl|
P., verwonderd met z'n oogen knip* i
rend, „maar waarom arresteer je b'"
dan niet, zeg?"
„Omdat," hrieschte hij, „omdat jflj
vent een alibi heeft,"
„Grappig," zei Bibber. „Wat v«
een?" SM
,,'t Beste van de wereld! Hij hdjl
dienzelfden nacht op 't politieburffflH
gezeten!"
De commissaris ging na deze verp- y
terende mededeeling weer zitten*
sprak ironisch-luchlig: „Had 'n ruiti
gegooid, dronken of zoo, weet
veel... In elk geval, hij zat hier ohm
bureau in cel no. 3, veilig en wel.
aardig, vind je niet?"
Ilij schopte tegen de prullcmand
begroef zich boos in z'n papieren.
Bibber giechelde. Hij stond op en llW5
op z'n tcenen naar de deur. Terwnl1 1
commissaris met wilde, wanhopige5
baren in zijn paperassen rondgristcOg
z'n haar in de war maakte, sloot hii'Oj
deur achter zich.
's Middags kw am hij terug. Ls
„Hoor 's", zei hij, „ik bon wat
wandelen in 't Vondelpark, wanlw
vond 't zoo gek van dat alibi. En,'gn|
geloof heusch, dat ik weet, hoe 't
maal in elkaar zit."
„Vertel op," zei de commissaris.
„Nu zie-je, dat alibi is niets waart
Die man, die dien nacht op 't buret
zat, w&s Alexander Corliss heelenU'/j
niet."
De commissaris sprong overeind: •on
trok zijn wenkbrauwen zoo hoog op 'A
hij kon.
„Maar iedereen herkende hem 1 j
dien neef. Z'n naam stond op z'n pap'; 1
ren. alles in orde!"
„Ja maar," zei Bibber, „luister nu
Ik w andelde wat en toen ging ik op «y
bank zitten. Ik zocht in m'n boekje ME
wat er zooal over tweelingbroers stor; 1
en ik zag dat ze vaak eikaars plaats u
namen. Ik herinner me zoo'n tweeltc;
cp school, die hadden altijd veel P;f3ïj
zier
„Je bedoeltschreeuwde de
missaris.
„.Ia", zei Bibber, zachtaardig W j
lachend, „ik bedoel dat die broer-v^l
hem teruggekomen was. Ze konden li[; j
geld nu allebei gebruiken en ze spr3jjj
ken wat af v. De tweelingbroer kref
Alexander CÓrJiss' papieren mee. slojï
het ruitje hier in en werd opgepikt. H'Sl
zon«rde voor het alibi.. 1
„Én dé ander pleegde den moor^
brulde de commissaris triomfantelij'1
„Jij," zei Ulysses P. Bibber, zacht vf
wijtend, „begrijpt ook dadelijk alles.