Het pond en het ons gaan verdwijnen De radio-aangifteplicht en de DE RECHTSPLEGING IN BURGERLIJKE ZAKEN betaling der luistervergunning Luisterbijdrage voor 1941 op f 9.- bepaald Voorschriften tegen prijsopdrijving verscherpt Omzetvermeerdering Westlandsche veilingen OOK EL EN VOET ZULLEN WELDRA GEEN ERKENDE MATEN MEER ZIJN Nieuwe indeeling van Kantons Jhr. van Bronkhorst Sandberg t VERORDENINGEN EN BESL UITEN De Rijkscommissaris beslist bij geschillen over zijn bepalingen Duitschers mogen niet werken in Joodsche huishoudingen Verordening van den Rijkscommissaris 3a BLAD PAG. 1 AMERSFOORTSCH DAGBLAD ZATERDAG 28 DECEMBER 1940 VGRAVENHAGE, 27 Decem ber. Het besluit van den direc teur-generaal der P.T.T. betreffen de maatregelen op het gebied van Iden Nederlandschen radio-om roep luidt als volgt: Op grond van de paragrafên 3 en 5 der verordening van den Rijkscommissaris voor het bezette 'Nedérlandsche gebied betreffende regelen inzake den Nederland schen radio-omroep nr. 232/1940, wordt bepaald: 1. Zonder in het bezit te zijn Van een luistervergunning is het Verbóden anders dan tén ver- Voer óf in opslag aanwezig te hebben een inrichting door middel waarvan de uitzendingen van den radióómroep kunnen worden ont vangen (óntvanginrlehting). 2. Tér vèrkiMjprinit? van één luistérvèr- gunfiing móét hif. diè anders dan tén vèrvóèf óf in ópslèg èèii ontvangin richting aanwezig hééft: a) Hiérvan aangifte dóén bil het hoofdbestuur dér P.T.T. té 's-Gravèn- hagé: b) Jaarlijks tót instandhouding en verdèrèn uitbouw van dén Nèderland- schen radio-omröèp een door den direc teur-géneraal der P.TT.. na gepleegd overleg mét den secretarisgeneraal van' het departement van volksvoorlichting en kunsten. télkénjare te bepalen bij dragen (luisterbijdrage), welke eén be drag van f 12 niét zal le bovén gaan. voldóén. 3. De luistervergunning wordt afge geven dóór het staatsbedrijf der P.T.T. Op de in de bijlage van iït besluit aan gegeven Wijze en onder de in deze bijla ge omschreven voorwaarden. Deze bij lage bevat daarnaast de voosrchriften, welke ter uitvoering van het in dit be sluit bepaalde noodlg zijn. 4. Dit hesluit treedt in werking óp 1 'Januari 1941. Aangifte voor 15 Januari Aan éen bij Jifc besluit behoorende bijlage ontléenén wij hét vólgéndè: Ónder één ont vanginrichting wórden Vérs taan: a.) Één radio-ontvangtoestel, door middel waarvan de uitzendingen van 'den raöiö-ómróèp kunnen Worden ont vangen b.) een aansluiting op één radio-cen trale, door middél waarvan de door de radió-centrale doorgegeven programma's Daar keuze van den aangeslotene volle dig kunnen worden ontvangen. c) Iedère andere technische inrich ting, door middel waarvan dé uitzen dingen van den radio-omroep kunnen wördèn ontvangen Hij, die op 1 Januari 1341 an- tlérs dan ten vervoer óf in opslag aanwezig heeft een ontvanginrich- ting, is verplicht daarvan aangifte te doen vóór 15 Januari 1941. Wie na 1 Januari 1941 houder wofit Van een ontvanginrichting, is verplicht daarvan aangifte te doen hinnèn 14 da gen, nadat hij de inrichting andèrs dan tén vervoer of in opslag aan wezig hééft,. f)e aangifte van de ontvanginrichting 'diént té geschieden op een daartoe be- stèmM formulier dat kosteloos bij allé pöstinrichtingéil verkrijgbaar is. Luist ètvergunnifxg Na toezending van het aangiftefor mulier ontvangt dé hóudér van dé Ont vanginrichting vanwege hét staatsbe drijf d,er P.T.T. eén luistervergunning. De luistervergunning vervalt aan het einde van hét kalenderjaar, waaróp zij bêtrekking heeft. De luistervergunning staat op naam van den houder der ontvanginrichting en mag zonder toestemming van den directeur-generaal der P.T.T. niet aan derden worden overgedragen. Zij moet tér plaatse, waar de ontvanginrichting zich bevindl, op verlangen van de daar toe bevoogde ambtenaren wördèn ge toond. Voorts is zij alléén van kracht in dien zij is voorzien van het bewijs, dat door den houder aan de verplichting tot het betalen van de luistèrbijdragè is voldaan. Betalingswijze Voor het kalenderjaar 1941. wordt de luisterbijdrage bepaald op 9.per jaar. De omroepvereenigingen zijn ver plicht aan dé houders van een ontvang inrichting, voorzoover mogelijk in den vorm van radiozegels, terug te betalen hetgeen deze als lid of als luistervink aan vrijwillige bijdragen, anders dan als abonnement; op een omroepblad, voor het jaar 1941 of een deel daarvan aan deze omroepvereenigingen vóór 1 Jan 1941 hebben betaald. De houder van een ontvanginrichting ltan aan de verplichting tot het betalen Van de luisterbijdrage voldoen: a) door vóór don 15en van iedere kalendermaand een radiozegel ter waar de van 1/12 gedeelte van de luisterbij drage voor 1941 (een radiozegel van f 0.75) te plakken op het daartoe bé Stemde vakje van de luistérverounnine: b) Door jaarlijks, halfjaarlijks dan wel drie-maandelijks een bedrag, over eenkomende met Ie luisterbijdrage, resp. M en V* gedeelte d?r luisterbijdra ge (voor 1941 bedragen van résp. ƒ9.—, f4,50 en ƒ2,25) ovèr tè schrijven óf té storten op postrekening nr. 40Ó2Ó0 vaft het Staatsbedrijf der P.T.T. te 's-Gra- venhage. Deze bedragen moeten worden voldaan binnen 2 weken na den aan vang van den termijn, waarvóór zfi géi Jon. Voor de beialing kan men gebruik maken van radio-zegels welke verkrijg- haar zijn bij de postinrichtlngen. Hij, die zijn ontvang-inrichting af schaft, dient hiervan door het opzeggen van zijn luistervergunning kennis te géven aan een postihrichting. Méér dan één ontvangtoestel Dé houder van een luistervergunning mag in het hij hem in gébruik zijnde perceel, vervoermiddel of in zijn woning te eigen gebruik of ten gebruike van het gêzin, waarvan hij het hoofd is. meer dan een ontvanginrichting a.anwezia hebben. Deze opvanginrichtingen mo gen echter op grond van een luistêrvèr- gunning niet gelijktijdig worden ge bruikt. Wenscht de houder van meer dan een ontvanginrichting deze gelijk tijdig te gebruiken of te doen gebrui ken, dan is voor iédere ontvangin richting afzónderlijk één luisterver gunning noodig. Zij, die van den verkoop, dé verhuur of het herstel van opvanginrichtingen eén beroep maken, mogen zónder in hét bezit te zijn van één luistervérgun- ning van de in hun verkoopruimte of werkplaats aanwezige opvanginrich tingen geen gébruik makèn. Zij mogén échtèr óp grond van één luistervergun ning meer dan één ontvanginrichting gelijktijdig in hun vèrkódpruiinté óf werkplaats gebruiken. In bijzóndere gevallen kan vrijstel ling van de verplichting tót hét bepa len van dé luistèrbijdragè wórden véf- lèend. Hierbij wordt als algemeénè norm aangenomen, dat niet meèr dan 10 van hét totaal aantal houders van op vanginrichtingen van het betalen der luisterbijdrage vrijgesteld kan wórden. De door den directeur-géneraal dér P.T.T. aan te wijzen ambtenaren heb ben, op vertoon van éen legitimatie bewijs, té allen tijde toégang tot alle plaatsen, waar redelijkerwijs kan wor den aangenomen, dat één ontvangin richting aanwezig i9. Sftafbèpalingen Overtreding van het in dit besluit bepaalde wórdt gestraft mèt hechtenis van ten hoóg6tè 6 maanden of met een geldboete van ten hoogste ƒ1000. Niet.-nakoming van hét in dit bésluit bepaalde wordt bèschóuwd als overtre ding. VGRAVENHAGE, 27 Decern- bér. Naar wij vernemen zal binnenkort een besluit worden af gekondigd, waarbij de handhaving van dé prijsvoorschriften centraal wórdt geregeld. De op prijsopdrij ving staande straffen, welke tot nu toe op de Prijsopdrijvings- en Hamsterwet zijn gebaseerd, wor den aanmerkelijk verscherpt. Het maximum van de gevangenisstraf wordt aanzienlijk verhoogd. Daar naast zal een geldboete tot onbe perkt bedrag en zullen ook andere maatregelen, zooals sluiting van een bedrijf en verbeurdverklaring van goederen en goederenvoorra den v^n den prijsopdrijver, kun nen worden opgelegd. De procedure van de vervolging van overtredingen der prijsvoorschriften wordt, voor wat de geldboete en de ge noemde maatregelen betreft, aanmerke lijk vereenvoudigd. Déze zullen dóór ad ministratieve instanties, dié ónder dén gemachtigde voor de prijzen réssórtee- rén, kunnen wórden opgelegd. Vöórnamelijk té danken aan belangrijke êxpórtvérruiming naar Duitschland NAALDWIJK. 28 Dec. Over hét èf- gelóópen jaar zijn de omzètten dér twaalf bij den Bond Wéstiand aange sloten véilingén belangrijk gestegen. Déze omzetvermêerdering der groen te- en fruitveilingen in het Westland zijn voornamelijk te denken aan dé be langrijke êxpórtvérruiming naar Groot- Dultschland. De omzetten der twaalf Westlandsche groente- en fruitveiling bedragen over het jaar 1940 afgèrond: 17.351.00 (vó rig jaar 11.930.000). ZIEKTEWET 's-GRAVENHAGE, 28 Décémber. Blij kens hét hèdèn verschenen verordenin genblad no. 42 zijn enkele wijzigingen gébracht in de ziektewet mèt. dé bedoe ling, de uitvoering dezer wét aén te pas sen bij dé kinderbijslagwet. -pv j gedachte om voor het in den handel I 11 KWPt brengen van bepaalde toestellen, tot op 1/ClLlCUnC IJJVVYCt zekerè hor){?te de verantwoordelijkheid 1 -J i van dén fabrikant in te schakelen, wnrrit V5111 k"raPnT Behalve' de Uitbreiding van de soor ten instrumenten, welke thans onder toezicht van het ijkkantoor komen te staan, bevat de wet eén drietal nieuwe principes. Het. doel van de metingen én wegingen, welke met hét. instrument zullen worden verricht, zijn de richt snoer bij de beoordeeling of de in ge bruik zijnde weeg- en meetmiddelen aan njkstóèzicht moeten worden onderwor pen. De keuring zal worden onderver deeld' in één individueele keuring en een keuring naar model en naast, de reeds bestaande controle de tweejaar. lijksché herijk zal toezicht worden uitgeoefend op de in gebruik zijnde werktuigen. Dit toezicht zal steeds ter plèatsè géschiéden. Geen overdreven ambte lijke inmenging Inmiddels behoeft men zich echter niét Bévrêeéd te maken, voor een overdreven ambtelijke inmenging. De controle zal soepel zijn. De amb tenaren zélf béseffén, dat kij, waar de nieuwe wet ingrijpt in toestanden in den handel, welke geleidelijk aan zijn gegroeid het doel der wet het bevorderen van grooteré nauwkeu righeid van rnèfên en wégén niet moeten trachten te bereiken mèt revolutionaire maatregelen. Er zal een.ruim gébruik worden ge maakt van de overgangsbepaling: slechts daar zal krachtig worden aange pakt. waai* ernstige verwaarloozing of kwade trouw wordt aangetroffen. Dé goede thans in gebruik zijnde in strumenten zullen den tijd krijgen een natuurlijken dood te sterven. Onder de controle in de nieuwe wét ortischreveh vallen niet. de taxemétérè en de watermeters. Ook gééft de niéuwe wèt voorschriften ten aanzien van de aanduiding van maat en gewicht. De begrippen meter, kilogram, liter enz. zullen in het vervolg toe gestaan zijn. Oude benamingen als el, voet, pond, ons, lood etc. is de wettelijke sanctie ontnomen. Zij zullên slechts een historische GEEN REDE VOOR ONGERUSTHEID AMSTERDAM, 27 Dêc. Aan de verschillende ijkkafttören in ons land heerscht sedert eènige maanden een grooté drukte, in verband met Het feit, dat op 1 Ja nuari a.s. de nieuwe ijkwèt, in 1937 tót stand gekomen, in werking zal treden. Een verslaggever van het A.N.P. heeft naar aanleiding hiérvan éen onderhoud gehad met dén direc teur van den IJkkring Amsterdam, den heer J. R. van Beek, die hem uitvoerig inlichtte ovér de nieu we wettelijke bepalingen en voor schriften. In den vervolge zullèn niét allèen maten, gewichten en gasmeters doch ook weeg- en meettoestellen onder de eerl'ijke en objectieve con trole van het rijksijkwezen vallen. Dé uitbreiding omvat vooral de snel wegers, benzinepompen en verschil lende lengfemaatinstruménteii. Mén begrijpt welk een drukte dit op de onderscheiden ijkkantoren teweeg brengt, omdat, tal van deze instru menten. welke in den handel ge bracht, zouden worden, nu een keu ring moeten ondergaan. Het ontstaan van de nieuwe wet vindt zijn oorzaak in het feit, dat dé bestaan de ijkwet uit 1869 dateert en niet meer voldoet aan de eischen welke thans ge steld moeten worden. In vergelijking met het buitenland en ook in vergelijking met Nederiandsch- Indië. was de bestaande wet sterk ver ouderd. De nieuwe wet is niet slechts een uitbreiding van dé. bestaande. Er is een nieuwe „gedachte" in gebracht: De Wijziging van. dè rechterlijke indeeling 's-GRAVENHAGE. 28 Dec. In ver ordeningenblad no. 42 is opgenomen het volgende besluit van den secretaris generaal van het departement van Jus titie betreffende wijziging van de rech terlijke indeeling: Limburg: De gemeenten van de kantons Nijmegen en Boxmeer, gelegen in de provincie Limburg, gaan over naar het kanton Vcnlo. Noor d-B rabant: Het kanton Hel mond gaat over naar het arrondisse ment 's-Hertogenbosch. De gemeenten van het kanton Roer mond, gelegen in de provincie Noord- Brabant, gaan ovêr naar hét kanton Eindhoven. Dè gemeenten van het kanton Gorin- chem, gelegen in de provincie Noord- Brabant, gaan over naar hét kanton 's-Hertogenbosch. Gelderland: De gemeenten van de kantons Utrecht, Gorinchèm en 's-Hertogenb06ch, gelegen in de provin cie Gelderland, gaan over naar hét kan ton Tiel. De gemeenten Hoevelaken en Otter- loo gaan over naar het kanton Harder wijk. De overige gemeenten van de kantons Amersfoort en Zwolle, gelegen in de provincie Gelderland, gaan óver naar hét kanton Apeldoorn. Het kanton Harderwijk gaat ovêr naar het arrondissement, Zutphén. Overijssel: Het, kanton Deventer gaat over. naar het aiTondisséméut Zwolle. Zeeland: De gemeénlen van het kanton Êéi'gén op Zoom, gelegen in de provincie Zeeland, gaan over naaf hét kanton Zierikzee. Z u i d-H o 11 a n d: De gemeenten van hét, kanton Utrecht, gèlégen in dé pro vincie Zuid-Holland tejl Zuidén van de Lék, gaan óver naar hét kanton Gorin chèm. De overige gemeenten van het. kar ton Utrecht, gelegen in de provincie Zuid-Hólland, gaan ovér naar het kan ton Gouda. De gemeenten van het kanton Haar lem, gelegen in de provincie Zuid-Hol land, gaan óver naar het kanton Lei den. Utrecht: De gemeenten ven hét kanton Wageningèn, gèlégen in de provincie Utrecht, gaan ovér naar het kanton Amersfoort. Dè gemeenten van het kanton Gouda, gelegen in dè provincie Utrecht, gaan over naar het kanton Utrecht. D r n t De gemèéntên ven hef. kan ton Gróningèn, gèlégen in de provincie Drente, gaan ovér naar het kanton As sen. Het besluit, bevat Vóofté een aantal overgangsbepalingen ten aanzien van advocaten, deurwaarders en notarissen. De overledènè was lid van den Raad van State en curator der Utr. Universiteit 's-GRAVENHAGE. 28 Dec. In den oudèrdóm van 66 jaar is gisteren hier ter stede overleden het lid van den Raad van State jhr. mr. L. van Bronkhorst Sandberg. De teraardebestelling van hét stof felijk overschot zal Maandag a.s. te 1 uur op dé begraafplaats H^idèhóf te Uchelen geschieden. Jhr. van Bronkhorst Sandberg werd geboren te Apeldoorn 16 April 1874. Hij bezocht te 's-Gravènhage hét gymna sium cn studèerde aan de universiteit tè Utrecht, waar hij promoveerde tót doctor in de rechtswetenschappén. Zijn ambtelijke loopbaan begon hij aan de provinciale griffie van Zeeland, waar hij o.m. den rang van hoofdcommies be kleedde. Daarné, wérd hij genoèmd tot referendaris bij dén Raad van Stète. In 1917 deed hij zijn intrede als Hd van dit hoóge college. Velé jaren was de thans ontslapene curator dér Utreehtéche universiteit en sinds 1Ö33 bekleedde hij ook déze functie ten aanzien van dé Lidolögische facul teit aldaar. DISTRIBUTIE VAN GAS GENERATOREN 's-GRAVENHAGE. 28 Dec. Bij be schikking van den secretarisgeneraal van het departement van Handel, Nij verheid.en Scheepvaart zijn gasgenera toren, persgasinstallaties en drukvaten, één én ander voor zoover dienende vóór dè voortstuwing van motorrijtuigen, aangewezen als dlstributiégoéderpn in dén zin van artikel 4 van de Distributie- wet 1939. UITGAVEN OPENBAAR ONDERWIJS 's-GRAVENHAGE, 28 Dedómbèr. Bij besluit van den secretaris-generaal van hét departement van Opvoeding, Weten schap en Cultuurbescherming is de gel dighéidsduur van de artikelen 1 en 3 van paragraaf 2 der wét van 22 Febru ari 1936 (Staatsblad no. 100) betreffende de uitgaven van hot openbaar onderwijs tot nader order verlengd. waarde behouden, doch uit de taal zullen zij wel nooit verdwijnen daarvoor zijn 2ij te diep in onze taal geworteld. VGRAVENHAGE. 27 December. Verschenen is de eerste verorde ning van den Rijkscommissaris, houdende maatregelen op het ge bied der rechtspleging' in burger lijke zaken. Artikel 1 daarvan luidt: Ten aanzien van géechillèn óver privaatrechtelijke eaneprakén, wél ke in onmiddellijk verband mét voorschriften van den Rijkscom missaris voor het bezette Neder- landsche gebied of van do door de zen aangewezen instanties door de daardoor getroffenen of door hun rechtsopvolgers worden geldend ge maakt, be6üst, met uitsluiting van den burgerlijken rechter, de Rijks commissaris of de door dezen aan gewezen instantie. Artikel 2: Privaatrechtelijke aanepra kén, welkè middellijk of ónmlddofliik uit oorlogsgebeurtenissen voortspruiten, kunnen tot. nader order tegen I Ulnar staatsburgers, clie hun woon- of verblijf plaats in hét Groot-Duitsche Rijk heb ben, of tegen rechtspersonen of vereenl gingen van personen, inrichtingen, stichtingen en andere doelvermogen, welke hun zètél in hét Groot-Dultéche Rijk héhbén, óf althans Aldaar hun be drijf uitoefenen, niét voor dén Neder landschen rechter geldend gemaakt worden. Vérder is bepaald, dat reeds aanhan gige rechtsgedingen ingevolge art. 1, ge staakt, diè ingevolge art. 2 geschorst wórden. Maatregêlèn tót bewaring van rèch- tén wórden opgeheven. Vervoerprijzen Blijkèns besluit van de secrétari6sên- gènèraal van de departementen van \Vatei-6taat en va.n Handel, Nijverheid en Scheepvaart is o.m. bepaald: De hoogst toelaatbare vervoerprijs ie die, welke door. den vervoerder, ver huurder óf dérdè in hét tijdvak van 3 tot en met 9 Mei 1940 voor een soort gelijke vervoeroverèenkomst of ver huur is bedongen of ontvangen. Heeft de vervoerder, verhuurder Of derde geen vervoerprijs, als in het vo rige lid bedoeld, bedongen of ontvan gen, dan geldt als hoogst toelaatbare vervoerprijs die, welke in het tijdvak van 3 tot en met 9 Mèl 1910 voor een soortgelijke vèrvóérovêreeh komst óf verhuur gebruikelijk wès. Overigens geldt ais hoogst toelaatbare vervoerprijs de prijs, welke voor een soortgelijke vèrvoerovèreenkomst of verhuur in het jaar, eindigende op 9 Mei 1940, laatstelijk gebruikelijk i6 ge weest. De secretaris generaal van het depar tement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart kan ten aanzien van ver voer over zee. hetzij voor een bepaald vervoer, hetzij in het algemeen, van de voorschriften van dit hesluit ontheffing verleenen of dóen verleenen of een an deren prijs bindend vaststellen of dóén vaststellen. Dè sécrétaris-genéraal van hét depar tement. van Waterstaat hèeft dèzèlfdé bèvöegdheid tén aènzién van alle an der vervoer. Deviezenverkeer voor grensbewoners Bij besluit van de secretarissên-genè- raal van de departementen van Finan ciën, van Handel, Nijverheid en Scheep vaart cn van Landbouw en Visscherij, zijn eenige wijzigingen gebracht in het Deviezenbc8luit III. Het volgende is nu o.m. bepaald: Het is aan grensbewoners zonder vergunning ven het deviezeninsti- tuut geoorloofd binnenland6che be taalmiddelen uit te voeren tot ten hoogste vijf cn zeventig gulden per dag, ten hoogste echter zevenhon derd vijftig gulden per maand. De uitvoer van Dultsche in Reichs- mark of rentenmark uitgedrukte betaalmiddelen is zonder maximum toegestaan. Het is aan grensbewoners verboden betaalmiddelen in te voeren, met uit-, 20hdering van een bedrag tot vijf en zeventig gulden of één honderd Reichs- mark per dag. De tbtaalsom der aldus ingevoerde bedragen mag evenwel ze venhonderdvijftig gulden of één dui zend Reichsmark per maand niét te bó ven gaan. Het Deviczeninslituut kan in bijzondere gevallen dezè bedragen ver- hoogen. Het is aan binnenlandsche grensbe woners, die in het bezit zijn van een vergunning van den spêctéur der in voerrechten en accijnzen, geoorloofd zonder overlegging van dé in artikel 22 dér Deviezenverordening 1940 bedóélflê documenten in het bezette Nedérland- éche gebied voortgebrachte roerende goéderen tot een verkoópwèardé ven ten hoogste vijf én zeventig gulden per marktdag uit te voèrèn ên terug te vöe- rén. Wijziging deviezen- bepalingen Blijkens het heden verschenen Ver ordeningenblad no. 42 zijn eenige wij zigingen aangebracht in het Deviezen- besluit IV. O.m. is thans bepaald: Hét devièzeninstltuut kan bepalen, dat voor den uitvoer van bepaalde betaalmidde len en geldswaardige papieren géén maxima gelden. Het is aan niet-ingezetehén, die het bezette Nederlandsche gebied binnenko men, verboden betaalmiddelen en geldswaardige papieren in te voeren tot hoogere bedragen dan de door hét deVièzeninetitüut te bepalen maxima. Deze maxima worden in de Nèderland- sche staatscourant bekend gemaakt. Het devièzeninstituut kan hepaièn, dat voor dén invoer van bepaalde be taalmiddelen cn geldswaardige papie ren geen maxima gelden.. MAATREGELEN OP ADM. RECHTERLIJK GEBIED VGRAVENHAGE, W Dec. Artikel 1 van de zesde verordening van den Rijks commissaris betreffende bijzondere maatregelen op administraticf-rcchtelijk gebied luidt: Het bepaalde in het tweede lid van artikel 2 van de verordéning no. 3/1940 tot uitoefening van de regeeringsbe- voegdheden in Nederland, is niet van toepassing op de rechtsvoorschriften van provincies, gemeenten, watèrèchappèn. veenschappen en veenpoldérs. Bovengenoemd lid schrijft voor, dat alle rechtsvoorschriften vóór dé bekend making aan den Rijkscommissaris moé ten, worden voorgelegd én dat dè be kendmaking móét worden gèschórst wannéér de Rljkscómróisèèris dit wènscht. 's-GRAVENHAGE, 27 December. Vérschenen is een verordening van den Rijkscommissaris betreffende het doen verrichten van arbeid door Duitschers in Joodsche huishoudingen. Wij latén de verordening hier volgen: Artikel 1. (1) Hét iè •verboden, personen van Duitsche nationaliteit, van Duitschen of stamverwanten bloéde, arbeid te doen verrichten in huishoudingen van gezinnen, waarvan eén Jood het hoofd is of waarvan een Jood blijvend dan wel tijdelijk, mits voor langeren tijd dan Viêr weken Ononderbroken, deel uitmaakt. (2) In den zin van het eerste lid: 1) Is „Jood": hij die volgens dè bepa lingen van artikel 4 der verordening no. 189/1940 betreffende "het aangeven van ondernemingen Jood is of al6 Jood wordt aangemerkt: 2) Verricht arbeid in de huishouding van éen gezin hij, die geheel of gedeel telijk vóór bepaalden of onbêpaalden tijd in dat gezin is opgenomen, om in de huishouding daarvan arbeid te ver richten of die zich, zonder in het gezin te zijn opgenomen, met dagelijksche huishoudelijke werkzaamheden of met andere dagelijksche werkzaamheden, welke direct of indirect met de huis houding in verband staan, bezighoudt. (3) In afwijking van hot in het eerst* lid bepaalde is het geoorloofd arbeid op grond van eon reeds beslaande dienstbetrekking verder te doen ver richten: 1) Vana. het tijdstip van inwerking treding dezer verordening tot 1 Fe bruari 1941; 2) Vanaf het tijdstip, waarop de om standigheid, op grond waèrvan hét in het eerste lid bedoelde verbod van toe passing wordt, ontstaat, tot het tijdstip, tegen hetwelk de werkgever de dienst betrekking op zijn vroegst na het ont staan dier. omstandigheden kèn opzèg- gèn, ten hoogste echter tot dertig dagen nadien. A r 11 k e 1 2. (1) Overeenkomsten zijn nietig, voor zoover zij de verplichting tot het ver richten van arbeid in strijd met de ver bodsbepalingen van artikel 1 inhouden. (2) Voor den werkgever wordt niet als dringende reden in den zin van ar tikel 1639 p, lid 1, van het burgerlijk wetboek beschouwd het feit, dat de be palingen van het eerste lid van artikel 1 op die dienstbetrekking van toepas sing zijn of worden. Artikel 3. (1) Hij die in strijd met de verbods bepalingen van artikel 1 een persoon van Duitsche nationaliteit arbeid doet verrichten, wordt gqstraft met gevange nisstraf van ten hoogste een jaar en met geldboete van ten hoogste tiendui zend gulden of rngt een dezer straffen. (2) Het instellen, van een strafvervol ging tegen iemand, die noch de Duit sche nationaliteit, noch de Nederland sche nationaliteit) bezit, noch zonder na tionaliteit. ie-, kam sléchts plaats vindén met toestemming van den Rijkscom missaris voor het bezette Nederland sche gebied. (3) Feiten, als bedoeld in het eerste lid, worden beschouwd als delicten in den zin van het tweede lid van par. 2 der verordening no. 52/1940 betreffende de Duitsche rechterlijke macht voor strafzaken. Artikel 4. De Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied kan vrijstelling van bepalingen dezer verordening ver leenen.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1940 | | pagina 9