üg AMERSFÖORTSCH DAGBLAD glSs
Quislings benoeming
Singapore onder bereik van
Japansche artillerie
Afnemende activiteit van de
bolsjewieken
De Stille Zuidzee als
petroleum-centrum
De strijd in
Birma
Sumatra op de
eerste plaats
ALGEMEENE AANVAL
OP BATAAN
Onlusten in Voor-Indië
Afrikaansche troepen
naar Australië
GUINAZU TERUG IN
ARGENTINIË
HET OVERLIJDEN VAN
TOLLENAERE
Het hypotheekbedrijf
in 1941
dcrlijkö nummert DE EEMLANDER -
Postrekening <7910 VALKHOFF Co., ARNHEMSCHJE POORTWAL 2a TELEFOON i620 DIRECTEUR J. VALKHOFF HOOFDREDACTEUR R. LEENKNEGT, AMERSFOORT et., 3 'ms. pUauen 1.20.
DINSDAG 3 FEBRUARI 1942 4 PAGINA'S 40e JAARGANG No. 183
BERLIJN, 3 Febr. (V.P.B.) Ook de
Engelfiche pérs kan haar lezers niet on
kundig houden van het feit, dat Malak-
ka van de grens van Thailand tot Sin
gapore in slechts 55 dagen door de Ja
panners is veroverd. Om dezen zwaren
slag zoo rooskleurig mogelijk voor te
stellen, legt zij er den nadruk op, dat
de Britse he troepen ook ditmaal weer
een in elk opzicht geslaagden terug
tocht hebben volbracht. Dramatisch
wordt geschilderd, hoe dc laatste Brit-
sche soldaten van het Zuidelijkste punt
van de provincie Johore over den ver
maarden verbindingsdam naar Singa
pore marcheerden. Een Schotseh regi
ment, dat het eerste contact had gekre
gen met de Japanners, mocht bij wijze
van onderscheiding thans als laatste af-
deeling het vasteland van Malakka ver
laten. In hel schijnsel van de volle
maan, marcheerden de. Schotten met
doedelzakmuziek over den verbindings
dam, die, zoodra zij Singapore hadden
bereikt, werd opgeblazen. Het dient te
worden afgewacht of de Engelsche
krantenlezer zich thans verzoend zal
voelen met het feit dat de oorlogsha
ven thans onder hel vuur der Japan
sche artillerie ligt. De oorlogsha
ven immers ligt in het Noorden van
het eiland Singapore, dat slechts door
een 2 km. breede zeestraat van het vas
teland wordt gescheiden.
In minder dan 24 uur nadat de En
gelschen Malakka ha'dden verlaten, za
gen zij vanaf het, eiland Singapore de
eerste Japansche soldaten aan den over
kant van 'het water.
Van Engelsche zijde worden alle mo
gelijke maatregelen getroffen om een
Japansche landing op Singapore te ver
hinderen. De verbindingsdam is niet in
zijn geheel opgeblazen., doch slechts over
een lengte van ongeveer 40 m vernield.
Deze doorbraak wordt scherp bewaakt
en talrijke Engelsche batterijen zijn er
op gericht, teneinde te kunnen ingrijpen,
indien de Japanners het zouden wagen
hier een brug te slaan. Nadat, in het
Noorden van het eiland reeds eenige da
gen een strook van 1600 meter door de
bevolking was ontruimd, heeft men
thans ook in het Zuiden en jn het Wes
ten de bevolking uit de kuststrook ge
ëvacueerd. De verdedigers van Singa
pore maken zich nog het meest bezorgd
over de Japansche bomaanvallen, welke
stellig niet laflg op zich zullen laten
wachten, nu het Japansche lucht wapen
de volledige beschikking heeft gekregen
over alle Engelsche vliegvelden Men
vérwacht derhalve nog de mpest effectie
ve hulp van de jachtvliegtuigen, die op
Sumatra gestationneerd zijn.
Birma
Volgens een bericht van Domei uit
Rangoon wordt toegegeven, dat tijdens
de evacuatie van Moelmein de Britsché
troepen door machinegeweervuur en
artillerievuur en door voortdurende
bombardementen tijdens hun operaties
werden belemmerd pn zware verliezen
hebben geleden.
Zondagmiddag heeft Rangoon twee
maal luchtalarm gehad en Maandag
ochtend is de stad wederom door Japan
sche luchtstrijdkrachten aangevallen.
.Aan het front in Birma heeft de Ja-
i pansche luchtmacht reeds de' heer
schappij in de lucht verworven. Tijdens
bomaanvallen en luchtgevechten zijn
een honderd vijandelijke toestellen ver
nield, waaronder vliegtuigen, die pas
de laatéte weken uit het nabije Oosten
aan het Birma-front waren aangeko
men. Dientengevolge beschikt de tegen
partij hier nog slechts over zekere
luchtstrijdkrachten uit Tsjoengking
met Amerika an sche vrijwilligers.
Omtrent de inneming van Moelmein
wórdt nog opgemerkt, dat. de weg door
Birma alle practische beteekenis heeft
verloren voor leveranties aan Tsjoeng
king.
Naar het Thailandsche blad Va ra-
sa b van het Birmaansche front meldt,
is de Birmaansche bevolking wegens de
Britsche „tactiek van de verschroeide
aarde" uiterst verbitterd. De Birmanen
beklagen zich er over, dat de Britten
slechts erop bedacht zijn hun eigen le
ven in veiligheid te stellen en dat zij
voorts de levensmiddelen van de Bir
maansche bevolking vernietigen. Bij
zonder ergeren zich de Birmanen aan
de vernieling van de rijstpakhuizen en
de inbeslagneming van particuliere
schepen en booten, die bet voornaamste
middel van vervoer vormen in Birma
Naar Tokio Nitsji Nitsii meldt, wordt
met het oóg op de groeiende ontevre
denheid over de Angéïp-Amerikaansche
strategie, die den Atlantische» Oceaan
en niet den Stillen Oceaan tot het voor
naamste oorlogstooneel wil maken, in
Tsjoengking een toenemende stemming
bemerkbaar om de voor de hulpverJee-#
ning aan Engeland naar Birma gezon
den troepen terug te trekken.
De pro-Britsche en pro-Amerikaan-
Eche troepen in Tsjoengking zijn, zoo
schrijft het Marl verder, niet langer in
staat de bevolking de waailieid te ont
houden over de nederlagen, welke de
Japanners aan de anglo-Amerikanen
hebben toegebracht.
Ook het feit. dat noch versterkingen
aan oorlogsschepen noch vliegtuigen
naar Singapore zijn gestuurd, wordt als
een schending van vertrouwen be
schouwd.
BE REGEERINGSCRISIS IN EGYPTE
STOCKHOLM. 3 Febr. (A.NP.) -
Naar de Britsche nieuwsdienst meldt,
zal koning Faroek van Egypte in ver
band met bet aftreden van de regee
ring, besprekingen voeren met de voor
zifters der beide kamers en met andere
politieke leiders ten einde tot de vor
ming van een nieuw kabinet te geraken.
Volgens een te Cairo uitgegeven offi
cieel bericht is de Britsche ambassadeur
Sir Miles Lampson. Maandagmiddag
door koning Faroek in audiënfe ontvan
gen. Tevoren had Lampson een. onder
houd met den afgetreden premier.
TOKIO, 3 FèEr. (Doméi). Vol-
gens berichten van hét front heb
ben de Japansche troepen een alge
meen offensief ingezet legen de
Amerikaanse he en Philippijnsche
troepen, die belegerd worden in-het
gebied van Mariveles, in het uiter
ste zuiden van Ba taan. Dit is de be
slissende aanval op de hardnekkige
verdedigers.
De woordvoerder van het leger, lt. koi.
Hotta zei, dat de operaties op het schier
eiland Ba taan een bevredigend verloop
hebben. Het zal niet lang meer duren,
of de Amerikaansche strijdkrachten al
daar zijn volkomen van de Philippijnen
verdrongen. De gevechten zijn nog moei
lijk als gevolg van de omstandigheid,
dat «ie verdedigers stellingen hebben be
trokken. die van nature uiterst gunstig
zijn, in bergen vol spelonken en weinig
toegankelijke bosschen.
De woordvoerder noemde volslagen
SJANGHAI 3 Febr. (A N P.) Even
als in Calcutta zijn de Britsche autori
teilen thans ook in Bombay, Karachi en
zes andere groote Indische sleden over
gegaan tot arrestaties op groote schaal
wegens het verspreiden van geruchten,
die in strijd waren met de Britsche be
langen. In de afgeloopen week werden
alleen in Bombay 323 personen gearres
teerd.
De onlusten in Sjagalpoer duren vol
gens radio-Delhi voort. Tijdens het
weekeinde werden opnieuw verscheidc
ne personen gedood en gewond. De po
litie is aanzienlijk versterkt.
In het geheele district is de staat van
oorlog afgekondigd. Van 19 tpt 6 uur
mag de bevolking haar huizen niet ver
laten.
Naar radio-Delhi nog mededeelt, moe
ten alle Indiërs, die over een radio-ont
vangtoestel beschikken, hiervoor onmid
dellijk een bijzondere officieele. vergun
ning aanvragen. Overtreding van deze
bepaling wordt gestraft met drie jaar
gevangenisstraf.
onzin de beweringen, dat de Japanners
met het oog op de superioriteit der Ame
rikaansche" en Filipinostrijdkrachten ge
dwongen zijn steeds nieuwe versterkin
gen te laten aanrukken en desondanks
nog niet in staat zijn Bataan te verove
ren. De toekomst zal leeren. dat Japans
strategie op gezonde veronderstellingen
en overwegingen is gebaseerd.
Bij den aanval op de Amerikaansche vlootbasis Pearl Harbor, die tot verme
il ging van de Amerikaansche Pacific-vloot leidde, hebben de Japanners twee
mans-duikboot en gebruikt. De eerste foto van een der duikbootcn, die bij den
aanval verloren ging. (Scherl m.)
BERLIJN, 3 Febr. (D.N.B.) De ac
tiviteit der bolsjewieken aan het Ooste
lijke front is in strijd met de berich
ten der bolsjewieken niét meer zoo
intensief als bij het begin.
In Berlijnsche welingelichte kringen
ziet men op grond van frontberichten
als reden hiervoor de, voor de begrip
pen van- alle beschaafde volkeren be
paald enorme, verspilling van krachten
en materiaal hij de bolsjewieken en den
ongewoon hoogen sneeuwval. Hier en
daar ligt de sneeuw aan het front tot
twee meter hoog en waar de wind de
sneeuw doet opwaaien wordt zij zoo
hoog en sterk als een muur.
Er kan dientengevolge in deze secto
ren, vanwaar juist de Sovjet-berichten
stéeds weer successen melden, van
groote activiteit, aan den kant van den
vijand niet gesproken worden.
De toestand aan het Oostelijke front
is echter nog om andere redenen voor
de bolsjewieken allesbehalve benijdens
waardig want:
1) Als gevolg van de omstandigheid,
dat de Duitsche voorhoeden zich strij
dend terugtrekken naar strategisch
gunstige posities, is de regelmatige ver
zorging der bolsjewistische voorhoeden
door de weersomstandigheden van den
winter op verschillende plaatsen bijna
onmogelijk geworden, terwijl zij door
de Duitschers als gevolg van de korter
wordende achtenvaartsche verbindin
gen beter geworden is.
2) De winter heeft geen eenzijdige
uitwerking ten gunste of ten laste van
een der ooorlogvoerende partijen, doch
remt de activiteit aan beide zijden.
3) Met. deze. dóór de natuur opgeleg
de, beperking heeft de Duitsche hoog
ste legerleiding in het veldtochtplan re
kening gehouden, ondanks alle anders
luidende beweringen van den vijand.
Het voorjaar zal bewijzen aan welken
kant de rekening goed is opgemaakt.
4) Alleen de Sovjet-leiding heeft haar
militaire verwachtingen gezet op den
winter en heeft, daar zij niet in staat, is
werkelijk operatief met. een zeker doel
in de toekomst, voor, oogen te werken
en haar plannen in groot verband te
zien, de resten die uit de groote vernie
tigende veldslagen van den zomer en
het. najaar zijn overgebleven, tezamen
met de reservés uit Siberië en den Kau-
kasus, niet hecht met de vorming van
een zwaartepunt opgesteld, doch hope
loos versplinterd.
5) De fout van wilde aanvallen aan
het front bracht eerst wel plaatselijke
successen, doch daaraan moest om de
bovengenoemde redenen elke operatieve
uitwerking ontzegd blijven. Zij schie
pen zelfs integendeel de voorwaarde
voor de Duitsche tegenaanvallen in de
flanken der plekken waar de bolsjewie
ken hun aanvallen verricht, hadden, en
daarmede de voorwaarde voor de afsnij
ding der bolsjewistische voorhoeden.
In welingelichte Duitsche kringen
bevestigde men ook dat de aanvbllen
der bolsjewieken voor tachtig procent
lilgevoerd werden en worden door een
heden, hoogstens ter sterkte van een
bataljon en meestal ter sterkte van een
compagnie. Alleen al om die reden kan
van grootscheepsche aanvallen der bol
sjewieken niet gesproken worden.
Voorts vestigt men er in Berlijn de
aandacht op, dat. het héden reeds de
derde Februari is, dus dat de tijd der
wipteroperaties voor de bolsjewieken
nog maar zeer beperkt, indien al niet
verstréken is.
BERLIJN. 3 Febr. (V.P.B.). Uit Lissa
bon verneeant de Duitsche pers. dat de
Britsche troepen, dié in den loop van den
winter aan de Westkust van Afrika zijn ge
concentreerd. naar Australië gezonden wor
den worden. In de ha/ven van Badhurst,
Freeton en Lagos liggen op het oogenblik
100 Engelsche koopvaardij-schepen gereed
om de troepen van Britsch Gambia. Siera
Leone en Nigeria na^r de slagvelden in den
Stillen Oceaan over te brengen.
De transportvloot waarmede dit expeditie
corps uitloopt, wordt geëscorteerd door 15
°enheden van de Britsche marine, waaron
der eenige kruisers. Ondanks het feit dat
dit alls vrij imposant klinkt, gelooft men
te Berlijn niet. dat deze hulp. die Churohill
plotseling grootmoedig voor het kleinste
werelddeel heeft gereserveerd, veel te betee-
kenen heeft.
Het aantal Britsche solaten op de West
kust van Afrika, die grootendeels uit de
Zuid-Afrikaansche Unie stammen, bedraagt
immers nauwelijks meer dan 35000 man.
In Zuid-Afrikaansche kringen, waartoe ook
het officierencorps van deze troepen ge
rekend kan worden heeft Ohurchills be
sluite groote ontevredenheid veroorzaakt,
omdat de Zuid-Afrikaansche strijdkrachten
in Lybië zich momenteel in een vrij moei
lijke situatie bevinden en dringend hulp
noodig hebben.
Waarom zoo vraagt men zendt men
deze strijdkrachten naar den Stillen Oce
aan. als zij na de zware verliezen zoo drin
gend noodig zijn in de Libysche woestijn?
AJ het oorlogsmateriaal, dat de Ver. Staten
in de laatste maanden op de Weskust van
Afrika hebben ontscheept en dat voorna
melijk pit lichte tanks, veldartillerie en
machinegeweren bestaat, zal eveneens naar
den Stillen Oceaan worden gezonden.
Het feit, dat Churchill de Britsche troe
pen op de Westkust van Afrika thans plot
seling naar elders dirigeert, is een nieuw
bewijs, dat het offensief van generaal
Auchinleck in Noord-Afrika is mislukt. De
ze troepenconcentratie had immers allen
zin gehad, wanneer het den Engelschen ge
lukt was de Duitsch-Italiaansche strijd
krachten te vernietigen en door te dringen
tot de grens van Tunis.
De Engelschen zouden dan heer en mees
ter zijn geweest, in het zwarte werelddeel.
Fransch-Noord-West-Afrika was omsingeld
geweest en men had dan kunnen probeeren
het gestelde doel te verwezenlijken n.l.
druk uit te oefenen op de Fransche kolo
niale troepen in Tunis. Algiers en Marokko,
teneinde deze voor de zaak der geallieerden
winnen.
GROOT AANTAL FRANSCHE
MINISTERS TE PARIJS
PARIJS. 3 Febr. D.X.B.). Op het
ocgenlbliik bevindt zich een groot aantal
Fransche ministers en staatssecretaris
sen te Parijs, o.a. de minister van slaat,
Moysset, de minister van hinnenland-
sche zaken Puchèu. de minister voor
handel en financiën. Bouthillièr, de mi
nister van justitie Barthefemy. de mi
nister van iandbouw Caziot, de staats-
sécrelaris voor de verzorging, de staats
secretaris voor de volkswelvaart, de se
cretaris-generaal voor de pers Marion,
voorts de gevolmachtigde voor Duilsch-
Franscihe "handelsaangelegenheden als
mede de secretaris-generaal voor Jood-
scihe aangelegenheden en de secretaris
generaal van den plaatsvervangende»
minister-président.
5EDERTkort voor het begin van deze
eeuw, de Nederlanders naar petro
leum gingen boren op het eiland Sumatra
behooren de groote en kleine eilanden
aan de Westkust van den Stillen Oceaan
van de Koe ril en in hei Noorden tot de
Nieuwe Hebriden aan de Oostkust van
de Stille Zuidzee tot de meest begeerde
petroleumgebieden ter wereld. Met niet
minder ijver en volharding hebben de
Engelschen, Amerikanen, Nederlanders
en vóór den wereldoorlog ook de
Russen een onderzoek ingesteld naar de
petroleum op het vasteland van Azië-
Er werden concessies aangevraagd en
maatschappijen opgericht; diplomaten
moesten hun diensten verleenen en waren
verbaasd, dat men zich zoo druk kon ma
ken om een zoo doodgewone grondstof.
Streken in het koloniale gebied, die tot dus
ver geen de minste waarde hadden, werden
eensklaps een kostbaar bezit. Prospectors
verrichten boringen op Ceylonin Birma,
in Borneo en Nieuw-Guinea. Nu eens
scheen het, alsof de voorraad petroleum
onmetelijk was. dan weer betwyfelde men
het, of het er in gestoken kapitaal zóu kun
nen rendeeren.
In den tijd, toen de kleine avonturiers
door de goudkoorts waren bevangen en
Alaska en Australië met de spade in de
hand bewerkten, leefden de financiers in
Londen en New York in een petroleumroes.
Inmiddels moet worden vastgesteld dat
de randgebieden in het Westen van de Stil
le Zuidzee niet overal hebben opgeleverd,
wat men meende ervan te mogen verwach
ten na de rijke vondsten op Sumatra en de
eerste exploratie van andere eilanden. Dit
neomt echter niet weg, dat de petroleum-
bronnen rijk genoeg vloeiden om de petro-
Jeummaatschappijen in staat te stellen,
hooge dividenden uit te keeren.
De eenige groote mogendheid eohter, die
werkelijk in den Stillen Oceaan thuis be
hoorde. bleef met leege handen zitten: Ja
pan. Engeland en Amerika beschouwden
dit als een soort garantie, dat Japan niet
tot een aanval zou overgaan; doch. zooals
deze oorlog bewijst, er zijn gevallen waarin
de politieke noodzaak zegeviert over het ge
brek aan grondstoffen.
Japan haalt zijn schade in
/'"XVERIGENS heeft Japan zfin schade
eenigermate ingehaald. Het bezit
petroleumbronnen in het hooge Noor
den, op het eiland Sachalin: er is pe-
tr^Jeum ontdekt in Japan zelf: er zijn
boortorens opgericht op Formosa: In
Mandsjoekwo is petroleumhoudende
leisteen ontdekt, die thans wordt ge
ëxploiteerd; en in Mandsjoekwo past
men het hvdreeringssysteem voor ko
len toe. In het Noorden van China zijn
voorts Japansche geologen aan 't werk.
om petroleum te vinden: de resultaten
worden voorlooplg geheim gehouden.
De Engelschen hebben tenslotte petro
leum ontdekt in Birma. Deze Britsche
kroonkolonie levert in hoofdzaak de petro
leum voor de verzorging van Indië. Met
een productie van 1 millioen ton per jaar
is Birma wel is waar geen Venezuela, zelfs
niets eens een tweede Roemenië doch
in vereeniging met de productie van Ceylon
en vooral van Britsch Noord-Bomeo vormt
het toch een zekere krachtsreserve voor de
Engelsche vloot en luchtmacht In Singa
pore.
De aanval van de Japanners tegen Sara
wak (Br. Noord-Borneo» vormde derhalve
een aanslag op de Engelsche petroleumli-
nie in den Stillen Oceaan. Zelfs indien
Engeland er in geslaagd is. de daar opge
richte boortorens eif verdere installaties
vóór de komst van de Japanners te vernie
len, heeft het er toch zelf ook niets meer
aan. Van des te meer belang is Birma voor
de Engelsohen. waar generaal Wavell reeds
sedert, maanden troepen heeft geconcen
treerd, met de bedoeling, de Birma-petro
leum te verdedigen uiet alleen tegen aan
vallen van buiten, doch ook tegen de Bir
manen zelf. want tn 1938 en 1939 zijn hier
nnti-Engelsche onlusten uitgebroken. Het. is
niet. onmogelijk dat de opmarsch der Ja
panners aan deze beweging nieuw leven in
blaast.
Men moet zich er echter voor wach
ten, de waarde van Birma als petro-
leumgebied te overschatten. In den In-
do-Pacific neemt Sumatra nog altijd
onbetwist de eerste plaats In. Daarom
ook heeft Japan nog tot in de lente en
zomer van het vorige jaar hardnekkig
getracht, een overeenkomst te sluiten
met. Nederlandsch Indië. Nadat aanvan
kelijk vrfj positieve resultaten waren
toereikt, tconde Indië zich minder bereid,
de onderhandelingen tot een goed ein
de te brengen.
Ten slotte ging het Nederlandsch-Indi-
sche gouvernement over tot het bevriezen
van de Japansche saldi, in navolging van
Engeland en Amerika, hetgeen de levering
van petroleum voorgoed uitsloot. Reeds in
de laatste jaren vóór het uitbreken van de
vijandelijkheden had Sumatra belangrijke
hoeveelheden petroleum méér geleverd aan
Singapore, dan aan Japan.
Van de 8 millioen ton petroleum, die
Indië produceerde, was bijna 51/* millioen
ton afkomstig uit Sumatra Uit Java ko
men ongeveer 1 millioen ton, terwijl Ne
derlandsch Borneo meer dan Ph millioen
ton levert. Ook op enkele van de kleinere
eilanden wordt petroleum gevonden, doch
hier is de exploitatie nog niet met kracht
ter hand genomen.
BUENOS AIRES, 3 Febr. (D.N B.)
De Argentijnsche minister van buitenland,
sche zaken. Ruiz Guinazu. is per vliegtuig
uit Rio aangekomen. Hij werd door tal van
autoriteiten begroet.
Kort na zijn aankomst begaf hij zich
naar vice-president Castillo «am rapport
uit te brengen over de conferentie van
Rio. Door de menigte werd hjj levendig
toegejuicht,
In een geïmproviseerde toespraak tot de
volksmenigte heeft Guinazu. die geen
hinder meer scheen te ondervinden van
het hem overkomen vliegtuigongeval, be
toogd. dat hij als zijn taak op de confe
rentie van Rio uitsluitend gezien heeft het
dienen van de hoogere belangen der na
tie
De gevonden formule maakt het moge
lijk. met de heele wereld in goedé betrek
kingen te blijven. Het grootste succes van
de conferentie van Rio ziet hij in de bij-
legging van het conflict tusschen Peru en
Ecuador, een bijlegging die te danken is
aan het initiatief van Argentinië.
Aan journalisten verklaarde Guinazu.
dat de door de conferentie van Rio aange
nomen formule, waarin het verbreken der
diplomatieke betrekkingen met de asmo-
gendheden wordt aanbevolen, evenwel
overeenkomstig de omstandigheden van
elk land afzonderlijk, een overwinning
voor Argentinië beteekent
Hij persoonlijk heeft zich de grootste
moeite gegeven, de instructies van zijn re
geering op te volgen en rekening te hou
den met de gevoelens en belangen van het
Argentijnsche volk.
ANTWERPEN. 3 Febr. Vlaanderen
rouwt om den dood van een zijner beste
zonen dr. Reimond Tollenaere. propa
gandaleider van het Vlaamsch Nationaal
Verbond en algemeen commandant der
Zwarte Brigade, is als Untersturmführer
van het Vlaamsche legioen aan het Oost
front gesneuveld.
Reimond Tollenaere. geboren te Oost-
akker bij Gent. den 26en Juni 1909, deed
zich reeds in zijn jeugd kennen als eer. fel
strijder voor Vlaanderen's levensrecht, ten
gevolge waarvan hij van het St. Lievens-
college te Gent werd verwijderd. Hij stu
deerde rechten en wijsbegeerten te Gent
en was in 1932—1933 voorzitter van het
toen zeer actieve algemeen Vlaamsch
Hoogstudenten verbond aldaar. Tevens
was hij hoofdbestuurslid van het Dietsch
Studenten Verbond in het Willem de Zwij
gerjaar 1933. waarin dit verbond o.a. de
volkshulde te Delft inrichtte. Hij voltooide
zijn studies aan de universiteit te Marburg
in Duitschland.
Daar hij ook België's onneutrale hou
ding overtuigend had aangetoond, be
hoorde hij in Mei 1940 tot de Vlaamsche
voormannen, die wederrechtelijk naar
Frankrijk werden weggevoerd.
Na zijn terugkeer werd hij door den lei
der van het Vlaamsch Nationaal Verbond
benoemd tot commandant der Zwarte Bri
gade. Nadat hij in den zomer van 1941 in
een reeks vergaderingen had opgewekt tot
dienstneming bij het Vlaamsche Legioen,
wenschte hij ook zelf. in een klaar besef
der Germaansche lotsverbondenheid, door
deel te nemen aan den strijd tegen het
bolsjewisme. Vlaanderen's herworöing in
een vereenigd Europa veilig te stellen.
Als Untersturmführer is dr. Tollenaere
thans aan het hoofd van zijn Vlaamsche
jongens voor dit ideaal gevallen, aldus tot
in den dood getrouw blijvend aan de woor
den van Albrecht Roaenbach. die hij zich
tot devies gekozen had: „Weer u scherp
en eind als één soldaat".
OSLO 1 Febr. (D.N.B.)Het Noorsche
Telegraaf-agentschap publiceert den tekst
van het gisteren genomen besluit krachtens
hetwelk alle Noorsche ministers aftreden
en waarbij zij tegeHikétijd Vidkun Quisling
verzochten de functie van minister-presi
dent van Noorwegen op zich te nemen.
Deze beslissing geschiedde uit de navol
gende in zeven punten opgenomen overwe
gingen.
1) Omdat de vroegere koning en zijn re-
geerine. die verantwoordelijk moeten wor
den gesteld voor den ongelukkigen oorlogs
toestand in Noorwegen, sedert langen tijd
het land verlaten hebben en geenerlei in
vloed meer oefenen op den Noorschen
staat.
2) Omdat het Noorsche parlement niet
meer bestaat en ook alle politieke partijen
met uitzodering van Nasjonal Samling niet
meer fungeeren.
3) OOmdat de grondwettelijke organen
buiten werking zijn.
4) Omdat Nasional Samling als eenige
pol'.tièke Organisatie en wél als de krach
tigste. die ooit in Noorwegen hééft bestaan,
de belangen van het Noorsche volk kan
behartigen.
5) Omdat de eenige weg naar vrijheid
en zelfstandigheid via Nasjonal Samling
leidt.
6) Omdat de Noorsche ministers, die in
dertijd als ware Noorsche patriotten de
taak op zich genomen hebben de belangen
van het land te behartigen niet door een
Noorsche staatshandeling benoemd werden
en ook geen regèeringscollege vormden.
7) Omdat de zelfstandigheid en wel
vaart van het land een nationale regeering
behoeven.
Tegelijkertijd wordt de tekst gepubliceerd
van de goedkeuring, die het Noorsche
hooggerechtshof, samengesteld uit tien
rechters, heeft verleend.
Daarin worden gezegd, dat de Noorsche
minister van justitie onder verwijzing naar
den huidigen staatsreohtelijken en politie
ke toestand, op 25 Januari 'van dit jaar in
een schrijven om een verklaring heeft ver
zocht of ten aanzien van de machtsoverne
ming door Vidkun Quisling staatsrechtelij
ke bezwaren bestonden. Het hooggereolits-
hof heeft zijn standpunt ten aanzien van
deze kwestie bepaald en op 30 Januari van
dit jaar in Voltallige zitting het volgende
besluit genomen
..Het hooggerechtshof heeft er bij den hul
digen staatsrechtelijken en politieken toe
stand geen doorslaggevende bezwaren tegen,
dat de leider van Nasjonal Samling. Vidkun
Quisling, op verzoek van de ministers, ter
overneming van de regeerings-macht een
Noorsche nationale regeering vormt.'
VEEL NIEUWS
IN WEINIG WOORDEN
De Grieksche minister-président heeft
Italië, uit naam van het Grieksche volk
dank gebracht voor de Italiaans-me leve
ranties aan levensmiddelen.
Naar de Britsche berichtendienst uit
Washintgon meldt, is' de Amerikaan^hé
luchtmachtcommissie van meening, dat" de
Engelsche steunpunten, die voor 99 jaar
aan de Vereenigde Staten zyn verpacht, in
blijvend bezit van Amerika moetèn komen
WAVELL VERLAAT SCERABAJA
SJANGHAI. 3 Febr. (D.NB.) Be
richten uit Batavia meidén. dat gene
raai Wavell, de bevelhebber der geal
lieerde strijdkrachten in het Zuidwes
ten der Stille Zuidzee, en admiraal
Thomas Hart. commandant der geal
lieerde vloólstrijd krachten, Sóerabaia
hebben moéten verlaten én hun hoofd
kwartier hebben overgebracht naar een
plaats in hét binnenland van Java.
JAPANSCHE DIPLOMATEN VER
LATEN ZUID-AMERIKA
BUENOS AIRES, 3 Febr. (D.N.B.).
Volgens berichten uit La Paz zijn de Ja
pansche zaakgelastigde aldaar en.an le
ve Japansche diplomaten Maandag naar
dé Chileensche haven Arica vertrokken,
om daar aan boord te gaan van hét
schip waannedé zij naar Japan zullen
tèrugkeeren.
De zaakgelastigde had de Boliviaan-
eche regeering verzocht, zijn verblijf met
tweè dagen te mogen verlengen. Dit
verzoek werd êöhter afgewezen.
Vandaag verduisteren
om 18.30 uur
Vandaag Dinsdaggaat de zon op
om 9.18 uur: onder om IS.30 uur.
De maan gaat onder om 10.06 uur
en op om 21.12 uur.
Woensdag gaat dë zon op om 9.17
uur; onder om 1832 uur. De maan
gaat ónder om 10.32 uur en óp
om 22.24 uur.
's-GRAVENHAGE. 3 Febr. He* hypo
theekbedrijf heeft in 1941 evenals andere be
drijfstakken in sterke mate den invloed on
dervonden van de buitengewone omstandig
heden welke er héerschten. Door de groote
hoeveelheid beschikbare middelen en de
steeds afnemende mogelijkheid om deze mid
delen te beleggen ontstond er van den eenen
kant een groote vraag naar onrerende goe
deren. zoo'dat de prijzen hiervan stegen, van
dén anderen kant droeg de dalende rente
voet, welke van overheidswege herhaaldelijk
krachtig gestimuleerd werd. 'oij tot een hoo-
ger koersniveau van dé pandbrieven, dus een
lager renteniveau, alsmede tot een verla
ging van de hypotheekrente. De voornaam
ste factoren, welke invloed hebben geoefend
op de ontwikkeling van het hypotheekbank-
bedrijf in 1941 hebben wjj hiermede weer-
gegevèn. Aan" de hand van gegevens, welke
een redacteur van het A.X.P. v3n bevoegde
zijde heeft ontvangen, gaan wij onderstaand
nader in op de ontwikkeling in 1941.
De vraag naar onroerend goed was in 1941
grooter dan in vorige jaren, terwjil d3ar te
genover het aanbod vrij gering was. Het ge
volg hiervan was, dat de prijzen zijn geste
gen. Dit geldt voorèl voor woonhuizen en
in beduidend minderê mate vo--r bouwterrei
nen en winkelhuizen. In het ^'cmeen kan
men zéggen, dat door deze priis^tiiging de
dekking van de hypotheken 'oe'er is gewor
den. Deze ontwikkeling is dus ten goede ge
komen aan de financieele positie van de hy
potheekbanken
Tegelijkertijd zagen deze instellingen haar
arbeidsterrein echter inkrimpen. Door de
grootere liquiditeit van de verschillende la
gen van de bevolking gingen koopers er in
sterkere' mate dan voorheen toe over het
nieuw verworven onroerend goed geheel of
voor een grooter gedeelte met eigen micde-
len te financieren. Daardoor werd het voor
de hypotheekbanken moeilijker geld op hy^
potheek uit te zetten, terwijl daarnaast de
aflossingen in vele gevallen grooter waren
dan normaal. Voorzoover de hypotheekban
ken reeds gegevens hebben gepubliceerd over
de uitstaande bedragen aan hypotheken en
pandbrieven op het einde van 1941, blijkt
hierui* vrij algemeen, dat deze bedragen in
vergelijking met einde 1940 zyn gedaald..
tegenover deze geringere beleggingsmoge-
Hikheid deed zich voor de hypotheekbanken
hét verschijnsel voor. dat de gelegenheid om
pandbrieven te plaatsen gunstig was. zelfs
op gunstiger voorwaarden. Hiervan zai in
doorsnee slechts heel weinig gebruik zyn ge
maakt. gezien de geringe vraag naar*hypo
theken. Evenals andere bedrijfstakken kun
nen de hypotheekbanken zich thans „verheu
gen" in een groote liquiditeit, welke vooral
bevorderd is door 'de sterkere aflossingen
an de hypotheken, welke in den loop van
het jaar plaats vonden.
Zooals gezegd, heeft de dalende rentevoet
tot gevolg gehad, dat zoowel de pandbrief-
renté als de hypotheekrente practisch het
geheelé jaar in langzaam tempo naar bene
den zyn gegaan In de maand December werd
errkele artikelen van de zijde van den
diénst van den gemachtigde voor de prijzen
angekondigd. dat de bevordering van een
snéllere daling van de hypotheekrente tot
een redelijk peil in 'de naaste toekomst een
der voornaamste punten vormt van overheid»
zorg met betrekking tot de onroerende goe
deren. Als de daling van de hypotheekrente
'tot een redelijk te achten peil niet zonder
overheidsinmenging tot stand komt. zal de
overheid te dien aanzien met dwingende
voorschriften ingrijpen, aldus luidde de waar
schuwing, zulks als gevolg van de verdere
daling der pandbriefrente. In de maand De
cember ging de daling van de hypotheekrente
volgens deze uitlatingen blijkbaar nog niet
in een tempo, dat in overeenstemming was
met dé Uiding van de pandbricfrente.
Op andere wyze hebbèn overheidsmaatre
gelen hun terugslag gehad op het uitoefenen
van het bedrijf door de hypotheekbanken. In
den loop van. 1941 is de waardevermeerde
ringsbelasting van kracht geworden. Men
mag veilig aannemen, dat het aanbod van on
roerend goed hierdoor is ingekrompen, even
als 'dat misschien het geval zal zyn van de
kortelings afgekondigde verhooging van het
régistratierecht. Het verstrekken van nieuwe
hypotheken wordt hierdoor uiteraard belem
merd. De beperkende bepalingen ten aanzien
van den verkoop van landelijke eigendommen
zullen minder uitwerking op het bedrijf van
de hypotheekbanken hebben gehad, aange
zien dezé zwh vrijwel n;et ocupeeren met
het verstrekken van hypothecaire leeningen
in die richting.
Over dé naaste toekomst valt uiteraard
weinig te voorspellen. Overheidrtoepalingcn,
mogelijke prijsregelingen vo~r onroerend
goed, groote liquiditeit én geringe belcg-
gingsmogelykhëden zullen échter bezwaarlijk
kunnen bijdragen tot een groote opleving
van het hypotheekbedrijf.