j\°. 27.
Dingsdag17. April.
1819.
NIEUWS-
ADVERTENTIE-BLAD
AMERSFOORT,
RHENEN
WIJK BIJ DUURSTEDE.
PUBLICITEIT VAN STEDELIJKE BEGROOTINGEN.
£5
DER
£5
(Semper idem).
Uit Blad verschijnt geregeld om de 8 dagen, en wel des Dingsdags, tegen ƒ3,60 per jaar.Advertcntiën van 1-6 regels worden
geplaatst tegen ƒ0,60; elke regel daarboven 10 Cents, behalve 0,35 Zegelrcgt bij elke plaatsing.
Stukken ter plaatsing moeten ingezonden worden te Amersfoort bij den Uitgever, te Wijk bij Duurstede bij W. F. STRAMROOD
te Rheneu bij GEBIt. TAATS, Adres C. G. J. WOLTERS, te Utrecht hij J. II. SIDDRE, en aan het Postkantoor te Amersfoort.
PUBLICATIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der STAD
AMERSFOORT
Gezien de aanschrijving van Heeren Gedeputeerde Staten der
Provincie Utrecht, in dato den 18. November 1848, N°. 2,
(Provinciaal blad N°. 48).
Gezien de missive van den Arrondisscmenls Ijker van Amers
foort, in dato 7. April 1849.
Brengen door deze ter kennisse der Ingezetenen, dat de Her
ijk der Maten en Gewigten van bet jaar 1849, op de hierna
bepaalde tijden, door den Arrondisscmenls Ukcr, in het locaal
de Hoofdwacht op de Appelmarkt alhier, zal geschieden, en
dat de voorschreven Maten en Gewigten, voor gezegd jaar 1849,
gemerkt zullen worden met de letter (JE*
Zullende tot dezen her-ijk worden gevaceerd, van den 17.
April aanstaande tot en met den 24. Mei daaraanvolgende
en wel: des DINGSDAGSWOENSDAGS en DONDERDAGS na
middag, van twee tot zes ure.
Wordende wijders de belanghebbenden herinnerd:
1°. Dat het aan niemand geoorloofd is, zich van andere Maten
en Gewigten te bedienendan van de nieuwe Nederlandscbe
Maat.
2». Dat het aan de Kooplieden^WinkeliersFahrikeursHand
werk- en Neringdoende Lieden verboden is, om eenige afge
schafte Maten en Gewigten in derzelver winkels, magazijnen,
verkoop- of werkplaatsen, of uitstallingen voorhanden te hebben.
3°. Dat het verboden isde prijzen der waren en goederen
bij het Gewigt of de Maat verkocht wordendein winkelsopene
magazijnen of markten cu andere openbare plaatsen, anders te
regelen en schriftelijk aan te wijzen, dan, voor zoo veel het
Gewigt betreft, bij het Nederlandscbe pond, het Nederlandscbe
once en het Nederlandscbe loodvoor zoo veel de lengtemaat
betreft, uitlsluitend hij de Nederlandscbe ellcen, voor zooveel
de inhoudsmaat betreft, bij de Nederlandscbe mudde, het Ne
derlandscbe schepel en de Nederlandsche kop; alles in Neder
landscbe Guldens en Centen uitgedrukten dat deze bepaling
eveneens van toepassing is, op alle openbare aankondigingen
van prijzen, op alle gedrukte prijs-courantentarieven enz.
4°. Dat bet insgelijks verboden is, Maten en Gewigten ter
verkoop te stellen of daartoe aan te biedenwelke niet zullen
gemerkt zijn met den jaarletter (JE i en dat alle andere zullen
worden in beslag genomen, en Proces-Verbaal tegen de Eigenaars
worden opgemaakt.
5°. Dat degenen die nalatig zullen zijn in liet aanbieden
hunner Maten en Gewigten ter hcr-ijkingcn mitsdien alle
zoodanige Kooplieden Winkeliers Fahrikeurs Handwerk- en
Neringdoende Lieden, in welker Winkelsopene Magazijnen,
Verkoop- cn Werkplaatsen of Uitstallingenonhcr-ijkte Maten
en Gewigten na verloop van den voor de her-ijking gestelden
termijn aanwezig of voorhanden mogtcn bevonden wordende
strall'en beloopen bij de Wet van den 6. Maart 1818 (Staatsblad
N°. 12) vastgesteldmet verbeurdverklaring tevens der bij hen
gevondene onherijkte Maten en Gewigten.
6°. Dat de Politic-Beambten zijn gemagtigd, om, afzonderlijk
of wel gezamenlijk met de ijkersten dien einde visitaticn te
doenzoo dikwerf dit raadzaam zal worden geoordeeld cn om
van de gepleegde overtredingen bij behoorlijke Processen-Verbaal
te doen blijken.
Terwijl voorts de belanghebbenden bijzonderlijk worden op
merkzaam gemaakt
Dat ingevolge Z. M. Besluit van den 5. Februarij 1826,
N°. 153, ook de Medicinale Gcwigtcn_aan den jaarlijkschcn
her ijk, zijn onderworpen.
b. Dat krachtens Art. 17 van Z. M. Besluit van den 25.
Julij 1819, (Staatsblad N". 40) geenc Nederlandscbe Ellen
veelvouden of onderdeden van dezelve in eenigen handel
hoegeqaamdmogen gebruikt wordenwaarop tevens eenige
andere lengtemaatvan welken aard ook geplaatst zij
of zelfs eenige tcekens die dezelve aanduidengevonden
worden.
En, opdat niemand hiervan eenige onwetenheid zoude kunnen
voorwenden zal deze worden gedrukten aangeplakt waar dit
te doen gebruikelijk is. Wordende de Ingezetenen aangemaand,
zich getrouwelijk van hunne verpligtingen ten deze te kwijten
ten einde bij de na den afloop van bovengemcldcn termijn
plaats zullende hebben visitatiebewaard te blijven voor de
onaangename gevolgen en boetentegen de nalatigen vastgesteld.
AMERSFOORT, den 12. April 1849.
Burgemeester en Wethouders voorn.,
A. D. METIIORST, Vt.
Ter ordonnantie van dezelve
A. G. WIJERS.
De Heer Staats EvertsProcureur-Generaal bij
het Hof van Gelderland, sedert 20 jaren Lid van den
Raad der Stad Arnhemvangt zijne brochure Iels
over Arnhemnaar aanleiding van zijne Begrooting
over 1848, aldus aan:
De staat der Ontvangsten en Uitgaven op dc
Begrooting der Stad Arnhem voor het jaar 1848
is men weet het de eerste, die, nadat do
Stedelijke Rekeningen reeds sedert verscheidene jaren
voor een ieder ter lezing zijn gelegd, door het
Plaatselijk Bestuurop het verlangen der Lands-
Regering en volgens zijnen eigen wensch aan het
algemeen is bekend gemaakt. Ik heb mij met velen
daarover verheugdomdat ik dien maatregel billijk
nuttigen in het belang van Bestuurderen zoowel
als van Bestuurden, wenschelijk oordeelde. De gronden
van dat oordeel open te leggen, zou nadat het alge
meen gevestigden aan het verlangendat er uit
moest voortvloeijenvoldaan isnutteloos zijn. Van
belang mag het daarentegen geacht wordendat men
de Ingezetenenvoor wie zulk eenc begrooting op
zich zelve te veel duisters overlaatdoor eenige in
lichtingen omtrent de bronnen der ontvangsten zoo
wel als omtrent het doel waartoe, en de wijze waatop
die besteed worden, in staat stelle, om er niet al^en
het regte nut tot eigene gerustheid ten aanziejr van
het bestuur hunner gemeenschappelijke huishofklëiijkc
aangelegenheden, van te trekken, maar o<jk -van
hunnen kant, volgens een der oogmerken v\fidezej-