Aangeplakt is aan de Stads poorten ert andere gewone aanplak-plaatsen een verbod om op de gewone wandelplaatsen met bonden of hondenwagens, kinderwagens, enz. enz. te pas seren. De Bode weet niets meer doch verzoekt de belangheb benden ter behoeding voor boete dit zelve verder te onderzoeken. Omtrent het te Utrecht gestolene, wordt van daar het volgende gemeld: cc Op den 18. dezer is aan de justitie te Utrecht aangifte ge daan, dat zekere Reijer van Dijk, landbouwer onder de Gemeente van den Ouden Rhijnoud 32 a 33 jaren, redelijk lang en gezet van postuur, zwart uitzigt, donker bruin haar en kleine bakkebaarden, blaauwe oogen, sedert den 12. April, zonder dat tot heden zijn verblijf is kunnen ontdekt worden, zijne woning had verlaten, nadat hij den 30. Maart 19,700 en den 7. April daaraanvolgende 44,900 teLeijden, telkens aan bank biljetten had ontvangenten einde te Utrecht aan onderschei dene kantoren te voldoen, doch in gebreke was gebleven deze betalingen te bewerkstellingen. De Nummers en Dagteekeningen der Bankbiljetten zijn bij annonce in de Huarl. Courant bekend gemaakt. Het gerucht wil, dat genoemde landbouwer naar En geland is vertrokken. Naar wij nader vernemen zou de ge noemde persoon reeds in Engeland zijn herkend en de Bank- nooten in beslag genomen zijn. Den 18. April overleed te Nijkerk Mr. Engclbert George ArdeschNotarisin den ouderdom van 81 jaren. Reeds lang was de dood van dezen grijsaard te voorzienwant eene borst kwaal ondermijnde zijne laatste krachtenmaar toch betreuren velen, vooral de oudere inwoners dezer Stad den waardigen man. Jaren toch was hij Burgemeester dezer Staden hoe hij zich van die betrekking kwijtle, bewees de Koning door bom vóór twee jaren te benoemen tot Ridder der Orde van den Ned. Leeuw. Ook vertegenwoordigde hij lot dien tijd deze Stad in de Provinciale Staten van ons Gewest, toen echter begreep bij om zijnen ouderdom eene herkiezing te mogen bcgeeren. Den dag dat hij ontsliep, werd zijn opvolger als Burgemeester gehuldigd en noc was deze Burgervader niet ter aarde besteld, toen feesten ter cere van den nieuwen Burgervader gegeven werden. Zoo gaat op aarde alles voorbij. Bij het Wets-Ontwcrp tot regeling der toelating en uit zetting van vreemdelingen wordt bepaalddat vreemdelingen van geene reispasscn voorzien aan de grenzen geweerd of over de grenzen gebragt kunnen worden. Dit uitzetten kan ook bij het bezit van reispassen plaats hebben ten gevolge van een bevel des Kantonrcgtcrs of op last des Konings. Het bevel des Kantonregters kan door den Koning worden opgeheven doch is bij voorraad uitvoerbaar. De Koning heeft de bevoegdheid aan vreemdelingen eene bepaalde verblijfplaats binnen het Koningrijk aan te wijzen of te ontzeggen. Uitgezette vreemdelingen binnen 5 jaren terugkcerendc, worden met eene gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden gestraft. Geene nieuwe verdragen zullen ten aanzien der uitlevering van vreemdelingen worden gesloten dan onder voorwaarde dat de uitlevering niet ge schiede; a. dan wegens een ook in Nederland strafbaar misdrijf; b. wegens een misdrijf, waarvoor de vreemdeling in Nederland reeds straf ondergaat of ondergaan heeft; c. wegens een misdrijf, dat in Nederland reeds vervolgd wordt; d. wegens zuiver staat kundige misdrijvene. dan op vertoon van een authentiek af schrift van het vonnis van veroordeeling of in bcschuldigingstelling. De tegenwoordige Wet is niet toepasselijk op vreemdelingen die met Nederlanders zijn gelijk gesteld, of die, met eene Nedcrlandsche vrouw gehuwduit haar kinderen hebben in Nederland geboren. Allen, op wie deze Wet van toepassing mogt worden gemaakt, kunnen zich tot den Iloogcn Raad wenden, ten einde te doen verklaren, dat deze Wet op hen van geene toepassing is. De Iloogc Raad doet uitspraak, na den Procureur- Generaal te hebben gehoord, zonder hooger beroep of cassatie. Men zal zich herinneren hoe, eenigen tijd geleden, door sommige Dagbladen als stellig werd berigt, dat H. K. H. Me vrouw de Prinses Albert van Pruisen Voorburg zou verlaten en zich naar Italië begeven enz., terwijl wij (daartoe uit zekere bronnen in staat gesteld) de verzekering medcdeelen dat dit alles slechts een nil de lucht gegrepen verzinsel was); maar thans, nu II. K. II. zich reeds sedert de vorige week naar Engeland heeft hegeven, moet het verwondering baren, nog geen enkel woord daarvan in de Dagbladen gelezen te hebben. Wij kunnen er nogtans bijvoegen, dat het verblijf aldaar slechts kortstondig zal zijn. Koning Leopold heeft Z. M. den Koning der Nederlanden t JFillem UI(icnoemd tot Groot-Cordon der Lcopolds-Orde. Wij vernemendat op het bij Eckernförder in de lucht gesprongen Dcensche oorlogschip Christiaan VIII, zich een jonge Hollander van aanzien bevond, namelijk de jonge Baron de Geer. Door 't Springen van genoemden bodem is hij in zee geraakt en met zwemmen wist hij zich te reddeneven als over vele jaren IJsbrand Bontekoe. Naauwelijks echter was hij aan 't vuur en zeegevaar ontkomen of hij werd krijgsgevangen gemaakt door de Pruisscn. Zijne beangste familie verbeidt nadere tijdingen aangaande zijn lot. Tot het geslacht van de Geer behoort de Baron Lodewijk de Geerdie in den laatsten tijd cenige ge dichten uit het Zweedsch, in 't bijzonder van Tegner met zeer veel geluk in het Hollandsch heeft overgebragt, en van wiens beroemden lettervruchten de Uitgever van den Bode ook heeft uitgegeven, Salvo honoris tiluloeen werkje in den geest van Jean PaulSterne en anderen. Door sommige bladen is medegedeeld, dat het Limburgsche Contingent, daartoe opgeroepen, zich naar Sleeswijk-Holstein op marsch had begevenwij vermeencn dit ten volste te mogen tegenspreken, zoo wij vernemen, was de oproeping wel is waar gebeurd; maar zijn van wege onze Regering bezwaren daartegen in het midden gebragt, ten gevolge waarvan het Contingent niet is vertrokken; en alzoo de Regering alle aanleiding tot misverstand met Denemarken wenscht te vermijden, zou zij ook niet voornemens zijndit Contingent ter dispositie van den Duilschen Bond te stellen. Amsterd. Ct. Uit Texel is den 18. April naar Curasao gezeild de Afra, Kapitein J. Hennenburgmet eene lading Geestelijken en Gees telijke Zusters, om aldaar de ongeloovige Negers en kinderen, en vervolgens de bewoners van het Vaste Land te bekeeren. Eindhoven 24. April. Gisteren voormiddag werd te Knegsel Gemeente VessemWintclre en Knegselop den weg gevonden het lijk van R. van Dooremalenkoopman in schapenwonende te Oerle, deze persoon is op eene moorddadige wijze om. het leven gebragt. Men heeft hem met een doek of touw om den hals, met een stokje toegedraaid, gewurgd gevonden. Deze misdaad is vergezeld geweest van diefstaldaar de verslagene van al zijn geldwaarmede hij 's morgens was uitgegaan om schapen te betalenwas beroofd. De dader of daders van dit gruwelfeit zijn tot heden nog onbekend. De Justitie heeft zich heden morgen vroegtijdig naar Knegsel begeven. Men schrijft uit DokkumL.I. Zondag maakte een Deensch oorlogschip jagt op 8 schepen in het gezigt van 't eiland Ame land. Een der Kapiteins voer het Amelandsche gat binnen, de overigen volgden hem, zoodat zij alle 8 het Amelandsche gat veilig zijn binnengeloopen. De Bataviasche Dagbladen zijn vol van verhalen over schade welke in vele streken door hevigen regen en hoogen vloed zijn aangerigt. De oudste inwoners dier Residentie herinneren zich niet immer ccncn zoo hoogen waterstand te hebben bijgewoond. De suikerriet-velden van de dessa Telok Boegelen eenige andere ten zuiden van de fabrieken hlaijong en Klaling gelegenzijn zoo diep onder water geweestdat zelfs de toppen der bladeren van het riet, hetwelk bijzonder weelderig was opgeschoten, niet meer te zien warenook in andere streken heeft het riet veel van de felle winden en hel hooge water te lijden gehad. Algemeen is men van gevoelen, dat het eiland Bali na de verovering niet weder door ons zal verlaten worden. Die zaak zal veel geld kosten, en in de eerste jaren moet dan ook het moederland er maar niet op rekenenveel inkomsten van hier te zullen trekken. De Romeinsche Constituerende Vergadering heeft op voorstel van Mazzini in hare zitting van den 14. April het volgende besluit genomen: «De Romeinsche Republiek, schuilplaats of toevlugtsoord der Italiaansche Vrijheid zal nimmer toegeven of transigeren. De Vertegenwoordigers en Driemannen zwoeren dit in naam van God en bet Volk. Het gerucht alsof de voorhoede van het Fransche Alpen- lcgcr Savoye zou zijn binnengerukt, wordt door de heden ont vangen tijding wedersproken. Eindelijk heeft men in de Havanna een probaat middel tegen de Cholera uitgevonden. Men heeft namelijk opgemerkt dat die Negers die op de Suikerplantaadjen werken en gewoon zijn veel molasse te gebruiken, niet onder de Cholera bezweken zijn terwijl de Negers der koffijplantaadjen door die epidemie zijn weggemaaid. Be Vee-arts. Een bejaard ruandie in een koflijhuis kwam, trapte bij ongeluk, een jong mensch op den voet, die hein toevoegde: «Os!» De oude man antwoordde: «het zou mij leed doen als ik u bezeerd had, maar ik ben Vee arts en zal u kosteloos genezen.»

Historische kranten - Archief Eemland

Arrondissementsbode van Amersfoort | 1849 | | pagina 2