de vorige epidemie slechts weinige of geene offers telde, en op
sommige dezer, ons bekende plaatsen, doorgaans weinig epide
mische ziekten worden aangetroffen geelt ook D. Hurleaux
van Parijs op; dat van de 2000 werklieden, die op zekere
tabaks-fabriek arbeiden in deze epidemie slechts 13 personen
werden aangetast. Vervolgens geeft Dr. Bidui op, dat de tabaks
damp een wezenlijk prophylacticum tegen de Cholera is; terwijl
Diemerbroeck deze plant een preservatief tegen alle epidemicn
noemt; Ruef eindelijk zegt, dat men, door het berooken met
tabakhet langst weerstand kan bieden aan den invloed van
hecrschende ziekten en Dr. Moore gaat zelfs zooverdat bij
inspuitingen van een aftreksel dezer plant zelfs een geneesmiddel
voor de Cholera noemt.
ASSEN, den 18. Junij. Op het berigt, dat er te Rolde
vermoedelijk door RWWed. II...... een kinder
moord zou gepleegd zijn, heeft de Substituut-Officier van Justitie
alhier zich in den middag van Vrijdag j.l. derwaarts begeven.
Bij het verhoor, dat de vermoedelijk schuldige aanvankelijk
onderging werd door haar beweerd dat zij een miskraam gehad
had, en de vrucht in eene doos had begraven. Op de plaats
echter, waar de begraving zou zijn geschied, werd niets gevon
den. Het onderzoek werd daarop in het huis en den omtrek
voortgezet; doch ook daar werd niets ontdekt; eindelijk, toen
men de nasporingen reeds wilde opgeven, werd het lijk van een
pasgeborendoch geheel voldragen kind onder een hoop plaggen
in het achterhuis, een voet onder den grond, gevonden. De
vrouw, die, op het vernemen van het vinden van het lijkje,
in eene erge flaauwte vielis daarop in verzekerde bewaring
genomen. Het lijkje, naar hier vervoerd, is, bij onderzoek door
twee Doctoren volgens de genomene proeven bevonden reeds
geleefd te hebben. Het schijntdat men het eerst op het ver
moeden van eene misdaad gekomen is, door het gezegde van
een Dochtertje der Weduwe, dat Moeder een Popje gekregen had
in verband met de bekende zwangerheid der vrouw. Ook bij een
nader verhoor heeft de vrouw niet hekend; wel erkent zij, dat
het kind heeft geleefd, doch zij geeft tevens op, dat liet een
natuurlijken dood is gestorven en dat zij ten einde hare
schande te bedekken het lijkje heeft hegraven.
FRANKFORT17. Junij. Onze stad heeft tegenwoordig
geheel het voorkomen van een Hoofdkwartier. Heden zijn weder
verscheidene Pruisische troepen afdeelingen binnengekomen en
vertrokken. Uit het bijeentrekken van zoo groote krachten is
duidelijk op te maken dat men het dempen van den opstand
thans ernstig meent. Volgens de jongste berigten van het oor-
logstooneel in Baden, is de gchcele Ncckar-linie door de Rijkstroepen
bezet en Manheim van twee kanten ingesloten. Deze stad blijft
eehter hardnekkig de overgave weigeren.
De moed van de insurgenten is mede niet weinig gesterkt,
doordien de bekende Miroslawshi thans werkelijk het opperbevel
op zich heeft genomen. Beter en voorspoediger gaat het toe
met de korpsendie in de Paltz de orde komen herstellen.
Volgens de ontvangen berigten hebben zij daar tot nog toe geen
belangrijken tegenstand ontmoet.
-De provisionele Regering van den Rijnpaltz te Keiserslau-
tern heeft, op het berigt dat de Pruissen de grenzen naderden
den landstorm opgeroepen. Op elke plaats moest, met den 11.
te beginnen, storm geluid worden, tenteeken, dat het vaderland
in gevaar is en ieder welgezinde burger op zijn post moet zijn.
Terstond moeten de bewoners van iedere plaats met de wapenen
die zij bezitten, als geweren, seissenpieken, hooi- of mest
vorken, bijlen en dorsclivlegels, zich vereenigen en hunne aan
voerders kiezen. Iedere beweging der Pruissen moet door wachters
op hoogten en torens bespied en door stormluiden en renboden
verder bekend gemaakt wordenwaarop de manschap van iedere
plaats zich ten minste voor twee dagen met levensmiddelen te
voorzien heeft. Des nachts moeten vuurseinen gegevenvoorts
alle naauwe passen bezet en in verdedigingstoestand gebragt
worden. Wanneer het Paltzische volk toont,» aldus wordt er
in deze oproeping gezegddat het man voor man hen tegen-
treedt, zullen de Pruissen den moed niet hebbenom de grenzen
over te trekken.
Te Kalsruhede hoofdplaats van liet geheel in opstand zijnde
Baden en de voormalige Residentie van den verdreven Groot-
Hertog, is de Constituerende Landvergadering den 10. door den
President Brentuno met eene redevoering geopend, waarin hij
den loop der gebeurtenissen mededeelde cn aanduidde, dat het
de taak dezer vergadering was, te bepalen op welke wijze het
volk voortaan geregeerd zoude worden. De tegenwoordige bewe
ging was geen strijd van het Badensche land, maar van geheel
Duitschland.
Uit Wecnen wordt van den 12. Junij gemeld, dat de Keizer
binnen cenige dagen naar het leger in Hongarije zou gaande
Russische Grootvorsten Constantijn en Michael waren te Wecnen
aangekomenPrins Luilpold van Beijeren is er den vorigen dag
aangekomen. Van het oorlogstooneel is nog geen nieuws.
Over Kossuth's zegepralenden intogt in Pesth, den 5., wordt
het volgende gemeldDe overheid met 50,000 mcnschen kwam
hem langs den spoorweg plegtstatig te gemoetde adel en de
aanzienlijken des lands hadden zich in 300 wagens aan den
optogt aangesloten; 12 honved-balaillons vormden, met hunne
muzijkkorpseneene dubbele rei. Kossuth zat in een kleinen
onaanzienlijke!! wagen; zijne vrouw, met vreugdetranen in het
oog, nevens hem; zijn zoon Layos op zijn schoot, en Generaal
Gutjon tegenover hem. Alle klokken der stad luidden en van
de verwoeste muren van Ofen bulderde het kanon. De geheele
stad was feestelijk versierd en des avonds geïllumineerd.
Uit Wecnen wordt van den 10. gemeld, dat de Keizerlijken
den 13. bij Kapuvar, in de omstreken van Oedenburg, door de
Hongaren onverwacht werden aangetast, en een aanmerkelijk
verlies leden de dappere Generaal Wijssbevelhebber der
Keizerlijke Brigadewerd gedood. De aanval geschiedde zoo
snel, dat de Keizerlijke kavallerie niet eenmaal de tijd had,
om op te stijgen. Den 9. werden de Oostenrijkers ook hij
Szered aan de Waaggeslagen waarhij zij GO dooden telden
en 120 man aan gevangenen 2 kanonnen cn 50 paarden ver
loren. De Beijersche Minister-President cn van Binnenlandscbe
Zaken, ton der Pfordten, was den 14. te AVeencn aangekomen,
(om met Oostenrijk in beraad te treden over de Duitsche kwestie
en het al of niet toetreden tot den Berlijner Vorstenbond).
Een gerucht wildedat Bem bij het bestormen van Orsowa
door de Russen dezen was in handen gevallen.
De Duitsche Rijksvergadering, die hare werkzaamheden in
de statige St. Pauluskerk te Frankfort aanving, heeft nu te
Stuttgardt, na uit de zaal der Stenden verjaagd te zijn, eene
Vergaderplaats in eene groote Bierbrouwerijwaar des Zondags
getapt wordt, gevonden, cn den 13. dezer aldaar eene zitting
gehouden, die echter niet zeer belangrijk was. Vrij algemeen
geloofde men dat zij de Wurteuibergsche hoofdstad weldra zou
verlaten.
Toen de gevreesde huzaren van Perczel onlangs Elemir bij
Arad binnendrongen werd plotseling een derzelve ziek en
haarde binnen weinige uren een steviggezond kind. Zulke
soldaten hebben de Hongaren.
De laatste beweging te Parijs had hare vertakkingen door
geheel Frankrijk heen, ja zelfs in het buitenland. In Stuttgart
bij het Romp-parlement zoowelals te Rome hij de Regering der
Driemannen, wist men van het op handen zijn van vernieuwde
pogingen der ultra-Republikeinenoin het Bewind omverre te
doen storten en de mislukking daarvan liceft moedeloosheid
onder de leden van genoemd Parlement opgewekt en zal merk
baren invloed uitoefenen op de worsteling van Rome tegen de
Fransche interventie.
Nergens in Frankrijk is de opstand heviger geweest, dan te
Lyon waar tusschen de oproerigen en de troepen bloedig
gevochten is. Het gedrag der troepen wordt zeer geroemd, en
alle pogingendoor de insurgenten aangewendom hen tot
afval te verleiden waren vruchteloos. Drie soldaten van het
17de regement, die tot de oproerigen waren ovcrgeloopcn zijn
door hunne kameraden gegrepen en op staanden voet gefusilleerd.
Men schat het getal dooden en gewonden aan de zijde der
opstandelingen op 150 en 800 gevangenen de troepen zouden
slechts 60 man verloren hebben. Het 17de regement ligte in
fanterie heeft zich bovenal heldhaftig gedragenhet liep met
gevelde bajonet de harrikades op van welke een kogelregen
naar beneden viel en heeft allen veroverdbenevens 200
geweren die de opstandelingen aan eene overrompelde kompagnic
hadden ontnomen.
Cholera-berigten
AFiNHEM, den 15. Junij. Het schijnt thans zeker, dat de
Cholera zich ook in deze stad openbaartten minste wordt
een gisteren plaats gehad hebbend sterfgeval daaraan toege
schreven.
DF.LFT, den 14. Junij. De Cholera schijnt hier hare
grootste hoogte bereikt te hebbendaar de aangifte van het
getal der overledenen hij den Burgerlijken Stand op den 13.
dezer bedraagt 11, waaronder 7 aan de Cholera, en den 14. dezer
8waaronder 5 aan die ziekte bezweken. Deze aanzienlijke ver
mindering van sterfgevallen doet de hoop koesteren, dal deze
ziekte, die onze stad, even als andere plaatsen, bezocht heeft,
eerlang zal ophouden.
SCHIEDAM, Van den 2. Mei tot den 15, Junij zijn alhier