en op geschikte tijden huis en ligchaam, en bederve nimmer de lucht door in kleine vertrekken in een betrekkelijk te groot aantal bijeen te zijn. Daar, waar dit plaats moet hebben, ver- betere men de lucht meermalen door genoegzame vcrversching, of, zoo dit om andere redenen niet kan, door het plaatsen van en besprengen met Chlorinckalk. 4°.) Men zij matig in het gebruik van spijs en drank. Grutten, rijst, gierst, versche, niet te jong geplukte, of te vet bereide groentenwel gerezen meelspijzengoede aardappelenzijn aan te bevelen. Ook het ooft, als daar thans zijn kersen, frambozen, en zelfs aardbeziën, kunnen, bij een matig gebruikniet scha den, integendeel, bij het warme jaarsaizoen nuttig zijn. Men gebruike daarentegen gecne ingemaakte of onrijpe groentenen vermijde inzonderheid de altoos zoo schadelijke en nu reeds te dikwijls te koop gepresenteerde onrijpe kruis- en aalbessen, welke laatste echter dan, wanneer zij volkomen rijp zijn, on schadelijk mogen gehouden worden. Van de vleescbspijzen neme men bij voorkeur vcrsch rund- of kalfsvlccschminder aan te raden is het minder versche of al te lang gerookte of gedroogd rund- en varkcnsvlceschrivicrvisch is boven den meer schade lijken zeevisch te verkiezen. Ook zouden wij niet gaarne de in den zomer hier veel gebruikte zeer verkoelende gestremde karnemelk (dik soepen) durven aanraden. 5°.) In het drinken boude men zich zoo veel mogelijk aan den gewonen regel en vermijde alle excessen. Zijdie gewoon zijn alleen warmen drank: kollij thee, chocolade, te gebruiken, behouden deze gewoonteofschoon een overmatig gebruik van dezelve zeer af te raden is, daar zij alleen de zenuwen ver zwakken, de spijsverteering werkeloos maken en zoo ziekten der ingewanden kunnen veroorzaken. Beter is het vooral voor hen die er aan gewoon zijn een matig gebruik van koude dranken te maken, zoo als put-oï bronwaterSeltzer- of Fachiugerwater goeden rooden wijn en zelfs voor sommigen het gewone, niet aangezet goed uitgegist bier. Men zorgc echter, deze koude dranken nimmer bij een te zeer verbit ligchaam onvoorzigtig ter lessching der hitte en van den dorst te nuttigen. 6°.) Ook mcencn wij de Ingezetenen te moeten waarschuwen voor de slechte gewoonte, van des avonds ter verpoozing op de stoepen of banken cenigcn tijd stil te zitten, daar hierdoor, bij de dikwijls koude avonden, de door den dagelijkscben arbeid geopende zweetgaten zoo ligtelijk ziekelijk worden aangedaan en hoogst ongunstige ingewandsziekten kunnen veroorzaken. Voor- namelijk vermijde men deze gewoonte in die streken, waar de ziekte heersebt, of waar, om deze of gcene redenen, sterkere water-uitdamping plaats heeft. Misschien is het daarom aan te raden, dat men zich bij de avond- en vroege morgenlucht iets meer dan gewoonlijk kleede. 7°.) Overigens boude men zich ook in zijne kleeding aan de gewoonte, zorge voor behoorlijke warmte der voeten en buik, zonder daarom de huid door eene overmatige dekking tot on natuurlijk zwceten te dwingendaar ook dit oorzaak der ziekte worden kan. Eene enkele wollen of flanellen bedekking van den buik en het gebruik van wollen kousen zal in den regel vol doende zijn. AMSTERDAM, 14. Julij. Bij Besluit van 2. Julij, op het Loo gcteckend en mcde-ondcrlcekend door den Minister van Financiën, heeft Z. M. het volgende bepaald: Overwegende dat het noodzakelijk iscenige regelen vast te stellen tot billijke voorziening in het lot van zoodanige Bur gerlijke Ambtenaren als ten gevolge van reeds geuomene en nog te nemen maatregelen van Bestuurtot bezuiniging van Staats-uitgaven door vereenvoudiging, bij de onderscheidene vakken van Administratie buiten betrekking zijn geraakt of zullen geraken en gecne aanspraak hebben op pensioenenz. Art. 1. Aan de Ambtenaren die ten gevolge van maatre gelen van Bestuur buiten betrekking zijn geraakt of geraken, zal, voor zoo ver zij geene aanspraak hebben op pensioen, wachtgeld worden verleend. Art. 2. De Hoofden der Departementen van Algemeen Bestuur zullen ons daartoe, ieder voor zooveel zijn Departement betreft, de noodige voorstellen doen en daarbij in acht nemen de regelen, vermeld in het volgende artikel Art. 3. Het bedrag van het wachtgeld wordt berekend voor Ambtenaren, die, op den dag waarop het ontslag ingaat, den ouderdom van veertig jaren hebben bereikt, naar den maatstaf, in de eerste Afdeeling der Wet van 9. Mei, 184G, (Stbl. N°. 24) voor de berekening van pensioen aangenomenmet dien ver stande dat het wachtgeld ten minste bedraagt de helft van het tractement dat door hen op het tijdstip van het ontslag wordt genoten. Voor zoover het te vcrlccncn wachtgeld de helft van dat tractement zou moeten te boren gaanzullen de bij art. 2 bedoelde voorstellen aan Ons niet inogen worden aangeboden dan nadat de staten van dienst van de daarbij betrokken Amb tenaren bij het Departement van Financiën zijn onderzocht. Aan Ambtenaren die op den dagwaarop hun ontslag ingaat, den ouderdom van veertig jaren nog niet hebben bereikt, mag wachtgeld worden toegestaan voor den tijd van vijf jaren en het bedrag daarvan gesteld op twee derde gedeelten van het tractement, dat door hen op het tijdstip van bet ontslag wordt genoten. «Het wachtgeld mag, onverschillig tot welke der beide catc- goriën de Ambtenaren behooren nimmer de som van f 3000 'sjaars te boven gaan. Artt. 6, 18 en 20 der Wet van 9. Mei 1846 (Stbl. N°. 24) zijn op Ambtenaren van beide catcgoriën toepasselijk voor zoo ver zij zulks moglen verkiezen en de voorwaardenbij die Wet gesteld, vervullen. Art. 4. Ambtenaren op wachtgeld gesteld die moglen weigeren funcliën te aanvaardenwaarvan de daaraan verhonden belooning gelijk staat met of overtreft het bedrag van hun wachtgeldverliezen dadelijk alle verdere aanspraak op genot van dut wachtgeld. a In zoodanig geval zal tot de intrekking daarvan aan Ons onmiddellijk de noodige voordragt moeten worden gedaan. Uit ontvangen brieven schijnt te blijken, dat het gerucht, als of Z. Exc. de Minister van Justitie, wegens den ongun- stigen staat zijner gezondheid, het voornemen zoude hebben, zijn ontslag uit die betrekking te verzoeken, ongegrond is. - HOOGEZAND, 13. Julij. Ons Vaderland zal niet lang meer verstoken zijn van eene Koudwater-Genecsinrigtingwant op den 10. dezer is te dien einde, door eene vereenigingin het doel matigste gedeelte en de schoonste streken van Gelderland, een landgoed aangekocht. Het zal in Nederland even zeker navolging vindenals die geneeswijze in andere landen van Europa vele aanklevcrs heeft gevonden en koudwalcr-etablissemcnten heeft doen ontstaan, want niet alleen blijft dan het geld voor geneeskundige behan deling binnen ons land, maar er is meer: patiënten, die wegens zwakheid of mingegoedheid gcene buitenlandsche reis kunnen ondernemen, kunnen uit alle oorden des Vaderlands naar het bekoorlijk Gelderland komen, vooral omdat het landgoed kau bezocht worden door middel vau scheepvaartijzerbaan en grind wegen. In de omstreken van Wageningen, meest aan den Berg kant, is op den 21. Julij 1.1. liet grootste gedeelte van de te veld staande Tabak door den hagel vernield, andere veldge wassen hebben niet geleden. lil het dorp Zetten, in de Betuwe, is de bliksem in het huis van een Landbouwer geslagendat geheel is afgebrand. Op den 15. Julij ontstond er brand in de bouuianswoning van P. Landbergen, oude Broekwegin de Noordkethclwaardoor nog 3 daarover staande woningen in de asch werden gelegd; 16 varkens en 1 stier zijn daarbij omgekomen, terwijl een aauzien- hjke hoeveelheid bouwmaterialen en huisraad vernield werd. De oorzaak van den brand wordt genoemd een schot, dat door iemand bezig zijnde met vogels te schieten, gelost werd; doch miste, in het rieten dak kwam en dit in den brand slak. PARIJS, 11. Julij. Het is nog geheel onzeker, welke politiek door de Franschc Regering na het bezetten van Rome zal ge volgd worden. Een voorstel in de AVetgevcnde Vergadering, om aan het leger in Italië dank toe te brengenis wegens het klein getal Leden niet doorgegaan na tot vele en hevige dis- cussiën aanleiding gegeven te hebben niet over de onmisken bare dapperheid onzer troepen, maar over den inconstitulionelen den geheel met het principe der jongste Fransche omwenteling strijdenden oorlog tegen de vrijheid zoekende Romeinen tegen hunne pogingenom zich te ontworstelen aan het Pauselijke juk, dat sedert eeuwen op hen drukt. Napoleon Bonaparte Neef van den President, heeft verklaard, dat de belegering vau Rome eene openbare schennis der constitutie was, eene schennis vau het beginsel der Franschc Republiek. De staatkunde der Fransche Regering had het Fransche leger lot soldalen van den Paus, tot instrumenten van het absolutisme en jezuïtisme, tot bondgenooten van de Oostenrijkers gemaakt. Een ander voorstel om den staat van beleg te Parijs op te hellen is door de meerderheid verworpen niet zoo zeer om de zaak zelvemaar oin het initiatief aan de Regering over te laten, die, meent men er ook spoedig toe zal overgaan. Geen der gedcnkteekciicn van Rouie heeft iets bij de bele gering geledenbehalve eene kerk digt hij de bresde schade zou oneindig grootermaar de inneming veel gemakkelijker geweest zijnzoo onze troepen de stad van eene andere zijde hadden aangetast. Ons leger is te Roine door het mcerendecl der bevolking met blijdschap ontvangen een troep clubisten die wegens het bevelom overal de roode muts weg te nemen honende kreten uitteis uiteengedreven. Reeds is onder het betere deel der burgers een plan gevormd om plegtig den wcnsch uit te drukken van 's Pausen spoedige terugkomst. De Conslifntionnel meldt, dat de Franschen, te Rome overal de Pauselijke wapenborden hebben hersteld, maar tevens de driekleurige Romcinschc vlag hebben laten wapperen. 14. Julij. Heden morgen ontstond ecu hevige brand in de bazar Bonne-Nouvelie alhier; het dak stortte al spoedig ineene menigte artikelen van weelde is vernield of bedorvendaaronder eene verzameling van schilderijenter waarde van 250,000 francs die door de kunslenaars-vereeniging was hijeengebragt om te ver loten het diorama is ook verbrandonderscheiden personen zijn zeer zwaar gewond. Tc 11 uren was men 't vuur meester, 't Koffijhuis, dat gelijkvloers in hetzelfde gebouw is, heeft schier niets geleden. POLEN. Uit Warschau wordt geschreven, dat de Keizer van Rusland den 10. Julij de terugreis naar Petersburg heeft aanvaard. Cholera-berifjten. GRONINGEN19. Julij. Sedert den 1G. dezer tot heden zijn alhier door de Cholera aangetast 141 personenhersteld 19, overleden 50, in behandeling gebleven 178. Wij worden niet in de gelegenheid gesteld, om het aantal dooden in de afgeloopen week te kunnen mededcelcn. Dat getal is zeker aanzienlijk, want wij vernemen, dat van en met den 12. tot en met den 19. dezer op de begraafplaatsen dezer Stad 95 oude en 45 jonge dooden, te zamen 140 lijken ter aarde be steld zijn. In Ezinge heeft de Cholera in de behuizing, waarin vroe ger een in Groningen te huis behoorend Israëlitisch koopman

Historische kranten - Archief Eemland

Arrondissementsbode van Amersfoort | 1849 | | pagina 3