«vaardigheid van den Raad mogen verwachten, dat
dezelve om alle partijdigheid te vermijdenen rust en
eendragt in de Gemeente van Montfoort te bevorderen
op grond van de aangegevene en en niet te weerspre
uken daadzaken, den persoon van Arnoldus van Kleef
«(de Baardschrapper) vooreerst tot geene zitting in den
«Raad zal toelaten, tot dat overeenkomstig Art. 43 van
meergemeld Stedelijk Reglementomtrent der Adres-
santen geopperde bezwaren, door het intermediair van
de Staten, van wege den Koning uitspraak zal zijn gedaan.»
De Arnhemsche Courant zegt de volgende mede-
deeling van goederhand ontvangen te hebben:
De combinatie Thorbecke-Rosenthal is zoo goed als
mislukt. Sire heeft die Heeren een aantal vraagpunten
«doen voorleggen, zelfs voor alle mogelijke evenluaii-
teitenzij hebben geweigerd zich te verbinden en
hebben hunnen last nedergelegd.
«Generaal Nepveu is aangezocht om een Ministerie te
«vormen; hij heeft geweigerd en heeft, om alle geruchten
te voorkomen's Gravenhage verlaten.
Door tusschenkomst van Lightenvelt zijn ontboden
«de Ueer L. A. J. W. Baron SloetGriffier der Staten
«van Gelderland, om hem Kempenaer's nalatenschap op
tc dringen er. de lieer van Nes, oud Resident uit
«Java, thans te 'sHeerenberg wonende, om hem de
koloniën op te dragen.
«Men vermoedt, dat de bedoeling thans enkel is een
«nieuwen Minister voor Binnenlandsehe Zaken, voor
«Koloniën en voor Oorlog op te schommelen, en in
«Godsnaam voort te sukkelen.
Eenige Leden der Kamer hebben dringende brieven
«aan Goltstein geschreven, om hem aan te sporen
«onmiddellijk de Kamer in de tegenwoordige onislan-
digheden bijeen te roepen. Tot dusver geen antwoord,
of het moest heden morgen zijn gekomen.
«Wij zijn dus op het oogenblik juist even ver, als
«op den 18. September.»
De Ministeriële crisis duurt nog steeds voort. Het
Handelsblad, de Nieuwe Rotterdamsche en Arnhernsshe
Courant, voeren ecne heftige taal, en het schijnt dat zij
willen ondersteunen den wensch van sommigen onzer
Landgenoolendat de Heer Thorbecke aan het Ministerie
komt met mannen die in zijnen geest handelen.
Wij willen ons voorshands onthouden om onze denk
wijze over den persoon van den Heer Thorbecke uit te
sprekenmaar wij gelooven in waarheid te mogen be
weren dat alle uitersten in het politieke verderfelijk
zijn; en wanneer er menschen gevonden worden die
den Heer Thorbecke in zijne theoretische beschouwingen
volgen en toejuichen dan is er gewis ook een ander
en groot gedeelte der natie, die den weg, dien de Heer
Thorbecke welligt zal inslaan vijandig is en afkeurt.
Wij hopen dus dat er Mannen in het Ministerie zullen
optreden, die met gematigde denkbeelden bezieldvoor-
zigtig het roer van den Slaat zullen weten te besturen.
Het is zonderbaar intusschen, dat men bij het gerucht
der verschillende reeds genoemde personen, die aan het
Ministerie zouden komen, stee s ook heeft hooren noemen
den neer van Rosseongeacht deze Minister even als
de anderen den brief, waarin aan den Koning de gronden
waarop hun verzoek tot ontslag berustworden mede
gedeeldheeft geteekend; de lieer van Rosse schijnt
dus een Minister te zijndiewelk beginsel ook mag
voorzitten bij het Ministerie, hetzij Halliaanschhetzij
Thorbeckiaanschin staal is zijne portefeuille te behou
den de finantiële omstandigheden van den Heer van
Bosse kunnen ook welligt aanleiding geven, dat het
Z. E. niet onverschillig kan zijn, om het traktement van
Minister of dat van Staatsraad te genieten, welke laatste
betrekking Z. E. bij het aanvaarden der portefeuille van
finanliien in geval hij niet mogl kunnen staande blijven
zich heeft zoeken voor te behouden.
Wij wenschen intusschen dat de portefeuille van het
Ministerie van finantiën mag komen in handen van een
man, die in alle opzigten als een financier zich heeft
doen kennen; want de geldelijke aangelegenheden zijn
toch voor den Staat van het grootste gewigt. (Zond. Rl.)
Te Maasland heeft j.l. Zaturdag 20. Oct. eene bruid
van goede burgerfamilie, welke dien dag in het huwe
lijk zou tredenzich des morgens vroeg door verdrin
king van het leven beroofd.
Eergisteren 23. Oct., omstreeks den middag, arri
veerde te Groningenkomende van Tilburg, het verwacht
wordende detachement paardevolk, sterk 2 Officieren
en 64 Onderofficieren en manschappen met 57 paarden
onder het kommando van den Ritmeester Erzei. Dit
detachement, dat hier garnizoen zal houden, blijft tot
den 1. November e. k. den naam van lanciers voeren,
om dsn 4do regement dragonders te heeten.
Gisteren morgen (24. Oct.) ruim 8 uur had de
12jarige zoon van de Wed. M. Zarkema, wonende in
het Appelstraatje te Groningen, terwijl hij voor zijne
moeder eene boodschap deed, het ongeluk van nevens
een geladen korenwagen, die van de Kijk-in-'lJatsboog
reed, te vallen en door een der paarden dewijze getrapt
te worden, dat hij zwaar werd gewond aan het hoofd
en aan den voet. Men heeft hem gebragt ten huize van
Jhr. Mr. Gockinga, voor wiens huis het ongeluk voor
viel en hem oogenblikkelijk geneeskundige hulp toege
diend. Later heeft men hem naai zijne woning gedragen.
Gisteren morgen (24. Oct.) legen 7 uren heeft men
te lloogezand in de vaart het lijk gevonden eener vrouw,
welke men al spoedig voor de vrouw erkende van Al-
bert Davids, turfschipper, liggende aldaar met zijn schip.
Dien morgen te 6 uur was zij van boord gegaan, om
naar iemand, die met de schuit van Martenshoek zoude
vertrekken, te gaan zien. Hoe zij vervolgens in het wa
ter is geraakt en verdronken, is niet bekend. Wel ver
neemt men, dat de vrouw, die Grietje Mandcrs heette
en 60 jaren oud was, na te zijn opgehaald niet in een
der nabijzijnde huizen gebragt, maar op in het water
liggende balken is gelegd, welligt uit onkunde en om
het bekende dwaalbegripdat men [drenkelingen niet
onder dak mag brengen, tenzij men vooraf de justitie
gehaald hebbe, terwijl door wet en reglementen op
drenkelingen het tegendeel wel uitdrukkelijk is voorge
schreven.
Het is niet onbelangrijk na te gaanwelke uitbrij-
ding het Russische rijk in de laatste 400 jaren, zoowel
ten aanzien van bevolking als van oppervlakte, onder
gaan heeft.
Onder Iwan I, in 1462, was Rusland 18,494 vier
kante mijlen groot, en bij zijn dood in 1505, 35,137;
bij den dood van Iwan II, in 1584, 125,465 vierkante
mijlen. Bij de troonsbestijging van Peter I, in 1689,
eene bevolking van 16 millioen zielen en eene opper
vlakte van 236,900 vierkante mijlen. De bevolking be
droeg in 1763 bij de troonsbestijging van Catharina II,
25 millioen zielen en de grootte 319,538 vierkante mij
len; bij haren dood in 1796 eene oppervlakte van 331,830
vierkante mijlen en eene bevolking van 30 millioen in
woners. Bij den dood van Alexander in 1826, 55 milli
oen zielen en eene oppervlakte van 367,494 vierkante
mijlen. En tegenwoordig 400,000 vierkante mijlen en
62 millioen inwoners.
Aan de Redactie van den Bode.
Eene kleine aanleiding was de reden, waarom gisteren
(25. Oct.) de Liedertafel niet openlijk, met inleggende
regelen, dank betuigd werd. Meent gij dezelve in uwen
Bode te kunnen opnemen, het zal inij aangenaam wezen
zoo niet, het is ook wel; handel daarmede zoo als gij
meent goed te zijn
Gij Edelen die uw tijd en vlijt
Aan 't heerlijkst doel hebt toegewijd
Die ons verrukt licht door uw zangen,
Wil van ons hart den dank ontvangen.
Gij diep bewogen met de smart
Gij volgt de aandrang van uw hart
Gij wilt het leed, de kommer schragen,
En voor de d'ellend een offer vragen.
Gij wilt uw kunsttalent, tot 't edelst doel verheffen,
En door uw schoon gezang, het oor en harte treffen!
Zoo paart gij bij 't genot, een regie Christenzin,
En roept ons alien op, tot ware Broedermin.
Uw doel, het is bereikt, uw pogen mogt gelukken,
Gij kunt in d'arme hand, een milde gave drukken,
Gij droogt een droeve traan gij stilt een diepe klagt,
En 't harte voelt zich welals dank het legen lacht.
Gezegend zij de stad gezegend zij bet oord
Waar wecuw- en wezenroep, zoo minzaam wordt gehoord,
Dit zij de blijde dank, die wij aan Gode wijden,
Hij toch wild' ons en kroost van ziekt' en dood bevrijden.
Smaak lang, o zangkoor! smaak het rein en stil genoegen,
Als bij uw kunsttalent, zich 't heerlijk doel wil voegen,
Als bij uw goed en schoon, het eelste zich verheft,
En door uw zang en zin gij aller harten treft.
Hoewel de Inzender onbekend iswil de Redactie aan
bovenst, geen plaats weigeren,
