Art. 134. De acten van borgtogt moeten ten overstaan van eeneu Notaris worden verleden, en zijn onderwor pen aan het vast regt van registratie. Al de op die acten vallende kosten komen ten laste des Ontvangers. Art. 135. Wanneer uit hoofde van vermeerdering van de jaarlijksehe ontvangstenof van eeriigerlei andere reden, de Raad de gestelde borgtogt niet genoegzaam acht, moet de Ontvanger binnen eenen door den Raad te bepalen termijn, eene verhooging van borgtogt stel len, die geregeld wordt naar de beginselen in de arti kelen 132 en 133 vermeld. Bij gebreke van daaraan te voldoen, houdt hij op Ontvanger te zijn. Boor een der leden is de opmerking gemaakt, dat bij dit artikel meer duidelijk zoude worden bepaalddat ook de verhooging van den borgtogt zoude moeten plaats hebben onder goedkeuring van Gedep. Statenwelk voorstel door de vergadering wordt aangenomen. Art. 136. De Ontvanger gedraagt zich naar de instruc tie, hem, onder goedkeuring van Gedeputeerde Staten, dcor den Raad gegeven, en is voor derzelver stipte uit voering aansprakelijk. Hij is rekenpligtig aan den Gemeenteraad; hij mag geene betalingen doen, dan op bevelschriften, afgegeven overeenkomstig de artikelen 159 en 161 dezer wet. Art. 137. De jaarwedden van de Gemeente-Ontvangers worden, op voordragt van den Gemeenteraad, door Gedeputeerde Staten vastgesteld. Wordt vervolgd). MI E IJ W S T IJ D I N G E N. 's GRAVENHAGE den 30. Oct. De Koning heeft op lieden onderteekend onderscheidene besluiten, bevattende: 1°. Het aannemen, met den laatsten dezer maandvan het Adres van 3. Aug. j.l. aangeboden verzoek om eervol ontslag van Jhr. Mr. li. L. IVichers, als Minister van Justitie, en bepaling, dat hij als Lid van den Raad van State in dat Collegie -al terugkeeren in den rang van zit ting, welke door hem op den 31. Mei j.l. werd ingenomen; 2°. het benoemen tot Minister van Justitie, met ingang van den 1. Nov. aanstaande, van Jhr. Mr. J. T. H. Ne- dermeijer, Ridder van RosenthalLid van de Tweede Kamer der Stalen Generaal 3°. het aannemen met den laatsten dezer maand van het, bij Adres van den 18. Sept. j.l. aangeboden vei zoek om eervol ontslag van de Heeren .- Mr. L. A. Lightenvcltals Minister van Buitenlandsche tijdelijk belast met de waarneming der lunctien van Minister van Justitie; Mr. J. M. de Kempenaerals Minister van Binnen- landsche Zaken Generaal Majoor J. II. Voet, als Minister van Oorlog: Mr. S. Baron van Heemstraals Minister voor de Zaken der Hervormde- en andere Eeredienslen Mr. J. A. Mutsaerls, als Minister voor de Zaken van de Roomsch Katholijke Eeredienst; Schout bij Nacht E. II. van den Bosch, als Minister van Koloniën, tijdelijk belast met de waarneming der functien van Minister van Marine; 4°. het niet aannemen van het bij datzelfde Adres aan geboden verzoek om ontslag van den lleer Mr. P. P. van Bosseals Minister van Finantiën; 5°. de benoeming met ingang van den 1. Nov. aanstaande, van Mr. J. II. Thorbccke, Lid van de Kamer der Sla- ten-Generaaltot Minister van Binnenlandsche Zaken; van Mr. van Sonsbeek, Lid van den Raad van State, tot Minister van Buitenlandsche Zaken; van den Vice-Admiraal E. Lucas, Directeur en Kom- mandant van de directie der Marine te Vlissingen, tot Minister van Marine; van den Generaal Majoor Jhr. J. F. van Spenglertot Minister van Oorlog van den Staatsraad in buitengewone dienst C. F. Pahud waarnemend Secretaris Generaal van het departement van Koloniën, tot Minister van Koloniën; 6°. de bepaling, dat met den 1. Nov. aanst. het bestuur der departementen voor de Zaken der Hervormde en andere Eerediensten, en voor de Zaken der Rooiusch- Katholijke Eeredienst voorlopig zal zijn opgedragen, dat van eerstgemeld departement aan den Minister van Justi tie, en dat van laatsgemeid aan den Minister van Bui tenlandsche Zaken. Zaturdag avond 4. Nov. Er is dan eindelijk zoo schrijft een onzer vrienden een nieuw Ministerie opgetreden. Zoo wij hoopen, een Homogeen Ministerie. Intusschen, voor zoo veel wij vroeger de personen, die het Ministerie thans uitmakert, Wel hebben hooren be-: oordeelen, ten aanzien van hunne staatkundige beginse len dan moet er een groot verschil bestaanimmers geen Minister Lucas, geen Minister van Spengler, geen Minister Pahud zullen zich alleen willen bepalen bij hoog geleerde theoretische of wijsgecrige bespiegelingen, maar zullen als praktische mannen, wenschen gebruik te ma- van hunne ondervin'ding en de daardoor verkregen zaak kennis. De Heeren Torbecke, van Rosenthal en Sonsbeek heb ben, dit betwijfelen wij niet, groote bekwaamheden als regtsgeleerden maar zij zijn daardoor ook dikwerf gebragt op het veld der theorien en wtjsgeerige bespiegelingen, waarop zich dikwerf zoo veel verschil van ziens- en denk wijze vertoont. Wij kunnen ook wel met zekerheid aannemendat de Heeren Lucas, van Spengler en Pahud, als met veel moeite overgehaald zijnde tot het aanvaarden hunner Ministeriën, zich niet zullen doen afleiden van hunne beginselen, om ten koste daarvan hunne portefeuilles als nu te willen blijven behouden. Wat eindelijk betreft den lleer van Bosse, zijne be noeming of liever het niet aannemen door Z. M. van het door Z. Ed. met het vorig Ministerie gedaan verzoek tot ontslag, is in overeenstemming met hetgene wij in ons vorig nummer te dien aanzien gezegd hebben. Er zal door Z. Ed. geen verschil in de homogeniteit van het Ministerie komen, want hij zal zich wel waarschijn lijk altoos blijven aansluiten aan de genen, die in het Ministerie wenschen te blijven. Het Handelsblad van 1. Nov. uit eenige wenschen ten zijnen aanzien, ook wij hopen dat de toekomst betere en meerdere vruchten van zijn werk zal te voorschijn brengen, dan alleen een jam merlijk bezuinigiiig-syslhema dat op zich zelf van geene beteekenis is en vaak zich in nietigheden heeft doen kennen, zoo als b. v. dat het heerlijk bosch bij de Ko ninklijke Residentie gelegen, niet meer als wandelplaats voor inwoner en vreemdeling, ten koste van hel Rijk mag in orde gehouden worden, zulks is in waarheid voor velen eene aanstoolelijke zaak, want het bosch be hoort aan het domein en het Rijk trekt daarvan al de inkomsten. Sints onheugelijke jaren zijn de wandelpaden alzoo door het domein in goeden staat onderhouden ge worden, en gewis is zulks niet alleen voor de inwoners van 's Gravenhage, maar ook voor de veelvuldige en dikwerf aanzienlijke vreemdelingen, die de Residentie bezoeken, geene onverschillige zaak. Mogt de Heer van Bosse zich voor het vervolg kunnen bezig houden met wat grooler en doeltreffender plannen, en vooral ook voorzigtiger zijn in zijne berekeningen van te korten, die zich als zoodanig niet verwezenlijken en in het voordragen van financiëte wetten die de Ne derlanders met schrik vervulden en hoogstens mishaag den, dan zou Z. Ed. welligt van eenige meerdere betee kenis kunnen worden, en de zucht om aan het Ministerie te blijven minder schadelijk ziju voor de toekomst. Wij zullen naauvvlettend de individuële handelingen der Ministers trachten gade te slaanen in onze beoor deelingen gebruik maken van de vrijheid der drukpers, zoo als wij ons dan ook voorbehouden om van ieder der Ministers later, zoo noodig, eene biographie te geven. Wij hopen intusschen dat het dierbaar Vaderland en onze geëerbiedigde Koning gewenschlc vruchten mogen plukken van de goede gezindheid der stille en brave ingezetenen in den lande, die hunne hoop vestigen op, en hunne bedeu daatoe rigten tot den Allerhoogste. God behoede dus ons Vaderland! [Zond. BI.) SCHIEDAM, 2. November, llcl Anlwerpsch Handels blad bevat onder de rubriek Kunsten, Letteren en Wetenschappen het volgende artikel, hetgeen wij over nemen om aan te tonnen dat belangrijke ondernemingen ook in het buitenland op prjs worden gesteld. In het naburige Nederland, is, sedert het inwerking treden der Nieuwe Grondwet, eene hoogstgewigtige onderneming lot stand gekomen; de Uilgever P. J. van Dijk, te Schiedam, heeft een werk het licht doen zien, onder den titel van Handelingen der Staten-Generaal, hetwelk een naauwkeurig verslag bevat van alles wat in de beide Wetgevende Kamers door de vertegenwoor diging welke door de vrije volkskeuz benoemd is, ver handeld wordt, alsmede alle de stukken opneemt welke bij dezelve inkomen. Wij zagen een exemplaar van deze uitgave en hebben de keurige uitvoering zoo van dei» gewonen tekst als ook inzonderheid der talrijk daarin voorkomende tabellen bewonderd. MIDDELBURG, 26. Oct. Treffend zijn de woorden, waarmede de President van het Provinciaal Geregtshof den ter dood veroordeelden de Loeilna zijne ter dood veroordeeling aansprakzij luidden aldus

Historische kranten - Archief Eemland

Arrondissementsbode van Amersfoort | 1849 | | pagina 3