Geestelijken van alle Kerkgenootschappen trokken in ambtsgewaad
het land door, om het Volk te wapen te roepen tot een kruistogt
tegen den vijand door Kossuth werden aanspraken gehouden
en proclamation uitgevaardigd vol gloeijende geestdriftmaar
de Hongaren leden verlies op verlieswaartegen de voordeelen
die zij soms bevochten niet konden opwegen. Geheel onverwacht
nogtans was de lijding, dat Kossuthin 't midden van Augustus,
zijne betrekking van Voorzitter nedergclegd en zich op de vlugt
begeven had cn dat de Generaal Görgeyaan wien het Dic
tatorschap was opgedragenzich met het grootste deel des
legers aan de Russen had overgeven eene nog altijd raadsel
achtige gebeurtenis daar Görgey nog een leger van 80.000
man met 300 stukken geschut tegen den vijand kon ovcrstellen.
De Ilongaarsche zaak was nu eensklaps beslistwant hoewel de
Generaal Klapka met eene afdeeling van het leger nog een
tijd lang de vesting Kornorn bleef verdedigen was ditrtu
overigens het leger der Hongaren geheel ontbonden wasvan
geeene waarde voor de Hongaarsche vrijheid. Ook volgde de
overgave van Komorn reeds den 27. September cn Hon
garije was nu geheel aan de willekeur van Oostenrijk over
geleverd, dat eene vreeselijke wraakoefening heeft gehouden.
Een groot aantal personen, ja allen, die maar eenigzins onder
de verdenking lagen, dat zij in den opstand waren betrokken
geweest, ook grijsaards en vrouwen, werden voor een krijgsraad
gesleept cn veelal tot den dood door kogel of strop veroordeeld.
Ook de edele Graaf Batthiany moest, volgens bet over hem
uitgesproken vonnis, door beulshanden sterven. Men heeft hem
echter de genade bewezen, dat hij door den kogel, in plaats
van door den strop, ter dood is gebragt. Aan Kossuth en andere
hoofden van den opstand is bet gelukt, zich door de viugt naar
Turkije te redden, waardoor verwikkelingen tusscben sommige
Europcsche Mogendheden zijn ontstaan, die aanleiding schenen
te geven tot een algemeencn oorlog, daar namelijk de Gezanten
van Oostenrijk en Rusland ten sterkste bij de Porie aandrongen
op uitlevering van de vlugtclingenterwijl de Porte in hare
■weigering daarvan krachtig ondersteund wordt door Engeland
cn Frankrijk.
Uit Italië wordt geschreven, dat, ofschoon de wapenen
rustende dood toch onder de gelederen der Oostcnrijksche
armee geene geringer verwoestingen aanrigt, dan op de Itali-
aansche en Hongaarsche slagvelden Epidemische ziekten, vooral
cholera en typhus, woeden in bijna alle garnizoenen en met
een getal van 80,000 wordt de ziektetoestand der armee niet
te hoog opgegeven. De Hongaarsche veldlogt doet in ontberingen
en moeijelijklieden niet onder voor dien lijd van 1812, en de
meeste soldalen namen er eene ziektestof van mede, die nu
tot uitbarsting komt in het kaserneleven en bij de algemeene
Vatbaarheid ligt besmettend werkt. Dit is ook het geval bij bet
korps troependat voor Venetië lag en maanden lang in en op
de lagunen bivouackeerdc. Men kan hel belegeririgskorps van
Venetië op 48,000 man rekenendaarvan zijn 12,000 op
de plaats gestorven, 8000 wclligt later in de hospitalen10,000
zijn thans nog kranken naauwelijks 25 procent daarvan kun
nen op genezing rekenen. Ook in de transporten der gevangene
Honveds en derzelver inlijving in de regementen wil men eene
voortplanting der ziektestof ontdekken. Zij worden onder slagen
honger en naaktheid, in troepen van 300 a 400, als het vee,
midden door de sneeuwstormen, die de vroege winter toezendt,
getransporteerd. Natuurlijk dat zij ziektestof met zich brengen
die dan in de volgepropte kazerne uitbreekt en zich verbreidt.
De Oostcnrijksche regering zal zich wel wachteneene statis
tiek harcr verliezen in het afgcloopen jaar te openbaren. In
het zuidelijk Hnugarijë en aan de militaire grenzen is de gansche
mannelijke bevolking tusscben 18 en 35 jaren letterlijk uitge
storven, en kinderen, vrouwen cn ouden maken er eene ellen
dige, van hare krachten tot arbeid en hare middelen tot beslaan
beroofde bevolking uit.
BERLIJN26. Dec. Gisteren heeft in het Koninklijke slot
te Charlotlcnburg de plegtige verloving plaats gehad van Prinses
Charlotte Dochter van Z. K. II. Prins Albert en MariannePrinses
der Nederlanden inct den Erfprins van Saksen-Mciningen.
De Ministers von Beust en Sonncnkalf te Altenburg en de
Vrijheer von Liudenau hebben dezer dagen eene openlijke uit-
noodiging aan hunne medeburgers gerigtwaarin zij zeggen:
Laat jegens ons in den omgang en in de briefwisseling de
//oog- en Welgeboren's ,de gehoorzaamste en onderdanige dienaars,
kortom, de geheele oude pruik, weg, en als gij ons ontmoet,
houd dan den hoed op het hoofd cn groet als de soldatenwij
zullen ook jegens u zoo doen.Velen behaagt ditzij doen
aldus enhet gaat goed zonder genootschappen en regle
menten. Alleen de hoedenmakers komen er tegen op.
Uit Valenciennes wordt geschrevendat er sedert eenigen
tijd vele vreemde deserteurs aldaar over de noordelijke grenzen
aankomen, die hun fortuin in Frankrijk willen gaan beproeven.
Zaturdag den 29. December is er, onder geleide van een ser
geant, nog zulk een troep van vijftig man aangekomen, mce-
rendeels Nederlandsche cn Belgische deserteurs cn voorts enkele
Duitschcrs. Twee hunner droegen vreemde ridderorden, meest
allen waren armoedig gekleed. Ondervraagd, waarom zij Neder
land of België verlieten, gaven zij ten antwoord, dat aldaar
niets te doen was. In die lauden schijnt het te rustig voor
zulke woelgeesten; zij zien dus om naar eene plek, waar meer
te doen zou kunnen vallen; om hen daarin voort te helpen,
zal men hen denkelijk naar Afrika verschepen.
LONDEN, 25. Dcc. Het is eene opmerkenswaardige daadzaak j
dat de prijs der tarwe, dit hoofdartikel van voeding hier te lande,
cn waarnaar zich de prijzen van alle eetwaren als het ware
regelen op dit oogenblik lager is dan in de laatste 14 jaren
het geval is geweest. De thans bestaande middenprijs der tarwe
is 39 sh. 9 p. per quarter. Met Kerstijd 1835 was dezelve
36 sh. 6 p.doch op het einde van Januarij van het volgende
jaar was hij weder tot 39 sh. 3 p. gestegenen van het voor
jaar van 1836 tot den herfst van het tegenwoordige jaar is de
middelprijs nimmer tot 40 sh. of zelfs nabij dien stand gedaald.
De aanvoer is tevens aanmerkelijk toegenomen: in 1844 1,379,261
quarters, in 1345 1,142.927, in 1846 2,344.142, in 1847
4,464,756, in 1848 3,098,434 en in de tien laatste maanden
van 1849 3,887,262 quarters.
Troonrede van d n Koning der Filistijnen.
HoOGGEëERDE GrOOTE KRUISDRAGERS DES rljks!
Wijze Mannen!
Brave Afgevaardigden zoowel enkele als
dubbelde
Wij door Gods genade Schlendriaan de drie en
dertigste, Alleenheerscher aller Philisters, Hertog van
en tot Donkerhuizen, brengen Ulieden onzen gena-
digsten groet. Andermaal beeft het ons behaagd, de
getrouwe Stenden van ons Rijk te verzamelen, om
in gemeenschap met hen over de welvaart van onze
allerheiligste Persoon, welke één is met de welvaart
des iands, te raadplegen. Hoe zeer zich in dit opzigt
de laatste hooge Vergadering behulpzaam betoond
heeft, geeft de verblijdende omstandigheid te kennen,
dat alles bij het oude is gebleven. In weerwil der
hardnekkige aanvallen en gevarenaan welken het
Rijk der Philisters voortdurend van de zijde der
onbezonnen Mannen van Vooruitgang en der onrus
tige nicuwigheidskraaijers is blootgesteld geweest, heeft
het tochdank zij der Vaderlijke voorzorg en hooge
wijsheid onzer Doorluchtige Voorvaderen sedert
onheugelijke tijden in onverzwakten glans en aanzien
voortgeduurden wij hopen het met uwen bijstand
en hulp, Hooggebolde Heerenaan onze Erfgenamen
en Opvolgers als het mogelijk is, nog uitgebreider en
meer bevestigd over te leverenopdat het Filisterdom
en Fiiistertoesett ongekrenkt en zuiver in alle eeuwig
heid voortdure. Wat den tegenwoordigen toestand des
Lands betreft, gelijk wij U door onze opregte en
hoogwijze Raad met de grootste naauwkeurigheid
hebben leeren kennenzoo is dezelve allerbevredigendst.
Dit getuigt de zaligegedruischlooze stilte, de rustige,
bedaarde orde, de vrome achting voor eene eerwaar
dige overlevering en heilige afkomst, die overal heer-
schen. Op zijn gemak gaat de Philister den ouden
slenter zijner zaken na; hersenbrekend gepeins is hem
te regt een gruwel, gemoedelijk genoeg bij zijn bier
en pijpje in den schoot van besloten gezelschappen.:
met belanglooze opofferende liefde hangt hij aan zijn
dierbaar ik, respecteert titel en geldzakken, geeft
gewillig den Koning wat den Koning is, en behoudt
wat men hem laat. De adel der Filistijnen is ziebt
zijner waarde bewust, de Filistijnsche boer houdt
zich bescheiden binnen de hem wijselijk aangewezen