NIEUWST IJ DIN GEN.
afgelegd. Bij overtreding van hunne instruction of
ingeval van andere onachtzaamheid of wangedrag, kun
nen zij in hunne bediening worden geschorst, of ook van
-dezelve worden ontzet. Volgens art. 4 van gemeld
Reglement moeten zij den ouderdom van 23 jaren hebben
bereikt om als Deurwaarder te kunnen worden
benoemden worden zij bij voorkeur gekozen uit
personen die een geruimen tijd onafgebroken gewerkt
hebben op hel kantoor van een' praktizijn of Notaris
bij een Deurwaarder of aan een Bureau van registratie
van geregtelijke aktenof op de Griffie van een reg-
terkolligie binnen dit Rijk. Zij zijn bij de teregt-zittingen
in bet zwart gekleed en dragen bij dezelve alsmede
bij de uitoefening hunner andere ambts-verrigtingen
om den hals een zilveren penning met 's Rijks wapen
aan eene oranje lint.
Hoewel onder niet ééne wetgeving van eene be
paalde kennis voor de dienst van het Deurwaarders
ambt gehandeld wordt, en evenmin gezegd of veron
dersteld wordt, dat zij geroepen zijn om de belangen
van de partijenin zaken van geschil te overwegen
of uitspraak te doen over derzelver regten of geschillen
en ook steller dezes niet van oordcel is dat een
Deurwaarder een regtsgelecrde behoort te zijnhoudt
hij het er evenwel voor dat bel vooral wenschelijk
is voor het welzijn der regtsbediening dat hij juiste
zuivere en voldoende kundigheden hebbeom waar
zijne dienst het vordert, de akten wel te onder
scheiden welke hij te verrigten heeft in de omstan
digheden aan hem voorgedragen en die overeenkomstig
het exploit uit te voeren't geen ook de wetgever
zeer zeker op het oog heeft gehaddoor den stand
aan te wijzenwaaruit bij voorkeur de Deurwaarders
zullen gekozen worden daar men juist in personen
uit dien stand en uit die betrekkingen eene meerdere
geschiktheid niet alleen kan veronderstellen doch ook
een onbesproken gedrag verwachten.
Wanneer men nu al eens dien stand voorbij ziet
uit den welken zich trouwens bij vacatures voor den
post van Deurwaarder altijd genoegzame sollicitanten
voordoenen benoemingen doet van mannen buiten
en beneden dien standof wier gedrag niet in alles
zoo te prijzen valt, dan kan en moet men aan de
geschiktheid van zulk een persoon twijfelen. En zal de
maatschappij zich zoodanige benoemingen als eene wel
daad toerekenen en als ook zoodoende het
Deurwaarders-ambtdat toch door alle tijden heen
en ook vooral thans in de manier van regtsvordering,
van geene geringe aangelegenheid kan genoemd worden
niet weldra de achting verliezen die men voor het
zelve steeds heeft gedragen en nog draagt, of niet die
achting dan toch zeker zeer in haar waarde dalen? H.
Overgenomen uit de Prov. Gron. Cour.)
AMERSFOORT, 2. April. De Palni-paardenmarkt den
25. Maart., aan de Bilt nabij Utrecht was drukbezocht,
doch meer voorzien van paaiden dan van koopers. Er
waren aangebragt 1130 paarden van verschillende hoe
danigheid. Ofschoon vele Fransche kooplieden tegenwoor
dig waren was de aftrek niet zoo groot als in andere
jaren. De fraaiste paarden werden tusschen de 3 a
J 400 verkocht.
Maandelijksche Vergadering van B.\ V.*. M.\ in
het Logement de Zwaan, bij den Heer B. van den Broek
op Woensdag, 3. April, 1850, ten 7 ure des avonds.
Voor B.\ Bezten |8 ure.
Naar wij vernemen heeft het dorp Lunteren, eene
vreesselijke ramp getroffen. Op Paaschmaandag zijn al
daar, door vreugdebedrijven of andersints 't regie is
nog niet kenbaar 21, zoo anderen zeggen, 23 huizen
afgebrand. Een dorp zoo algelegenvoorzien van
bluschwerktuigendoch waar het water zoo verre te
zoeken is, had gewis in de asch kunnen zijn gelegd.
Nadere en uitvoeriger mededeeling, op waarheid gegrond,
hoopen wij nader kenbaar te maken.
Uit het algemeen overzigt van den loop der cholera
ziekte in Nederland over de jaren 1848 en 1849 (door
•de Staats-Courant medegedeeld) nemen wij nog het vol
gende over: Het getal der overledenen is geweest: in
N.Braband 807, Gelderland 1050, Z.-Holland 9989,
N.-Holland 4288, Zeeland 164, Utrecht 2917, Vriesland
i 921, Overijssel 1069, Groningen 1203, Drenthe 468,
Limburg 382.
De verhouding der aangetasten lot de burgerlijke be
volking is geweest gemiddeld als 1 tot 69. In Noord-
.Brabant! was die verhouding als 1 lot 259, Gelderland
174, Zuid-Holland 29, Noord-Holland 64. Zeeland 601,
Utrecht 29, Vriesland 149, Overijssel 101, Groningen
81, Drenthe 88, Limburg 213.
De verhouding der overledenen lot de burgerlijke be
volking is geweest gemiddeld als 1 tot 130. In Noord-
Braband was die verhouding als 1 tot 496, Gelderland
353, Z.Holland 56, N.-Holland 10S, Zeeland 952,
Utrecht 52, Vriesland 266, Overijssel 199, Groningen
156, Drenthe 178, Limburg 522.
GRONINGENden 28. Maart. Ten blijke van groote
vruchtbaarheid diene het volgende De landbouwer Aeilke
Bur erna, te Loppersumhad in 1S49 eene zeug (mot),
die 21 jongen wierp. Eene dezer jongen (biggen) werd
door hem aangehouden tot eene aardmot, en deze bragt
iu dit jaar 20 jongen ter wereld, van welke 2 stierven,
terwijl de overige 18 goed gedijen en reeds den ouder
dom van 4 weken bereikt hebben.
Dezer dagen waande zich te Spijk de vrouw van
P. beheksten werdna men zegteen aldaar
wonende W. N. verdacht gehouden van haar belooverd
te hebben. De vrouw verbeelde zich, bestendig van
graauwe katten omgeven te zijn die gedurig tegen haar
wilden opklauteren. Een landlouper, die juist te Spijk
kwam, beweerde, de hekserij te kunnen bezwoeren
en de vrouw te genezen. Hij haalde sierlijke kransen
uit de beddekussens der betooverdezij moesten met
doodsbeenderen en v-ersclie aarde in een pot over het
vuur gehangen worden alsdan zou de behekscr de be
hekste bezoeken en men kon zich van hem meester
maken. De raad van den heksenmeester werd ojigevolgd,
en de tooveraar kwam, naar het zeggen van den duivels-
banner, de jiatiëut met een bezoek vereeren doch
ontvluglte door den schoorsteen in het belendende huis.
Om hem magtig te worden, zou dat huis worden om
vergehaald wat echter door gepaste voorzorgen van
het plaatselijk Bestuur van Bieruin belet werd. Dat men
te Spijk in vroegeren tijd den Booze in een kommetje
op het kabinet had gevangen was ons wel eens ver
haald doch geenszins vermoedden wij, dat het volk
er thans nog zoo bijgeloovig was.
DU1TSCHLAND. Vrees, haat, afval noch bedreiging
heeft Pruisen opgehouden in zijn loop. Na zelf consti
tutioneel te zijn geworden, zoekt het thans ook Duitsch-
land te constitueren; de Rijksdag te Erfurt is geopend;
half Duischland wordt daar vertegenwoordigd ruiin
40 milioenen zielen. En waartoe zal hij leidendie
Rijksdag? Nogmaals tot teleurstelling, lot niets?
Sommigen beweren het; anderen hopen! en onder
dezen ook de Kölnische Zei tang waaruit wij dienaan
gaande nog het volgende hier bij voegen:
«Wij schatten de moeijelijkheden die Pruisen nog in
den weg staan niet gering doch men neemt ook vele
goede teekenen waar, en het Pruisische Ministerie, dit
moet men aannemenhoudt vast aan zijne Duitsche
politiek. Toont de Koning niet altoos den onbuigzamen
wil van den grooten Frederih, wij kunnen ons bij dat
wijlëleu niet bloot bij eene persoonlijkheid bepalen. Maar
is het Pruisische Volk vast in de Duitsche zaak? De
groote masa is vermoeid; de Kiezers de grondeigenaren,
de ambtenarende gegoede burgers hebben voor een
goed deel voor de Duitsche eenheid slechts een half,
of wel in 't geheel geen hart. Komen de golven van
eene andere zijde, het vaartuig slingert en weifelt in
zijn koers. Moge Erfurt er toe bijdragenoin aan den
volksgeest eene vaste rigting te geven!
De opening van den Klein-Duitschen Rijksdag vangt
in zooverre onder goede voorteekenen aan als even te
voren de Groot-Duitsche plannen eene bejinalde gedaante
hebben aangenomen. Nu kan het Duitsche Volk kiezen
tusschen twee Driekoningen-verbondeneene keuze
als tusschen brood en steen. Het Munchener ontwerp
laat zelfs de meest bescheiden wenschen onbevredigd
wijl het niets bevat, dan eene volkomene verloochening
van den Bondsstaaten slechts tot de ondermijning van
de constitutiën der afzonderlijke Staten kan leiden. Het
kan dus den Vorsten nog minder behagen dan het Volk;
immers Baden wordt er door vernietigdde kleine Vorsten
worden er door ter zijde geschoven. Doch het is tevens
een doodgeboren ontwerpwant Oostenrijk kan dat
nimmer beamen. Wel heeft men aan Oostenrijk zeer
veel toegegevenhet Volkshuis hem opgeofferden hem
vrij gelaten om met al zijne landen in den Buitschen
bond te treden maar dat is niet mogelijk of zou
men dan niet het: Das ganze Deutschland soil es sein!