Binnenland. Uit de Omgeving. Stadsnieuws. China's souvereiniteit en territoriale onschendbaarheid te eerbiedigen, terwijl zij bovendien Japan vroeg te verklaren, dat Mantsjoerije en deszelfs kustgebied geheel buiten zijn (Japan's) belangen sfeer lag. Japan heeft te groote handels belangen in Mantsjoerije om dit laatste te kunnen verklaren, vandaar dat de Japansohe regeering de Russische voor stellen in dit opzicht verwierp en haar definitieve wijzigingen reeds op 3U Oct. den Kussischen gezant aanbood. Trots het herhaalde aandringen kwam het Russische antwoord eerst 11 Dec., waarin evenwel aan Japan's wenschen niet werd tegemoet gekomen, zoodat de Japansche regeering de Russische ver zocht, de zaak nog eens te overwegen. liet laatste antwoord van Rusland werd den 6den Januari ontvangen. Daarin sloeg het voor de volgende bepaling in de voorgestelde overeenkomst op te nemen: „Erkenning door Japan, dat Mantsjoe rije en deszelfs kustgebied buiten zijn belangensfeer vallcu, terwijl Rusland binnen de grenzen van die provincie Japan noch andere mogendheden zal hinderen in het genot der rechten en voorrechten, die zij krachtens de met China bestaande tractaten hebben ver worven, met uitzondering van de vestiging van nederzettingen". De bepalingen over een neutrale strook enkel op Koreaansch grondgebied en het niet gebruiken van Koreaansch grondge bied voor strategische doeleinden, door Japan als onaannemelijk afgewezen, bleven evenwol gehandhaafd. Weer vroeg Japan op 13 Januari aan Rusland om de zaak andermaal te over wegen en herhaaldelijk drong de Japan sche regeering op antwoord aan. Maar zelfs het noemen van een datum waarop het kon worden verwacht, was te veel moeite voor Rusland. En geen wonder. Rusland had het druk, erg druk. En geen wonder, Overal moest de vredes engel worden buitengehangen, want het land van den knoet is in de meer mo derne sprakehet land van den vrede En terwijl het onbehoorlijk talmde met het zenden van een antwoord, maakte het hard voort met zijn maritieme en militaire toebereidselen in het Verre Oosten. Laatste lïrriclitrn. De telegrammen over den oorlog, voorkomende in de Ochtendbladen ver tellen geen nieuuws. Uit Nioetsjang wordt gemeld, dat de wijziging in het bevelhebberschap van de Russische troepen en vloot aan den gang is. Generaal Berpaitskï voert het bevel over de Jaloe-divisie, die een aan val verwacht. Dat zoeken naar bevel hebbers en dat de een wegzenden en de ander benoemen komt ons voor, geen goed begin te zijn. Verder wordt uit dezelfde plaats bericht dat dagelijks gruwelen worden bedreven, in huizen van vreemdelingen en elders zoowel door depolitie als door de binnenkomen de troepen. De Rijksmiddelen. De crisis in de diamant industrie. Brachten de Rijksmiddelen over Janu ari 1903 f 10.231.872.195 op, dit jaar is de opbrengst in de afgcloopen maand Januari f9.444.270.606, dus f 787.595.59 minder dan 't vorig jaar. Vooral zijn het successierechten en suikeraccijns, die in Januari 1904 belang rijk minder opbrachten dan in Januari 1903. Met een opbrengst van f876.500 bleef het successierecht f 445.900 ten achter; de suikeraccijns bracht f 1.721.600 op d. i. f 165.200 minder. Aan de ver mindering van het laatste zal de smok kelhandel waarschijnlijk niet vreemd zijn. Ook een aantal andere middelen daalden: van de vermogensbelasting kwam f 136.800 d. i. f 35.300 minder, binnen, terwijl het bedrag van het personeel: f252.100 slechts een f1500 lager was; waartegenover de drijfsbelasting, met een bedrag van f 393.000 f 10.200 meer opbracht en de grondbelasting, meteen bedrag van f 123.300 f8400 meer. De invoerrechten brachten minder op f15.200; het bedrag over Januari 1904 is f856.300. Van de accijnzen hebben wij die op de suiker reeds vermeld. Van de 5 overige accijnzen ging de opbrengst van 3 eveneens achteruit. De accijns op het gedistilleerd ging, bij een opbrengst van f 2,064,400, f 120,800 of 57a percent achteruit, de wijnaccijns bracht f25,600, d. i. f8.200 of 24 percent minder op; de accijns op het geslacht, die f305,700 opleverde, bedroeg 128,800 of 8.6 per cent minder. Daarentegen ging dezout- accijns, bij een opbrengst van f 171,500, f 8,200 vooruit en de accijns op bieren en azijnen, bij een opbrengst van f 99,900, f 2,500. Achteruit ging voorts de opbrengst der belasting op den waarborg met ruim f 1000, die der zegelrechten met f 73,700 of 18 percent. Ook de posterijen en telegrafen brachten minder op, de eerst genoemde f 26,600, de laatste f 20.000 of 9.8 percent minder. Gunstig was daarentegen de opbrengst van de registratierechten, die met fill ,600 of bijna 23 percent vooruitging. En tot de enkele lichtpunten belmoren ook de- loodsgelden, die, bij een opbrengst van f 175,200, bij liet vorig jaar een voor uitgang vertoonden van f 13,400 of bijna 8.3 percent; terwijl ook de domeinen een f 1600 meer opleverden. Beschouwt men het geheel der uit komsten van deze eerste maand van het jaar, dan kan de indruk niet gunstig zijn. Terwijl Januari 1903 bij Januari 1902 bijna 9 ton vooruit was, overtreft de opbrengst van Januari 1904 die van dezelfde maand in 1902 met niet meer dan ruim 1 ton. De zaken in Oost-Azië houden aller aandacht zoo zeer gespannen, dat men haast- over het hoofd zou gaan zien, dat wij in ons eigen landje ook een crisis hebben en dat ook die weldra zal zijn opgelost door het uitbreken van den oorlog, nier staan evenwel geen twee mogendheden tegenover elkaar maar twee machtige organisaties: de Amster- damsc-he Juwcliers-vereeniging en de Alg. Ned. Diamantbewerkersbond. De strijd loopt hoofdzakelijk over het leerlingstelsel en daaromtrent heeft de A. J. V. enkele voorstellen gedaan, waarop door den A. N. D. B. met tegen voorstellen is geantwoord, die evenwel geen genade hebben kunnen vinden m de oogen der A. J, V., welke van meening is, dat een oplossing van het geschil alleen te vinden is op de basis van die voorstellen van de A. J. Y. De A. N. D. B. in combinatie met de christelijke vakorganisaties, wil onder handelen op den grondslag van de weder- zijdsche voorstellen, en heeft Zaterdag een bondsvergadering gehouden ten einde te bespreken welke houding dient te worden aangenomen. Nadat de lieer Henri Polak de vergadering had toege sproken, werd de volgende motie met 3483 stemmen voor, 143 tegen, 18 blanco en 2 van onwaarde, aangenomen: De bondsvergadering, gezien den brief van de .Amsterdamsche Juwelicrs-Yereeniging van 9 Februari j.l., besluit deze vereeniging te berichten, dat zij de voorstellen, vervat in haar schrijven van 31 Januari 1904, handhaaft, met dien verstande, dat zij, desgewenscht, wil laten vervallen het bindend karakter van de conclusies der daarin bedoelde commissie en daarmede ook de aanstel ling van een buiten de partijen staanden voorzitter, verklaart zich nog steeds bereid tot onderhandeling met genoemde vereeni ging op den grondslag der van weers zijden gedane voorstellen, onder uitdruk kelijke verklaring, dat zij daarmede be doelt, een spoedige en voor beide par tijen bevredigende oplossing van het huidige geschil te bewerkstelligen, en gaat over tot de orde van den dag. Deze motie, vergezeld van een breed voerig gemotiveerd schrijven is aan del A. J. Y. gezonden. Het slot van dat schrijven bevat de volgende verklaring: 1°. Wij zijn volkomen bereid mede te werken tot het totstandkomen eener leerlingregeling. 2°. Wij zijn volkomen bereid te bewilligen in het toelaten en onderrichten van elk getal leerlingen, dat zal blijken noodig te zijn tot instand houding, respectievelijk >crhoogen van het productievermogen onzer industrie. 3°. Wij zijn echter niet bereid een getal leerlingen toe te laten, dat op geen enkel positief gegeven berust, waarvoor geen enkel redelijk motief kan worden aan gevoerd. Derhalve handhaven wij onze voorstellen (behoudens hetgeen hier te voren nopens enkele onderdeden is ge zegd) nevens die welke uwerzijds zijn gedaan en blijven wij ons bereid ver klaren op den grondslag van beide voor stellen met u te onderhandelen. Aldus kan aan beider wenschen voldaan, en een conflict vermeden worden. Dat de A. J. Y., na de eerst aange nomen houding, hierop niet zou ingaan was te voorzien en Maandag besloot dan ook de ledenvergadering der A. J. Y. unaniem de uitsluiting te proclameeren. Naar aanleiding van een ingekomen tele gram van minister Kuyper, waarin hij zich bereid verklaarde zijn medewerking te verleenen om op eenigerlei wijze te trachten het geschil te beëindigen, werd besloten de uitsluiting te doen ingaan Woensdagnacht 12 uur. UIT DE PERS. In het Sociaal Weekblad van 6Febr. schreef mr. A. Kerdijk een artikel over het ingediende ontwerp-Arbeidswet. Onze plaatsruimte belet on6 helaas het arti kel in zijn geheel op te nemen, van daar dat we zullen moeten volstaan met enkele gedeelten er uit te citeeren. Het artikel vangt aldus aan: Het door de regeermg ingediende ontwerp Arbeidswet schijnt, met zijn 444 artikelen, méér dan liet is.V oor eon overgroot deel behelst het, wat reeds of in dc thans geldende Arbeids- en Vei ligheidswetten voorkomt, of krachtens deze in algemeene maatregelen van be stuur is voorgeschreven en eveneens kracht van wet heeft. Anderdeels ver raadt het de zucht om - in plaats van in èéii-en-hetzelfde artikel saam te voe gen, wat zonder bezwaar daarin saain- gevoegd kon worden door uitspin ning het getal der artikelen noodeloos en buitensporig te vergrooten Zegge vier-lionderd-vier-en-veertig artikelen wat is die Kuyper toch een baasMoest soins ter voldoening aan niet zeer chris telijke ijdeiheid, door dat vervaarlijke cijfer dc indruk worden gewekt, dat hier nu eindelijk het beroemde „wetboek van den arbeid" geleverd is Daarna wijst dc schrijver er op, dat als het ontwerp in hoofdzaak wet wordt, er ontegenzeggelijk vooruitgang zal zijn, want het bevat ook heel wat bepalingen, die verbeteringen kunnen genoemd wor den. Doch de weinige verheuging gaat gepaard met en wordt zeer getemperd door teleurstelling; vooral omdat ook nu wederom onaangeroerd is gelaten: de veldarbeid. Mr. Kerdijk bepaalt zich dan tot dit onderdeel den leeftijd beneden welken geen arbeid in den zin dier wet mag worden verricht, en komt vooral op te gen liet laten van de leeftijdsgrens op twaalf jaar. Hij schrijft daarover liet volgende Mijn verlangen is, dat het wettelijke arbeidsverbod tot het voltooide veertien de jaar worde uitgestrekt: dit acht ik, om mét de memorie van ioelichting to spreken, noodig „mee het oog op de- gezonde levenskracht van het opkomen de en toekomstige geslacht." Maarwèl zou ik teu minste van dankbaarheid hebben blijk gegeven, indien voor alles de 13 jarige leeftijd uit het vóór ont werp in het definitieve ware overge gaan. Waar dit niet is geschied, kan er van dankbaarheid op dit stuk geen sprake zijn. Veeleer van ontstemming ja zelfs van ergernis. Het argument, dat minister Kuyper gebruikt om dc twaalfjarige leeftijdgrens goed te praten wordt duchtig onder handen genomen. Heel zwaarwichtig is het dan ook niet en zeer juist wordt het door mr. K. gekwalificeerd, waar hij er van zegt „het is een praatje voor de vaak, dat in een ernstig staatsstuk niet door den beugel kan." De schrijver besluitzijnin hooge mato belangrijk artikel aldus Hoe men het dus keert of wendt; het cenige, wat de minister in het veld brengt om zijn terugkomen op zijn aanvankelijk voornemen goed te pra ten, kan don toets der critiek niet door st lan. Het is zóó zwak, dat de gedachte moet rijzen, of hij de werkelijke roden niet verzwegen heeft. Wat dan de ware, niet uitgesproken reden wezen zou? Zij valt slechts te gis sen, en dus ook te missen. Daarom wil ik van een gissing mij liover onthouden. Wij zullen er wel meer van hooren, al eer het wetsontwerp de verschillende stadiums van behandeling doorloopcu heeft. Zóóveel in alleen gevalle dunkt mij ze ker, dat de heer kuyper op het stuk van kinderarbeid niet blijkt te zijn de kloeke krachtige hervormer, dien me- nigen in hom meende te mogen begroe ten. Veeiicmlaal. Wegens stijging der wolprijzen hebben de sajetfabrikanten alhier de sajetprijzen met 10 ets. per K.G. verhoogd. Door de heeren T. K. &K. H. van Wou denberg, fabrikanten alhier, is tot voort zetting der zaak, welke tot 31 Dec. 1903 door hunnen vader, den heer D. van Woudenberg werd uitgeoefend, voor on- bepaalden tijd eene vennootschap aan gegaan, ten doel hebbende liet fabricceren van en het handelen in wollen stoffen, garens en andere artikelen, waarvan wol de grondstof is. Weer zonder debat. De heer Brants, aijri^y olutioii^kair af gevaardigde voor hev sprak Yrijdag te Yeenepdjhal het onder werp „onze chris&3ijkp''ïegeering'\ Aan den bociaal-democijpiY A. v. d. Poel, die met den spreker wenschte tedebatteeren, werd zulks geweigerd. Yan liberale zijde had men zich vooraf vergewist, zoodat er van hun zijde geen vergeefsche tocht werd gemaakt. Yan de vergadering te Zeist geeft de „Sticlitsche Courant" een volledig ver slag, dat in zijn geheel is overgenomen door do (oude) Amersfoortsche courant. Wij zullen uit liet verslag der „Sticlit sche" slechts een paar grepen doen. We lezen erin: „Dit was ook geen ver gadering, waar een spreker het zittend Kabinet stond af te kammen en de deugden zijner eigen partij stond op te vijzelen". Wanneer wij liet aldus lezen: „Dit was een vergadering, waarin een spreker (zonder tegenspraak te duchten te hebben) het zittend kabinet stond op te kammen en dc deugden zijner eigen partij stond op te vijzelen," dan kan dit als een kort begrip van het gchecle verslag, gelden. Wanneer wij in dat ver slag dan ook lezen wat een der aan wezigen in het debat zeide" dan be rust dat woord blijkbaar op een mis verstand. Yerder lezen wc „De regeering steu nen, dat is nu de taak." Uit kan weer als kort begrip gelden van de wijze, waarop de afgevaardigde zijn mandaat opvat. Met de regeering door dik en dun aldus zouden wc liet ook kunnen uitdrukken. Waar verder volgens de afgevaardigde, „zwijgen (in de Kamer n.l.) meer over eenkomt met 'sLands belang," daar moeten wij toch opmerken, dat Dr. Kuyper, vóór liij aan dc ministerstafel zat, er anders over dacht. Xijlterk. Alhier zal een intercom munaal rijkstelcphoonbureau worden gevestigd, zoodat Nijkerkers die met buiten willen spreken, daarvoor voor taan niet meer de reis naar Amersfoort behoeven te maken. Putten. Op de voordracht voor on derwijzer aan een O. L. school te Kam pen komt als No 2 voor onze dorps genoot de lieer van Zon. AVe hoorden Zondagavond het zesde populaire Beethoven-concert, gegeven door 't Utrechtsch Stedelijk Orkest met welwillende medewerking van mejuffrouw Marie Jeaunette AYalen, pianiste uitHil- versum. Dit is het derde concert van dien cy clus, dat we bijwoonden een edel ver heffend genot, dat men zeker hoogst zelden op die wijze kan smaken, n.l. voor zóó weinig geld. Of 't er chique is noen, niet waar dat verwacht ook niemand maar een volle zaal in 't gebouw van Kunsten en Wetenschappen, 't balcon zelfs geheel bezet en daarachter zeker nog een 40 a 50 menschen, allen echte muzieklief hebbers en genietende van 't hoogste dat gegeven kan worden, is zulk een aanbeveling op zich zelf, dat men noch naar kleeding noch naar personen ziet. Daarbij is de stemming overal dezelfde, n.l. die van de grootste aandacht. Dat de muziek uitstekend werd gegeven, daar voor is de naam van W. Hutschcn- nuyter een voldoende waarborg evenals voor de bezetting van het orkest. A\ e kregen Ouverture II van dc opera Leonorc", eigenlijk de eerste, die Beet hoven hier voor componeerdeen die telkens verrast door onverwachte wen dingen daarna Concert 110. 4 (Op. 58. G.) voor piano met begeleiding van or kest. Mej. AV alen toonde zich een uitste kende pianiste, die met grootcn eenvoud 't stuk begon en zooveel teclmiek paarde aan mooicn aanslag en prachtige, ge voelvolle voordracht, dat zij er ieder mee bekoorde en door ontroerde. Na dc pauze, waarin dc solisten zeker w el wat uitrustte van de inspannende voor dracht, liet zij zich hooren in twee kleinere stukken, n.l. Andante (E.) en Rondo a Capricio (op 129. G); in 't manuscript van dit Rondo stond dc door Beethoven zelf aangeduide bijvoeging: „Die AVut iiber einen erlorenen Grosohen, ausgetobt in einer Caprice". Nu was 't merkwaardig hoe kalm en zangerig het Andante, daarna 't Rondo waren en kan men zich den Componist voorstellen op een van zijn geliefkoosde wandelin gen in een hosch; tot. den plotselingen aanhef van de Caprice op eens 't motief geeft van de „AA'ut"; nu, ieder weet w elke buien van woede Beethoven kon hebben; hier was 't meer een muzi kale illustratie eigenaardig was 't om na te gaan de verschillende stemmingen óf van hemzelf daarbij, óf van verschil lende personen die hem er bij beklaagden, zoodat men dan eens een schol, rate lend stemmetje hoorde, dan weer een korte, zwaardere mannenstem afgewis seld door die van bedaarder vrouwen waar tusschcndoor telkens 't motief terugkeerde van den verliezer, zoodat 't een allergeestigste causerie leek, natuurlijk eindigende in een mooie har monische oplossing. De wedergave door de pianiste was allerfijnst; we bewonderden de zeer nauwkeurige accentuatie, beheerscht door ingehouden gevoel, waardoor iedere noot zoo geheel tot haar recht komt. Nu volgde Symphonic no. 7 (op 92, A), waarvan we slechts de twee eerste gedeelten hoorden; het Poco Sostemto Vivace brengt meer een schitterende indruk te weeg dan dat het een melodie geeft; 't werd fijn en zeer geacheveerd gespeeld; 't volgende Allegretto was zeer aantrekkelijk; gaarne hadden wc ook de twee laatste deelen gehoord, maar om daarvoor tot half twaalf te moeten rondloopen in Utrecht waar men te nauwernood Zondagsavonds onder dak kan komen, was ons te kras. Erg jammer dat de gelegenheid voor terugkeer naar Amersfoort niet een klein uur later plaats heeft, men mist nu altijd of een gedeelte van de sinfonie of, wanneer men blijft, verliest men eerder de stemming. Die hielden we nu beter vast en daardoor kwam ik er toe eens een opwekking te lichten tot de Ainersfoortschen om voor taan ook gebruik te maken van de uit nemende gelegenheid, die ons hier wordt gebodenzoovelen die zich Zondags ver velen en eens een opfrissching behoeven, zouden daarvan kunnen profiteeren. Voor slechts eén kwartje, mits vooruit genomen, heeft men het toegangsbewijs, dat meteen programma is; af en toe wordt er nog een aparte uitlog van de zware muziok gegeven u 10 ets. AVij herinneren er de kegelliefhebbers aan, dat heden en morgen de kegelbaan op de sociëteit „Amicitia" voor hut con cours zal zijn gesloten. De officier van gezondheid jle klasse A. P. G. F. Giese is gedurende 21/1 maand gedetacheerd bij het remonte- depót te Milligen. H. M. de Koningin passeert heden avond op Haar terugreis van het Loo naar den Haag, om 6.19 (Gr.tijd) het station alhier. Zooals aan onze lezers bekend is, is de heer Krapels, stationschef der H. IJ. 8. M. destijds bc eind tot hoofd-corres- pondent van de bekende coöperatie, uit gaande van de H. IJ. 8. M. Tot correspondenten zijn thans benoemd de heer G. C. Schellinger, commies hij de afd. „tractie" en Pannevis beambte bij de afd. „Signalen". Destijds is door de Vereeniging „Han del en Nijverheid" aan de directie der II. IJ. 8. M. een verzoek gericht, om het buurtverkeer van bier i .t te breiden, vooral in dc richting Amsterdam. De Directie der H. IJ. 8. M. meende toen, blijkens haar antwoord, aan dit verzoek niet te kunnen voldoen. Dat niet alleen liier de behoefte ge voeld wordt van een dergelijke uitbrei ding blijkt uit het feit, dat de Vereeni ging „Handelsbelangen" te Hilversum besloten heeft bij dezelfde directie te requestreeren inzake uitbreiding van bedoeld verkeer in de richtingen Amster dam, Utrecht en Amersfoort. Zeer hopen wij, dat het succes van de vereeniging te Hilversum beter moge zijn, dan van „Handel en Nijverheid". Concert voor „Kindervoeding" Üp 25 Februari a.s. des avonds ten S uur zal in de Groote zaal van „Amicitia" een vocaal en instrumentaal concert gegeven worden ten bate van boven gemelde vereeniging. Het initiatief daartoe werd genomen door den heer v. Aaken allüer, die voor zijn mensclilicvend streven dadelijk steun vond hij verscliillendc dilettanten en zoo gelukkig was zich daarvoor de belang- looze medewerking te zien toegezegd door Mejuffrouw 8. Hpscma A'inckers, altzangeres in het zoo gunstig bekende Spoel's a cupella koor. liet afwisselend programma deelen wij later mede. AVij plaatsen gaarne een woord ter opwekking van allen om de uitvoering bij te wonen. Niet alleen is men \erzekerd werke lijk goede muziek te hooren, doch men steunt daardoor het streven der zoo nuttige vereeniging „Kindervoeding", die jaaalijks, ook ten gevelge van de Leer plichtwet, hare uitgaven belangrijk ziet toenemen. A'oor toegangsbawijzen a f 1.kan men zich wenden tot de Dames der A'erecniging, de boekhandelaren en den kastelein van „Amicitia" bij wien ook plaatsen zijn te bespreken op 24 en 25 Februari a.s. Het jaarfeest van de afd. Amersfoort van dc S. D. A. P. Zondagavond in „Amicitia" gehouden was vrij goed be zocht. De Arbeiders-zangverecniging onder leiding van den heer O. Akkerman bracht enkele nummers ten gehoore, die vrij goed werden gezongen, terwijl de tooneelverceuiging twee stukjes vrij ver dienstelijk speelde. Een geanimeerd bal besloot den avond. De dames A. Baas en M. J. D. de Kok, beiden pupillen van de Maatschappij tot Opvoeding van AVeezen iu het Huisgezin

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1904 | | pagina 2