Binnenland.
Allerlei.
Uit de Omgeving.
De Times verneemt uit Tandzjer dd.
12 lezer: De secretaris van het Fran-
sclie gezantschap die op het oogenblik
te Fes vertoeft, heeft bevel gekregen,
voorloopig daar te blijven, daar de Sul
tan nog altoos weigert, zijne toestem
ming te geven tot invoering van deAl-
gerijnsche politie in Tandzjer. l)e Fran-
sche regeering zal vermoedelijk gedwon
gen zijn, langs diplomaticken weg pressie
te oefenen.
Lord Milner heeft een onderhoud ge
had met de Koningin der Swazi's. In
antwoord op een begroeting door de
Europeesche bewoners, gewaagde Milner
van het „afschuwelijke netwerk van
concessies" waarin Swaziland „verstrikt"
was. Hij voegde erbij dat aan den tegen-
woordigen toestand binnen enkele weken
een einde zou gemaakt worden en be
toogde dat het noodig was de conces
sies op te zeggen.
De opmarsch der Britten naar
Gvangtse is gisteren begonnen.
De personentrein BelgradoSolo-
nika blijft van gisteren af tot nader
order 's nachts te Oeskjoeb staan in het
belang van de veiligheid der reizigers.
Tijdens een brand te Urbich, bij
Erfurt, hebben de brandweerlieden ruzie
gemaakt met den opperbrandmeester
Hoyer en gingen dezen te lijf. Hij kreeg
o. m. een slag met een koperen mond
stuk. Wat er onder die omstandigheden
van den brand is terechtgekomen, vinden
wij niet vermeld.
Men schrijft aan de N. li. Ct."
Als proeve van de vrijheid, die aan
de Vrije Universiteit aan de leeraren
der wetenschap gelaten wordt, is bij den
strijd over het promotie-recht der Uni
versiteit, herhaaldelijk verwezen naar
Seinpost, toen een der hoogleeraren ge
stold werd voor de keus 0111 f eigen
wetenschappelijke overtuiging te verloo
chenen, óf ontslag te nemen.
Wegens den persoon, dien het gold,
als geleerde en staatsman zoo hoog in
aanzien, heeft die uitbanning in den
lande groot opzien gebaard, en heeft
zelfs een man als Hovy, steunpilaar van
de hem zoo dierbare instelling, daarin
aanleiding gevonden zich uit het Direc
torium terug te trekken.
liet gebeurde met den heer De Sa-
vornin Lobman is evenwel niet het eeuige
geval geweest in de geschiedenis der
Vrije Universiteit, dat een hooglceraar
van zijn plaats werd weggedrongen.
Om niet te spreken van een jongen
Lohman, van wien men nog zou kun
nen veronderstellen, dat hij niet langer
aan een school verbonden wenschte te
blijven, die zijn vader zóó bejegend had,
hebben in de eerste jaren der jonge in
stelling nog drie hoogleeraren de school
verlaten: Van Konkel, dr. Dilloo (voor
de Oostersche talen) en dr. Hoedeniaker.
Wat de eigenlijke aanleiding daartoe
geweest is weet ik niet. Maar vrij
willig was hun heengaan stellig wel niet.
Wie eenmaal met de zoo begeerde pro
fessorale toga bekleed is, keert niet te
rug naar bescheidener werkkring dan, zij
het ook zedelijk, gedwongen. Waar zijn
er aan de openbare universiteiten de
voorbeelden van, dat de katheder voor
predikstoel of rechtzaal verlaten wordt?
Wat het geweest is, dat het dezen
profeBsored onmogelijk gemaakt heeft
aan te blijven: óf de heerscht van één
enkel man, die geen zelfstandige gees-
Men zou twee avonden achtereen een
vroolijke vaudeville geven, La Colore
d'Achille geheeten. Het was alsof het
stuk voor de gelegenheid was gemaakt.
Achille Pangolin is een moderne Sga-
narellc, een verwaande en onnoozele
oude, die in alles de bewijzen van het
denkbeeldig bedrog zijner vrouw meent
te zien. Alles komt hem verdacht voor,
van het miauwen zijner kat tot de uit
vallen van zijn papegaai. Hij ziet een
stok in de gang staan en denkt datjeen
mededinger dien heeft achtergelaten,
breekt hem doormidden en ziet dat het
zijn eigeu stok is. Eveuzoo gaat het
met zijn hoed: hij vergeet hem in de
kamer van zijn vrouw, komt terug en
vindt hem, deukt hem ineen en zoekt
in alle hoeken naar den eigenaar van
den verwenschteu hoed. In zijn groote
wanhoop wil hij zich het leven benemen
en staat gereed zich voor het hoofd te
schieten. Maar zie, er is iets dat hem
weerhoudt. Hij wil zich wel van kant
maken, maar zich liever geen zeer doen:
de dood is hem welkom, maar pijn vindt
hij lastig. Om zijn afkeer van het leven
met zijn medelijden met zich zelf te ver
zoenen, gaat hij vóór den spiegel staan
en schiet op zijn beeltenis.
De klucht werd stormachtig toege
juicht. Elk woord van La Colerè
d'Achille was zoo toepasselijk! Twee
uur vóór Gorgeon moest spelen had hij
geweigerd zijn vrouw te ontvangen. Zijn
ten naast zich duldt; zeker is het,
dat een universiteit, waar binnen wei
nige jaren de helft barer professoren af
gedankt of weggedrongen wordt, al heel
oneigenaardig een vrije universiteit heet;
en dat, wanneer, gelijk dezer dagen op
den Yrije-Universiteitsdag door dr. Gee-
sink geleeraard wordt, dat de dogma
tische grondslag, „in geen enkel op
zicht een belemmering van de vrijheid
in wetenschappelijk en onderwijzend
opzicht vormt", men verbaasd zich af
vraagt, wat in die kringen onder vrijheid
verstaan wordt.
Mevrouw Elisa van Calcar geb. Schi-
otting is "Woensdag te 's-Gravenhagc op
bijna 81 jarigen leeftijd ontslapen.
Velen zullen met oprecht leedwezen
kennis nemen van het heengaan van
deze merkwaardige en hoogbegaafde
vrouw, die gansch haar arbeidzaam leven
gegeven heeft in dienst van de mensch-
heid, en niet weinigen tot zegen is ge
weest. Vooral als opvoedster der jeugd
nam mevrouw Van Calcar in ons land
en in 't bijzonder in de stad harer in
woning een eereplaats in. De methode
van opvoeding, waarvan zij zooveel heil
verwachtte voor de toekomstige man
en vrouwen, mocht zij, vooral in haar
laatste levensjaren, die haar door de
liefdevolle toewijding van haar hoogbe
jaarden echtgenoot en vriendenkring
zoozeer werden veraangenaamd, meer
en meer in toepassing zien brengen. En
't is wel haar grootste vreugde geweest
nog vóór korten tijd, dag aan dag, vlak
naast haar woning, den „kindertuin" te
mogen bezoeken, defröbelinrichting door
haar gesticht en met zooveel succes werk
zaam, dat in een ander gedeelte der
stad een gelijksoortige school moest
worden ingericht.
Mevrouw Van Calcar, die ook als
schrijfster haar verdiensten had en nog
tot kort voor haar dood gelegenheid vond
haar beginselen op 't gebied van bet
zielsleven in haar tijdschrift: „Op de
grenzen van twee werelden, onderzoek
en ervaring op 't gebied van 't Hoo-
gere Leven" neer te leggen, zal door
zeer velen, die haar en haar arbeid heb
ben leeren waardeeren, diep worden be
treurd. Bij verschillende gelegenheden
trouwens laatstelijk nog op iiaar tach
tigsten verjaardag, bleek ondubbelzinnig
hoe hoog Elisa van Calcar, in wie ook
haar echtgenoot de heer II. C. Van Cal
car, zooveel verliest, werd geapprecieerd
als edele vrouw, als trouwe vriendin, als
schrandere paedagoge, als kindervrien-
din vooral ook.
Donderdag verwierp de Eerste Kamer
de Hooger Onderwijswet met 27 tegen
22 stemmen.
ïu 11 em o rijt ui -
Den lOn Maart 1884, velen onzer
lezers zullen zich dit nog herinneren,
genoot onze stad de eer een bezoek te
ontvangen van de Transvaalsche depu
tatie, bestaande uit de heeren Paul
Kruger, Du Toit en Smit.
't Was voornamelijk om den eer-
waardigen professor Halting een bezoek
te brengen, dat dit drietal in Amers
foort kwam, maar de gemeenteraad,
zoowel als de burgerij, waren met dit
bezoek zoo ingenomen, dat men besloot
de Transvalers feestelijk te ontvangen.
Aan feestvreugde en huldebetoon heeft
het der commissie dan ook niet ontbroken.
Hoewel het dien dag een echt „hon
denweer" was, dit vermocht du geest
drift niet te temperen.
woede onder het spel was echt. Bij on
geluk was het pistool een eerwaardig
reliek uit den tooneelrommelhet brandde
te laat af. Een der heeren van het or
kest riep in'slecht Fransch: „Mis!"
Toen na de voorstelling de regisseur
zich bij Gorgeon verontschuldigde, zei
deze bedaard: „'t Is niets. Thuis heb ik
een beter pistool dat zal ik morgen
avond meebrengen." Den volgenden dag
liet hij liet hem zien; 't was wezenlijk
een mooi pistool niet dubbele loop.
„Ziet u, als het eerste schot niet afgaat,
is er nog een tweede kogel."
Nog nooit had men den komiek met
zooveel vuur zien spelen als dien avond.
In het laatste tooneel schoot hij niet
op den spiegel; eensklaps veranderde
hij van houding en de kogel trof zijn
vrouw. Zij viel levenloos neder. Ter
stond daarop schoot Gorgeon zich voor
het hoofd.
liet voorval werd druk besproken.
Vorst Vasilikof's opmerking was deze:
„Twee menschen die elkander innig had
den liefgehad! Maar zoo zijn de Franscheri!"
-^.| EINDE. j^-
Nauwelijks werden de stoere, vierkante
gestalten bij het uitstijgen der spoor
weg-coupé zichtbaar, of, een donderend
gejuich, vermengd met de tonen van
het Transvaalsche volkslied steeg uit
honderden kelen op. Overal waar de
de Commissie verscheen werd ze mèt
groot enthousiasme toegejuicht Door den
Raad werd den heeren een diner aan
geboden, waarbij het aan de gebruike
lijke toasten niet ontbrak natuurlijk.
Ook Kruger hield een toespraak.
Vol hoop voor de toekomst waren
zijne woorden: Nu in Nederland geko
men zijnde en kennfs genomen hebbende
(aldus de president) van de nieuwsbladen,
hebben wij gezien dat: „toen ons leed
had, julli weendedet; toen ons vreugd
had, julli vroolijktet."Spr. wenschte dat wij
de bandentusschen Nederland en de Zuid-
Afrikaansche Republiek nauwer zouden
toehalen en de Hollandsche schepen in
be Delegoabaai hunne koopwaren zouden
brengen. Voor ondernemende lieden
biedt Zuid-Afrika een schitterende toe
komst. De president eindigde zijn toe
spraak daarom met de woorden: „werpt
uw brood op het water en ge zult het
terugvinden".
Hoopvolle klanken kort na de schit
terende overwinningen op de Engelschen.
Maar het „perfide'1 Albion had niet voor
goed afgezien van zijn streven 0111
geheel Zuid-Afrika aan zich te onder
werpen, en vaderlandsliefde en onver
saagdheid moesten bukken voor het recht
van den sterkste.
Iloe treurig zijn de laatste levensjaren
geweest van den grooten man, aan
wien Zuid-Afrika zooveel te danken had,
doch wiens werk thans is vernietigd door
ruw geweld.
Te Clarcns in Zwitserland is de groote
Kruger ontslapen.
Dit bericht kwam den meesten onzer
zeker geheel onverwacht Wel waren er
in den laatstcn tijd nu en dan ongun
stige berichten omtrent den gezondheids
toestand van den 78 jarigen balling
verspreid, maar deze werden ook telkens
weder tegengesproken. Toch wist men
dat het leed 0111 zijn volk als een worin
knaagde aan deze voor korten tijd nog
zoo krachtige figuur.
Zijn dood sluit een stuk wereldge
schiedenis af, dat tot eeuwige schande
zal strekken van de beschaafde natiën
van Europa en Amerika. Tc schitteren
der tegen dien duisteren achtergrond
van heerschzucht, gouddorst en zelfzucht
verrijst daarentegen de grootheid van
het volk, waarvan hij deel uitmaakte en
welks eer ook de zijne is.
UIT DE PElls!
Uit één Mortel (les geloof».
Ofschoon de politieke Christenen al
het mogelijke doen om goed te doen
uitkomen dat trots de vele punten van
verschil zij dit ééne groote punt gemeen
hebben, dat zij leven uit, een wortel des
geloofstoch komt zoo nu en dan een
minder voorzichtig schrijver, misschien
in wat te ver gedreven eerlijkheid onder
de broeders, vertellen dat het niet die
eenheid niet al te schitterend staat. We
herinneren bijv. aan het Hoofdartikel
in „De Standaard" van dc hand des
heeren Dhaene van Yarick, handelende
over de bekende standbeeldkwestie,
waarover men in Katholieke kringen
niet weinig was verstoord en verbitterd.
Dr. Kuyper achtte het toen noodig
van do regeeringstafel mede te deelen,
dat hij in geen enkel opzicht iets uit
staande had met de plaatsing van dat
artikel in zijn lijforgaan.
De minister, gehoord de Roomsche
pers, deed niet onduidelijk blijken hoe
hij had ingezien dat men de koalitie-
vrienden niet ongestraft kan prikkelen.
Thans lezen we echter in liet Gere
formeerde Jonyelinfi-bladdat geredi
geerd wordt door een gereformeerd pre
dikant, die bij dr. Kuyper in hoog aan
zien staat, een stuk dat beschuldigingen
bevat aan het adres van Rome, die
gansch haar wezen aantasten en ont-
eeren. Het luidt als volgt:
„Do Vorige Paus Leo XIII heeft Pro-
testantsche zendelingen verwezen naai
de hel. Dat is de man niet kwalijk te
nemen want hij geloofde immers dat er
buiten zijn kerk geen zaligheid is; maar
wij zijn zoo vrij om te gelooven dat hij
niet onfeilbaar was.
Rome heeft op het gebied der zen
ding een eigenaardige manier om het
werk van die „hellewichten" tot nut van
eigen kerk te laten strekken. Is er hier
of{ daar een zendingsterrein waar het
bijzonder goed gaat, waar de predi
king des Evangelies vrucht draagt, dan
duurt het nooit heel lang of Rome ge
voelt roeping om ook dat terrein te be
zetten.
Rome bedient zich daarbij ook niet
altijd van eerlijke middelen. Tegenover
mannen die de Paus „Dienaren des Sa
tans" die „de heerschappij van den vorst
der duisternis zoeken uit te breiden"
genoemd heeft (Bul van 1 Dec. 1880),
is dat misschien ook niet noodig.
„Wanneer Rome kan, neemt ze de
wereldlijke macht in haar arm. Het re
volutionaire Frankrijk, dat in eigen l&nd
de kerk vervolgt, steunt in de koloniën
de pogingen der Jezuïten en verdrijft,
zoo mogelijk, in naam van het „aller-
ehristelijkste Frankrijk" de Evangelische
Zending. Dat is geschiedt of tenminste
beproeid op| de Carolinen, op Tahiti, op
Madagaskar.
„Onder do Kols in Voor Indië ge
bruikt de Jezuït andere middelen. Hij
beloofde den armen Kol voorspraak bij
het gerecht, als hij zich maar eerst bij
de H. „Katholieke" kerk voegde en dan
zou hij ongetwijfeld in het proces over
een eigendom van zijn land in het ge
lijk gesteld worden.
„Ook vond de pater het door en door
onbillijk dat de protestanten de inen-
schen zoo weinig genot gunden; hij zag
volstrekt geen zonde in zulk een hei
denschen feestdans en in het drinken
van rijstbrandewijn. Hij gunde het vleesek
graag wat vrijhoid, als hij do ziel maar
in de eenige schapenstal mocht brengen
„Wanneer de pater met zulke beloften-
de lieden heeft overgehaald dient hij ze
haastig den Roomsehen doop toeRome
doopt op het zendingsveld de Protestan"
ten over soms wel «10.000 Kols in
eene week.
„Op midden Java maakte de pater het
nog brutaler. Hij beloofde rovaalweg
aan elk die zich doopon liet een rijks
daalder.
„In Ncd. Indië heeft den Rooinschen
zending echter niet overal toegang. De
regeering wil eigenlijk geen tweeërlei
zending op een terrein. Maar Rome
weet den weg. Toen het de Minahassa
wilde binnengaan, en dit doorde reg-ee-
ring belet werd, werden eenige zooge
naamde Ambonesche soldaten, die uit
de Minahassa afkomstig waren," tot de
Roomsche kerk bekeerd. Toen zij na
volbrachten diensttijd weer naar het va
derlijk dorp terugkeerden, vroeg do
priester al gauw toegang om daar zijn
leden te bezoeken. En toen hij er een
maal was, zat hij niet stil.
„Intusschen gelukte het de Roomsche
paters, bij de Europeesche beambten
meer bemind te zijn dan de zendelingen.
Het is reeds herhaaldelijk gebeurd dat
de onverschilligste ongeloovigen van
Rome goed en van de Protestantsche
zending kwaad spraken.
„Hoe dit komt? Misschien dat zekere
Duit>che reiziger De Zintgraff het ons
wel vertelt. Hij zegt: „Ik gaf den voor
keur aan den omgang met Frausehe
Priesters, zij drukken bij mijn zwakhe
den een oogje toe en laten ook eens
een enkele keer 2 maal twee vijf zijn:
ik scheid van hun niet met het bewust
zijn dat ik een arine zondaar ben, maar
wel met het gevoel dat zij fameus be
minnelijke kerels zijn."
„Dit komt zoowat neer op hetgeen
iemand eens uit Java schreef: „De pa
ters zitten ook nog eens in de soos (so
ciëteit) en kaarten eeu spelletje mee; die
zendelingen zijn overal te stijf voor."
Tot zoover het Gereformeerde Jonge
ling sblad.
Hier worden beschuldigingen uitgespro
ken, die niisschienj(M;e zijn niet in staat zc
te controleeren) nietonweerspiokcnziillen
blijven. Wat ons evenwel in niet ge
ringe mate verwonderd is, dat de anti-
revolutionaire jongelingschap waarvoor
dit artikel geschreven is, bij andere ge
legenheden wordt opgetrommeld om te
strijden voor een samengaan met Rome,
ter eere van Christus.
Geen ongelukkiger werk dan „Allerlei"
te schrijven bij een temperatuur, waar
door de dikke heer Bruis uit de Camera
Obscure zeker een beroerte zou krijgen,
en in een tijd, waarin alle kranten voor
drie kwart aan .Generaal Van Heutz
gewijd zijn en voor het overige kwart
slechts ongelukken weten te vermelden
waarbij verbrande automobielen, ver
dronken schippers, overreden kinderen,
enz. enz. de Hoofdrol vervullen.
Denk er nu aan, dat een Allerlei
schrijver evenals een Clown altijd min
of meer „komiek" moet zijn, en ge kunt
u, als ge een weinig fantasie bezit een
denkbeeld vormen van den wanhopigen
toestand, waarin zich thans zoo'n ge
dwongen-komiekeling moet bevinden.
Wees maar eens moppig, als aan elk
van de weinige haren, die je nog resten,
een druppel zweet hangt, als een dauw
druppel aan een grashalm. Doe een
ander maar eens lachen, als je zeli in
een stemming verkeert van „pfff, ge
lukkig da'k zit", en de ander in zijn
niets-doen en niets-denken liefst door
niets gestoord wil worden.
En als ge dat kunt lezer, dan neem
ik eerbiedig mijn hoed voor tl af, en
wil ik zelfs, uit bewondering voor uw
talent, aan „de Telegraaf" een brief
schrijven 0111 u aan te bevelen, als Uiltje,
de eeuwig-moppige, eens mocht komen
te overlijden. E11 zoo lang de plaats
van Uiltje niet vakant is, zoudt ge,
indien die rol niet te nederig ware voor
uw genie, mij wellicht voor mijn allerlei
de stof kunnen leveren, die ik niet
vinden kan. „Vinder", trouvère, trouba
dour, dat zou dan uw titel, uw eere-
naam zijn; ik ben slechts verzamelaar,
„omvormer", van wat anderen geschre
ven, overgieter, van wat anderen reeds
gegoten hebben, inaar gij zoudt zoeker,
vinder, schepper zijn.
Daarom, 0 moppige lezers, komieke
lingen, droge- maar (met het oog op dit
jaargetijde) vooral natte-comici, sta mij
in dezen hopeloos-pessimistischen, bran
dend-warmen, nieuwtjes-armen zomertijd
bij, en laat mij niet bezwijken aan een
maagkwaal door het overvloedig gebruik
van komkommers.
Varia.
Te Keulen zal van 5 tot 7 October
eeu „Internationaal Congres tegen onze
delijke literatuur", vorgaderen.
In Yokohama is een groote drukkerij,
waarvan de eigenaar en zijn 220 werk
lieden Christenen zijn. De dag wordt
begenuen met een godsdienstoefening,
waaraan allen deelnemen.
Alle schepen, die bestemd zijn voor
West- of Zuid-Afrika en komende van
Europa en Amerika, leggen aan te Ma
deira. Hier volgt een lijst van sterke
dranken die in één week passeerden.
Genomen van de dagelijksche opgave,
zooals is aangeplakt in Liverpool.
MO,000 kisten jenever pd. st. 240,000
800.000 kruiken rum pd. st. 240,000
86,000 barels rumpd. st. 7200
24,000 butts rumpd. st. 240,000
80,000 kisten brandewijn pd. st. 00,00*1
28,000 kisteu Iersche whiskey pd. st. 60,000
30,000 kisten Old Tom pd. st. 60,000
75,000 bareis Absiuthe pd. st. 45,000
40,000 kisten Vermout pd. st. 4,0o0
Totaal pd. st. 1,046,000
of meer dan twaalf uillioen gul
dens om de Afrikanen naar bun verderf
te helpen.
Gevolgen van den oorlog.
Wat is eigenlijk malaise? Meestal
heeft men niet meer dan een vage voor
stelling van de periodiek in den handel
terugkomende tijden van „weinig zaken
doen", maar hoever dat wel gaat, daar
van weet men in den regel niets. Wij
hoorden onlangs een cijfer noemen
zegt het N. v. d. D. dat althans
eenig houvast geeft. Er was onder koop
lieden sprake van minder telegrammen
verzenden dan gewoonlijk, en éen meende,
dat er in de maand Juni in Amsterdam
wel 4 a 5000 handelstelegrammen min
der verzonden waren, 't Bleek, dat er
40000 telegrammen minder verzonden
zijn dan anders in Juni.
Zooals 't in Amsterdam is, gaat 't wel
in de heele wereld. De oorlog oefent
overal een verlammende werking uit.
Er zijn takken van handel die stil lig-
ged. De ieder handel bijv.onlangs wer
den op een veiling 2000 huiden aange
boden. Er werd geen bod op gedaan.
Baar 11. Alhier is opgericht een
afdceling van het „Centraal-Comité voor
vacanties- en herstellingskolonies". Het be
stuur bestaat uit: dr. Muijsken, dr. Astra,
mcj. Cainbier van Nooten, mevr. Paine
Strieker, geb. Dudok de Wit, en mej.
Druijvestein. Reeds traden een 60-tal
ingezetenen als lid toe.
De raad dezer gemeente is tegen
heden in een buitengewone vergadering
bijeengeroepen, ten einde plannen te
ontwerpen voor een feestelijke ontvangst
van Generaal van Heutz die in den
loop der volgende week aan het station
der II. IJ. S. alhier zal aankomen tot
liet bezoeken van H. M. de Koningin-
Moeder op Soestdijk.
Barue veld. Woensdagnamiddag is
de klerk der posterijen en telegraphic
d. II., die sedert enkele dagen als plaats
vervanger ten postkantore alhier werk
zaam was, wegens een tekort in zijn
kas, op last van den officier van justitie
gearresteerd en gevankelijk naar Utrecht
overgebracht. Op zijn vorige standplaats,
te Montfoort, moet het tekort ongeveer
f 200 bedragen, terwijl hier ruim f 5 te
weinig aanwezig was. De H. nam zelf
het telegram op, waarin zijn arrestatie'
gelast werd, en wilde toen dadelijk het
kantoor verlaten, wat hem echter door
den directeur belet werd.
Mjkcrli v. d. Brom uit Hoeve
laken kwam Zaterdagavond leel'yk te
pas. Met een met hooi beladen wagen
reed hij over de Laakbrug, het voorwiel
kwam buiten de brug eu alles buitelde
om. V. d. B. kwam er onder en met
behulp van vele personen mocht het
eerst gelukken hem uit zijn netelige
positie tc verlossen. Met gekneusd en:
ge'oroken rcchterbovenbeen werd v. d.
B., dio reeds kreupel liep, opgenomen