'Sfo. 97.
Zaterdag 3 December 1904.
ie Jaargang
Zenuwachtig.
Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken
Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER".
DE POLITIEKE TOESTAND.
FEUILLETON.
VerschijnI
Woensdags en Zaterdags.
Kureau
Hendrik van Viandenstraat 28.
Abonnementsprijs
Per jaar
Franco per post
Per 3 maanden
Franco per post
f 3.00
- 3.50
- 0.75
- 0.90
l'rijs der advcrtcutiën
Van 1 tot 5 regels 0.40
voor iederen regel meer0.08
Bij abonnement aanmerkelijke korting.)
In een openbare vergadering van de
Vrijzinnige Propaganda-Club trad Woens
dagavond de heer K. Reyne van
Haarlem op met het onderwerp: De
jolitieke toestand. Nadat de waar
nemend-voorzitter, de heer F. M. van
Teen de vergadering geopend had, sprak
de heer Reyne ongeveer als volgt:
Overeenkomstig de bekendmaking zal
ik hedenavond in uw, zij het dan ook
klein luidden spreken over den politieleen
toestand. Er bestaat een bezwaar tegen
de keuze van het onderwerp, nl. dit, dat,
we weer spoedig de begrootings-
?batten in de Tweede ICamer krijgen,
aldus verschillende onderwerpen zullen
vorden ontwikkeld, minder goed dan
lat binnenkort in de Kamer zal gebeuren.
Tk heb dit bezwaar ook wel gevoeld,
maar ik meen het teu deele te kunnen
ondervangen, door de inleiding te ver
doelen in twee ongelijke helften.
In de eerste plaats wensch ik dan na
te gaan de leidende beginselen van de
verschillende partijgroepen en ten tweede
zal ik enkele opmerkingen maken over
het tegenwoordig regeeringsbeleid.
Bij de bespreking van het eerste ge
deelte treden dan op den voorgrond de
kerkelijke partijen, die nauw verbonden
zijn, hoewel ook bij hen veel ingrijpende
verschillen in de staatkundige overtui
gingen bestaan, evengoed als links. Het
verschil is alleen dat bij de kerkelijke
partijen die verschilpunten meer binnens
kamers worden gehouden, zoodat zij in
1901 zelfs geheel waren opgeborgen.
In 1901 hebben zij den politiekcn strijd
overgebracht op kerkelijk terrein en dat
heeft hen saamgebracht! Toch mogen
we het met verbazing aanzien, hoe het
mogelijk is, dat de katholieken samen
gaan met de groep, die nog niet zoo
lieel lang geleden hun geloof nog niet
vilde erkennen als een openbaren gods
dienst; hoe het mogelijk is dat zij samen
gaan met de Friesch Christelijk-Histo-
rischen die den Mariadienst als afgoderij
villen doen verbiedenhoe het mogelijk is
dat zij samengaan met de Calvinisten,
die toch evengoed als de „paganiston"
ketters zijn. De katholieke partij heeft
zich trouwens altijd verbonden niet die
irtijeu waarbij het meeste voordcel
voor ben zelf was te behalen. Eu hoe
_4tv we een ander prijzen, bedoelen we vaak
ons zelf.
Naar hot Duitsch, van
ERNST ECKSTEIN.
ocd
Ik spreek in vollen ernst, en schaam
Jij bijna, dat ik eerst nu dit ernstige
iunt op hei tapijt breng.... Om kort te
aan: als het leven uwer vrouw u hef
i, vermijd dan allen sterken drank! Die
taakt u te opgewonden, zelfs als gij
;d geluimd zijt. Hoogstens van tijd
tijd een glas rooden wijn of bier
anif- maar zeer weinig!"
.Een glas? Geen (Nippel zal ik wa-
nHet is om zich de haren uit te
■kken, als de gezondheid mijner Le-
nore er door in de waagschaal gesteld
OU worden, dat ik toevallig wat te veel
ebruikte! Water zal ik drinken, koud
ater melk, wat mij betreft ook
aarolie, als het moet! Ik ben bereid
is het mogelijk, dat de echte Kuype-
rianen samengaan met de Katholieken,
ofschoon in de 1894 uitgesproken rede
van Dr. Kuyper, Marnnatha staatsamen
gaan mot Rome, ik zeg U, dat kan niet,
dat mag niet. Maar samengaan met
Rome, dat mag nu wel, omdat het poli
tieke spel het wenschelijk heeft ge
maakt.
Op kerkelijk terrein bestaan er ingrij
pende punten van verschil tusschen de
protestanten en do katolieken, maar ook
tusschen de protestanten onder elkaar.
Het zijn politieke partijen, die elkaar
't licht in de oogen niet gunnen, althans
elkaar met scheele oogen aanzien.
Laat ik dit met enkele voorbeelden
bewijzen.
Op de jaarvergadering van den
Cbristelijken Werkmansbond, die onder
patronaat staat van Ds. de Visser, werd
er door de leden over geklaagd, dat
zij door Patrimonium slechts als halve
Christenen worden aangezien. Eu een
nog sterker voorbeeld hoorde ik vorige
week toen ik met den bekenden anti
revolutionair Ds. Postma van Voorburg
debatteerde, die erg te keer ging tegen
de openbare school en deze o. a. een
leege zuigflesch, anti-revolutionairen zijn
..'.tijd sterk in het gebruik van beelden,
noemde. - En dicnzelfden Ds. Postma
ontlokte ik de verklaring dat hij zeil
zijn kinderen naar de openbare aebo.pl
zond, omdat het hoofd van de Christe
lijke school de gruwelijke misdaad had
begaan, niet van zijn vader en zijn
moeder te vermoorden, maar om gerefor
meerd te worden, en dat zette alle be
zwaren tegen do leege zuigflesch op zij.
Daartegenover weet tik niets anders te
zetten dan het woord van den psalm
dichter: Ai ziet, hoe lieflijk de broeders
samenwonen.
Maar, hoor ik zeggen, de kerkelijke
partijen laven zich toch aan dezelfde
bron, de Schrift, die leiddraad moet
zijn in het staatsleven. Daar heb ik niets
tegen, als men uit de daden tenminste
maar proeven kou den geest van do
Schrift. En die ontbreekt juist, als echte
formalisten stellen zij steeds de letter
op den voorgrond. Tegen dergelijk
handelen kan men het ethisch bezwaar
opwerpen, dat zij zich zoodoende op
werpen tot keurmeesters van het geloof
hunner medemenschcn. We krijgen dan
een morderne inquisitie met dit verschil
dat we vroeger hadden brandstappel en
mij op te offeren, zoodra ik weet, dat
het noodig is. Tot dusverre knordet gij
alleen, zonder eenige beweegredenen
op te geven, zoodat het scheen alsof
gij mij den heerlijken Riiclcsheimer en
de lekkere Havanna's niet gundet..."
Dokter Kulluer drukte hem hartelijk
de hand.
„Ik zie, dat gij een man zijt! Uw
karakter is mij een waarborg voor de
redding uwer vrouw! Goede reis!"
Deze kuur op Rigi-Scheideck werd
werkelijk de gelukkigste van alle door
Dr. Kullner in zijn praktijk voorgeschre-
vene veranderingen van lucht.
De genezing begon van den aanvang
der reis af. Men had eerst kaartjes ge
nomen naar Neurenberg Hugo ver
klaarde namelijk minzaam, dat een lan
gere tocht te vermoeiend zou zijn; niet
voor Leonore, o neen! die kon wel
wat verdragen; maar voor hem....
„Weet ge, Leonore, de laatste weken
heb ik mij wel wat overwerkt; daarom
wil ik nu mijn reisje kalm aanleggen,
zonder de minste overhaasting, piano,
pianissimo....!"
Als Hugo de jonge vrouw niet met
dezen inval voor geweest was, zou
Leonore hem gehad hebben en ook
zij zou voorgewend hebben, dat zij
haar eigen gemak op het oog had, om
hare dierbaren patient maar niet te doen
vermoeden, dat zij om zijnentwille be
zorgd was. Het eerste uitstapje naar
schavot en tegenwoordig de Kuyperiaan-
sche ongenade.
En naast het ethisch bezwaar krijgen
we dan nog ditin hoeverre de scheiding
is aan te brengen tusschen de materia
listische rede en de goddelijke open
baring. Het hier gemaakte onderscheid
toch is niet juist. In de praktijk van
het leven immers, worden de mannen
van rechts herhaaldelijk gedwongen om
van die rede gebruik te maken. Zoo
o. a. of er voor een koffiehuis gordijntjes
moeten hangen of niet, of automobielen
40 of 50 K.M. mogen loopen; of het
invoerrecht op petroleum moet verhoogd
worden enz. Dat zijn allemaal vragen,
w aarbij men zich niet beroepen kan op de
Schriftuur. Dan moeten zij toch ook te
rade gaan bij de rationalistische rede.
Bestaat er eigenlijk wel tegenstelling
tusschen de stoffelijk dienende rede en
de geestelijke openbaring? De Rede
heeft toch nog altijd naast zich het ge
weten, liet besef van de zedelijke ver
antwoordelijkheid, geestelijke goederen,
die ik niet wil ruilen voor de letter van
de Schrift, omdat die in heel andere
tijden, voor andere meuschen en andere
toestanden is geschreven en toch nog
altijd noodig heeft een zekere uitleg.
En daarmede hebben we tevens den
sleutel van het gekrakeel der politisee-
rende theologen. Als zij aan 't twisten
raken, dan beheerscht het conservatief-
(,-f demokraat zijn hun uitleg. Zoo is
het te verklaren dat Lobman en Kuy
per, Talma en Schokking, Nolens en
Staalman verschillende dingen uit den
Bijbel halen. Dit is nu geen vrijzinnige
spitsvondigheid, want daar, waar ze niéö.n-
den de schrift te kunnen hanteeren op
geestelijk terrein, daar bleek juist de
meeste spraakverwarring. Laat ik u her
inneren aan het debat over de eeds
kwestie. Laat ik u herinneren aan (le
gesmoorde discussie over de doodstraf.
Laat ik u herinneren aan het debat oier
de voorwaardelijke veroordeeling en over
de Drankwet, die niet zonder de hulp
van de gesmade sociaal-demokraten er
door gehaald kon worden. En laat ik u
ten slotte herinneren aan de merkwaar
dige nota van den merkwaardigen heer
van der Biesen. Bij al die dingen op
geestelijk terrein hebben de kerkelijke
partijen elkaar op zeer onchristelijke en
heidcnsche wijze om de ooren geslagen.
Daarbij bleek tevens de voosheid en de
onoprechtheid van de kerkelijke mdeeling
Neurenberg geleek reeds op een huwe
lijksreis.
Hugo was de beminnelijkheid en
oplettendheid in persoon. Hij babbelde
vroolijk en levendig over allerlei, totdat
Leonore, die vreesde dat al te druk
praten schadelijk voor hem kon zijn, ver
moeidheid huichelde cn haar bekoorlijk
kopje bekagelijk in een hoek vleide.
Nu zweeg hij, om haar niet te over
spannen, trok het blauwe gordijntje dicht,
opdat het licht der gloeiende Julizon,
die haar stralen juist op liet het raam
pje wierp, haar niet hinderen zou, en
sloot toen eveneens de oogen alsof hij
sliep.
Tusschen de oogharen door sloegen
zij elkander met de teederste langstel
ling gade.
„Tot dusverre is alles goed gegaan
boven verwachting goed!" dacht Le
onore, diep ademhalend.
Toen de onhandige pakjesdrager haar
hoedendoos vallen liet, had Hugo wel
een kleur gekregen, maar hij was da
delijk weer kalm geworden en nu
zat men reeds anderhalf uur in een
dreunenden en rammelenden wagen,
zonder dat het hem zenuwachtiger scheen
te maken!
Zou reeds het uitzicht op het rus
tige buitenverblijf dezen omkeer be
werkt hebben? Of was zijn zachtmoe
dig gedrag reeds een gevolg der ver
andering van lucht?
"Van de kerkelijke partijen afstappen
de kom ik thans aan de Sociaal-demo-
kratische Arbeiders Partij of kortweg
genoemd de S. D. A. P. Nu stem ik
toe dat (1e oogenblikkelijke strijd niet
gaat tegen do sociaal-demokraten, maat
hot is een eisch van klaarheid, dat we
onze grenslijnen gaan afbakenen ook
naar den kant van de sociaal-demokra
ten. Dit wordt misschien wel wat te
veel vergeten, en het is eengroote grief
geweest tegen het ministeiie Pierson
dat minister Pierson zelf heeft nagelaten
zijn terrein af te teekenen tegen de
sociaal-demokraten. Eu deze fout heeft
zich gewroken, daar ingang heeft ge
vonden de zeer onjuiste opvatting bijv.
dat inzake de sociale politiek de soci
aal-demokraten verder gaan dan de vrij
zinnigen. Dat is onjuist. Verder gaan
toch sluit in zich gaan langs dezelfde
lijn. Onjuist, omdat de beweegredenen,
zoozeer verschillend en afwijkend zijn
dat ook in de sociale politiek, de sociaal-
demokraten zich bewegen in andere
richtingen dan wij.
Er zijn verschillende legenden geko
men, die vooral in verkiezingstijden druk
gecolporteerd worden door de Christelij-
ken. Zoo o. a. dat de sociaal-demo
kraten en de vrijzinnigen zijn: kinderen
van één huisgezin, loten van één stam enz.
Dat zijn legenden. In den verkiezings
strijd voor de Provinciale Staten vond
zelfs ingang de pure dwaasheid, dat de
liberalen stonden ouder curateele van de
soc.-dem., een pure dwaasheid als dat
de vrijzinnigen gedreven werden door
den zweep van nu-. Troelstra, een pure
dwaasheid als dat, wanneer de liberalen
ili Zuid-Holland gewonnen hadden, de
soc.-dem. zouden zijn geworden de
orgeldraaiers de liberale kermissen.
Die praatjes vinden - Wang bij de
eenvoudigen.
Bij een bespreking nu van de S. "D.
A. P. wensch ik op den voorgrond te
stellen de erkenning, dat er nog tal van
aanwijzigingen zijn iu ons maatschappelijk
samenstel, die voedsel geven aan het
socialisme. Er bestaat nog te veel onrecht
er wordt nog te veel leed geleden. Het
socialisme komt daaraan te gemoet door
schoone beloften en door het voorspiegelen
van een toekomststaat, vandaar dat duizen
den en duizenden gelooven, dat ook zij nog
eens zullen aanzitten aan de gedekte
tafel des levens. Maar dat wijst tevens
onze taak. aan, om te trachten weg te
Daar nu sliep hij en vast ook!
Dat was zeker goed voor zijn geschokte
zenuwen! IIoo diep en regelmatig was
zijn ademhaling! Als nu die [akelige
vlieg die om zijn hoofd gonsde, deze
heerlijke sluimering maar niet stoorde
Voorzichtig nam zij baar zakdoek, om
den rustverstoorder te verjagen. In het
zelfde oogenblik sloeg hij de oogen op.
„Hoe, slaapt gij niet?" vroeg hij ver
baasd.
lk? Neen..!, Datwilzeggen, oventjes...
Maar gij, lieve Hugo....? Ik heb u toch
niet gewekt?"
„Neen, Ik kan niet slapen in den
trein.... Ik beproef het wel, maar het
gaat niet... En dan die tropische, hitte!
Iiet is werkelijk...."
Hij bedacht zich echter bij tijds, dat
deze uitdrukking Leonore wel eens ze
uuwacktig zou kunnen' maken.
Daarom voegde hij er kalm bij: „Het
is werkelijk.... veel warmer, dan ik ver
wacht had
Leonore had reeds lang last van de
hitte; geen koel tochtje woei er dooi
de jwee geopende portierraampjes en
reeds herhaalde malen had op haar lip
pen een zucht gezweefd, dien zij nog
bij tijds bedwong, even als Hugo zijn
geliefde uitdrukking van uit zijn vel
springen.
Zeg eens?" begon zij na eenige oogen-
blikken: „zou het niet heerlijk frisch
zijn in deze hitte als wij een paar lek
nemen het onrecht en om daar waar
we fouten bij de Sociaal-demokraten
aantreffen niet nalaten daarop te wijzen.
Ik wil hedenavond enkele principieele
fouten bespreken. Ze zijn iu de staat
kunde blootgelegd, in o zulke dikke
boeken, maar het volk leest geen dikke
handboeken, vandaar dat we er ook tot
liet volk over moeten spreken.
Wat is het socialisme en wat wil het?
Prof. Quack heeft in zijn vermaard werk,
„De socialisten, personen en stelsels", ge
schreven, dat het socialisme op hem den
indruk maakte te zijn, nu eens een zacht
vlooiend beekje, kabbelend door bloem
rijke dalen cn dan weer oen woesten
bergstroom uit de hoogte neerkomende,
alles in de dalen verwoestende. Dit is
wel een heel mooi beeld maar hoe fraai
ook deze vergelijking is, ze kan ons geen
juist beeld geven. Ik wil alleen spreken
over de S. D. A. P. want ik kan geen
rekening houden met de talrijke ver
schillen. We weten het, door de géheele
geschiedenis loopt een roode draad van
Plato af langs de Gracchen, door de
middeleeuwen, tot het in onze eeuw een
planmatig idee is geworden Maar juist
daarom zal ik alleen over de S. D. A.
P. spreken, omdat deze partij voorheeft,
dat ze behalve een streven ook een stelsel
heeft. Dat stelsel is neergelegd in Marx'
Das Kapital, het vermaarde boek dat
niet alleen bevat een toekomstideaal,
maar ook een afgelijnde bewegingswet.
Ik noemde hot een vermaard boek, ik
zou ook kunnen spreken van een machtig
gebouw rustend op deze drie pijlers:
de waardeleer; de leer van liet historisch
materialisme en de Verelendungstheorie.
De waardeleer voert ons midden in
den socialen strijd. Ik zal er evenwel
niet veel ovor zeggen want theorie is
uit den aard der zaak dor. De korte
inhoud is echter deze, dat de waarde
van de goederen wordt bepaald dooi
den tijd waarin men ze produceert.
De orithlfsePiingspremie, de winst enz.
noemt Marx de meei''»'2A.rdc. Op die
waardeleer is een uitvoerige crnifk. ge
oefend door Böhni Bahwerck, Treub,
Kropotkin en door den medestander van
Domela Nieuwenhuis Chr.Cornelissen. De
critiek komt dus niet van een kant en
men moet erkennen, dat de soc. dem.
hebben nagelaten die critiek behoorlijk
te weerleggen.
Yerder laat ik dit rusten. Yan meer
belang zijn een tweetal uitvloeisels dezer
kere perzikken aten?"
„Perzikken? Hebt gij die dan bij u?"
„Of ik! Ik dacht, het zou u een aan
gename verrassing zijn, in de woestijn
van den spoortrein, een dergelijke oase
te vinden... Daarom heb ik van morgen
nog perzikken cn abrikozen gekocht
uw lievelingstruit puike waar, en
daarbij goedkoop!"
„Hoe heerlijk!" zeide hij vriendelijk
en tikte haar voorzichtig op de wang,
als vreesde hij de sluimerende zenuw
achtigheid weer op te wekken.
„Maar daar zit ik nu met mijn arm
zalige pralines, die ik door Zapp liet
halen. Armzalig zijn zij trouwens niet;
puike' waar van Kühling en Bor-
nemann, Koningstraat. Ik ken uw lief
hebberij! Ziet ge, daarginds dat pakje
in den zijzak van mijn overjas!"
Hij wees haar het net, waarin zijn
jas naast hunne reistasschen lag.
„Hoe lief van u!" zeide de de jonge
vrouw en greep zijn hand. „Aan zulk
een kleinigheid te denken, en den ou-
ontbeerlijken Zapp er voor uit te zen
den!"
Wordt vervolgd.)