Zaterdag 10 December 1904. ie Jaargang I Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Wees U Zelf! Zenuwachtig. Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER". JACHTWET EN ARBEIDSWET. FEUILLETON. Verschijnt Woensdags en Zaterdags. Bureau Hendrik van Viandenstraat 28. Abonnementsprijs Per jaarf 3.00 Franco per post- 3.50 Per 3 maanden- 0.75 Franco per post- 0.90 Prijs der advertentlën Van 1 tot 5 regels 0.40 voor iederen regel meer0.08 (Bij abonnement aanmerkelijke korting.) Zij, die zieli met ingang van 1 Januari a. s. op ons lilad alionueeren, ontvangen <le tot dien datum verschijnen de nummers GRATIS. Of er tusschen deze wetten veel over eenkomst bestaat? Neen, integendeel; zij vormen juist de grootst mogelijke tegenstelling. Maar daarom leenen zij zich en meer nog de toepassing harer strafbepalingen niet minder tot ver- ;el ijking. I)c grootst mogelijke tegenstelling, zeiden wij. De Jachtwet, een niet genoeg te vcroordeelen overblijfsel van middo.l- ecnwsche opvattingen, de Arbeidswet, een lioogelijk toe te juichen uiting van nieuw rechtsgevoel; do eerste een |over- bodig, ja geheel misplaatst stelsel van hinderlijke verbodsbepalingen en dwinge landij, de tweede een nog veel te be perkte bescherming van de maatschap pelijk zwakken, die nog dringend uitbreiding behoeft. De Jachtwet, een wet, die in het belang van weinige aanzienlijke jacht- lustigen, de wildplaag met zorg in stand houdt en den landbouwer zoo goed als voortdurend verbiedt op eigen grond de vernielers van de vrucht van zijn arbeid te dooden de Arbeidswet, die in het belang onzer geheele samenleving dcu overmatigen of gevaarlijken arbeid te keer gaat van vrouwen en kindoren en deze personen dus tegen te harde eischen van wie ook, beschermt. Een wet die nog steeds een vloek is, tegenover een wet, die meer en meer een zegen moet en zal worden. In het bizonder was het de toepassing der strafbepalingen, die wij wilden ver gelijken. Welnu, de uitgaven van het Centraal bureau voor de statistiek doen ons daarvoor leerrijke gegevens aan de hand. Allereerst omtrent de Jachtwet. In de laatste „Bijdragen tot de statistiek van Zorg, dat gij de meening van anderen prijst, en men zal zeggen, dat g ij zeer gezon de gedachten hebt. Haar het Duitsch, van 9). ERNST ECKSTEIN. (Slot.) „Zijt gij verschrikt?" lachte Hugo. „Volstrekt niet!" loog de bekoorlijke Wouw. „Waarom zoudt gij ook!" spraktllu- »o. „Deze donderslag is het natuurlijke ;evolg vau den bliksem." Nu begon zij hard te lachen, en Hugo lachte hartelijk mede over zijn duchtige poging om haar gerust te hellen. Het is hier best!" sprak hijvolover- uiging. „Frissclie lucht, geen stof, een fraai gebouwd station, een aardig regenge- ïicht, links die groep huizen, rechts die ïeerlijke ahornboomen waarlijk, men Nederland", afdeeling „Criinineele stati stiek", loopende over het jaar 1002 en in November 1914 verschenen, vinden wij, dat er in 1902 ingevolge de Jacht wet 7215 veroordeelingen plaats vonden. Van deze vonnissen luidden er 427 op hechtenis, 6788 op geldboete of plaats vervangende hechtenis. Voegen wij hier nu nog bij, dat van jachtwetboeten een zeer groot deel niet pleegt te worden betaald maar „uitgezeten", wat uit den stand en de financioele draagkracht der veroordeelden zeer begrijpelijk is, zoo dat dus de veroordeelingen die feitelijk op hechtenis te staan kwamen veel talrijker zijn dan 427, en met 2000 zeker nog veel te laag worden geschat; en voegen wij er ook nog bij, dat van de 7215 veroordeelden er 388 waren jongens beneden 16 jaar, 2346 beneden 23 jaar, dan komt men uit deze cijfers al aanstonds tot deze beschouwing: In één jaar zijn er in Nederland meer dan 7000 personen van hun beurs of hun vrijheid beroofd, omdat zij het waagden oogstvernielond gedierte te vellen buiten jachttijd of zonder jachtacte of ondanks heerlijk jachtrecht; omdat ze dus, hetzij opkwamen voor de vruchten van hun inspanning, hetzij een broodwinning zoch ten door toeëigening van wat niemand" eigendom is. En onder die veroordeelden zijn er zeker 2000, die om hun vergrijp de gevangenismuren werden binnengeleid binnengeleid in die atmosfeer van ver derf, waar zoo menig veroordeelde onbe dorven zijn intree doet om het, na goeden „leertijd", als eandidaat-misdadiger weer te verlaten. Want men bedenke, dat meer dan 2300 der in 1902 wegens jachtdelict veroordeelen nog minderjarigen waren. Waarlijk, als de staat aankweeking van werkelijke misdadigheid bedoelde terecht zou de Jachtwet er een ver nuftig middel toe heeten. En thans de cijfers der Arbeidswet. Daaromtrent vermeldt liet Tijdschrift van ons statistisch bureau, dat iu het jaar 1903 2524 overtredingen werden berecht. Niet, dat de Arbeidswet niet meerdere keeren zon zijn overtreden; noch dat er niet meerdere processen-verhaal zouden zijn opgemaakt; het getal wil alleen zeggen, dat in 2524 gevallen van over treding veroordeeling gevolgd is. Trekt men van dit getal nu af de 1220 smaakt hier kunstgenof! En daar komt onze voortreffelijke pakjesdrager, numero negentien, ook reeds met een vigelante aan! Die Neurenberger pakjesdragers zijn vlugge kerels dat moet ik zeg gen! Ziet ge Leonore lief, dat is beter afgeloopcn, dan onze beknopte toeristen wijsheid droomen kon!" De aardige Leonore antwoordde met een gelukkigen blik barer lieve oogen. Meu steeg in en reed opgeruimd naar het hotel. Wel is waar moest mevrouw Leonore driemaal om het kamermeisje scheileir, voor men eindelijk water kreeg, en het slot van de grootste tasch wilde maar niet «pen gaan, zoodat Hugo, in weer wil van alle goede voornemens, uit barstte in de klacht: „Het is om gek ts worden!" Toen hij echter bespeurde dat Leonore angstig opzag, knikte hij vriendelijk en zeide, dat de lmisknnecht er wel raad voor zou weten. Yerder vlood de dag voorbij in de gelukkigste, stemming, een heerlijk voorteeken voor de volgende acht weken. Toen zij boven op Rigi-Scheideck waren aangeland, richtten zij daar hun leven zoo gezellig en genoeglijk in, dat zij er zeiven verbaasd over waren. Kleine afdwalingen tot de vroegere drift droe gen slechts er toe bij, om tot nieuwe zelfbeheersching te prikkelen. De heer lijke lucht, de verheven stilte der Al penwereld, de gezonde, degelijke voe- gevallen, [waarin de overtreding slechts bestond in niet behoorlijke invulling van vereischte formulieren, dan blijven er over 1300 gevallen van eigenlijk aan tasten van liet weinige, dat de bestaande Arbeidswet beschermen wil. Zoo bestonden 112 overtredingen in hot doen arbeiden van een kind beneden 12 jaar. Als men daarbij in 't oog houdt, dat, erg genoeg, het verbod niet geldt voor land- en tuinbouw of veenderij; dat alle huisarbeid, waarbij schromelijke kinderexploitatie veelvuldig is, er buiten valt; dat ten slotte een onvoldoende inspectiemacht waken moet voor de naleving van wat dan wél verboden is dan geeft het getal van 112 veroor deelden zeker nog stof te over tot onvoldaanheid. Het verbod, vrouwen of kindereu te doen arbeiden als regel vóór 5 uur 's morgens of na 7 (soms 10) uur 's avonds, werd iu hetzelfde jaar 816 maal over treden. Werd, wat een lichtzijde mag heeten, voor het doen arbeiden eener vrouw binnen 4 weken na haar bevalling slechts één maal veroordeeld van het doen arbeiden van vrouwen of kinderen gedurende de voorgeschreven rusturen werden weer 319 gevallen met veroor- deelend vonnis getroffen. Haar nu de zwaarte der straffen. Zet u schrap, lezer; bereid u voor op het verhaal van den strengen arm des gerechts. Van de 2524 overtredingen der Arbeids wet werden er 444 met geldboete van slechts 50 cents gestraft; met inbegrip dezer 444 werden er 1113 gestraft met geldboete van f 1 of minder, en 1575, dat is van alle overtredingen mot geldboete van f 2 of minder. Slechts in 160 dor 2524 gevallen beliep de boete f 10 of meer. Heer dan f 20 boete kwam slechts 16 maal voor. Hoogcr dan f 30 werd in hot geheel niet opgelegd. En ten slotte: veroordeeling tol hech tenis wegens overtreding der Arbeidswet heeft... twee malen plaats gehad! Eens hechtenis van 2 en een keer van 5 dagen. Beide keeren geschiedde dit nog door denzelfden kantonrechter. In 1902 kwam hechtenis zelfs niet één maal voor! 7215 overtredingen der Jachtwet; zij worden gestraft met hechtenis in 427 gevallen, dat is bij 6 percent der overtredingen. ding en de regelmatigheid van het ge heele programma deden het overige. Zoo werd de kunst, even als bij Goethe's baijadere, langzamerhand na tuur. Door het vermijden van alle ge twist kwamen de ze .ruwen tot rust, en naarmate de zenuwen tot rust kwamen, was men ook beter in staat om alle getwist te vermijden, een rreder- keerige uitwerking, die reeds aan het einde van vier weken de heerlijkste ge volgen had. Hugo was vroolijk als een student; Leonore zong en lachte als een aanko mend meisje, en nu genoot men eerst recht, wat men tot dusverre als een op offering beschouwd had: het zomerver- verblijf op een der schoonste plekjes van den aardbol. Tegen het einde der zevende week was Hugo zoo volkomen overtuigd van de genezing zijner geliefde Leonore en Leonore van bet volkomen herstel van haren dierbaren Hugo, dat zij tot een wederkeerige verklaring kwamen. Ilugo vertelde zonder eenige terughouding, wat Dokter Kullner met hem gespro ken had. „Ja", besloot hij, „gij waart zieker, dan gij dacht. Om u de waarheid te zeggen, uw leven stond op het spel, en slechts volkomen zelfbeheersching van mijn kant kon u redden. Iu den aan vang viel het mij ontzettend zwaar, alle 2524 overtredingen der Arbeidswet; zij worden gestraft met hechtenis in 2 gevallen, dat is bij 0.07 percent der overtredingen; in 1902 zelfs bij 0 percent. Zoo handhaaft men ten onzent de wet, die liet wild beschermt. En zoo handhaaft men de wet, die vrouwen en kinderen beschermt. Hoe ecu Amerikaanse]! jong meisje /irli zomers amuseert. Een Amerikaansche dame schrijft hier over in een der Engeischc bladen als volgt. Het doel van een jong meisje in Amerika is niet, vóór alles „het huwe lijk." De ongehuwde staat biedt haar zooveel voordeelen, dat uit een prak tisch oogpunt bekeken, een echtgenoot niet bepaald noodzakelijk is. De gladde gouden ring verzekert haar niet moer vrijheid als zij te voren kende; hij legt haar verantwoordelijkheid op en stelt haar dikwijls op de tweede plaats. Als het huwelijk niet veel materieele voordeelen aanbrengt, dan worden zij daar toe ook niet gedreven door een inner lijke behoefte. Byron's gezegde dat „liefde het leven der vrouw vult" is niet op haar van toepassing; zij denkt dat zij het over het algemeen beter zonder liefde kan stellen. Er is dan ook geen kwestie van de klucht, dat liet leven der vrouw niet aan haar bestemming beantwoordt, als zij geen kennis maakt met het huwelijksleven en het moe derschap. De schrijfster is echter wel zoo eerlijk om toe tc geven, dat de Ame- rikaanschen kunnen beminnen, maar een gloeiende hartstocht is, (wel te verstaan in theorie!) geen vereischte voor de ver eeniging in het huwelijk, zooals wij die verstaan. Hisschien wekt het zeer de verbazing van mijn lezeressen, dat het zelfde jonge meisje, dat min of meer afkeerig is van de liefde, omdat die haar helder oordeel van de wijs kan brengen en geen echtgenoot voorloopig begeert, bepaald behoefte heeft aan den omgang met den een of andereu jjongen man; een omgang die naar verkiezing kan worden aangeknoopt of losgemaakt. Neemt welk meisje gij wilt, zij, of eigenlijk haar trots zou zich beleedigd voelen, als zij geen bijzonderen vriend bad, iemand die met haar tennist, danst, golf speelt, haar op allerlei snoeperijen trakteert. kleine verdrietelijkheden stilzwijgend te moeten voorbijgaan; langzamerhand ge wende ik er echter aan, en nu be grijp ik zelfs niet meer, hoe ik mij over iedere kleinigheid toch zoo kon opwin den. Ziet ge, zoo heeft de zorg voor mijn lieve zieke, ook voor mij heilzame vrachten gedragenIk ben nu een geheel an der mensch en Zapp, en alle andere domme jongens, zouden niet meer in staat zijn mijn humeur te bederven!" Leonore, die hem eerst verbluft had aangestaard, moest nu hartelijk lachen. Zij vertelde nu haar geschiedenis. „O, die slimme dokter!" riep Hugo, „hij heeft ons beiden hetzelfde verteld." Hen kwam overeen, dat dokter Kull ner voor zijn listigheid straf verdiend had, zij het dan ook een nette en aan gename. Hen kwam tot het volgende besluit. Zij wisten vooruit, dat dokter Kullner, als hij beiden zoo volkomen hersteld terug zag, zijn kunstgreep zou verra den en er een zedepreek aan vastknoo- pen. Dat genoegen moest hem oen tijd lang onthouden worden. Zij moesten zich houden, of zijn diagnose onjuist en zij niet hersteld waren. Eenigen tijd later zou een prachtig vriendengeschenk, bestaande in honderd flesschen van den door dokter Kullner verboden Rudes- heimer, bewijzen dat men hem innig dankbaar was voor zijn heelkundigen en paedagogischen streek. De vrijheid, die mejuffrouw met haar „vriend" geniet, die haar wederkcerig geheel als een goeden kameraad be handelt, is bijzonder groot misschien be ginnen zij den dag met samen te ont bijten als hun ouders hiermee klaar zijn. Hij tennist met haar daarna, baadt met haar in dc middaghitte, samen doen zo dan een toertje en walsen haast den geheclcn avond met elkaar, waarna zij in het lommer der hoornen gaan uit rusten. Daarbij blijft het. Lang nadat het orkest heeft gedaan met spelen, zit zij dikwijls nog in haar schommelstoel, terwijl het deinen der rivier naar hoven ruischt en de sterren over hun hoofden schitteren. Hij zit aan haar zijde; daar bij blijft het. Voor geen van beiden zal de geschiedenis iets anders zijn dan een cpsodo; zij nemen, als de tijd daar is, even kalm afscheid, als hij dat doet, van zijn vrienden, met wie hij een par tijtje „poker" speelt 's avonds als zij naar bed is gegaan. Voor haar iszoo'n avond en hij er bij niets dan een uit vele dergelijke. In plat kollandsch „er zit niets achter". Haar ofschoon dc mystieke aantrek kingskracht van liet andere geslacht zijn invloed op haal' doet gelden, heeft deze hoegenaamd geen rechten op haar verstandelijke ontwikkeling, een der eigenaardige karaktertrekken eener Amerikaansche. Die verstandelijke ont wikkeling is een deel van haar zelf, niet maar een kleed waar zij zich mee tooit. Beschaving is, sinds zij er meer haar tijd aan kan geven, het afgodsbeeld der Amerikaansche vroinv, moer dan van de mannen; waar hij er de vruchten van plukt bij zijn werk, maakt zij ze zich getieel eigen en vereenzelvigt er zich mee, misschien stelt de Ameri kaansche zich wat veel op deu voorgrond naar onzen smaak en vinden we haar daarom niet altijd sympathiek; een ge ruststelling is het dan een andere uit spraak van een hunner te lezen: dat het, alles in aanmerking genomen, een groot gemak is een echtgenoot in huis „te hebben." Al is dit nu juist geen ideëele opvatting, we hoeven dan de Amerikanen niet te beklagen, die een vrouw kiezen! De vrijere opvatting om trent den omgang der twee geslachten, zal wel veel voorkomen uit de meer gangbare begrippen ginds omtrent co educatie, ofschoon die ons in Europa niet zoo ver zullen voeren vooreerst. En zoo geschiedde het. Leonore althans, die de dokter het eerst te zien kreeg, speelde haar rol goed en deed zooveel verhalen, over den nog altijd treurigen toestand van Hugo, dat de dokter geloofde zich vergist te hebben. Hugo, die daarna binnenkwam, was zoo dankbaar gestemd, dat hij dadelijk voor dc waarheid uitwam. „Waarde vriend," sprak hij, „gij moogt niet boos zijn. Wij .wilden u straffen voor uw ongehoord komediespel. Haar beste jongen, gij hebt on6 toch wel wat al te doin geschat; niet waar Le onore?" „Of hij!" lachte de jonge vrouw. „Maar scherts ter zijde! Uw denkbeeld was voortreffelijk. Gij hebt ons geluk kig gemaakt. Ik dank u uit den grond van mijn hart!" Zij drukte den huisarts innig en vroo lijk de hand en leunde toen vreugde stralend tegen haar gemaal, terwijl dok ter Kullner zijn baard gladstreek en la chend mompelde: „Gijgrootekinderen!" (5: EINDE.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1904 | | pagina 1