Advertentiën. Mooi Nederland 1905 bij GEZ. VAN GOOR, S. é/erritsen, PAIN DE LUXE Mr. Sybrandy en de Waarheid. Kliniek Brillen Het schild is een keurige reproductie naar een Schil derij van Mej. Thérèse Sch wartze. Vereeniging „Voor de Kunst" f 5 - - - UTRECHT. - - - X HET BESTUUR. X Linnendepöt van H, van den BRIEL, te Eindhoven Langestraat 75. 1 De Boulangerie Francaise G. GERRITSEN, Langestraat 79„ Barometers E o G. J. LAUWERS, Opticien en Brillenslijper Amersfoort. OPTISCHE INSTRUMENTEN. stuur zich unaniem vóór openbare aan besteding verklaart. In de ledenverga dering heeft het Bestuur ziek van stem ming onthouden, zoodat het voorstel bij staking van stemmen, 9 tegen 9 werd verworpen. Hoewel het geen punt van be spreking in deze vergadering kan zijn, meende dit bestuurslid een en ander te moeten memoreeren. Bij de rondvraag wenscht de heer van Ede de aandacht er op te vestigen, dat naar aanleiding van het gesprokene in de vorige vergadering, een blaadje hier ter stede heel geestig meende te zijn door een zouteloos stukje op te nemeu over do twee onderwijs specialiteiten, dat evenwel niets anders bewijst, dan dat aan de redactie daarvan iemand is in staat de waarheid te verdraaien en leugens te verkondigen. Hij wil den leden den raad geven omHier valt een der bestuursleden hem in de rede en zegt: om geen hatelijkheden te debi- teeren. Door een der leden wordt de voor zitter geluk gewenscht met zijn verkie zing voor de Kamer van Koophandel, terwijl hij hoopt, dat „Handel en Nij verheid" er geen nadeelige gevolgen au zal ondervinden. Nadat een der heeren nog gewezen heeft op de wenschelijkheid, om geen namen te noemen in de verslagen, sluit de voorzitter de vergadering. SPOBT. U. D. I. II sloeg Zondag j. 1. Achillei uit Hilversum met 21. De wedstrijd U. Y. V. 1 U. D. 1.1 ging wegens het afkeuren van het terrein niet door Ingezonden (Buiten verantwoordelijkheid der Red. Geachte Redactie, In de openbare vergadering, gehou den Yrijdag 9 Dec. j.l. in de Keizers Kroon, is door schrijver dezes, toon de spr., de heer Sybrandy, repliceerde, ge interrompeerd, dat de heer Sybrandy een scheeve voorstelling gaf, van een door hem aangehaald citaat, en verder, dat de hr. Sybrandy in tegenstelling' met zijn beweren, zich wel degelijk schul dig maakt aan bet gebruik van onwaar heden in het debat. De gelegenheid om daarvoor het be wijs te leveren is mij door den voor zitter geweigerd. Staande de vergade ring heb ik het publiek beloofd dat be wijs te zullen leveren in de plaatselijke bladen. In verband met het bovenstaande en in het belang van de publieke moralteit, erzoek ik u beleefd deze artikelen in zijn geheel te willen plaatsen. Volgens het verslag in de Oude Ainersf. Courant van 10 Dec. zeide de heer Sy brandy in zijn repliek: „Spr. herinnert zich, dat de heer „Loopuit hem indertijd toeriep, lees voortoen spr. gezegd had dat Troel- ,stra een ton beloofd had, als prikkel tot staking. Spr. wil,nude gelegenheid hem geboden wordt, deze kwestie uit maken en doet voorlezing uit „Het Tolk" van 3 Juli 1901. En verder: „Ik heb deze zaak aan geroerd omdat de heer Oosterman haar aanduidde". De laatste bewering is onjuist. De hr. Oosterman heeft niet gezinspeeld op do kwestie „Loopuit". Alleen is gevraagd )f de hr. S. in zijn repliek even netjes wilde blijven als in zijn rede. Haar ook de kwestie van die ton ;ouds, aangehaald door Troelstra in de Tweede Kamer, die trouwens aan ieder, lie eenigszins op de hoogte is met de Jublieke zaak, bekend is, heeft met de aak waar het over gaat absoluut niets uitstaande. Waar het om gaat blijkt het duidelijkst uit het volgende stukje voor- tomende in Het Yolk van 22 Nov. 1904: De Sybrandy-moraal. Onze lartijgenoot Jos. Loopuit schrijft ons: De Standaard van 17 Nov. jammert iver den politieken toon tegenover per ionen die aan de regeeringstafel zitten :n roept uit: „Wij waren aan zulk een polemiek an zoo laag gehalte ten onzent niet ge- voon. Hen bestreed politieke personen po- itiek, men stelde beginsel tegenover icginsel en men oefende critiek op wat nen in de uitvoeringvan die beginselen ilkeurde. „Maar de laagheid van peil waartoe lit nieuwe soort polemiek zonk, was iog nimmer hier te lande op een poli- iek persoon toegepast." Is het nu niet een bewijs van een liep gezonken politieke moraal, dat het ilad van een partij, die een sujet als len heer Sybrandy in haren dienst ge- iruikt, durft spreken van politieke mo- aliteit? Nog deze week in een openbare ver- [adering te Heppel (15 Nov.) stond deze christelijke leugenfabrikant o. m. te beweren: „dat Oorter openlijk aan Troelstra verweten had, dat hij arhei ders in de staking van 1903 bedrogen had, door ee millioenen te beloven Door mij aanstonds opgevorderd voor te lezen wóar dit stond, aarzelde hij een oogeublik; in het volgend moment hernam hij zijn kalmte en riep uit: „Wie dat wil lezen, die moet Het folk van 3 en 4 Juli nazien!" (Niet eens van welk jaar.) Het spreekt van zelf dat, waar wij nu weer mr. S. zullen ontmoeten, hem dien leugen wel zullen trakteeren. Maar het is wezenlijk een van de kenmerken van 's mans karakter, dat de meest gewone, burgerlijke moraal bij hem voort durend aan het „stuivertje-wisselen" is. Hij liegt eerstens, wordt dan op zijn leugens gewezen, maar neemt zijn toe vlucht tot een nieuwe leugen, om zich te redden. De Standaard moet noodig ach en wee roepen over anderer moraal." Dat blijkt ook uit het volgende, voor komende in een brief van Loopuit aan mij, van 0 Dec.: „Deze kwestie zit zoo. Sybrandy be handelde de werkstaking van 1903. „Hij verkondigde bij deze gelegenheid „ook, dat Gorter aan Troelstra openlijk „in „Het Volk" zou hebben verweten, „dat deze laatste den stakenden arbeider „milioenen heeft beloofd. Toen riep ik „uit de verg: „voorlezen waar dat staat." „Eenigszins bedremmeld riep S. toen: dat kan men lezen in „Het Volk" van ,3 en 4 Juli. Hij zei er niet bij van „1903 of 1904. „Het spreekt van zelf dat 't in geen „van beide staat. Dat is de kwestie." Niet dus of Troelstra den arbeiders een ton heeft beloofd als prikkel tot staking, maar de kwestie gaat hierom of Gorter aan Troelstra openlijk in „Het Volk" zou hebben verweten dat hij de stakende arbeiders heeft bedrogen door ze millioenen te beloven. Dat dit de eigenlijke kwestie is blijkt ook hieruit dat de hr. Sybrandi een citaat voorlas uit „Het Volk" waar in derdaad over millioenen beloven wordt gesproken. Dit blijkt ook hieruit dat de hr. S. in zijn repliek zeide: Loopuit heeft den datum verkeerd verstaan, ik zal de kwestie nu meteen uitmaken. Duidelijk is dus, dat de lir. S. zijn te Heppel uitgesproken beschuldiging met dat citaat wdde bewijzen. Dit citaat voorkomende in „Het Volk" van 4 Juni 2e blad, le pag. 2e kolom luidt als volgt: „Gorter kan niet toegeven dat Troel- „stra een lijn gevolgd had die hij moest „volgen. Het was duidelijk in die dagen „dat er gestreden moest worden. En „dan waren er maar twee antwoorden: „zooals AM bout zegt: neen, en zoo spr. „zegt: ja. „Maar men kan niet zeggen nu eens „ja en dan eens neen. De tegenstrijdig heid iu liet artikel „Wat nu?" is onop losbaar. (Troelstra: dat heb ik gisteren toch „uitgelegd.) „Ja maar dat is voor mij niet vol- doende. De economische staking was „even gevaarlijk. Men mag dat dogma hek noemen, maar men moet vooruit- „zien wat de klassenstrijd eischt. Troel- „stra had geweifeld en zich doen be ïnvloeden door de dingen van den dag. „Hij had tot het uiterste moeten strijden. (Troelstra: dat heb ik gedaan). Jamaar „ge hadthet ook moeten zeggen, (gelach). „Het was van te voren te zien dat „de liberalen op een hoop gedreven „zouden worden met declericalen. (Scha per: zoo eenvoudig is de zaak niet). „En nu de calvinistische en de „anarchistische arbeiders. Troel- „stra gaat de eersten veel uitlok- hender tegemoet dan spr. de „anarchisten. Hij zegt, jelui kunt van de S. D. A.P. ill ili o c no n „krijgen." De door mij gespatieerde woorden die door den lieer Sybrandi met veel pathos werden voorgelezen, moe ten dus wettigen zijn to Meppel uit gesproken beschuldiging. Waar in het eerste gedeelte van het citaat sprake is van de tactiek van de S. D. A. P. bij de alg. werkstaking, zal ieder begrijpen dat Gorter, daar waar hij zegt: „en nu „de calvinistische en anarchistische ar beiders enz." daarvan afstapt, en over gaat tot wat anders. Ik zal dat duidelijk maken door een citaat uit Het Volk van 3 Juni 1903 2e bl. 4 pag. 3e kolom. De inhoud van beide bladen is een geheel want ze bevatten liet congres verslag van de S. D. A. P. van 1903. Dit citaat luidt: Troelstra: Voor dat ik gefaald had „was Gorter al doodsbenauwd dat ik „falen zou (gelach). Do agrarische kwestie „is nog niet opgelost. Op welke Partij „steunt spr. in den schoolstrijd? Gorter: Op de calvinistische. Troelstra: juist de calvinistische par- „tij voelt zich bedreigd doormijn stand- „punt in den schoolstrijd (applaus). „Spr's steun in den schoolstrijd is het „sociaal beginsel, dat onverschillig is „voor den godsdienst. Spr. wil aan de „geloovige arbeiders het toetreden tot „onze partij mogelijk maken, zoodra zij „op het terrein van den klassenstrijd met „ons meegaan. Gij wilt de deur wagen- „wijd openzetten voor de anarchistische „elementen. Gij wilt ze zelfs een eindje „tegemoet komen." Wanneer men nu hot door mij gespa tieerde gedeelte van het vorige citaat \an 4 Juni 1903 in verband brengt met het bovenstaand citaat van 3 Juni 1903 dan is liet voor iedereen duidelijk en tastbaar, dat Gorter niet doelt op die ton gouds, noch dat hij Troelstra een verwijt doet dé arbeiders te hebben be drogen door ze millioenen te beloven, maar dat hier wordt afgedaald in onder deden van het debat, en dat er sprake is over de opvatting van hun taak als propagandist. Troelstra zegt tegen Gorter: gij be paalt u in hoofdzaak tot de anarchisti sche arbeiders. Gorter zegt tegcu Troel stra: gij werkt in hoofdzaak om de cal vinistische arbeiders in de partij te krij gen. En dan slaat Gorter's uitdrukking „jelui kunt bij de S. D. A. P. milli oenen krijgen," heeleinaal niet op de stakende arbeiders, maar wel op Troel stra's algemeene propaganda ouder de christelijke arbeiders en in hetbizonder op zijn bonding in den schoolstrijd, zoo als uit het door mij aangehaalde citaat van 3 Juni blijkt. Gorter had dus even goed kunnen zeggen: „gij, Troelstra be looft den calvinistisch en arbeiders gou den bergen als ze bij ons komen." Ik hoop den lezer te hebben duide lijk gemaakt dat het door mr. Sybrandy aangehaalde citaat uit „Het Volk" van 3 Juni 1903, hoegenaamd geen verband houdt met zijn te Meppel uitgesproken beschuldiging en ook dat het niets uitstaan de heeft met die ton gouds waarover hij in deze vergadering sprak. De kwestie is dus deze: De hr. Sybrandy zegt te Meppel iu zijn repliek, als tegenspraak niet meer kan plaats hebben, Gorter heeft Troel stra openlijk verweten de stakende ar beiders te hebben bedrogen door ze milhoenen te beloven. Men begrijpt dat een zóó krasse beschuldiging van zóó een vooraanstaanden partijgenoot indruk maken moet. Opgevorderd te zeggen waar dat staat, noemt hij Het Volk van 3 of 4 Juni. In deze verg. begint hij zonder eeni ge aanleiding onzerzijds, geheel uit eigen beweging over deze kwestie; ver draait haar zoo, dat het neerkomt op de bekende ton gouds-geschiedenis en als klap op de vuurpijl, dat onze ver ontwaardiging over zijn gebrek aan waarheidsliefde gemaakt is, rukt hij een citaat uit z'n verband, en geeft er zoo'n scheeve voorstelling van, dat hot publick den indruk krijgt dat zijn beschuldiging wel degelijk waar is en ook in „Het Volk" voorkomt. Hij stapelt dus opzettelijk de eene leugen op de andere en toen ik aandrong om aan de hand van deze verslagen en brieven te willen bewijzen dat de lieer Sybrandy onwaar was, vouwde hij dood bedaard zijn krant dicht cn antwoordde heel leuk: deze zaak is nu voor goed uit. Lakenswaardiger wordt dit gedoe, als men weet dat de Voorzitter (de heer Goossens) den brief van Loopuit had gelezen, als men weet dat ik hem de zaak iu geuren en kleuren had mee gedeeld. Lakenswaardiger wordt het, dat deze man, wetende dat de heer Sybrandi onwaarheid spreekt mij dreigt door de politic te zullen laten verwijderen en toen ik aaudrong op voorlezing van do stuk ken die de zaak in het ware licht stellen mij toevoegde datikdan in het vervolg van hun vergaderingen zal worden ge weerd. Zoover is de publieke moreele inzin king bij de anti-revolutionairen al ge vorderd dat men met alle middelen tracht een zoo onbeschaamde leugenaar te beschermen. Ik heb deze kwestie zoo uitvoerig be handeld om den lezer te doen voelen tot welke oneerlijke middelen de heer S. z'n toevlucht neemt. En dit is geen op zichzelf staand feit. Nog in deze vergadering beweerde hij o. a. dit; dat het ontwerp-arbeidswet goed is blijkt uit de Nieuwe Tijd onder redaktie van Van Kol; waarin werd geschreven: „Als Kuyper deze wet in het Staats blad weet te krijgen, dan heeft hij zijn naam als Christcndemokraat in eere her steld". Wat is daarvan aau? De N. Tijd een weekblad in Twente schreef dit toen het oorspronkelijke ontwerp verschenen was, waarbij voor de Twentsche textiel arbeiders de 10-urendag zou worden ingevoerd cn uitte zich aldus speciaal met het oog op die voor deze arbeiders gunstige bepaling. Maar het gewijzigd ontwerp kwam en weg was de 10-ureudag. Kuyper had dadelijk toegegeven aan het verzet der Twentsche katoen- en linnehfabrikantcn en de 10-urendag voor volwassenen, mannen cn vrouwen, en voor kinderen werd geschrapt. Dat minister Kuyper aan het verzoek der fabrikanten, die volgens den heer 8. f 80.000 en meer per jaarverdienen, wel voldeed, en aan dat der arbeiders om handhaving van den 10-urcudag al was het maar alleen van de vrouwen niet heeft voldaan, dat vertelt de heer 8. z'n gehoor niet. Maar ik vraag don lezer of die aan haling uit de N. Tyd die slaat op het oorspronkelijke ontwerp na der erknociing van dat ontwerp nog mag worden aan gehaald als bewijs dat ook 8. D. dat ontwerp goedkeuren. Dit zijn twee staaltjes uit de hier ge houden vergadering die voldoende aan- tooncn wat wij onder Sybrandiseeren verstaan. In een volgend artikel zal ik aantoo- ncn dat de heer Sybrandy zich ook niet geneert om nog grover, nog tastbaarder onwaarheden te gebruiken in het debat. P. STIJNMAN. MAATSCHAPPIJ TOT BEVORDERING DER TOONKUNST. Aideeling Utrecht. Uitvoering op Dinsdag 20 December 1904, in Tivoli, 71/2 uur. Marclie Funèbre (Eroica) L. v. Beethoven. Messe des Morts, H. Berlioz. PlaatsbesprekingMaandag ISlje tot 3. Bij (.1. J. LAUWERS Weverssingel No. 9 zijn ad 50 cent voor minvermogenden te verkrijgen. is eene SCHEURKALENDER die eiken dag een mooi gezicht uit ons schoon Nederland geeft, waarvan elke eerste van de maand in kleuren is gedrukt. Het is oen sieraad voor de Huiskamer en heeft uit een pea- dagogiseh oogpunt veel waarde, zoowel voor kinderen als voor volwassenen. Het succes is gggT" buitengewoon groot. PRIJS 1)0 CENT. In eiken Boekhandel te verkrijgen of fr. p. p. door don uitgever S. Bakker Jz., Koog-Zaandijk, met 15 cent verhooging. 0 De tentoonstelling der werken van ROSA BONHEUU, ALMA TADEMA A en BONNAT sluit op Zondag' 18 dezer ten 4 uur. A VAN maakt haar Clientèle bekend, dat ZATERDAG a.s. de zaak geheel NIEUW GERESTAUREERD is en dat steeds het bekende verkrijgbaar is. Aanbevelend, CO L_ 0 **-> 0 0 G. J. Lanwers, sedert jaren alhier bekend, bericht aan rijn geëerde begunstigers, dat hij zich heeft gevestigd Wevers- singel No. 9 alhier en dat hij verkoopt alle soorten van GOUDEN, ZILVEREN, SCHILDPADDEN en STALEN BRIL LEN, welke uit kroon-, vliut- en kristalglas vervaardig zijn, die het oog niet alleen goed onderhouden, maar zich ook door ge nomen proeven tot verbetering van liet gezicht aanbevelen. Hij geeft een ieder naar de regelen der kunst een zoodanige Bril als voor het gezicht het incest geschikt is. Een ieder zal du herstelling der sterkte van zijn gezicht door licht duidelijke onderscheiding der voorwerpen met blijdschap ontdekken. Hij beveelt bijzonder aan de nieuw uitgevonden AVOND- BRILLEN, die zeer gebchikt zijn bij gas- of lamplicht en die hij zelf vervaardigt. Hij verkoopt alle sooi ten Yau LAND- en ZEE-INSTRUMEN TEN en repareert alle tot zijn vak behoorende zaken. Alle lijders aan oogziekten van verschillenden aard, die het weldadig daglicht wenschen te blijven genieten, worden ten vriendelijkste ter bezichtiging der BRILLEN uitgenoodigd. Daar H. H. Doctoren en andere deskundigen zich kunn 11 overtuigen, is hij teu allen tijde bereid, zich aan het onderzoek zijner Glazen en kennis van dezelve te onderwerpen. Ruilt en repareert oude Weerglazen. Belovende een prompte en civiele bediening. Ruime keuze VERBANDARTIKELEN. O O 0 (O 0 -J CO

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1904 | | pagina 3