No. 62. Zaterdag 5 Augustus 1905. 2e Jaargang Wees U Zelf! Liberaal Orgaan voor Amersfoort en Omstreken Uitgave van de Vereeniging „DE EEMLANDER". Vereeniging van betrekkingen. Volksvertegenwoordiger- dominee-rechter. FEUILLETON. IE SCHOEN VANDEJONGEMAAGD. De fabel van den kikvorsch in den put. DE EEMLANDER. Verschijnt Woensdags en Zaterdags. Bureau Hendrik van Viandenstraat 28 Abonnementsprijs Per jaarf 3.00 Franco per post- 3.50 Per 3 maanden - 0.75 Franco per post- 0.90 Prijs der Advertentie» Van 1 tot 5 regels0.40 voot iederen regel meer0.08 (Bij abonnement aanmerkelijke korting Dr. De Yisser, bij de laatste ver kiezingen in drie districten voor de Tweede Kamer candidaat gesteld en nergens gekozen, in zijn eigen district, Amsterdam II, zelfs uitgeworpen, heeft in het blad van den heer l)e Savor- nin Lohman, Dc Nederlander, een lang betoog geschreven om aan te too- nen, dat de betrekking van predikant zeer wel te vereenigen is met die van volksvertegenwooidiger ter Tweede Kamer. Hij schreef dit betoog naar aanleiding van de moties van de classicale ver gaderingen der Nederlandach-Hervormde Kerk, van het besluit ter algemeene vergadering van de Remonstrantsche Broederschap en verschillende adressen aan de Synode der N. H. Kerk gericht, waarin verzocht wordt beide betrekkingen voortaan onvereenigbaar te verklaren. Men kan over die vereeniging natuur lijk verschillend denken en't verwondert ons niet, dat dr. De Vi sse r, die beide betrekkingen 4 jaar lang tegelijk waar nam, thans als verdediger der combinatie optreedt, maar eerlijk gesproken hadden wij van zijn zijde andere en degelijker argumenten verwacht, dan hij gegeven heeft. De hoofdzaak van zijn bewijsvoering komt hierop neer, dat het liberalisme op de been geholpen en gehouden is door liberale, liever moderne, dominees en dat daarom van de zijde der ortho doxe dominees moet gezorgd worden, dat de verhouding van Kerk en Staat een zoodanige blijve, waardoor de laat- e, n.l. de Staat, steeds de baan effent voor het werk der eerste, n.l. der kerk wat met andere woorden wil zeggen, dat de Staatsmacht moet zorgen, dat dc dominees den baas kunnen spelen en in de Tweede Kamer dc lakens kunnen uitdeelen. Gedurende de republiek hebben de achtereenvolgende regeeringen voortdu rend verdriet en last gehad van de aan matiging en de onverdraagzaamheid der predikanten; daarom hebben de Staten der provinciën en ook de Staten-Gcneraal steeds zorg gedragen, dat alle dominees builen het bestuur bleven. De Grond- Veten wachten den ouderdom af, om deugd zaam te worden; maar de. vruchten groeien niet onder de meeuw. Uit het E n g e 1 s c h naar A. COLBECK. 3). En nu daolit zij aan Chou-tzu, niet 1b haar vaders vijand, want zij wist niet dat Chou-tzu hem doodelijk haatte, dat hij ook maar iets tegen hem had. Zij bedacht alleen dat hij een knap sterrewichelaar was, die haar zou kun nen zeggen hoe zij den gnnstigen afloop *an den arbeid kon bewerken, en de onthoofding waarmede haar vader be dreigd was, afwenden. Heimelijk zocht tij dezen wonderbaren toovenaar op en 'roeg hem bevend om raad. Chou-tzu ontving haar met een grijns. Het meisje was te bezorgd over haar Jader om de listige uitdrukking van zijn wet van 1S48 huldigde ook dit begin sel, maar overdreven liberaliteit heeft uit de Grondwet van 18S7 hot verbod geschrapt, dat geestelijken en bedienaren van den godsdienst tot dit lidmaatschap konden worden toegelaten; daarmede heeft men het paard van Troje binnen gehaald, want herhaaldelijk hebben de debatten in de Tweede Kamer tijdens dit ministerie bewezen, dat men zich daar in gezelschap van 8 of 9 dominees moer verdiepte in allerlei kerkelijke haarkloverijen en spitsvondigheden, dan zich bezig hield met de bevordering van de stoffelijke belangen van het volk, welke belangen men heette te vertegen woordigen. De Standaard sluit zich natuurlijk aan bij de rodenceringen van dr. De "Visser. De beweging tegen de vereeniging van beide betrekkingen komt volgens dat blad niet voort uit belangstelling in de richtige bediening van het kerkelijk ambt, maar uitsluitend uit de begeerte om orthodoxe predikanten te weren. Moderne predikanten zijn welkom; inconsequente orthodoxe predikanten zijn nog beter; de strijd gaat alleen maar tegen die predikanten, van wie de liberale partij niets te hopen en alles te vreezen heeft. Wanneer dr. De Visser beweert, dat de liberale dominees de liberale partij op de been hebben geholpen en in 't. leven hebben gehouden, is hij geheel in strijd met de geschiedenis. Bij de stichters der liberale partij was geen enkel predikant; de predikanten uit de dagen van de geboorte der liberale partij onthielden zich van alle staatkun dige bemoeiingen, ook al waren zij de vrijzinnige beginselen toegedaan; en ver liet nu en dan een hunner den kansel om zich op staatkundig terrein te be geven, dan ging dit steeds gepaard met het opgeven der kerkelijke betrekking. Van een vereeniging van beide betrek kingen was bij hen nooit sprake. Als voorbeeld daarvan kunnen wij aanhalen Woltcr Robert baron Van Ho veil, die van 18471848 predikant was te Batavia, waar hij den strijd aangordde voor een vrijere ont wikkeling der pers, tegen het voor tb e Art. 91 sloot geestelijken en bedienaren van den godsdienst uit van het Kamerlid maatschap. zwarte oogjes op te merken en zij be minde haar vader zóó teeder dat zij aan geen kwade bedoelingen bij den wijzen raadgever dacht. En toch was deze man gereed diezelfde liefde te ge bruiken als het wapen waarmede zij haar vaders hart zou doorboren. Een duivelsche vreugde vervulde zijn geest: gretig maakte hij zich de ge legenheid ten nutte, hem door Ko-ai in haar onschuld gegeven voor een wraak oefening zóó verfijnd listig, zóó berekend om den Mandarijn op de gevoeligste plek te treffen, dat diens onthoofding er nog niets bij was. Zijn kwaadaardig gemoed zwolg in het vooruitzicht van Kuan yins ontsteltenis. Dien man had do Booze Geest zelf aan hem overge leverd. Toen Ko-ai hem het geval meedeelde, met tranen in de oogeu van de bedreiging des Keizers sprak, en hem smeekte dat zijn wijsheid haar mocht openbaren hoe de gevreesde onthoofding kon worden voorkomen, schudde hij langzaam het hoofd en zeide dat zij hem den tijd moest laten om de sterren te raadplegen. Den volgenden morgen zou hij haar een antwoord geven. Ma een slapeloozen nacht begaf zij zich vroegtijdig naar den wijzen raadsman.Werkelijk zeide Chou-tzu dat haar vader gered kon worden, maar op één voorwaarde. Ko-ai smeekte hem die te noemen. Hij aarzelde, werkte op haar vrees en speelde met haar als slaan der slavernij, tegen de verwaarloozing van het onderwijs en tegen de verkeerde zuinigheid, die de belangen van Indië opofferde aan de steeds hoogere opvoe ring der koloniale baten. Eerst nadat hij zijn betrekking van predikant had nedergelegd, vertegen woordigde hij Zalt-Bommel, later Almelo in de 2e Kamer, totdat hij in 1862 onder het 2de ministerie Thorbccke, lid werd van den Raad van State, welke betrekking hij tot aan zijn dood in 1879 bekleedde. Van Hoeve 11, de eerst ex-predi- kant, die de Kamer binnentrad, had zich geheel losgemaakt van zijn vroegere betrekking; hetzelfde kan getuigd wor den van B1 a u p o t ten C a t e, van Lieftinek, die, in 1851 en 1879 tot leden dor kamer gekozen, evenzeer als de heer M o e n s hun betrekking van predikant neerlegden en zich uitsluitend wijdden aan de staatkunde, de eerst en laatstgenoemde later aan het onder wijs. Wil men oen predikant benoemen tot volksvertegenwoordiger, dat staat den kiezers vrij, maar zoowel in 't belang van de gemeente, waar hij werkzaam moet zijn, al6 van den staat, is het ge wenscht dat de beide betrekkingen onvereenigbaar zijn. Het doel van al de moties en adres sen, waartegen dr. De Visser en De Standaard te velde trekken, is met, zooals De Standaard dat uiidrukt. om de predikanten „van het politieke erf te verjagen", maar uitsluitend om de betrekkingen van predikant en kamer lid onvereenigbaar te verklaren in het belang van kerk en staat. Wij zouden in die overeenigbaarheid van betrekkingen, die ophoopingen om een grootere jaarwedde te verdienen, nog veel verder gaan. Wij vinden dat een rechter, die vol komen onpartijdig moet zijn, niet door een of andere partij naai de Kamer mag gezonden worden; óf rechter, óf kamerlid, niet beide tegelijk. Lid van Ged. Staten en Kamerlid dienden evenzeer onvereenigbaar te zijn. Het waarnemen der beide betrekkingen op voldoende wijze is nagenoeg onmoge lijk. Een van beide, zoo niet alle twee lijden schade door de vereeniging. Er zijn nog tal van betrekkingen te een groote kat met een muisje. Hij vermeide zich in den angst dien hij haar aanjoeg, maar wist het te doen voorkomen alsof het hem bijzonder griefde haar het reddingsmiddel te moeten noemen; het was eigenlijk maar beter haar vader aan zijn lot over te laten Zoo deed hij alleen om zeker heid te hebben dat zijn gruwelijk plan uitgevoerd zou worden. Eindelijk gaf hij toe en zeide op langzamen toon: „Ér bestaat slechts één middel om het leven van uw vader te redden en dat is: wanneer het heete metaal in den vorm wordt gegoten, moet het vermengd worden met het bloed eener jonge maagd." Terwijl hij dat zeide, keek hij het meisje opmerkzaam aan. Haar kleur verschoot, weldra overtoog een doodc- lijke bleekheid haar gelaat. Haar ernstige, droeve oogen schenen grooter te worden, toen zij ten volle begon te beseffen wat het reddende middel beteekende. Haar zij droogde haar tranen, bedankte den waarzegger, betaalde wat zij hem schul dig was en ging naar huis. Toen de tijd voor het gieten dei- klok naderde, vroeg zij haar vader dringend of hij haar wilde toestaan het bij te wonen. Eerst weigerde hij, maar toen, arme man! hoe kon hij haar voor nemen vermoeden! liet hij zich verbidden en gaf zijn toestemming. Die massa noemen, die niet kunnen waargenomen worden door één persoon, dan ten nadeele van de betrekkingen zelf of ten gerieve van derden. Zoo heeft men o. m. de betrekkingen van burgemeester en arrondissements schoolopziener. De laatste heeft zich vaak te bemoeien met de belangen van andere gemeenten, wat hem tegenover zijn col lega's burgemeester niet steeds eveu gemakkelijk valt, enz. enz. Maar daarover niet langer uitgeweid De betrekking van volksvertegenwoor diger is zoo veelomvattend, eischt zoo veel tijd, zooveel studie, zooveel toewij ding, dat niets gewenschter is dan dat zij met geen enkele andere betrekking vereenigd mag worden en allerminst met die van predikaut en rechter, omdat uit den aard dier betrekkingen de onpar tijdigheid daaronder lijden moet. Bij gelegenheid van de Wereldten toonstelling te Chicago, werd aldaar tevens gehouden een Parlement der Godsdiensten, bijgewoond door vertegen woordigers van nagenoeg alle gods diensten en kerken der wereld. Daar, in de „zaal van Columbus," welke plaats gaf aan ruim 4000 hoorders, zag men naast den R. K. kardinaal Gibbons, de priester van het Hemolscherijk (China) in hun gewaad van witte zijde met rood afgezet; dan weder de patriarchen van de oud-Grieksche kerk, leunende op ivoren stokken; de Shinto- en andere priesters van Japan, de Hindu's met al hunne verschillende schakeeringen, Brah manen, Buddhisten, aanhangers der Brahmo Somaj enz.; hooge prelaten van de R. K. kerk, Methodistische negerbis schoppen, Presbyterianen, Unitariërs, Joden. Moslemioten, enz. enz. Dit Parlement geopend met het „Onze Vader, die in de Hemelen zijt," uitge sproken door Kardinaal Gibbons, was een heerlijke openbaring van verdraag zaamheid en broederschap. „Hier zoo sprak o. m. de aarts bisschop van Chicago, P. A. Feehan, toen hij in naam van de Katholieke Kerk, de leden van het parlement wol kom heette, „hier, waar zal worden tentoongesteld wat schooner is dan al wai de stoffelijke wereld heeft gedacht gesmolten motaal als oen vurigen stroom door de bakken in den vorm te zien storten was iets waarnaar ze belangstel lend verlangde? Welnu, er zouden nog andere toeschouwers komen, waarom zou zij niet onder hen zijn? Er werd voor de bezoekers een verhoogde zit plaats gemaakt; hij zelf was nu toch zeker van den goeden afloop, en vond het daarom wel aardig dat Ko-ai ernaar zon kijken, als de klok omhoog ge- heschen werd, en het zou hooren als zijn triomf door het luchtruim zou klinken. Ko-ai kwam dus, keurig gekleed om haar vader en zich zelf eer aau te doen. Het was een lieve kleine ge stalte, in fraaie zijden stoffen gehuld. Ze zat in het midden van de voorste rij, stak haar hoofdje vooruit en keek in gespannen aandacht toe. De kraan van het fornuis werd open gezet. Het blinkende gesmolten mengsel begon te vloeien, de stroom werd broeder, men koorde uitroepen van bewondering. Plotseling, op het oogenblik dat de grootste massa toevloeide, vloog Ko-ai naar den rand der verhooging, riep luid met opgeheven armen: „Voor mijn vader!" en stortte zich, tot onuitspreke lijk afgrijzen der toeschouwers, in den bruisenden vuurstroom. In een oogenblik was alles voorbij. Een jonge man, de eenige die eenige tegenwoordigheid van geest toonde, over God en zijn waarheid, en het leven in zijn gemeenschap hier en hier namaals. Wat daarvan meer de vrucht moge zijn, wanneer alles gezegd is, van dit eene althans ben ik zeker: deze mannen, vertegenwoordigers van de rassen en godsdiensten der wereld, elkaar ontmoetend, samensprekend en elkaar in de oogen ziende, zullen eindigen met voor elkaar oprechte hoog achting en eerbied te voelen en eene daarop gegronde hartelijke vriendschap. In mijn eigen naam en in den naam van allen die ik hier vertegenwoordig, roep ik hun allen een hartelijk welkom toe." Van orthodox-protestantsche zijde daarentegen werd met groote felheid stelling genomen tegen het Parlement en zijne „algemeene broederschap." „Dit gepraat over algemeene broeder schap is nonsens, verklaarde de Bap tisten-predikant Iieuson ik houd het met Paulus, die den eenen God predikte en verklaarde, dat ieder die een anderen predikte, vervloekt wasIk zie niet in, waarom de microben van valscho godsdiensten moeten worden aangekweekt en in staat gesteld om zich te versprei den. Ik geloof, dat er maar één God is." Het was naar aanleiding van deze en andere uitingen van onverdraagzaam heid, welke onze tegenwoordige „paga- nisten" niet vreemd in de ooren zullen klinken, dat de Brahmaansche priester Suami Vioekanarda de fabel vertelde, welke hieronder volgt, teneinde „daar mee de bekrompenheden tc verklaren, zoo vaak onder ons aangetroffen, welke zoo uiterst onbeminnelijk zijn, wanneer en waardoor de volgelingen van do verschillende godsdiensteu en kerken op aarde steeds van elkaar verwijderd blijven." „Er was eens zoo vertelde hij een kikvorsch in een diepen put. Hoe hij daar kwam, behoeven wij niet te onderzoeken, het is voor ons doel ge noeg te weten, dat hij daar gewonnen en geboren was en nooit een andere woning had gekend. De evolutionisten zouden misschien bewijzen willen, dat hij geen oogen had, omdat hij daar altijd in duisternis leefde, doch voor ons doel zullen wij nu maar aannemen dat hij wel oogen had en dagelijks het water zuiverde van al de wormen en bacillen, die zich daar ontwikkelden, sprong vooruit en wilde haar redden, maar slechts haar schoentje bleef ge spaard; zij zelf werd een prooi van hot Nootlot, den schoen hield hij in de hand. De vader, op dat vreeselijk gezicht door waanzin aangegrepen, wilde haar naspringen, maar sterke handen hielden hom tegen. Misschien ware het beter geweest als men hem had laten begaan, want hij werd krankzinnig en hij stierf, roepende om zijn lieve Ko-ai, die haar leven voor het zijne had opgeoffeid. „En hoe liep het met de klok af?" had ik na een langdurige stilte den moed te vragen. Het eind der geschie denis had zulk een diepen indruk op mij gemaakt, dat ik geen enkele vraag of opmerking omtrent het meisje zelf kon uitspreken. „O, de klok was uitstekend," was het antwoord, maar zooals je gehoord hebt, men gelooft in haar klank een klagende, doordringende roepstem te hooren, en de bewoners van Peking zeggen daarvan: „Het jonge meisje roept om haar schoen." Hsie! Hsie! zong hij weer, het geluid van do klok nabootsende, dat beteekent s c h o e n." - - EINDE.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1905 | | pagina 1