Stadsnieuws.
Allerlei.
Naar aanleiding van den 200sten
geboortedag van Benjamin Franklin
(17 Jan.), brengen wij uit de „Kleinen
Schriften* van den voortreffelijken man
de volgende Parabelen in herinnering:
De (iodsdienst <ler
üleiiseheuliet'de.
Er leefde eens een goed mensch, die
Jacob heette en ernstig ziek werd. Zijn
biechtvader, die dacht dat zijn einde
nabij was, raadde hom aan zijne be
schikkingen te maken en vrede met
God te sluiten, 0111 in het Paradijs toe
gelaten te worden. Jacob antwoordde:
„Daar bekommer ik mij niet over. want
ik heb dezen nacht eene verschijning
gehad, die mij zeer heeft gerustgesteld."
„En die was?" vroeg de goede
geestelijke.
„Ik bevond mij," gaf do stervende
ten antwoord, „aan den ingang van het
Paradijs, met een menigte andere
meuschen, die wenschten toegelaten te
worden."
„De heilige Petrus vroeg ieder, wel
ken godsdienst hij belijdde. De een
antwoorde: „Ik beu Roomsch Katholiek."
„Goed," zei Petrus, „kom binnen en
voeg u bij uw geloofBgenooten.' Een
ander zei. „Ik behoor bij de Hevormde
Kerk.' ,Goed," was het antwoord,
„schaar u bij de Hervormden." Ten
laatstedeed hij mij dezelfde vraag. „Ach,"
gaf ik ten antwoord, „ik behoor niet tot
een kerkgenootschap; ik betracht de
menschenliefde en streef naar het geen
goed is.' De heilige bedacht zich een
oogenblik en zei daarop: „Kom binnen
en neem plaats waar ge wilt!"
Verdraagzaamheid.
Op zekeren dag zat Abraham, bij het
ondergaan der zon, voor den ingang
van zijn tent. En hij zag een ouden
man, die den weg uit de woestijn af
kwam en met moeite verder ging. Hij
stond op, ging hem tegemoet en zei:
„Broeder, kom in mijne woning, om
uwe voeten te wasschen en blijft dezen
nacht bij mij, dan kunt gij vroeg op
staan en Uw weg vervolgen". Maar
de man antwoordde: Ik ga niet met
U meê, ik blijf onder dezen booin".
Abraham drong evenwel bij hem aan
en de vreemdeling keerde zich om
en ging met hem meê in de tent en
Abraham bakte ongezuurd brood en zij
aten te zamen. Toen Abraham zag,
dat de man God niet dankte, zei hij tot
hem:
„Waarom bidt gij niet tot den Imo
gen God, den Schepper van Hemel en
Aarde?"
En de man antwoordde: „Ik aanbid
Uw God niet, en ik roep ook Zijn naam
niet aan, want ik heb mijzelf een God
gemaakt, die altijd in mijn huis is en
mij geeft, wat ik vraag."
Abraham ontstak in drift tegen den
man; hij stond op en dreef hem inden
nacht met slagen de woestijn in.
En Gods stem deed zich liooren, die
riep
„Abraham, waar is de vreemdeling?"
Abraham antwoordde en sprak: „Heer,
hij wilde U niet aanbidden en Uw naam
aanroepentoen heb ik hem in de
woestijn gedreven".
Toen hernam God: „Heb ik niet
honderd en negentig jaren geduld met
hem gehad, hem gevoed en gekleed,
ondanks zijne onwilligheid tegenover
mij, en gij, die zelf een zondaar zijt,
kon niet een enkelen nacht geduld met
hem hebben?"
Abraham antwoordde: „Heer ik heb
gezondigd; laat Uw toorn niet OTer mij
komen!" En hij haastte zich naar de
woestijn en zocht den oude op, geleidde
hem naar zijn tent, droeg zorg voor hem
en liet hem den volgenden morgen met
geschenken van zich gaan.
Uit hel Duitsch door A. J. M.
Dat vele bewoners van Amsterdam
elders zal het ook wel zoo zijn
weinig aandacht schenken aan de
eerste eischen van veiligheid, blijkt uit
het rapport van den Geoontroleerden
Particulieren Nachtveiligheidsdienst over
1905. Wij lezen daarin bijv. dat 922
maal moest gewaarschuwd worden dat
deuren, ramen of hekken van woningen
niet gesloten waren en 47 maal dat de
sleutel in de huisdeur stak.
Gelukkig, dat de Amsterdamsche dieven
nog niet zoo brutaal zijn als de Parijsclie
anders zouden we van nog heel wat
meer inbraken en diefstallen hebben te
gewagen.
Daar in Parijs moet het tenminste
verschrikkelijk zijn. Een bijzonder stout
stukje haalden daar dezer dagen drie
dieven uit, die een automobiel stalen,
toebehoorcnde aan een rijken Amerikaan.
Met het voertuig reden ze naar Yersailles
en van daar naar Loches, in het depar
tement Indre-et-Loire, om hun tocht
verder voort te zetten naar Tours en
Poitiers. Alle voetgangers, die zij op
hun weg ontmoetten, werden door hen
uitgeschud, maar daarbij lieten zij Jiet
niet. Te Tours traden zij, met de
revolver in de hand, den winkel van
een goudsmid binnen, onder wiens oogen
zij alles weghaalden wat zij aan waarde
vonden en den man vervolgens in zijn
eigen huis opsloten. Tusschon Tours en
Chatellerault ontmoetten zij op den weg
een boer met een varken. Zij hielden
hem aan, doodden het dier en laadden
het in de automobiel, waarop zij den
boer zelf ook in het rijtuig duwden en
hem mee namen naar een bosch, waar
zij hem loslieten, na hem eerst zijn
horloge en zijn|goedVoorziene portefeuille
te hebben afgenomen. Te Poitiers belden
ze om 2 uur in den nacht een herbergier
op. Toen de arme man opendeed, werd
hij door de schelmen aangegrepen, die
hem aan handen en voeten bonden en
in den kelder wierpen, daarna deden zij
zich te goed aan de spijzen en dranken
die zij in huis vonden en vertrokken na
de kas van den herbergier geledigd te
hebben. Hiermede eindigde evenwel de
avontuurlijke tocht, want de gendarmes,
die telegrafisch gewaarschuwd waren,
vingen de. bandieten even buiten Poitiers
op en voerden lieu met de automobiel
naar Parijs terug, waar zij in verzekerde
bewaring zijn gesteld.
Daar kunnen zij nu van hun toertje
eens op hun gemak uitrusten en van
de vermoeienissen bekomen.
Van vermoeienis gesproken, de Tele
graaf deelt ons het volgende vermake
lijke verhaal mee van een vermoeiden
forens, die ter rechtszitting moest ver
schijnen wegens mishandeling.
Een m'nhéér, deftig en netjes aange
daan. Baard en snor onberispelijk. Jas
en broek naar de nieuwste coupe. Hor
logeketting, waarschijnlijkookhet horloge,
goud. Stem aristocratisch. Buiging bij
de „entree de chambre" van iemand,
die weet, hoe het hoort.
„Een man van positie, stand en ont
wikkeling", zooals de officier van justitie,
mr. Yan Dam, hem noemde.
Ilij is een forens, wat voor zijn def
tigheid pleit. Den 16en November was
hij in de stad geweest, had daar „ge
werkt" en was moe. Met den laatsten
trein keerde hij naar zijn Hilversutnsch
landhuisje terug. Kaartje tweede klas.
De trein is lang en telt vele coupé's.
M'nheer, die deftig en moe was, stapte
in het achterste onverlichte rijtuig.
Dit zag toevallig een conducteur, die
géé i landhuisje bezit, géén gouden
horlogeketting, géén jas van nieuwe
coupe, maar toch beleefd man is.
„M'nheer, wilt u zoo vriendelijk zijn
vóór te gaan? Hier is geen licht op."
M'nheer stapte uit en begaf zich zoo
moe als hij was, naar een der voorste
coupé's.
De hoofdconducteur, dienstvaardig,
opende hom de deur.
Doch met een vorstelijk gebaar wees
de forens naar de plek, waar de vorige
conducteur met een ander stond te
praten.
„Laat li ij me de deur openmaken
zei hij.
De hoofd-conducteur, die ook een
beleefd man is, riep den conducteur.
Maar, bij vergissing, kwam de ander,
die den m'nheer een dienst wilde be
wijzen.
„Ik moet dien kerel hebben", riep
de moede forens.
De „kerel", die van de geschiedenis
weinig begreep, en niet wist, dat be-
schaafdo hcereu wel eens uit hun humeur
kunnen zijn, naderde niet direct. Zijn
collega met wien hij zooeven had ge
sproken, onvermoeid in beleefdheid,
trachtte nogmaals de deur te openen.
Maar m'nheer, die „den kerel" wilde
hebben, sloeg hem met z'n vuist op den
arm.
Toen b.esloten de beide conducteurs
dat „m'nheer" betaald te zetten.
Eu de officier van justitie bij de
Amsterdamsche rechtbank wilde 't .'m
ook belaald zetten. Het O. M. waar
schuwde m'nheer voor herhaling, en
requireerde wegens „mishandeling" een
geldboete van f 40, subsidair 20 dagen
gevangenisstraf.
Wellicht zal het voor den vermoeiden
man aanbeveling verdienen de 20 dagen
maar te gaan „uitzitten" in plaats van
de boete te betalen.
Want „zitten" zal hem wel aangenamer
zijn dan betalen.
De raad der gemeente Delft heeft tot
leeraar in de Ned. Taal en de Geschie
denis benoemd, buiten de voordracht om
den Heer M. Steenhuizen, reeds tijdelijk
als zoodanig gedurende dezen cursus
werkzaam.
No. 1 van de aanbeveling was Dr. W.
van Schothorst leeraar aan het Gymna
sium en de H. B. S. alhier.
Dc 2e luitenant L. A. M. Ottenhof,
van het 5e regiment infanterie, is gede
tacheerd bij de werkplaatsen voor draag
bare wapenen aan de Hembrug, tot het
volgen van een cursus voor officier van
wapening.
Do bevolking van Amersfoort bestond
op 3 Januari j.l. uit 11.747 vrouwen en
11.265 mannen, totaal 23.012 personen.
De heer W. Muntjewerff, directeur-
uitgever van het Schaakblad, te Amster
dam, zal, naar wij vernemen, op uit-
noodiging van de onderofficiersscliaakclub
„Amersfoort", op Zondag 21 Januari
voor de leden dezer club een simultaan-
séanco geven in Hotel De Zwaan.
De leden van de Amersfoortsche Schaak
vereniging" zijn officieel uitgenoodigd
deze séance bij te wonen.
Een 20-tal liefhebbers hebben zich
reeds aangemeld
Vóór den aanvang zal de heer M. een
voordracht over het schaakspel houden,
waarbij hij zal nagaan hoe dit schoone
spel zich in don loop der tijden over
de wereld heeft verspreid. Tevens zal
men een door hem gemaakt gedicht te
hooren krijgen, waarin dc eigenaardig
lieden van het spel in het kort worden
geschetst.
De voordracht begint te 11 uur voorin.,
dc séance te 12 uur.
Men hoopt op een druk bezoek. De
toegang is vrij.
Woensdag j.l. werden wegens diefstal,
in vereeniging, van ijzer en zink alhier
aangehouden 3 personen, die bij een
nauwkeurig verhoor, eene volledige be
kentenis aflegden. Een er van werd naar
de strafgevangenis te Utrecht overge
bracht, terwijl dc beide andere voor-
loopig in vrijheid werden gesteld.
Uitslag van den schermwedstrijd van
den Kon. Ond.- Off. Schcrmbond in den
Haag
Wedstrijd Floret voor niet prijswin-
ners: 5e pr. serg. de Vriendt, 5e rcg. inf.
Personeele wedstrijd op model-sabel.
1 huzaar Muntz; 2. huzaar Heskes en
3 huzaar v. d. Ree, allen van de Rij
en Hoefsmidschool te Amersfoort.
Schoonheidswedstrijd op Floret. -.
sergeant-majoor De Jong, van het 5e
reg. infanterie.
Colonne-wedstrijd Geweer. 2. de on-
derofficierenverceniging E. M. M. A. te
Amersfoort; 3. de miliciens van het 5e
reg. infanterie te .Amersfoort;
Wedstrijd geweer (prijswinners). 2.
sergeant-maj. Katenberg, 5e reg. inf.,
Korpswedstrijd geweer (in marsch-
tenue). 1. 5e regiment infanterie;
Personeele wedstrijd geweer (Aldee-
ling II.) 5e pr., de Yriendt, 5c reg. inf.;
Korpswedstrijd model sabel: le prijs,
rijschool, Amersfoort;
Korpswedstrijd geweerEereprijs (Me
daille van II. M. de Koningin) 2e pr.,
5e reg. inf. te Amersfoort;
Duel degen, le prijs Duizendstra v/d
rijschool te Amersfoort.
Corpswedstrijd sabel. 2e pr. le regt.
vest.-art.
Afdecling 1, sabel, le prijs Duizend
stra, v/d rijschool te Amersfoort; 2e pr.
de Vaal le rcg. vest.-art.
Afdeeling II, sabel. 2e prijs Smooren-
burg, le reg. vcst.-art.
Dc prijswinners werden hedenmorgen
door dc stafiuuziek van liet station ge
haald.
Gisterenmiddag omstreeks 4 uur viel
door het breken der as van een boeren
wagen de inhoud, bostaande uit niest,
op den grond.
Daar het ongeval gebeurde voor de
woning van den heer M. Aronson aan
de Langestraat ondervond de tram geene
vertraging.
Spoedig werd het vrachtje op een
anderen wagen vervoerd.
Door den Commissaris der Koningin
in de Provincie Utrecht is aan mr. J.
Heyligers op zijn verzoek eervol ont
slag verleend als lid der Gezondheids
commissie voor de Gemeente Amers
foort.
In de te Amsterdam gehouden bui
tengewone vergadering van leden der
Maatschappij tot opvoeding van weezen
in het huisgezin, waarin het oude be
stuur voor het laatst fungeerde en welke
bijeenkomst door 45 leden bijgewoond
en door den heer C. J. Yaillant geleid
werd, zijn uit de voorgedragen dubbel
tallen tot leden van het nieuwe bestuur
gekozen de heeren mr. A. F. baron Yan
Lynden, (Haag), ds. Van de Ven, (Eind
hoven), H. Idsinga, (Apeldoorn), G.
Dijkstra, (Leeuwarden), jhr. Speelman,
(Bloemendaal), D. Van Leyden, (Krom
menie) en jonkvronwe J. Dc Bosch
Kemper (Amsterdam.) De aanwezigen
namen de benoeming aan, behalve jhr.
Speelman. Aan de overigen zal kennis
gegeven worden vanhun benoeming.
Hierna werden 5 leden tot een commissie
van voorbereiding voor statutenwijziging
benoemd. Daarna word de vergadering
gesloten.
Tot leden dezer commissie werden
gekozen: Anna Polak, en de heeren
Van Dijk, dr. Stoel, Beckcringh en
Hackstroh. Aan het slot dor vergadering
betreurde een lid namens velen de
wending, die de zaak in de vorige zitting
heeft genomen, waardoor samenwerking
van het bestuur met den directeur on
mogelijk weid en werd aan het bestuur
voor zijn belangloozc toewijding dank
gebracht.
Nutslezing. De heer Albert Vogel
heeft en terecht den naam van
een der beste declamators van Nederland
te zijn.
't Komt ons voor dat de heer Henri
Dekking dezen Donderdagavond min
stens heeft geevenaard. 't Is een groote
kunst om a 11 e e n gedurende een tweetal
uren de aandacht van het publiek ge
spannen te houden met het voordragen
van een drama.
De heer Dekking is daarin volko
men geslaagd. Hij wist zijn gehoor van
het begin tot het eind met zijn uitnemende
vertaling van l'A i g 1 o n van RoBtand
te boeien. Velen, die het een penetentie
achten gedurende een paar uur naar den-
zelfden spreker te luisteren en daarom
maar wegblijven, hebben werkelijk veel
verzuimd.
In l'Aiglon ligt dramatische kracht
meer dan historische juistheid misschien.
De wijze waarop de schrijver het beur
telings fiere en weifelende van het
karakter van Napoleons zoon heeft ge
schetst is intens mooi en den voordrager
waardig.
Dekking toonde zich een kunstenaar.
Wolff - Verliey - Concert.
Een avond van buitengewoon kunst
genot staat ons op Maandag '29 Januari
te wachten. Alsdan zal in Amicitia een
concert worden gegeven, door het op
muzikaal gebied zoo gunstig bekend
staande trio: Yerhey (piano), Wolff
(viool) en Mossel (violoncel), terwijl
Mcjuffr. Lotte Roosing (altzangeres) hare
medewerking zal verleenen.
Waar dit trio zich deed hooren, steeds
was het publiek een on al verrukking
over het in-mooie spel, dat niet nalaat
op ieder, die tenminste niet geheel van
muzikalen zin is misdeeld, een diepen
indruk te maken. Unaniem zijn dan ook
de recensies in de verschillende bladen
gunstig en over het optreden gaat maar
één roep: groote technische vaardigheid
gepaard gaande met een muzikaal senti
ment, dat zelfs den meest zwartgalligen
criticus bewondering afdwingt.
1 lenken we daarbij dan nog dat mejuffr.
Lotte Roosing, wier sympathieke wellui
dende stem, overal waar zij optrad,
geroemd wordt, hare medewerking zal
verleenen, dan gelooven we niet te veel
te zeggen, wanneer we voorspellen, dat
de avond van 29 Januari, voor elk
muziekminnend mensch, een avond van
hoog begaafd genot zal zijn. Wc twij
felen er dan ook niet aan, of de groote
zaal van Amicitia zal ook door de goede
bezetting van het publiek een prettige
aanblik bieden.
Naar wij vernemen, is dc Steinway-
vleugel uit het magazijn der firma Rijke
en De Lange te Rotterdam.
Kaarten voor de uitvoering zijn, naar
men ons verzoekt mee te declen, nog
verkrijgbaar in Yalkhoff's boekhankcl.
In de op 1.1. Zaterdag te Utrecht
gehouden vergadering van het hoofdbe
stuur van het Genootschap voor Landbouw
en Kruidkunde, werden o. a. de navolgende
onderwerpen behandeld:
Het verzoek van het bestuur van het
Ncdcrlandsch Landhuishoudkundig Con
gres, om subsidie voor het dit jaar te
Amersfoort te houden 58ste congres,
werd ingewilligd, toegestaan werd een
bedrag van f100
Aan de afdeeling Amersfoort werd voor
de ter gelegenheid van genoemd congres
te houden landbouwtentoonstelling een
subsidie toegestaan van f '200.
KAMERS VAN KOOPHANDEL.
Zooals onlangs is gemeld, heeft de
Minister van Landbouw, Nijverheid en
Handel van de besturen der gemeenten,
waar een Kamer van Koophandel is ge
vestigd, opgaven gevraagd van het getal
kiezers van leden der Kamers en van
haar uitgaven, een en ander over de
laatste vijf jaren.
Zijn wij wel onderricht schrijft de
N. II. Ct. dan staat dit een en ander
in verband met het plan van den Minis
ter, om de hand te slaan aan dc reor
ganisatie der Kamers van Koophandel,
waarvooor nu verscheidene jaren geleden
in een vergadering van afgevaardigden
dier Kamers, te Amsterdam gehouden,
een schema vastgesteld en aan den toen-
uialigen Minister Van der Sleyden aan
geboden werd.
DE DRANKWET.
Men meldt aan de N. R. Ct.
De Minister vau Financiën heeft aan
do hoofd- en verdere ambtenaren der
directe belastingen, invoerrechten en
accijnzen opgedragen, den burgemeesters
en deu inspecteur, belast met het toczicnt
op de na'eving van dc drankwet, bij
de uitvoering dezer wet, zooveel moge
lijk steun te verleenen, door, op hun
verzoek, de inlichtingen te verschaffen)
die voor hen van belang zijn, mot in
achtneming evenwel van art. 35 der wet
van 2 October 1893 op de belasting op
de bedrijfs- en andere inkomsten.
Bij K. B. is mr. F. D. G r aa f Schim-
uielpenninck, Commissaris der Ko
ningin te Utrecht, benoemd tot lid van
het college van curatoren der Rijksuni
versiteit te Utrecht.
Gisterenavond werd in het lokaal de
Arend eene lezing gehouden voor de
onderofficiers-vereeniging Ons Belang,
waarin als spreker optrad de WelEdel
Geboren heer Jhr. Ram, gepens. Kapi
tein der Infanterie, met het onderwerp:
Inrichting en samenstelling
van verschillende legers in
het b ij z o n d e r van ons leger,
noodzakelijkheid van hervor
mingen lie t verschi 1 tu sschen ee u
mobiel en een volksleger.
Nadat de voorzitter de heer Valken
burg de vergadering geopend had, sprak
Jhr. Ram ongeveer als volgt:
Onderofficieren van Ons Belang, Ge
zoudt het misschien correcter vinden
wanneer ik sprak van Mijne Heeren,
maar vergun me U toe to spreken zooals
ik dat l'/a geleden mocht doen en ik
vrees waar ik zooveel uniformen voor
me zie dat ik toch weer zou spreken in
meer familaircn toon.
Het onderwerp is U bekend. Toen
ik dc taak op mij genomen had dit
onderwerp te behandelen, begreep ik
dat dit een zware taak is, omdat er
zooveel van te zeggen valt. Ik heb aan
uwen voorzitter gevraagd of ik mocht
veronderstellen, dat de aanwezigen in
het onderwerp zaten, waarop hij mij
zeidc, dat ik daarop niet te veel moest
rekenen. Maar nu ik zooveel oudere
gezichten voor me zie, denk ik dat het
antwoord wel wat anders moest luiden.
Wat mijn taak moeilijker maakt is
dat ik voor 't eerst in aanraking kom
met Ons Belang. Binnenkort zal er in
een tijdschrift waaraan ik niet vreemd
ben, iets verschijnen over Ons Belang,
waaruit ik U een en ander zal mee
deden. Uit het feit dat ik hier voor U
sta bijkt dat uw vereeniging mij sym
pathiek is. Maar die sympathie is niet
onvoorwaardelijk. Als men mij bij de
oprichting had gevraagd: kapitein we
willen een vereeniging oprichten „Ons
Belang", dan zou ik gevraagd hebben:
is die naam wel goed?
Men 2ou kunnen denken, dat deze
vereeniging zich ten doel stelde om voor
alles het materieele belang van den onder
officier te behartigen. Hot hoofdbestuur
zou dan zelfs in moeilijkheden kunnen
geraken, wanneer het niet juist dat doel
kon bereiken.
In een leger waar een gezonde geest
heerscht loopt een lijn van verband van
boven naar beneden en omgekeerd. Eu
nu heeft Ons Belang een horizontale
lijn getrokken door die verticale lijn.
En nu kan ik me voorstellen dat er
botsing kan komen tusschen het groote
lichaam en dit lichaam.
Kijk zoo zou ik 6 jaar geleden ge
sproken hebben. De vereeniging heeft
gewerkt, we hebben ineer dan ge
legenheid gehad om de praktijk van
Ons Belang gade te slaan. En dan moet
de verklaring van 't hart, dat ik erken,
dat er voor een pessimistische blik geen
reden bestaat, maar dan voeg ik er dade
lijk bij, dat ik niet in alles meega met
hetgeen in Uw blad geschreven wordt.
In uw vereeniging trekt mij zoo bij
zonder aan, dat gij Ons Belang hebt
ondergeschikt gemaakt aan het groote
belang van het leger.
We zijn in ons leger een andere
richting ingegaan en ge hebt geconsta
teerd, dat de onderofficier nie^ geheel
voldoet aan do gestelde eischen, het 1
moreele peil moet verhoogd worden.
Dat is een zeer gezonde zelfcritiek. Gij
hebt gezegd het ontbreekt ons aan de
goede deugd en die kunt ge riet ver
krijgen dan door verbetering van den
materieelen toestand.
Ik ga met uw zelfcritiek mee. Dat
klinkt U misschien niet aangenaam in
de ooren, maar we staan lrcr als man
nen onder elkaar en wc dienen de waar
heid te zeggen. Maar zijn er onder U
d'e zich vi n dat verwijt iets auntrekken,
dan past U dat allerminst, want Uw zijn
in Ons Belang wijst er op, dat ge naar
meerdere kennis streeft.
In De Militaire Gids is eeni-
gen tijd geleden een opstel opgeno
men van een milicien. Wie dat niet
gelezen heeft, zal de onderstelling op
werpen, dat d„t opstel niet gunstig kan
luiden, Want auders zou uw basis, dat
het moreele peil moet worden verhoogd
moeien vervallen. En dat opstel is ook
ongunstig. Maar dat opstel is voor Ons
Belang een fortuin je. Met dat opstel
kunt ge naar den minister gaan en
zeggen: Kijk eens Excellentie, zoo oor
deelt een jongmeusch, dat zich voor'98
zou hebben laten vervangen. U ziet dat
onze basis juist is. Maar in uw oigen
blad heb ik gelezen, dat bedoeld opstel