Stadsnieuws.
Allerlei.
De Vrijzinnig-Democraten en
het Ministerie.
Met levensgevaar moesten velen van
zolders en daken worden gered. Klok
gelui bromde door den gierenden storm
wind en riep de menschen op om te
redden wat nog te redden was.
En niet alleeD dit lijden en verlies
vervult met deelneming en ontzetting,
maar ook de gevolgen zullen zóo diep
droevig zijn, dat wel alles mag worden
in 't werk gesteld om hulp en bijstand
te vcrleenen. Men bedenke toch de
ellende, die te wachten staat óok als
straks de akkers zullen weigeren rijpend
koren te dragen en mensch en dier
zullen vragen om zuiver water, daar 't
zilte water den dorst niet lesschen kan.
Ondergeteekendcn besloten een omstan
dig verhaal te doen samenstellen van
het voorgevallene. Deze beschrijving zal
ongetwijfeld een historisch gedenkschrift
worden. De prijs bedraagt slechts 50
cents.
Zij er een warm harte, vervuld met
medelijden voor onze zwaar getroffen
medemenschen. Dat de bekende lief
dadigheid onder ons weer openbaar
worde.
Ook wij bedoelen met deze uitgave
iets bij te dragen om het leed van zoo-
velen onzer landgenooten te helpen ver
zachten en enkele droppelen olie in de
wonden te gieten
Mij hopen, dat ons pogen algemeen
algemeen instemming verwerve en wij
door ruime inteekening in staat zullen
gesteld worden, een aanzienlijk bedrag
af te dragen aan de noodlijdenden.
Spoedige hulp is hier dubbele hulp.
De Uitgever,
OOSTERBAAK LE COLNTRE
Goes, Maart 1906.
Voor wie er soms aan twijfelen mocht
wil ik hier nog eens de verheugende
medcdeeling neerschrijven, dathetheuscli
al 21 Maart is geweest, en de heerlijke
Lente haar intrede heeft gedaan.
't Wordt nu weer de tijd van het ont
luikende leven in de schijnbaar doode
boomen en planten, de tijd van vernieu
wing en verjonging, van schoonmaak en
verhuizen, maar tevens van minnende
paartjes, al laten die zich volgens het
Vaderland door geen „wind of weer"
van hunne wandelingen terug houden.
Zoo lozen we b.v. in het Vad.:
't Was Zondagavond; het regende dat
't goot, aan vuile straten geen gebrek,
doch dit alles was voor een minnend
paartje geen motief om binnen te blijven.
Zoo kwam 't dan ook, dat beiden, in de
macht van Amor, gearmd door onze
straten wandelden. En zoo kwam 't ook,
dat ze gezien werden door Tienus, die
onlangs van Jlan de bons had gekregen.
Dat hij afgewezen was en zij niet meer
naar zijne schoone woorden wilde luiste
ren, was op zich zelf wel erg, doch ruzie
is niet altijd van langen duur. Maar dat
Ilan nu met een anderen aanbidder uit
was, aan wien ze blijkbaar haar hart
had gegeven, dat was te erg voor Tienus,
die nog altijd een zoete hoop koesterde
dat alles ten beste bij zou komen.
Tienus was juist in een stemming om
zijn hart eens lucht te geven, laat cenige
harde woorden hooren en voegde direct
de daad bij 't woord, door zijn concur
rent gevoelig toe te takelen. Hoed in
het slijk; parapluie stuk. Han vol angst
„och kom toch" en zoo al meer. Ge
lukkig voor den concurrent kwamen
een paar helpers opdagen, die Tienus
onder de knie namen en het paartje
gelegenheid boden den aftocht te blazen,
waaraan onmiddellijk gevolg werd ge
geven. Nauwelijks was T. onder de
knieen uit of hij ging niettegenstaande
hij vol slijk zat op recherche uit om
zijn concurrent op te zoeken, doch de
maatregelen door beiden genomen waren
van dien aard, dat hij achter het net
vischte. Hoe hij ook al door mopperende
zocht, hij vond geen van beiden, daar
ze een veilig heenkomen hadden gezocht.
Aan T. werd de goede raad gegeven
naar huis te gaan en een ander pak
aan te trekken, doch hiertoe had hij
weinig lust, daar het slijk, door de
schuld van den regen op zijn jas ge
komen, en eeist door den regen afge
spoeld moest worden.
Tegen een dergelijke logische rede-
necring viel niets te zeggen, en als we
de weersgesteldheid van Zondagnacht
in aanmerking nemen, dan is er alle
reden om te vermoeden, dat het voor
Tinus niet „met een droogje is afge-
loopen."
Nou, zoo'n schoonmaak is zoo kwaad
niet, en voor velen zelfs zeer wenschelijk,
ook wat betreft hun „geestelijken
mensch."
De Unie, het maandblad voor Kaap-
sche onderwijzers geeft b.v. eenige
staaltjes van den vreeselijkcn warwinkel,
die er heerscht in de hoofden van vele
Afrikaansche jongelieden uit de Kaap
kolonie.
Ziehier o.a. een paar staaltjes van
jammerlijke taalverbastering.
Allereerst een gesprek tusschcn twee
studenten
I say, Jimmio, ga jij vanaant clear?
Ja, en kêrl, ek sal baiug blij wees, as
jij mij kan afsien, want, as jij kom, kan
jij biki mij luggage in di carriage help
dra, of kijk, dat di guard mij boxes
label en in di van sit, so lank ek mij
ticket koop.
All right, mati.
Nu iemand die 't over een Rugby-
spel heeft:
Laatste Maandag was dar 'n baing
interesting match on tussen ons en di
Hamilton8. Ons first team het hul met
'n try gelick, hul thrids het ons gebeat,
on die second was 'n drawn match. Dit
was ver jou 'n baing close game, endi
kêrls het properly rof gespeul!
Dit is waarlijk nog een tikje erger,
dan 't hier te lande dikwijls in sport-
gesprekken en verslagen toegaat.
De meisjes van de Kaapkolonie maken
het vooral niet beter, geen wonder
trouwens, als men weet hoe Engelsch
op de meeste lagere en hoogere scholen
hun opvoeding is. Ziehier een gesprek
tusschen Sophie en Maggie:
Sophie: „Good morning, Maggie, gaan
jij van middag ver 'n walk or do you
intend goig for a ride instead?"
Maggie: „No, my dear, I am awfully
sorry to say, elc kan ni van middag my
usual walk neem ni, want di nasty ou
Mrs. B. kon mos call, en hoe krij jij
ver haar weg?"
Sophie: „Sê ver haar, jij is ni ni ni."
Maggie: „O, by the way, hoe lijk jij
Mr. N.?"
Sophie: „Nou, I cant say, that I
particularly care ver hom ni; hij was
last night rechte rude in company."
Maggie: „Ek gé ok ni baing ver hem
om ni."
Sophie: „Het Lizzie haar gistraant
geenjoy op di entertainment?"
Maggie: „Rather. Sij sê, dit was baing
jolly."
Sophie: „Was dit ni Daing nice van
Mrs. M. om haar te invite in?"
Maggie: „Watter dresse hé jij nnge-
had?"
Openbare Vergadering van don Kaad der
Gemeente Amersfoort op Dinsdag 27 Maart
190ü, des namiddags te half 2 ure.
AGENDA.
1. Benoeming van een lijdelijk keurmees
ter van het vee en vleesch (vacature A. Over-
bosch).
2. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders betreffende periodieke verhooging van
de salarissen, van de leeraren B. D. Best,
I. M. J. Hoog, J. M. Thiel, J. C. A. Havinga
(met adviezen).
3. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders betreffende 2 adressen van du Maat
schappij „Amersfoort" in verband met den
aanleg van 2 wegen op den Berg, (met
adviezen).
4. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders betredende het gijmnastiek onderwijs
op de O. Lageren Scholen in verband met
adressen van de heereu Snouck, Muller e.a.
en Duinoulin e. a. (met adviezen)
5. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot het verleenen van machtiging tot
liet sluiten van een contract met het Sint
Elisabeth's gast- of Ziekenhuis (tnct advie
zen)
li Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot onderhaudschen verhuring van het
voormalige tolhuis met tuin aan den Arn-
hemsclieweg.
7 Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot wijziging van de begrooting 1900.
8 Behandeling van reclames inzake de
Straatbelasting dienst 1905.
Bij de godsdienstoefening in de Re-
monstrantsche kerk treedt a.s. Zondag
te 10l/.j uur op Prof. Dr. Ii. IJ. Groene-
wegen hoogleeraar te Leiden.
Bij kon. besluit van 21 dezer is be
noemd bij het wapen der cavalerie, tot
luitenant-kolonel, de majoor A. J. P.
Metelcrkamp, directeur van de rij- en
hoefsmidschool.
Naar het A. D. verneemt hebben de
kapitein W. F. N. von Hombracht en
de le luitenant J. A. Plet van het 5e
reg. inf., verzocht gedetacheerd te wor
den bij de landmacht in AVcst-Indië.
De 2e luitenant J. D. Eggink, van
de Infanterie, thans op non-activiteit we
gens ziekte, is bij kon. besluit op pen
sioen gesteld
De reserve '2e luitenant P. M. S. van
Leeuwen van het 5e regiment infanterie
heeft eervol ontslag uit den militairen
dienst gevraagd.
Morgen wordt er in Amicitia een
Ilogerhuis-meeting gehouden, waarin
het woord zal gevoerd worden door
twee der gebroeders Hogerhuis en door
den heer Kolthek van Deventer.
De acte als onderwijzeres in nuttige
handwerken werd gisteren te Utrecht
o. a. behaald door mej. C. M u n n i k,
leerlinge der Amersfoortsche Industrie-
en Huishoudschool.
Tot lid van de Gezondheidscommissie
alhier is benoemd Mr. A. van Traa, in
de vacature ontstaan door het ontslag
nemen van mr. J. Heiligers.
De voorstellingen van het circus
Oscar Carré zullen alhier worden ge
geven op een terrein aan den Vlas-
akkerweg tusschen 18 en 24 April.
Het schijnt toch vast te staan, dat
Necltje Lokerse hier zal komen spreken
en wel Maandag a.s. in Amicitia over
„Onderzoek naar het vaderschap."
Door den architect Herm. Kroes is
gisteren aanbesteed de bouw vau het
Ziekenhuis aan de St. Andricsstraat. De
uitslag is als volgt:
A. J. Uiterwijk en Zoon, te Zutphcn,
f94,100; H. Siegers, te Amsterdam,
f92,460; II. C. Dorlas en Zoon, te Am
sterdam, f91,275; T. Eijbers, te Apel
doorn, f90,750; C'. J. Rijniersen, te
Amsterdam, f90,300; Gcbr. Switzar, te
Amsterdam, f89,080; firma v. d. Vliet
en Nieuwstad, te Amsterdam, f89,440;
G. C. Blanken, alhier, f 89,500; N. Wolfs
winkel, alhier, f SS,500; G. Ribberink,
te Hengelo, f S6,S66AV. Zwak, te Er-
melo, f86,630; J. Bunnik, alhier,f .86,570;
De Herder en Bolle, te UtrechtZwolle,
f83,500; A. J. Aangencndt, te Ginne-
ken, f 83,415; J. R. de Jong, te Hil
versum, f 82,657II. AVitzand, te Utrecht,
f 82,646A. Sanders, te 's Hertogenbosch,
f 80,500 A. v. Gendercn, alhier, f 79,800;
P. Hochstenbach, te 's Hertogenbosch,
f 79,800; J. AAr. Koeken, te Tilburg,
f 79,300; Berusten en Broom, te Nij
megen, f79,191; AV. v Gonderen en
H. C. Tienen, alhier, f 78,776; H. Kei
zer en J. AVildeman, alhier, f 78,120;
v. Dorssen en Aalbcrg, te Amsterdam,
f 78,000; A. Ar. Krimpen,teZeist,f77,991;
gebr. Dessing, te Gouda, f76,400; M.
Bakkeren, te Prinsenhage, f 75,780.
Aan den laagsten inschrijver gegund.
Door het Hoofdbestuur van den
Schutterijkader Bond is aan alle
Koninklijk erkende schietvercenigingen
en alle Nederlanders, die tot een weer
baar volk willen behooren een circulaire
gezonden, waaraan we het volgende ont-
leenen
Zooals u bekend zal zijn is hot tijd
stip voor de geheele opheffing der
Schutterijen spoedig daar en als gevolg
daarvan zal ook de Ncderlandsche
Schutterijkader-Bond verdwijnen. Het
Iloofdbestuui gevolg gevende aan het
besluit der Algemeenc Vergadering wil
trachten naar het schoone doel, weerbaar
te zijn om 't vaderland en onze onaf
hankelijkheid te kunnen verdedigen, te
blijven streven. AVij willen trachten een
nieuwen Bond te stichten; een algemee-
nen Bond van Nederlandsche Schictver-
ecnigingen. AVij willen een Bond vormen
van mannen die, naast de vereeniging
Volksweerbaarheid te zijner tijd des-
gewenscht, het kader zal kunnen uit
maken van den Landstorm. Wij willen
mannen bijeenbrengen die als vrije
Nederlanders, blijven medewerken tot
handhaving ,van het Gezag, waarvan
onze Koningin als Draagster van het
symbool, de Arertegcnwoordigster is.
Ons voorloopig plan is: door op
roeping van afgevaardigden een alge-
meene vergadering te beleggen in 't
centrum van ons land en u bij voldoende
deelneming voor te stellen:
a. Het oprichten van een bond van
Koninklijk erkende Schietvereenigingen;
b. Verkiezing van een voorloopig
Hoofdbestuur.
Als hoofdpunten van ons werkprogram
hebben wij ons voorgesteld:
a. le jaar provinciale wedstrijden;
b. 2e jaar geweftelijke wedstrijden;
c. 3e jaar Nationale wedstrijden;
rf. Wanneer minstens 10 leden eener
vereeniging zich aansluiten bij den bond,
zal de vereeniging officieel als afdeehng
van den bond erkend worden.
Aroor vereenigingen of personen, die
dit streven willen steunen is bij de
circulaire een vragenlijst ter invulling
gevoegd. Zij, die deze wenschen te
ontvangen of nog nadere inlichtingen
verlangen, kunnen zich wenden tot den
secretaris van het Hoofdbestuur, den heer
II. van Gelder, Utrechtschewcg 51a,
alhier.
AVoensdagavond hield de onderoff.-ver-
eeniging „Ons Belang" een vergadc
ring in de Arend, waarin als spreker
optrad Jhr. Graafland met het onder
werp: „OplcidingenAanvoering".
Nadat de voorzitter de vergadering
geopend en den spreker het woord had
verleend, ving deze aan met een uit
eenzetting over de groote moeilijkheden
van den Atjeh-oorlog.
Naar sprekers mceuing heeft men de
oorzaak van veel moeilijkheden nimmer
gezocht, waar deze te vinden was. Nooit
heeft men de vraag gesteld: „Zou ons
leger wel goed zijn".
Met tal van voorbeelden toont spr.
aan, dat het leger niet opgeleid wordt
voor het gevecht. In Indië waar de vijand
zoo menigmaal plotseling verschijnt, is
het dikwijls gebleken, dat ons leger daar
niet aanstonds gereed is om van den dienst
voor de veiligheid over te gaan tot dien van
het gevecht. Toch is het Indische
leger steeds Keurig opgeleid, maar men
heeft van de soldaten geen denkende
wezens gemaakt, zelf denken heeft men
ze niet geleerd. Dank zij dat, zijn hon
derden ten grave gedaald, die onbekwaam
bleken voor het werkelijke gevecht.
Precies wisten de mannen te doen wat
er gecommandeerd werd, maar hiermee
alleen komt men er in den werkelijkcn
strijd niet.
De wijze waarop Jhr. Graafland wil
opleiden voor het gevecht, kan zeer
goed samen gaan met het kweekon van
orde en tucht, hetgeen hij zelf in het
Indische leger heeft toegepast.
In het tweede gedeelte zijner rede
komt spreker op den inwendigen dienst.
Waarom daarop niet meer den nadruk
wordt gelegd zegt hij, nooit begrepen
te hebben. AVat voor den geloovige de
bijbel is, is voor den militair de inwendi
ge dienst, waardoor orde en tucht wor
den gehandhaafd. Na dit in den breede
te hebben toegelicht wijst spr. er op,
dat het idee moet veld winnen, dat het
in een gevecht niet toegaat, zooals in
de boekjes staat beschreven. Idcreen is
in het gevecht goud waard, mits de oplei
ding goed is geweest. De voornaamste fac
tor hierbij isin beweging le zijn, nooit stil
staan, naar den vijand toe en geen veld
dienst doen in het gevecht maar wer
kelijk govechtsdienst. En zoo ergens bij
dan is bij de opleiding haasten verkeerd,
hetgeen spr. aantoont met voorbeelden
uit zijn ervaringen in Indië
Ten slotte schetst spr. het optreden
der marechaussees in Atjeh en geeft hij
daarbij een overzicht van het werken
der afdceling, die onder zijn commando
stond.
Een daverend applaus volgde op spre
kers hoogst interessante rede.
Gisterenavond hield do Vrijz.-Dem. Kies-
vereeniging een openbare vergadering
in de Kroon, waarin als spreker optrad
de heer AV. de Jong met bovenstaand
onderwerp.
Na opening door den voorzitter, den
hoer Bonkamp, ving de heer de Jong
zijn rede aan met een herinnering aan
de woorden:
In het heden ligt het verleden,
In het nu wat worden zal.
Op politiek terrein worden deze woor
den ook bewaarheid, de houding van
elke politieke partij ligt in de afge-
loopen regeeringsperiode. Tegen het
Kuyperregime hebben ook de vijzinnig-
democratcn scherp stelling genomen,
omdat daaraan ton grondslag lag cleri-
calisme en conservatisme.
Het kabinet Kuyper was anti-nationaal,
reactionair, anti-sociaal, anti-dempcratisch,
anti-feministisch partijdig. Dat ministerie
deel een, gelukkig verijdelde aanslag op
de zakken der „kleine luijden", het
bedreigde de positie der ambtenaren en
tastte zelfs de vrijheid van drukpers aan
in het postwetje. A'oeg daar dan nog bij
hot in het leven roepen van de intens
valsche leuze: Christus of Barrabas,
Christus of Troclstra en men zal be
grijpen dat de oppositie tegen zoo'n
ministerie fel moest ontbranden. En men
voelde ook, dat tegen een dergelijk ge
vaarlijke phalanx van de rechterzijde,
gezamelijk moest worden opgetrokken,
zoodat op den gedenkwaardigen dag
van 21 Jan. 1905 een verbond tot stand
kwam van de vrijzinnigen onder het
coalitieprogram.
Spr. gaat in het kort dit program na
en staat wat langer stil bij het blanco
artikel. Daarbij hebben de vrijz-dem.
niet hun standpunt inzake algemeen
kiesrecht prijsgegeven, want door uit de
grondwet te verwijderen de beletselen
voor dat kiesrecht zet men een eerste
schrede op den weg naar het algemeen
kiesrecht. De vrijz.-dcm. houden echter
wel degelijk vast aan den eisch tot in
voering van algemeen kiesrecht, dat is
oen eerste voorwaarde voor de demo
cratie. Met cijfers toont spr. vervolgens
aan de zonderlinge toestanden, die de kies
wet van Houten in 't leven heeft ge
roepen.
Door de slechte verdeeling der kies
districten heeft het platteland vrijwel
algemeen kiesrecht, terwijl de steden
daartegenover een zeer beperkt kies
recht hebben.
De stem der arbeiders heeft nog niet
kunnen weerklinken in het parlement,
daarom zijn hun belangen daar niet altijd
tot hun recht gekomen. Dit blijkt ook
hieruit, dat we na elke uitbreiding van
het kiezerscorps ook sociale wetten
kregen. En juist daarom, omdat de sociale
wetten veel krachtiger tot stand zullen
komen, en omdat daardoor weer de
belangenstrijd kan getemperd worden,
houden de vrijz.-dem. aan het algemeen
kiesrecht vast.
Dan dient de Eerste Kamer te worden
vervormd. Deze is thans een monument
van millionaire, daarvan is voor de sociale
wetgeving niets te verwachten. Op haar
tegenwoordig ingerichte manier is ze een
rem voor de democratie. AVanneer minis
ter De Meester dan ook verklaart, dat
overwogen kan worden of aan de Eerste
Kamer het recht van amendement kan
worden toegekend, dan nemen de vrijz.
dein. daartegen stelling in. De Eerste
Kamer moet geschoeid worden op den
leest van de Tweede, dan eerst kan er
van een gezonde wetgeving sprake zijn.
Het standpuut, dat nu de vrijz.-dem.
innemen tegenover het ministerie werd
uitstekendgekenschetstdoor prof. Drucker
bij de begrootingsdebatten. Dat standpunt
nemen zij ook thans nog in. A'an den
beginne af aan wezen verschillende za
ken er reeds op dat zij waakzaam moeten
zijn.
Zoo hebben de vrijz.-dem. den minister
van oorlog reeds het vertrouwen moeten
opzeggen omdat hij niet getrouw bleek aan
het coalitieprogram. Daarop toch staat:
herziening in de richting van een volks
leger en bezuiniging. Aan dit laatste
hebben we echter nog niets gemerkt.
Wel is er bezuinigd op het voorbereidend
millitair onderricht, dat alle partijen juist
willen steunen omdat het den weg opgaat
naar het volksleger. Minister Staal zeide
nu, dat hij wel zuinig wilde zijn, maar
goedkoop, dat wist hij niet. Meer geld
vraagt hij dan ook èn voor het leger
èn voor de stelling Amsterdam, volgens
den minister onze nationale brandkast.
Tal van citaten van militaire autoriteiten
haalt spreker nu aan, waaruit blijkt dat
er over dc waarde onzer verdedigings
middelen zeer verschillend gedacht wordt,
zoodat men feitelijk in geen enkel op
zicht zeker is dat het geld voor die
middelen uitgegeven, nuttig besteed is.
Is het dan wonder, dat de vrijz. deni.
daartegen opkomen? En bij de marine
gaat het juist zoo. Er zijn een aantal
schepen die oud roest zijn en niets meer.
Dat oud roest kost echter elk jaar nog een
lieele som aan onderhoud. De min. van
Marine wil nu aan 't verkoopen gaan,
maar niet in eens alles, want andcis
vreest hij voor overvoering der markt,
en dan zou de prijs dalen. Maar onder-
tusschen moeten we maar de onderhouds-
som betalen.
Dringend noodig is het dat er een
commissie komc, die ernstig op bezuini
ging moet aansturen.
Een volksleger willen de vrijz.-dem.
omdat het goedkoop is en er dan nog
eenige kans op verdediging bestaat.
Spreker haalt hierbij aan den toestand
in Zwitserland, ten bewijze, dat een
volksleger zeer goed mogelijk is.
Hierna komt spr. op de sociale wet
geving. Krachtige arbcids wetgeving
moet er komen om de economisch
zwakkeren te beschermen. Niet echter
om het overwicht van één klasse te
bewerkstelligen. De vrijz. dom. ont
kennen dat de klassestrijd kan zijn de
basis over een politieke partij maar zij
meenen, dat door het in het leven
roepen van sociale wetten de klassen
strijd kan worden getemperd.
Daarom is het zoo goed, dat alle
democratische elementen onder de vrij
zinnigen daartoe samenwerking. Er
moet een scheiding zijn tusschen demo
craten en conservatieven. En den Amers-
foortschen liberalen, die allen willen
vangen onder één hoed roept Spr. dan
ook toe: laat die struisvogelpolitiek
varen. Toe te juichen is het, dat ook
hier een vrijz.-dem. kiesvereeniging is tot
stand gekomen om de liberalen uit hun
duffe doodslaap te wekken {Applaus).
Na eenige minuien pauze werd ge
legenheid gegeven tot debat waaraan
werd deelgenomen door de heeren
Groencstein (r. kath.) en Duys
(s. d.)
De eerste deelde mede dat de katho
lieken volstrekt geen geld noodig hebben
voor hun kloosters en scholen. Zij heb
ben geld genoeg. Dat is ook pas hier
bewezen. De liberalen en socialen wilden
het Aldegonde gasthuis koopei: niet
centen van de gemeente maar de katho
lieken bouwen een gasthuis uit hun
eigen zak.
Het algemeen kiesrecht vindt hij niet
goed want een patroon koopt dan de
arbeiders om.
Eu de scholen hebben de liberalen
gebouwd met centen van den Staat. En
wat komt er van? AVe hebben hier een
hoogere burgerschool. AVat komt daar
van dan? Allemaal onderwijzers en andere
hooggeleerde heeren. Eu dan vertelt de
heer G. van een onderwijzer die een
glas water dronk en dood neerviel, en
toen zijn kameraad ging kijken, dronk
die ook eens en viel ook dood neer.
(Onder hilariteit verlaat de heer G. het
podium.)
De heer Duys wijst er op, dat we
niet uit kunnen maken welke partij de
beste is. Ieder onzer draagt een bril,
waardoor hij zijn belangen van zijn par
tijstandpunt ziet. Als 't puntje bij 't paal
tje komt zijn er echter maar twee par
tijen een kapitalistische en een sociahsti-