Stadsnieuws. Allerlei. Raadsverslag. plaats van den brand, èen of meer af sluiters dicht te zetten. Dit is n.l. wenschelijk om bij den brand zelve direct den totalen meerde ren druk te gevoelen en te voorkomen, dat een gedeelte van het water zich verspreidt naar een ander gedeelte van de stad. Met name, zal dit noodig zijn om te voorkomen, dat het reservoir een gedeelte van het water onttrekt; totdat het geheel vol geloopen is. Wij hebben hierover nog nadere in lichtingen gevraagd aan den heer Van Hasselt. Het is mogelijk, deze afsluitingen te voorkomen, door vanaf het pomp-station door de stad naar het reservoir een dubbele leiding aan te leggen. De be langrijke kosten hieraan verbonden, zijn evenwel niet gerechtvaardigd met het oog op het te verkrijgen geringe resul taat. Een of meer goed geoefende brand weermannen, die volkomen op de hoogte zijn met het buizennet, kunnen het zelfde resultaat te weeg brengen, als 't geen te bereiken fs met de dubbele leiding. Van deze gedachtengang uitgaande, dient als voorwaarde gesteld te worden c. dat de Maatschappij zich verplicht, op eerste aanzegging van Burgemeester en Wethouders, ter plaatse, waar Bur gemeester en Wethouders dit wenschen, afsluiters in de buisleidiug op haar kos ten te plaatsen, voldoende aan de eischen door Burgemeester en Wethouders te stellen. Het komt ons wenschelijker voor, later, wanneer proeven genomen zijn, de plaatsen aan te wijzen van de noo- dige afsluiters, dan dit nu reeds te doen." Een interessante onthulling. Wij lezen in „De Controleur": Hot weekblad „Noviomagum" publi ceert in zijn voorlaatste verscheneu nr. een circulaire, een jaar geleden uitge gaan vanwege de Apologetische Ver- eeniging die den naam draagt van een nog niet zoolang geleden heilig verklaar den Nijmeegschen stadgenoot. Buiten de vertrouwden dezer vereeniging zal wel niemand het bestaan van dit streng ver trouwelijk stuk bekend zijn. Als een bewijs hoe weerzinwekkend de katho lieke actie wordt gevoerd, is deze om zendbrief de lezing overwaard, waarom wij hem dan ook uit 't genoemde blad gaarne overnemen. STRENG VERTROUWELIJK, APOLOGETISCHE VEREENIGING PETRUS CAXISIUS. Afdeeling Informatie-Bureau. Geachte Medeleden. Eenige weken geleden noodigden wij U uit, ons op te geven, welk blad of tijdschrift U bereid waart te volgen, teneinde het oog te houden op daarin eventueel voorkomende aanvallen tegen de Katholieke Kerk. Onze uitnoodigiug is niet zonder ge volg geblevou. Ó.a. vereerden ons met een schrijveu de IIoogEerw. Pater de Langen-Wendels, O. P. Professor en Deken van de Theologische faculteit te Freiburg en Mgr. van Winkel te Brussel. Wij laten hier de volledige lijst volgen dor dagbladen en periodieken, waarvan verschillende leden ons de controle heb ben toegezegd. 1 Amsterdainsch Weekblad, 2 Archief niet dooden, zij kunnen ons niet beletten voor elkaar te bidden, niemand kan zich mengen in het hoogste, het beste deel. Hij hield haar vast omarmd, teed<#e lieve woordjes fluisterend en de klok op de schoorsteen tikte voort, onver biddelijk, de tijd te snel voorbij latende gaan, die als zij gescheiden waren, met looden schreden zou voortgaan. En zij gingen voort met liefkozen, tot de klok twaalf uur sloeg en hen tot de buitenwereld te rugriep. Toen trok Francesca hare ver lovingsring van den vinger en gaf ze hem in de hand. „Ziedaar Carlo," zeide zij vastbe raden. „Ik geef je je ring en je woord terug, ik zal mijn vader ge hoorzamen en je schrijven noch iets van je hooren, maar meer kan een vrouw niet beloven, want liefde wordt niet op bevel aangegaan of los ge maakt." Carlo stak de, ring aan zijn vinger die nu in plaats van een teeken van verbond, een teeken van scheiding was geworden. Zijn hart was te zeer gebroken om te kunnen spreken en na een lange pauze verbrak Fran cesca eindelijk de stilte. „Vertel mij iets meer van 't leven, dat ge gaat beginnen," zeide zij zacht. Toen vertelde hij haar alles, wat voor Kerkgeschiedenis, 3 Arnhemsche Courant, 4 De Beweging, 5 Cecilia, 6 de Controleur, 7 Den Gulden Winckel, 1 Drankbestrijdersorganen, (De Weg wijzer. De Blauwe Vaan, De Christe lijke Geheelonthouder), 9 Deventer Week blad, 10 Elsevier, 11 Geloof en Vrijheid, 12 Dc Gids, 13 De Grens, 14 Gustaaf Adolf, 15 Handelsblad, 1(1 Heraut, 17 Hervorming, 18 De Kroniek, 19 Leidsch Dagblad, 20 Marnix, 21 Meppeler Predi kantenblad, 23 De Natuur, 24 De Neder lander, 25 De Nieuwe Gids, 26 De Nieuwe Rotterdammer, 27 Nederlandsch Tijdschrift voor Geneeskunde, 28 De Nieuwe Tijd, 29 Nieuwsblad voor Gel derland en Overijsel, 30 Nieuws van den Dag, 31 De Nieuwe Arnhemsche Courant, 32 Het Nieuws van Utrechte?), 33 Onze Eeuw, 34 Oprechte Haarlemsche Courant, 35 De Protestant, 36 Propria cures, 37 Prov. Zwolsche Courant, 38 Rechtsgeleerd Magazijn, 39 Revue der der Uitvindingen, 40 Sociaal Weekblad, 41 Spectator, 42 Stichtsche Courant, 43 Taal en Letteren, 44 De Telegraaf, 45 Het Toekomstig leven, 46 Tijdschrift voor Gereformeerde Theologie, 47 Tijd schrift voor Geschiedenis en Volken kunde, 48 Tijdschrift voor Strafrecht, 49 Themis, 50 Utrechtsch Provinciaal en Stedelijk Weekblad(?), 51 Het Volk, 52 De Vrije Gedachte, 53 De Vrije Socialist, 54 Weekblad voor Muziek, 55 Weekblad voor het Recht, 56 De Weg wijzer en 57 Wetenschappelijke bladen. Van verschillende zijden werden ons reeds nummers van couranten en tijd schriften, waarin iets te rectificeeren viel, toegezonden. Deze rectificaties geschied den, hetzij door een ingezonden schrijven in het resp. orgaan, o.a. N. R. Ct., De Hervorming, De Protestant, Het Nieuws, hetzij door een artikel in Morgenpost, Huisgezin, Stemmen onzer Eeuw, enz- Wij hopen niet onbescheiden te zijn, wanneer wij aan bovenstaand lijstje een en ander toevoegen van couranten en tijdschriften, die wij nog gaarne door eenige edelmoedige leden zouden ge volgd zien, n.l.: 1 Eigen Haard, 2 Groninger Courant, 3 Hollandsche Revue (een zeer anti-Katholiek tijdschrift), 4 Land en Volk, 5 Maandblad voor Sociologie en Geschiedenis, fi Middelburg- sche Courant, 7 Naar de Vrijheid, 8 De Navorseher, 9 De Nieuwe Courant, 10 De Rheinsche Zending, 11 De Rotter dammer (Antr.), 12 Stemmen voor Waarheid en Vrede, 13 Thcilers Theo logisch Tijdschrift, 14 Theosofie. 15 Tijdspiegel, 16 De Vrijzinnig Democraat. Ook ware o.i. de controle van eenige onderwijzerscouranten zeer geraden. Waarschijnlijk zullen wij een afzonder lijke circulaire richten aan II.II. Dekens met verzoek dat H.E. zeiven of hun onderhoorige geestelijken het oog houden op de verschillende locale blaadjes. Wij maken van deze gelegenheid ge bruik om de leden te verzoeken, hun rec tificaties zooveel mogelijk zelf te bezor gen, d.w.z. het ingezonden stuk of het artikel waarmede zij tegen een valsche voorstelling de Katholieke leer betreffen de, wenschen te protesteeren, zooveel mogelijk zelf op te stellen, te ondertee kenen en op te zenden. Wanneer zij een of ander stuk liever door ons wenschen geteekend te zien, verzoeken wij hen ook do definitieve redactie aan ons over te laten. Verder verzoeken wij de leden, ons van elk artikel of ingezonden schrij ven dat in druk verschijnt, een exemplaar toe te zenden, om het te bewaren in ons archief. Wij geven hierbij aan de leden ter overweging, of het wel geraden zou zijn, aanvallen van schimpbladen, als Grens- hij ervan wist, en dat was weinig genoeg, hoe hij bij de Herlino's zou wonen, hoe hij trachten zou de liefde van zijne zuster te winnen, hard zou studeeren voor zijn beroep, en zijn best zou doen om Piale tot eer te strekken. „En jij?" vroeg hij. „Er zullen nieuwe buren op villa Bruno komen, maar 't zal wel niet anders dan 's zomers bewoond worden." „Ach! zal het verhuurd worden? riep Francesca, met tranen in de oogen. „Wel, ik hoop, dat we do lieden, die er komen wonen niet zullen kennen. „Voor 't overige, lieveling, kunt ge 't wel voorstellen als van oud, Zondags naar Napels gaan, Sybil les geven, roeien met Florestano, enz. Maar de eerste maand gaan we een tochtje met de Pelgrim maken, en 't volgende jaar ga ik misschien naar Engeland'. „Zou je graag bij Clare willen zijn?" „Ja, hoewel ik denk, dat vader niet zal willen, dat ik over deze drie weken spreek, en ik vind 't zoo hard, dat zij er nooit iets van zal hooren Carlo, waarom ga jij Clare niet eens opzoeken, als ge in Engeland zijt?" Hij schudde zijn hoofd. „Zij zou mijn beroepsverandering te sterk afkeuren, en ik kan die ver wachter, Marnix enz. af te weren. Ons komt het voor, dat men aan zulk ge schrijf door eeno bestrijding te veel eer bewijst. Hetzelfde geldt o. i. voor aau- vallen van Prof. Bolland. Ten slotte verzoeken wij de leden vriendelijk, voortaan ul hun zendingen te doen toekomen aan de Secretaris der Vereeniging (den WelEerw. Heer Th. Kwakman, Vondelstraat 104 a). Onzen hartelijken dank betuigend aan alle leden, die zich voor ons doel reeds eenige moeite hebben getroost, verblij ven wij met ware hoogachting, uw aller dw. dienaren. Namens het Informatie-Bureau: de Secretaris Th. KWAKMAN, R. K. Pr. en Kap. Amsterdam, 5 April 1905. De Nieuwe Arnhemsche Cou rant teekent hierbij aan. Hot bevreemdt ons dat onder de be- spioDneerde bladen er geen enkele R. K. courant voorkomt, zooals „Tijd", „Maasbode" e.d. Daarin toch vindt men gemeenlijk de heftigste „aanvallen tegen de Katholieke Kerk", die welke haar het meeste kwaad doen. Revolutiebouw is, vooral voor ons Amcrsfoorters, in den laatsten tijd vol strekt geen nieuws meer. Maar de bouwrcvolutie, die dreigt uit te breken is, voor zoover wij weten, en we weten veel, nog niet algemeen bekend. We zoggen zoo die dreigt uit te breken, omdat we het vermoeden hebben, dat het voorbeeld eens gegeven wel spoedig navolging zal vinden en of we dan een bouwrcvolutie of misschien nog wel veel ergere dingen zullen be leven, moeten we aan de geschiedenis overlaten. Maar dit is zeker: het begin is er. Een der lezers van de Nieuwe Rott. Crt. heeft nl. een brief ontvan gen, waarin het volgende te lezen staat: „Te Uxley een dorp bij Leicester had den eersten Paaschdag de inwijding plaats van een Protestantsche kerk, waaraan een groote bijzonderheid ver bonden was. Mr. Blessure, een rijke zonderling, had bij testament aan de gemeente een kerk met toren en klok vermaakt, maar had de voorwaarde gesteld, dat de toren niet op maar onder dc kerk zou worden gebouwd. Na veel beraad besloot men het legaat te aanvaarden, en de voorwaarde na te leven. Een toren van 50 M. lengte werd in den grond gemetseld en de klok hangt 40 M. onder den beganen grond. Mag men do kerkgangers ge- looven, dan klinkt het gelui der klok veel plechtiger nu het uit de aarde komt dan wanneer het hoog in de lucht weerklinkt. Herstellingen aan den toren zullen er veel minder zijn en een uur werk is onnoodig." Nu, hadden we geen gelijk, te sproken van een bouwrcvolutie. Waar we te recht komen, als die manier van bouwen ingang vindt, durven we zelfs niet te gissen, maar dat we dan zonderlinge dingen zullen beleven is zeker. Trou wens dat doen we tegenwoordig ook al al worden de huizen nog niet met de daken onder de grond gebouwd. Zoo seint onze Engelsche correspon dent ons o. a. het volgende: Donderdagavond werd een trein vol met reizigers, ergens in Wales tot staan gebracht doordat een baanwachter met een roode lantaarn zwaaide. Hij vertelde dat twee mannen een eind verder dwarsliggers en palen over dc sporen undering toch niet aan iedereen uit leggen," zeide hij. „En dan rtog woont zij bij uw oom en deze zal, na alles wat hier is voorgevallen, mij liever niet zien dan wel." „Ootu George houdt heel veel van je," zeide Francesca snel. Carlo antwoordde niet, doch hij dacht er anders over. ITet was er nu evenwel de tijd niet voor om zoo'n nietige zaak te bespreken; de tijd ging snel voorbij en hij wist dat kapitein Bntton al op zijn heengaan rekende. Die gedachte deed hem zijne zelfbeheersching verliezen, zijne kalmte veranderde in eene hartstochte lijke uitbarsting van liefde en droef heid, die Francesca herinnerde aan de plotselinge verandering in de belvedere toen hij haar de eerste maal zijn liefde bekende. Zij klemde zich evenals toen aan hem vast, doch 't was niet over liefde en zaligheid, dat zij sprak. „Geduld, Carlo Mio, geduld," fluis terde zij. „Dat is alles wat wij noodig hebben Dit woord bracht de herinnering aan zijn stervenden vader tot hem terug, en deed zijn hartstocht be daren. Hij nam haar zacht gelaat tusschen zijne handen en keek lang in die heldere oogen. Toen werd hij weer sterk. „Pazienza," mompelde hij, haar hadden gelegd om den trein te doen verongelukken. Toen hij hen stoorde hadden zij hom tegen den grond ge slagen. Toen hij uit zijn bewusteloos heid ontwaakte was hij den trein tege moet geloopen. Hij had nog wonden aan zij hals en viel weer flauw. Al- gemeene dankbaarheid voor zijn heldhaf tig gedrag, dat een groot ongeluk had voorkomen. Bij onderzoek schijnt echter gebleken, dat de man het verhaal ver zonnen had en zelf het spoor onveilig had gemaakt. Hij had den laatsten tijd veel gelezen in eeen boek over heldhaf tige daden en dat schijnt hem van streek te hebben gebracht." Waar iemand al niet toe kan komen, als hij het is zijn hoofd haalt helden daden temoetenvorrichten.Ondertusschen had de directe met zoo'n heldheftig be ambte niet veel op en gaf hem zijn congé. Dat schijnt hem plotseling weer tot be- z'nning te hebben gebracht, hetgeen voor hem echter niet zoo bijster gelukkig was, want toen, zijn toestand begrijpende heeft hij zich doodgeschoten. Wel streng is de pseudo held dus gestraft, veel strenger althans dan zekere meneer Snijder in New-Carlisle, "V. S., die lid was van een coelibatairsclub. Hij kreeg het in zijn hoofd te trouwen en wat nog erger is, hij deed dit zonder zijn mede leden ervan in kennis te stellen. Deze besloten zich te wreken. Ze huurden een groote wildebeestenkooi, voorzien van plakkaten, waarop te lezen stond dat het gevangen dier zich aan allerlei onbe hoorlijkheden had schuldig gemaakt. Met geweld wei d Snijder in de kooi gedaan en toen reden ze door de gansche stad, terwijl op allerlei geïmproviseerdemuziek- instrumenten een oorverdoovende ketel muziek werd gemaakt. Of hij daardoor van zijn snood bedrijf ook berouw zal hebben gehad, wordt niet gemeld. Dat het anders nog al eens voorkomt, dat de huwelijksband niet al te hecht blijkt, zelfs in den tijd van de wittebroods weken, blijkt maar al te vaak. Zoo vreemdsoortig als dezer dagen een jeugdig minnend paar in Friesland de huwelijksband toelachte zal echter zeker nog wel zonder weerga zijn. In een Friesch blad leest men n.l. de volgende advertentie: Getrouwd Wiebe Hofstra en Emilia Lubitz. N. B. Yerzoeke van rouwbeklag ver schoond te blijven. Als we hier niet met een zetfout te doen hebben, wat echter haast niet aan te nemen is, dan zou het toch zeker maar beter geweest zijn, als deze twee trouwlustigen lid waren van een coeli batairsclub. Mogelijk waren ze dan standvastiger geweest dan bovengenoem de meneer Snijder. Vergadering van den Raad der ge meente Amersfoort op Dinsdag den 24 April 1906 des nam. l'/j uur. De waarnemend Voorzitter Wethouder E. L. Visser (de Burgemeester is met verlof, gedurende eene maand buitens lands) opent ten kwart voor 2 de verga dering en verzoekt den Secretaris Mr. Dr. J. G. Stenfert Kroese de notulen der vergadering van 27 Maart j.l. te lezen, die ouder dankbetuiging werden gearresteerd. De zitting werd bijgewoond door 15 weer in de armen klemmend. „God zegene je." Bij 't hek van C'asa Bella ontmoette George Brittou den eigenaar van villa Bruno, juist die man die hij 't liefst niet had ontmoet. Alles wat hij doen kon was, zich te houden alsof hij niet wist wat was voorge vallen en hem beleefd vaarwel te zeggen. Hij slak hem de hand toe. Carlo keek hem aan met een gelaat dat de vriendelijke man gedurende maanden niet kon vergeten. Maar zelfs in die zielsangst kon hij niet anders dan beleefd zijn en' met een doodsbleek gelaat buigend zeide hij: „Goede reis, signor. Tot weerziens!" VEERTIENDE HOOFDSTUK. De nieuwe Bakiton. Het was een heete zomermorgen en twee verwaarloosde Napoliraansche jongens slenterden langs de Chiaja; de oudste had zijn arm om den hals van de jongste gestrengeld en deze hield een gescheurde pet vol kersen in de hand, waaruit zij beiden aten terwijl zij voortwandelden. Een rij tuig rolde voorbij en met scherpen blik namen zij de inzittenden op. „Gran Dio!" riep de een. „Kijk eens daar gaat Comerio de zanger." van de 17 leden. De heeren J. W. Jorissen en C- Th. van Beek waren afwezig met kennisgeving. Ingekomen zijn le. Van Ged. Staten de goedkeuring van het raadsbesluit tot verpachting van standplaatsen ten behoeve der a.s. kermis. Aangenomen voor kennisgeving. 2e. Idem tot wijziging der gem.-begrooting voor 1906. Aangenomen voor kennis geving. 3e. Idem tot onderhandsche verhuring van het voormalig tolhuis aan den Arnheaischcweg. Aangenomen voor kennisgeving. 4e. Proces-verbaal van kasopname bij den Gem.-Ontvanger. Ter Secretarie ter inzage der leden. 5e. Mededeeling van B. en W., dat met ingang van 15 Mei a.s. de heer R. Groeneveld is benoemd tot Commies ter Secretarie (vac. Munnikhuizen). 6e. Van B. en W. het Gemeenteverslag. 7e. Idem de mededeeling, dat het aantal lesuren 384 per school moet be dragen, ten behoeve van het Rijkssubsidie. 8e. Voorstel van B. en W. betreffende de waterleiding. Naar de afdeelingen. 9e. Het verslag der Ambachtsschool over 1905. Ter inzage der leden. 10e. Het verslag der Industrie-en Huis houdschool over 1905. Ter inzage der leden. 11e. Het verslag van het Groene Kruis over 1905. Ter inzage der leden. 12c. Dankbetuiging van Mej. M. C. van Olden voor de verlenging van haar verlof en verhooging harer jaar wedde. 13e. Dankbetuiging van de H.H.I. M. J. Hoog en J. C. A. Havinga voor de verhooging hunner jaarwedde. 14e. Verzoek van de Ven. A'foortMij. tot exploitatie van onroerende goederen tot aanleg en overdrage van wegen aan den Berg. Naar B. en W. om advies. 15e. Verzoek van het Sint-Elizabeth's gasthuis tot kostelooze plaatsing eener schutting aan de Sint-Andriesstraat. Naar B. en W. om advies. 16e. Verzoek van den heer J. C. van der Meer tot plaatsing zijner dochter als leerlinge op het Gymnasium. -17e. 3 reclames van J. Broekhuyson, e. a. tegen aanslag ver gunningsrecht. Naar B. en W. om advies. 18e. 2 adressen van de H.H.: J. S. J. de Jongh en J. Sinnige omtrent af sluiting van de Muurhuizen nabij den bekenden bouwval. De Voorzitter verzoekt den Secre taris beide requesten voor te lezen. De Voorzitter zegt, dat de Gem.- architect Kam hem gewaarschuwd heeft voor het perceel bewoond door den slager Bennink en eigendom der weduwe Male- stein, waarna hij dit door den bewoner heeft laten ontruimen en de straat af zetten. Hetgeen in 't verzoek van den heer Sinnige staat, al zou spreker ge zegd hebben, dat de afsluiting slechts één dag zou duren, is niet waar. Even min als dat genoemde heer op zijn schrijven aan B. en W. geen antwoord heeft ontvangen. Het verzoek was niet gericht aan B. en W., doch aan den Burgemeester, wiens antwoord luidde: dat er geen vrij heid gevonden werd om het verzoek iutewilligen. Het perceel heeft een gemcenschappe- lijken muur, die afgebroken en vernieuwd moet worden. Spreker verzoekt den Secretarie het rapport van den 2e G'em.-opzichter D. van Schoonev'eld voor te lezen en leest zelf voor de voorwaarden, waaronder de vergunning tot herbouwen is verleend. De heer Gerritsen kan zich hiermede volkomen vereenigen. Indien spreker had moeten optreden, had hij evenzoo gehandeld, hij verzoekt echter onverwijld door te werken, daar hij de bezwaren van requestranten erkent. „Hij is 't," zeide de andere, vol belangstelling, „en in een booze luim ook, zijn blik is zoo donker als een nacht zonder sterren." „Zij zeggen, dat hij zijne vrouw slaat, zeide de oudste lachend, doch hij moest ophouden, daar de andere hem een rijpe roode kers tusschen de lippen duwde. Ondertusschen was het rijtuig door gereden en C'omerio steeg spoedig uit bij het Pallazzo Forti. Hij betaalde den koetsier, klom met geen zeer beminnelijk gelaat den steenen trap op en schelde. Een dienstmeisje, dat hij vroeger vruchteloos beproefd had om te koopen, opende de deur. „Is signor Merlino naar den schouw burg?" vroeg hij angstig om te weten of alles veilig was. „Ja, signor, "antwoordde het meisje. Welke boodschap heeft u voor hem?" „Ik zal ze aan signora Merlino zeggen," zeide hij, beproevende binnen te treden. De meid liet vroolijk al haar tanden zien. „Maar de signora is nog op de repetitie." Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1906 | | pagina 2