Stadsnieuws. Allerlei. poppen en de Raad van Negen hoede zich dan ook ernstiglijk voor een toege geven hier en een wijken daar, die beurte lings den een en den ander zal doen ver vreemden. De breede strook van de neu trale zóne, die uil den aard der zaak aan een ministerie als dit ter bearbeiding moet worden gelaten, geelt, de regeering zeker geen merkelijke aanleiding aan een ziekelijke taktiekzucht toe te geven, en zich te laten afdingen van hetgeen plicht gevoel en inzicht haar voorschrijven te vragen. "Waar ze eens zal worden geroepen voor de oplossing van groote vragen op sociaal en legislatief terrein blijve zij indachtig, dat de vereerende taak haar toevertrouwd, nooit tot een behoorlijke vervulling kan worden gebracht, wan neer slechts in 't minst wordt te kort gedaan aan de billijke eischen, die een gezonde democratische overtuiging on voorwaardelijk moet stellen; zij hcrinnere zich steeds, dat er ook hier, als overal elders, grenzen zijn die men niet straffe loos of zonder gevoelige schade kan overschrijden. Blijke de waarschuwing volmaakt noodeloos, dan zal in plaats van den gangbaren modeterm, aan het hoofd dezer beschouwing, die tot heden op het beleid van dit Kabinet toepasselijk is, een onomwonden: „zeer verdienste lijk," het praedicaat moeten zijn, waarin ieder volksvriend het oordeel over de werkzaamheid van do mannen, die den moed hadden onder zulke ongun stige omstandigheden, den ondankbaren regeeringsarbeid op zich te nemen, heeft weer te geven. V. D. Het regent. De tram glijdt roomzacht aan op 't em placement vóór 't Centraalstation. Passagiers stappen uit, de wagenvoor- der schakelt zijn contact uit, haalt den beugel om. Komen aangedraafd partijtjes reizigers, uitschietend van onder de stationskap, als losgelaten postduiven uit 'n mand, beklimmen met geduw en onhandig ge- stoot de tram. He plasregent. Onder de trambestorming bevindt zich een aemechtig's boer, die zichzelf en 'n volumineu6e hengselmand in 't inwendige van den wagen wringt. De tram raakt vol. De conduktcur belt en zachtkens deinend zet zich de wagen in beweging. Conducteur haalt kaartjes en geld op, komt bij boertje. „"Waar mot 't heen, boeitjo?" vraagt-ie. „Ik mot noar Teunis oan den Aamstel", antwoordt boertje, vriendelijk glimlachend. „Hot je terug ook?" „D:i we 'k nog nie, ik kan 't loat en ik kan 't niet loate mien zuster, zie-de, da's zooveul as de vrouw van Teu nis, en as die nou zeit: Jen ik zou maar bliev'n, den blief ik maar as ze zeit „Jawel boertje goed zoo "inter- rompeert de conducteur min of meer ongeduldig, „ik bedoel of je 'n dubbel kaartje mot heen en terug of 'n overstappie?" „Wel nienik gief mijn maar 'n ge- waren, begon hij zijn stem te vertrouwen en Mr. Britton te bedanken, voor de groote vriendelijkheid en hartelijkheid, die hij van hem had ondervonden. „Mijn beste vriend," zeide deze. „Ik kan alleen zeggen, dat 't mij veel genoegen heeft gedaan, je bij mij te hebben gehad. Ik zie een toekomstige neef in je, hoewel we er voorloopig nog niet veel van kunnen zeggen." „Carlo vatte zijn hand en die vrien delijke woorden wierpen een straal van hoop in zijn ziel en klonken hem den ganschen dag in de ooren. Terwijl hij tusschen een heele troep cxcursionistcn naar Brighton reisde, kwam hem onwil lekeurig die Pinkstermaandag, van nog geen jaar geleden voor de geest. Hoe eindeloos kwam hem die tijd voor! Hoe kon hij een heel leven zoo doorworste len, als elf maanden reeds zoo moeielijk waren geweest? Hij trachtte het ver leden en de toekomst te vergeten en een deel van „Ernani" te voorschijn halend, begon hij do rol van Don Carlos ijverig te bestudeeren. Sardoni wachtte hem aan 't station en hoewel de gedachte om tot het oude leventje terug te keeren hem onaange naam was, toch was hij dadelijk weer op zijn plaats en praatte vroolijk toen zij naar Morlino's kamer reden. (Wordt vervolgd). weun koaretje astenblief zegt boertje, bang om te veel te zullen moeten afdokken. Conducteur scheurt 'n kaartje af. „Wa, kost dette?" „Zeven-en-halve cent." „Tsjong nog toe das meroakels goeiekoop ba jung hoe kan 't be- stoan?" en boertje grabbelt in 'n ge knoopte beurs naar 'n dubbeltje. Plots, zonder voorafgaande waar schuwing, zonder iets dat kon inlei den, doen vermoeden, waarschijnlijk kon doen zijn, doorvlijmt een ijsehjke knor- krect, een snuivende gil-schreeuw de loomige wagenrust. De passagiers wor den allen min of meer lijkbleek. 't Boertje lacht hartelijk. De conduc teur vraagt dreigend: „Wat is dat nou?" „Da's de zeug, men", zegt boertje goedig. „Mot je'm niet 's kiek'n?" meteen ligt hij het deksel van de mand, en aan de oogen van het verstomde publick vertoont zich 'n prachtig-rose biggetje, dat, verschrikt door het plotse linge licht, 'n woedende schreeuw geeft. „O, maar dat kan niet hoor u mag geen beesten vervoeren in de tram", zegt de conducteur, ineens hoogst vor melijk. „U moet er uit." Boertje stom-verbaasd. „Wat nou? Ik het oc toch temet bo- toald?" „Maai- je mag geen varkens vervoe ren, boer." „Moar potselderementzeg boertje, dat kwaad begint te worden 't is geen verreke 't is 'n zeug 'n bigge as-ie dat béter verstoat." „Big of varken, je mot d'r uit", zegt de onverbiddelijke conducteur, en als 't biggebeest weer een moorddanigen jammerschreeuw laat, die oorzaak is dat 'u bleek juffertje met 'n muziektasch zoo goed als overstag valt van de ze nuwen, pakt hij den boer bij den arm, belt en beveelt: „Kom allo d'r uit nou dan mot je maar '11 rijtuig nemen, of loo- pen dat magge we in 'n trem niet toelate De tram stopt. 't Boertje verlaat, onder hevig protest, den wagen, stevent linea recta op 'n agent af en begint, onder zwaar mis baar en vertoon van afgegeven kaartje, den man der wet te bewerken. De agent haalt goedig-glimlachend de schou ders op. 't Varken knort zacht-borrelend. De tram verglijdt in de mistige verte, zonder zich erg over ons opgewonden boertje te bekreunen. Ja, ja, een mensch kan toch al wat beleven. Dat ondervond dezer dagen ook nog een Arnhemsche metselaar, die erg verzot was op een pretje. In werken had hij ook Maandag j.l. geen trek, Maandaghouden was gewoon te, en ditmaal werd daarvan niet afge weken, daarbij in aanmerking genomen dat 't kermis te Nijmegen was, waarheen hij wilde gaan om nu eens heel lollig Maandag, dolle Maandag te houden. Dat ie zijn werkplunje, met een met kalk bespatte pet, aan had kon 'm niet bommen, als ie d'er eerst maar was. Moeder de vrouw had van 's mans voor nemen lucht gekregen, was hem ge volgd, zeggende: „Waar jij gaat, ga ik ook, hou jij Maandag, ik ook; jij naai de kermis, ik ook, je gaat niet alleen!" en ook in haar daagsche plunje, met de huishoudschort voor, achtervolgde zij haar echtvriend, hem steeds allerlei liefelijkheden naar 't hoofd slingerende, waarop heer gemaal nu en dan eens mopperend asem gaf. 't ging den Sons- beeksingel langs. „Jij, naar de kermis, ik ook!" en alzoo werd t' station bereikt. De baas dach bij zichzelf, je koopt toch geen kaartje, ze zal wel achter blijven; doch mis, hij een kaartje, zij ook en achter elkaar naar den gereed- staanden trein. Nou vond ie 't toch te kras. „Ga jij nou naar huis, maak nou hier geen kapsies", maar jawel: Dat kun je begrijpen; ga jij in den trein, ik ook, niet in de zelfde coupé maar er naast." Hij stapt in, zij ook; hij denkt, ik er uit, dan gaat ze er ook uit, maar mis, ze hield 'm in de gaten, ze bleef zitten en toen ie er weer inging, kwam ze eens kijken waar die zat, 't was een lastig geval, bij kon ze maar niet kwijt worden. Nog eens er uit, nog eens er in, ze bleef onwrikbaar, ze ging mee naar de kermis. „Waar jij gaat, ga ik ook, hou jij kermis, ik ook." De trein zette zich in beweging, ieder in een coupé, ze gingen beiden naar de Nijmeeg- sche kermis, ua de „dolle Maandag"; ze waren niet te scheiden, in lief en in leed. Ondertusschen zal manlief toch zeker niet erg veel piet van zijn uitstapje hebben gehad. Jammer, dat de ge schiedenis niet vertelt hoe het verder is gegaan. Daar zijn van die dingen, waar je zoo graag ook het eind wel eens van wilt weten. Zoo o.a. van hetgeen er nu staat te gebeuren met het kerkgebouw- van de Ned. Ilerv. gemeente te Hoede- kenskerke. Een der Zeeuwsche bladen meldt n.l. dat dit kerkje geheel zal worden gerestitueerd. Hoe dat af loopt, zou ik graag eens willen weten. Wie niet? Mej. A. E. van Laaren alhier, slaagde aan de Rijks-universiteit te Utrecht voor het aanvullingsexamen Dier- en Delf- stofkunde. Tot onderwijzer aan de Christelijke school alhier is benoemd de heer S. S. Leppink, thans in militairen dienst. De kapitein L. E. W. Albada, leerling van den intendance-cursus, is overge plaatst van het 5e naar het 10e reg. inf. Tot voorzitter van het R. K. Schil derssecretariaat in Nederland is benoemd de heer M. II. J. van Lent, alhier. De N. R. Ct. meldt, dat de kap. der inf. L. Noest eervol ontheven wordt van zijn betrekking bij de Normaal Schiet school te 's Gravnnhage en op 1 Novem ber wordt overgeplaatst bij het 5e reg. alhier. De arts A. J. J. C. Niks is benoemd en aangesteld tot officier van gezondheid 2e kl. bij het personeel van den genees kundigen dienst in Nederl. Oost-Indië. De Kamer van Koophandel en fabrie ken alhier, zal heden avond te 8 uur, ten raadhuize weder een openbare ver gadering houden. De achtste algemeene vergadering van den Bond van Orde der H. IJ. S. M. zal op Zondag 11 Nov. a.s. alhier worden gehouden. Na een rede van de boeren Jellen en Wijnands uit Utrecht is te dezer stede opgericht een afdeoling van den Ned. Bond van Gemeentewerklieden met aanvankelijk 23 leden. De brievenbesteller W. Dijkema al hier wordt overgeplaatst naar Win schoten. Hier is met aanvankelijk 60 leden opgericht een Christelijk Kinderzangkoor onder den naam „Alles wat adem heeft love den Heer", Directeur is |de heer W. van Meggelen, terwijl het Bestuur bestaat uit de keeren H. P. Goossens, Voorzitter, en D. van Schoneveld, Secre taris-Penningmeester. De repetitiën wor den gehouden Zaterdagsmiddags in de Christelijke school. Kinderen van 10 tot 14 jaar kunnen lid worden. Donderdagmiddag betrapte de rijks- veldwacht aan den Iloogeweg twee stroopers, die druk bezig waren hun eerzaam „ambt" uit te oefenen. Natuur lijk werd tegen deze keeren proces verbaal opgemaakt. Als bewijs, dat er met de kermis nog een groot aantal vreemdelingen in de stad komen, kan dienen dat van de week een 10-tal geen onderdak konden vinden, zoodat zij genoodzaakt waren op het politie-bureau te overnachten. Uitslag van de verkoopingen van vaste goederen: door notaris Jobs. Knoppers: woning Appelmarkt 15, groot 1.15 .Aren, opge houden door Adelaar, op f 2900; woning Amkemscheweg 127, groot 2.99 Aren, opgehouden door J. van Hof, op f2440; 2 woningen Agathastraat 14 en 16, groot 1.70 Aren, opgehouden door A. Wage naar op f,590; door notaris C. A. van Blaricumwoning Wolkerstraat ingezet op f560; perc. H, idem, naast vorige, ingez. op f 600; perc. III, idem, naast vorige, ingez. op f720; perc. IV idem, naast vorige, ingez. op f 600; perc.V, idem, naast vorige, ingez. op f 620; perc. Vl, woningTeutstraat, iugez. op f 630; perc. VH, woning idem. ingez. op f 1140. Massa der perceelen ingezet op f4990; verkocht aan J. van de Kamp voor f 5000. Door het plaatselijke comité voor drankbestrijding wordt huis aan huis verspreid de Amersfoortsche. Dranhweer Courant. Dn zeer afwisselende inhoud wijst op de vele en groote gevaren van den alcohol en geeft menige opwekking mede den strijd aan te binden tegen dezen „vijand des vaderlands." Van harte hopen we, dat deze goed bedoelde poging om mede te werken tot vermindering van het drankgebruik succes zal hebben. Vooral in de komende week is de gelegenheid voor gebruik en misbruik van dat onzalige vocht weer al te gunstig. Mogelijk zullen er zijn die door het lezen van deze courant, waarin in zoo verschillende toonaarden de ellende van den drank wordt bezongen, tot de over tuiging komen hoe verkeerd het is alcoholische dranken aan te bieden en te gebruiken. Dan zal reeds veel be reikt zijn. Maar meer kan nog bereikt wórden wanneer velen het inteekenbiljet invullen tot steun van dit comité of zich als lid aansluiten bij een der drankbe- strijders-vereenigingen. De 8ste Algemeene Vergadering van het onderwijzend personeel aan de Lagere Scholen in de arrondissementen Utrecht I en II, Loenen, Amersfoort, Rhenen en IJselstein wordt op Zaterdag 3 November 1906 in Buitenlust (Maliebaan 43) te Utrecht gehouden. Als sprekers zullen o.a. optreden: Prof. Jhr. Dr. B. H. C. K. vau der Wyck, Onderwerp: Het verschil tusschen natuurkennis en historie, en de heer P. Oosterlce, Onderwerp: Het intellectua listisch karakter van ons onderwijs. Tot bijwoning der vergadering wor den uitgenoodigd alle onderwijzeres sen en ouderwijzers in de provincie Utrecht, en verder allen aan wie een beschrijvingsbrief wordt toegezonden. De schoolopzieners spreken de wenschc- lijkheid uit, dat de gemeentebesturen en de besturen van bizondere scholen in deze provincie door het geven van vacantie aan de scholen waar op Zaterdag wordt school gehouden, het daaraan ver bonden personeel zullen in staat stellen de vergadering bij te wonen. Voor het Nationaal Concours voor Harmonie- en Panfare-gezelschappen te Baarn den 24 en 25 Juli 1907 te hou den, hebben de navolgende heeren zit ting in de jury genomen: G. K. G. van Aaken, oud-kapelmeester van het 5e reg. inf. te Amersfoort; A. Barbe, kapel meester 3c reg. inf. te Bergen-op-Zoom; Leopold Beers, directeur van het stede lijk muziekkorps te Zwolle; W. van Erp, kapelmeester 4e reg. inf. te Leiden; J. Godefroy, toonkunstenaar te Steenwijk; Bern. J. A. Rehl, kapelmeester 2c reg. inf. te 's-Hertogenbosch; J. N. C. A. "VV. Ruijgrok, toonkunstenaar te Utrecht; T. J. Schweinsberg, toonkunstenaar te Nijmegen, en M. Wolters, luitenant kapelmeester der schutterij te Amsterdam. De ritmeester P. E. H. V. L. baron van Boecop van het escadron ordon nansen, wordt binnenkort om gezond heidsredenen op non-activiteit gesteld en, naar verluidt als commandant over dat escadron vervangen door den ritmeester E. W. baron van de Capellen van het 3e regiment huzaren te Den Haag. We hebben in Amersfoort nog al eenige vereenigingen ter beoefening van de instrumentale muziek, die zich zoo nu en dan in het openbaar laten hooren, maar de vocale muziek verheugt zich niet in zoo'n groot getal beoefenaren. Des te meer treft het ons daarom, wanneer we een zangvereeniging hooren, die met volle recht in het openbaar kan optreden. En dat is het geval met het mannen koor „Zanglust", dat in betrekkelijk korten tijd van zijn bestaan zich een gunstigen naam heeft verworven. On getwijfeld is dit mogen gelukken, door dat zeer goede krachten onder de werkende leden van dit koor behooren, o.a. de vier zangers van het kwartet „Euterpe." Maar voor een groot deel natuurlijk ook, doordat in den heer O. Akkerman een dirigent is gevonden, die vol liefde en lust en ernst zijn taak opvat. Het verwonderde ons dan ook vol strekt niet, dat de groote zaal van Amieitia bij de uitvoering van gisteren avond zoo bezet was. "Vorig jaar reeds had dit koor met zijn optreden veel succes en het was dus te verwachten, dat thans velen zouden komen om de keunismaking voort te zetten. En dat het publiek genoot, bewees het herhaaldelijk hartelijk applaus. De verschillende liederen werden dan ook zeer goed ten gehoore gebracht, de uitvoering droeg duidelijk de sporen van ernstige en degelijke studie. Het mannenkwartet „Euterpe", dat ook eenige nummers zong, hebben we pas bij de uitvoering van „Jubal" ge hoord en de goede indruk daar ver kregen is gisterenavond bevestigd. Met zeer veel genoegen hoorden we weder deze vier zangers, de zaal daverde na elk nummer van de toejuichingen, het publiek was dan ook niet tevreden na het ten gehoore brengen van Landsknecht- stiindchen, voor er een „toetje" was gegeven. Eenige heeren delettanten gaven enkele nummers voor strijkmuziek, hetgeen een aardige afwisseling in het programma bracht. Koning Svend, oorspronkelijk drama door Hendrik van de Wal opgedragen aan Albert Vogel, was de titel van de voordracht door den heer Vogel Donderdagavond voor de leden van het departement Amersfoort van het Nut, ten beste gegeven. 't Mag nog een fortuintje genaamd worden voor het Amersfoortsche Nuts- publiek, dat het er in geslaagd is deze bekwame voordrager voor een avond te engageeren, daar de tijd van den heer Vogel zeer beperkt is dit seizoen, omdat hij 15 Januari vertrekt uit Nederland om een kunstreis te ondernemen „om de wereld* en in Amerika, Indië en Afrika voordrachten te houden. Terecht wordt de heer Vogel door bevoegde critici met Royaards op één lijn gesteld, een meening, die blijkbaar ook gedeeld wordt door den Raad van Beheer van het Nederlandsch Tooneel, die hein heeft uitgenoodigd in een van de drama's van Shakespeare de hoofdrol te komen vervullen. Koning Svend werd uitstekend door Vogel gezegd. Hij beschikt over een verwonderlijk schoon stemgeluid. Welluidend en krachtig. Als regel kan men stellen, dat het voor' een persoon een onbegonnen werk is, alléén een geheel drama te willen uitbeelden, Het wordt gewoonlijk ver velend en eischt te veel van de aan dacht der toehoorders om dan de loop van het stuk te volgen, de verschillende personages uit elkaar te houden. De heer Vogel gelukte het die bezwaren te boven te komen en de toehoorders aan houdend te boeien. Onze opmerking trok 't vooral, hoe mooi de rol van hertog Knut gezegd werd. De wijze, waarop de acteur zoo mogen we den „spreker gerust noemen bedwongen hartstochtelijke haat in zijn stem wist te leggen en dit karakter wist te geven zonder de gewone hulp middelen van het tooneel, vervulde ons met bewondering. Deed het Departementsbestuur ver standig met alzoo de eerste keer den besten troef uit te spelen? Hoe het zij, de avond is geslaagd te noemen. Nader vernemen wij, dat 23 November a.s. de eerste „volksavond" van het Nut gegeven zal worden, waar de bekende tooneelspeler Lamberts onder meer een novelle van Cremer zal voordragen, ter wijl ook weer de heer Van Aaken en zijne ensemble klasse zijn belangelooze medewerking heeft toegezegd. I>e kermis. Gaan we zoo'n beetje na wat er al te zien en te hooren zal zijn volgende week, dan gelooven we, dat zelfs de meest zwartgallige Amersfoorter tevreden kan zijn én zal moeten toestemmen, dat er inderdaad heel wat te doen zal zijn. Amieitia geeft de geheele week, avond aan avond ongetwijfeld veel te genieten. Maandagavond krijgen we de Toneel- vereeniging van Van der Horst en Ternooy Apèl met het bekende stuk van Herm. Heyermans „Ghetto." Deze vereeniging trad hier ter stede reeds menigmaal buiten den kermistijd op, en steeds met uitbundig succes. We twijfelen dan ook niet of ook ditmaal, nu de keuze op een zoo bekend en veelbesproken stuk is gevallen als „Ghetto", zal do zaal wel weer ge vuld zijn. Dinsdagavond komen de Gebr. van Lier uit Amsterdam met het Ncderland- sche Operette gezelschap. Met mede werking van Mevr. Ruderman-Van Dijk en de heer S. Mr Beem zal opgevoerd worden „Rooie Anne". Ook hier is zeker, al was het alleen voor mevr. Buderman veel publiek te verwachten. De volgende avonden zijn in Amieitia voor het bekende gezelschap van Henri ter Holl, welbekend van vorige kermissen. De laatste jaren toch ontbreekt de heer ter Hall met zijn leuke revue's nimmer in Amieitia. In verschillende Café's treden chan teuses en specialiteiten op. Zoo in de lokalen van den heer Oostergetel (Lange- straat) en den heer Welling (Utrechtsche straat). En in de Arend krijgen we het beroemde stuk van de alles onder nemende Wilsons. De kermis zelve geeft weer veel over eenkomst met vorige jaren. De bekende Caroussel van Benner staat weer op den Hof en zal ongetwijfeld een drukke week hebben. Ilet hippodrome van de Wed. vau Bergen staat op de Appel markt. De vlugge paardjes waarbij twee zeer kleine, zullen wel veel bezoekers trekken. Dit zal ook wel het geval zijn met Hommerson's Bioscoop, die op den Hof staat. Op dit gebied is in de laatste jaren een verbazenden vooruit gang waar te nemen, en het is bekend, dat de projecties, vooral de gekleurde, dezer bioscoop prachtige cflekten te weeg brengen. Een noviteit op den Hof is de toboggan of glijbaan. Deze hoog overheven „Cbineesche tempel" is hier, als we ons niet bedriegen, nog nimmer geweest. Een attractie te meer dus voor de Amersfoortsche kermis. Dan zijn er nog natuurlijk tal van kramen en tenten waar iets eetbaars te verkrijgen is. Ook een oude bekende onzer kermis is vooral de firma Willem Dekkers die met zijn poffertjes kraam tegen over de Windsteeg staat. Ook die zal in de komende week wel niet over te weinig bezoek te klagen hebben.

Historische kranten - Archief Eemland

De Eemlander | 1906 | | pagina 2